Herdenking oud-Kamerlid Gert Schutte
De Tweede Kamer herdacht op dinsdag 8 februari om 14.00 uur Gert Schutte. Hij was van 1981 tot 2001 Kamerlid en fractievoorzitter van het Gereformeerd Politiek Verbond. Schutte overleed op 25 januari 2022 op 82-jarige leeftijd.
Van kruidenierszoon tot Kamerlid
Gert Schutte werd geboren in De Alblasserwaard als oudste zoon van een groot en arm kruideniersgezin. Na de mulo, wat later de mavo werd, ging hij aan de slag als ambtenaar bij verschillende gemeenten. Hij sloot zich aan bij het Gereformeerd Politiek Verbond (GPV) en zat vier jaar lang voor die partij in de Provinciale Staten in Utrecht, tot 1978. In 1981 werd zijn partij ook actief in de Tweede Kamer, Schutte werd verkozen en was de eerste acht jaar het enige Kamerlid voor het GPV. Ruim 2200 keer nam hij deel aan een plenair debat.
Schuttes Kamerlidmaatschap duurde in totaal twintig jaar. In het jaar 2000 fuseerde de partij met de Reformatorische Politieke Federatie en ontstond de ChristenUnie. Schutte werd het ‘staatsrechtelijke geweten van de Tweede Kamer’ genoemd, omdat hij de onderlinge verhoudingen tussen de regering en het parlement bewaakte. Hij verklaarde zelf ooit dat hij chagrijnig werd van die titel, hij vond dat elk Kamerlid die functie zou moeten vervullen.
Een voorbeeld tijdens debatten
“Als politicus viel hij op door zijn genuanceerde en eigen koers bij sociale vraagstukken. Op het immateriële vlak verdedigde hij standvastig orthodoxe stellingen met een beroep op vrijheid en tolerantie. Hij was wantrouwend jegens de dictatuur van de meerderheid”, zei Kamervoorzitter Vera Bergkamp tijdens de herdenking. Tijdens debatten was Schutte volgens haar 'een voorbeeld van degelijke voorbereiding en logisch redeneren, goed luisteren en afgewogen eindoordelen'. Bergkamp refereerde ook aan zijn geloof. “Bijbelse normen bepaalden al zijn handelen. Daarom was de zondag heilig. Geen Kamerstukken, geen journalisten. Vanuit zijn christelijke visie kwam hij op voor sociale zekerheid, zorg en milieu.”
- Lees de volledige toespraak van Kamervoorzitter Bergkamp