Procedurevergadering : Procedurevergadering

Tot op heden hebben zich drie leden (Ten Broeke, Eijsink en Ferrier) aangemeld voor dit gesprek. De commissie besluit het gesprek doorgang te laten vinden.

Aanleiding: Op de agenda van de procedurevergadering van de commissie Buitenlandse Zaken van 15 maart jl. stond geagendeerd de kabinetsreactie op het AIV-briefadvies “Het EVRM: beschermer van burgerlijke rechten en vrijheden?”. De commissie besloot deze kabinetsreactie te agenderen voor het Algemeen Overleg mensenrechten beleid van 11 april a.s. Voorts verzocht de commissie de staf na te gaan wat de stand van zaken is van behandeling van het EHRM-EVRM dossier in de Kamer, m.n. in de vaste commissie voor Veiligheid&Justitie.

Brief kabinet d.d. 3 oktober 2011. Naar aanleiding van verzoeken uit de vaste commissies voor Veiligheid&Justitie en Buitenlandse Zaken heeft de minister van Veiligheid&Justitie, mede namens de minister van Buitenlandse Zaken, de Kamer op 3 oktober 2011 een brief gestuurd houdende het kabinetsstandpunt inzake de hervormingen van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) en de toetreding van de EU tot het EVRM (Kamerstuk 32735, nr. 32).

Algemeen Overleg d.d. 1 februari 2012. De vaste commissie voor Veiligheid&Justitie heeft op 1 februari jl. een AO gevoerd met de minister van V&J over de brief van 3 oktober 2011. Voor dit AO was ook geagendeerd het briefadvies van de AIV “Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens: beschermer van burgerlijke rechten en vrijheden” van 21 november 2011. (verslag gedrukt als Kamerstuk 32317, nr. 108).

Toezegging. Tijdens dit AO heeft de minister van V&J toegezegd om de Kamer binnen drie maanden (en na het overleg met de Eerste Kamer) een brief te sturen over het overleg in het Comité van Ministers van de Raad van Europa over de versterking van de rol van het Hof, de inhoudelijke agenda, de inzet van het kabinet en de concrete onderwerpen waar Nederland het voortouw zal nemen. Voorts verzocht het lid Schouw tijdens de Regeling van 13 maart jl. om een nadere toelichting op de Nederlandse positie over de hervormingen van het EHRM m.n. inzake de griffierechten. In antwoord hierop heeft de minister van V&J de Kamer op 27 maart jl. in een brief geïnformeerd over deze kwestie en enkele andere veranderde omstandigheden in aanvulling op de brief van 3 oktober 2011.

Debat in Eerste Kamer d.d. 14 maart 2012. De Eerste Kamer heeft op 14 maart een beleidsdebat gevoerd met de ministers van V&J, Buitenlandse Zaken en BZK over de toekomst, rol en bevoegdheden van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens en (de toetreding van de EU tot) het EVRM. Ten behoeve van dit debat heeft de minister van V&J de Eerste Kamer op 5 maart een brief gestuurd.

Besluit: De ministers van Buitenlandse Zaken en Veiligheid en Justitie wordt verzocht de Kamer in een brief te informeren over het kabinetsstandpunt over de door de Eerste Kamer na het debat van 14 maart jl. aangenomen motie inzake het EHRM/EVRM, mede in relatie tot eerdere uitspraken van de minister van Buitenlandse Zaken inzake dit onderwerp.