Rapporteurs: extra maatregelen nodig ter voorbereiding op harde Brexit
Met nog slechts 31 dagen te gaan voordat het Verenigd Koninkrijk uit de EU stapt, dringt ook voor Nederland de tijd om zich goed voor te bereiden op de mogelijke scenario’s. Namens de commissie Europese Zaken waarschuwen Anne Mulder, Pieter Omtzigt en Lodewijk Asscher in hun derde Brexit-rapportage voor de gevolgen van een zogeheten no-deal scenario, dat steeds waarschijnlijker wordt. De rapporteurs vragen om extra voorbereidingen en maatregelen.
De huidige voorbereidingen moeten volgens de rapporteurs worden opgevoerd. De volgende maatregelen zijn nodig:
-
Diensten die onmiddellijk extra taken krijgen na 29 maart, zoals de douane en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, moeten noodplannen klaar hebben;
-
De samenwerking op het gebied van justitie moet op hetzelfde hoge niveau als nu worden voortgezet;
-
Voor levensreddende medicijnen en hulpmiddelen moet het mogelijk zijn om een noodvergunning af te geven;
-
De staat moet klaar staan om sectoren in het Nederlandse bedrijfsleven die zeer afhankelijk zijn van een soepele handel met het VK, zoals de visserij, te steunen. Dit geldt ook voor andere bedrijven die zich wel hebben voorbereid maar geconfronteerd worden met forse logistieke problemen;
-
De rechtsbescherming van EU-burgers in het VK en van Britten in de EU moet zijn gegarandeerd;
-
Overheden en publieke diensten, zoals ministeries, NVWA, douane, politie, Koninklijke Marechaussee en de autoriteiten in het kustgebied en rond de mainports hebben draaiboeken opgesteld en calamiteitenoefeningen gedaan voor een harde Brexit. De Kamer moet daarin inzage krijgen;
-
De Britse douaneprocedures en de gevolgen daarvan moeten nauwkeurig in kaart worden gebracht. Wanneer ze veranderen, is het raadzaam om daarop als EU van 27 lidstaten te reageren in plaats van per individuele lidstaat, om concurrentievervalsing te voorkomen;
-
Verschillende instituten hebben de verwachte kosten van de Brexit de afgelopen jaren op een rij gezet. Het kabinet moet deze, net als de kosten die bedrijven hebben gemaakt, voor de Kamer inzichtelijk maken;
-
Kamercommissies moeten op hun eigen beleidsterrein de bewindspersonen vragen hoe het staat met de voorbereidingen op een no-deal Brexit.
Samenwerking
De rapporteurs benadrukken dat de Brexit hoe dan ook het startpunt is voor een nieuwe relatie met het VK, inclusief partnerschapsverdrag. “De constructieve samenwerking en de nauwe verbondenheid die Nederland en het VK binnen de EU met elkaar hadden en die we bilateraal nog steeds hebben, moeten we benutten om in EU-verband tot een nieuw, sterk en veelomvattend partnerschap met het Verenigd Koninkrijk te komen.”