Een voorstel
Als het kabinet het met de Tweede Kamer eens is dat er een nieuwe wet moet komen, geeft het kabinet ambtenaren bij een ministerie de opdracht om de wet te schrijven. Een wet over de zorg wordt bijvoorbeeld geschreven door ambtenaren van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport; een wet over belastingen door ambtenaren bij het ministerie van Financiën.
Een eerste versie
Ambtenaren van een ministerie schrijven een eerste versie van de wet: het wetsvoorstel. Bij het wetsvoorstel schrijven ze een toelichting. Daarin wordt uitgelegd waarom de wet er moet komen en wat er precies in staat.
Het wetsvoorstel naar de ministerraad
Alle ministers samen besluiten of het wetsvoorstel wordt ingediend bij de Tweede Kamer. Dit doen ze in de ministerraad: de vergadering met alle ministers. De minister die opdracht heeft gegeven om de wet te schrijven, is verantwoordelijk voor het wetsvoorstel. Hij of zij moet de andere ministers overtuigen dat de wet er moet komen. Als de ministerraad akkoord is met het voorstel, gaat het wetsvoorstel naar de Raad van State voor advies.
Advies van de Raad van State
De Raad van State kijkt of de nieuwe wet goed in elkaar zit en of de wet niet in strijd is met de Grondwet. Het oordeel schrijft de Raad van State op in een advies. De minister bekijkt het advies en laat het wetsvoorstel aanpassen als dat nodig is. Dan kan het wetsvoorstel naar de Tweede Kamer. Mét een Koninklijke Boodschap: een aanbiedingsbrief, ondertekend door de koning.
Een wetsvoorstel van een Tweede Kamerlid
Tweede Kamerleden kunnen ook zelf een wetsvoorstel maken. Dit heet een initiatiefvoorstel. Bij een initiatiefvoorstel is het Kamerlid dat het voorstel indient verantwoordelijk voor het wetsvoorstel, in plaats van de minister. Dit Kamerlid verdedigt het voorstel in de Tweede Kamer, eventueel samen met andere Kamerleden. De minister of staatssecretaris die over het onderwerp gaat, geeft advies. Als de Tweede Kamer het wetsvoorstel goedkeurt, verdedigt het Tweede Kamerlid het voorstel ook in de Eerste Kamer.
Om dit wetsvoorstel te maken is er eerst uitgezocht wat er precies in de donorwet moest staan. Hierbij kun je denken aan: voor wie geldt de wet? Welke keuzes kun je invullen in het Donorregister? Wat betekenen deze keuzes voor nabestaanden? In het voorstel is vervolgens beschreven dat iedereen vanaf achttien jaar geregistreerd werd in het Donorregister. Mensen kunnen daarin zelf aangeven of ze donor willen zijn of niet. Wie hierin geen keuze maakt, wordt automatisch orgaandonor. Het voorstel is op 11 februari 2016 voor het eerst in de plenaire vergadering besproken. Welke stappen zijn hiervoor gezet? Lees meer: een voorstel gaat naar de commissie.
Bent u benieuwd welke nieuwe wetten er worden gemaakt? Bekijk dan alle wetsvoorstellen die op dit moment bij de Tweede Kamer liggen op de pagina Wetsvoorstellen.