Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Dominicaanse Republiek inzake maritieme afbakening

4 oktober 2022, wetsvoorstel – De Kamer debatteert met minister Hoekstra (Buitenlandse Zaken) over de Rijkswet die de zeegrens tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Dominicaanse Republiek regelt.

Het verdrag legt de afbakening van zeegebieden in het Caribisch gebied vast. Nadat het Koninkrijk der Nederlanden de Dominicaanse Republiek in het verleden voorstelde om te onderhandelen over de afbakening van zeegebieden, is uiteindelijk op uitnodiging van de Dominicaanse Republiek in 2020 gestart met verdragsonderhandelingen. Op 5 juli 2021 is het verdrag gesloten.

Afbakening

Deze afbakening is in overleg met de andere landen binnen het Koninkrijk tot stand gekomen, stelt Sjoerdsma (D66, mede namens CDA) vast. Hij noemt het mooi dat hiermee de internationale grenzen van Aruba en Curaçao bijna helemaal zijn vastgelegd. De consequenties van het verdrag zijn overzichtelijk, zegt Brekelmans (VVD), en betreffen bijvoorbeeld visserij en wetenschappelijk onderzoek.

Het is in ons belang om helderheid te hebben over de verantwoordelijkheden, benadrukt Hoekstra. De afbakening bestendigt volgens de minister de goede relatie met de Dominicaanse Republiek.

Grondstoffen

Bij de wetsbehandeling spreken drie bijzondere gedelegeerden, die zijn aangewezen door de Staten van Curaçao.

Bijzondere gedelegeerde Osepa zegt net als de minister dat de banden tussen de Dominicaanse Republiek en Curaçao sterk zijn. Maar hij vindt het pijnlijk dat Curaçao 35 vierkante kilometer zeegebied heeft verloren. Waarom heeft het Koninkrijk geen onderzoek laten doen naar grondstoffen, zoals olie, in dit specifieke gebied?

Hoekstra noemt de vraag naar grondstoffen begrijpelijk, maar een Nederlandse claim op het gebied ontbrak. Het ligt daarom niet voor de hand om daar onderzoek naar te doen. Het is volgens de minister niet zo dat het Koninkrijk zeegebied heeft ingeleverd. Nederland maakte eerder geen aanspraak op het gebied en heeft ervoor gekozen aan te sluiten bij eerdere afspraken uit 1978.

Inspraak

De inbreng van de Staten bij de totstandkoming van het verdrag is vrijwel nihil geweest, zegt bijzondere gedelegeerde America-Francisca. Het democratische systeem binnen het Koninkrijk is volgens haar aan revisie toe.

De Staten van Curaçao hebben bovendien geen stemrecht over goedkeuring, zegt bijzondere gedelegeerde Thodé, terwijl het verdrag Curaçao direct raakt. Hij wil dat het Caribisch deel van het Koninkrijk in de toekomst een actievere rol krijgt bij onderhandelingen.

Hoekstra benadrukt dat hij openstaat voor verdere gedachtewisselingen. Binnenkort legt hij een werkbezoek af aan het Caribisch gebied.

De Kamer stemt op 11 oktober over het wetsvoorstel.

Zie ook: