Schriftelijke vragen : Het gemeentefonds
Vragen van het lid Vermeer (BBB) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het gemeentefonds (ingezonden 4 april 2025).
Vraag 1
Erkent u dat er fouten zijn gemaakt in de berekening van het accres over het gemeentefonds
bij de overstap naar de andere normeringssystematiek, zoals aangegeven door de Vereniging
van Nederlandse Gemeenten (VNG)? Zo nee, kunt u verklaren waarom de VNG zich wel op
dit standpunt stelt? Is er bij de afspraken over het afschaffen van de oploop van
de Opschalingskorting en het schrappen van de bezuiniging op jeugdzorg afgesproken
dat deze bedragen buiten de accresberekening van de daaropvolgende jaren zou vallen?
Zo nee, waarom heeft het kabinet hiertoe besloten?
Vraag 2
Klopt het dat de voorjaarsramingen van de inflatie in de afgelopen zeven jaar structureel
te laag waren in vergelijking met de werkelijke inflatie? Wat betekent de te lage
raming over 2024 concreet financieel voor gemeenten en provincies? Is dit een structureel
of een incidenteel effect? Met welke middelen moeten gemeenten en provincies dit verschil
opvangen?
Vraag 3
Wat bedoelde u met uw appreciatie op motie van het lid Chakor c.s. ingediend tijdens
het tweeminutendebat over de financiën van decentrale overheden (Kamerstuk 36 600 B, nr. 32)? Wat bedoelde u toen u zei dat de motie overbodig zou zijn omdat u daar al alert
op bent? Kunt u concreet aangeven hoe u alert bent op hetgeen in de motie wordt gevraagd
bij het bepalen van de accrestranches?
Vraag 4
Kunt u deze vragen uiterlijk 9 april aanstaande beantwoorden, zodat de antwoorden
meegenomen kunnen worden in de besluitvorming rond de Voorjaarsnota?
Indieners
-
Gericht aan
J.J.M. Uitermark, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Indiener
Henk Vermeer, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.