Rapport over ouderen- en gehandicaptenzorg in Scandinavië
De langdurige zorg is in Scandinavië niet alleen aanzienlijk eenvoudiger georganiseerd dan in Nederland, het is ook iets goedkoper. Dat is één van conclusies uit het vergelijkend onderzoek tussen de Nederlandse langdurige zorg en die van Denemarken, Zweden, Finland en Noorwegen dat in opdracht van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) is uitgevoerd door kennisorganisatie Vilans. Onderzoekers van kennisorganisatie Vilans hebben hun rapport vandaag aangeboden aan de Tweede Kamer en toegelicht aan de leden van de commissie VWS.
De commissie VWS wil lessen trekken uit de ervaringen in Scandinavische landen met zorgtaken en langdurige zorg. De onderzoekers de genoemde landen kwalitatief met elkaar vergeleken op kenmerken als indicatiestelling, bekostiging, technologie, regeldruk, mantelzorg en cliëntondersteuning. Uit het rapport komt ook naar voren dat Nederland op het gebied van technologie minder ver gevorderd is dan de Scandinavische landen, zeker ook als het gaat om de mogelijkheden voor burgers om van hun eigen gegevens gebruik te kunnen maken. Zo zijn in Zweden en Denemarken de persoonlijke gezondheidsdossiers voor alle burgers reeds beschikbaar.
Het onderzoek komt voort uit de kennisagenda die de Tweede Kamer in 2018 is gestart, waarbij de vaste commissies hun kennis- en informatiepositie versterken. In de kennisagenda legt iedere commissie een aantal thema’s vast waarin zij zich verder in wil verdiepen. De kennisagenda commissie VWS kiest voor 2019 onder andere voor het thema ‘Lessen Scandinavische landen zorgtaken en langdurige zorg’. De invulling en uitwerking van dit onderzoek is begeleid door een voorbereidingsgroep, bestaande uit de Kamerleden Vera Bergkamp (D66), Corinne Ellemeet (GroenLinks) en Leendert de Lange (VVD).
Lees hier het rapport: ‘Ouderen- en gehandicaptenzorg in Scandinavië: op zoek naar bronnen voor duurzame vernieuwing’. Dit is de interactieve versie.