Verandering grondwetsbepaling onschendbaarheid brief-, telefoon- en telegraafgeheim
30 maart 2022, wetsvoorstel - De Kamer debatteert met minister Bruins Slot (Binnenlandse Zaken) over het aanpassen van het artikel in de Grondwet over het brief-, telefoon- en telegraafgeheim.
In artikel 13 van de Grondwet is al lang geleden de onschendbaarheid van het brief-, telefoon- en telegraafgeheim vastgelegd. Maar tegenwoordig communiceren we vaak via andere kanalen, bijvoorbeeld internet. Daarom past de regering het artikel zo aan dat de gebruikte techniek om te communiceren niet meer van belang is.
Steun en vragen
We moeten de Grondwet bij de tijd gaan brengen, zegt Strolenberg (VVD): artikel 13 is hopeloos verouderd. Het is goed dat ook digitale berichten nu formeel onder de Grondwet gaan vallen. Artikel 13 bevat een fundamenteel uitgangspunt van onze rechtsstaat, benadrukt Maatoug (GroenLinks). Zij steunt de aanpassing.
Wie weet nog wat een telegraaf is? Ook Dekker (D66) vindt het belangrijk dat het grondwetsartikel over het communicatiegeheim wordt gemoderniseerd. In hoeverre worden verkeersgegevens ook beschermd door het grondwetsartikel?
Zijn alle huidige en toekomstige vormen van communicatie beschermd? Koekkoek (Volt) vraagt zich dat af. Ook vraagt zij naar de samenhang met de Europese ePrivacy Verordening.
We hebben gekozen voor een techniekneutrale formulering van het nieuwe artikel 13, zegt Bruins Slot. Zij heeft er vertrouwen in dat toekomstige vormen van communicatie eronder zullen vallen. Ook verkeersgegevens worden beschermd, verzekert de minister, door artikel 13 of artikel 10. De ePrivcay Verordening is volgens haar vooral gericht op hoe private partijen communicatie moeten beschermen.
Nationale veiligheid
Het communicatiegeheim is niet absoluut. Er mag inbreuk op worden gemaakt wanneer de nationale veiligheid in het geding is. Maar wanneer is dat het geval? Onder anderen Leijten (SP), die zich ook zorgen maakt over metadata, vraagt zich dat af.
Onder bepaalde omstandigheden is een inbreuk op het communicatiegeheim gelegitimeerd, zegt minister Bruins Slot. Dit moet in een wet worden geregeld en het kan worden getoetst door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.
Bij een grondwetswijziging geldt een extra zware procedure. Het parlement moet er twee keer een beslissing over nemen, in zowel de Tweede als de Eerste Kamer. In de tweede ronde moet bovendien een tweederdemeerderheid instemmen met de wijziging. Het debat over de zogenaamde eerste lezing van deze grondwetswijziging was op 12 april 2017. De stemming over het wetsvoorstel, de tweede lezing, is op 5 april.
Zie ook:
- Het overzicht van de laatste debatten in het kort
- De geredigeerde woordelijke verslagen van Kamervergaderingen (het stenogram). Deze zijn maximaal vier uur na het uitspreken beschikbaar.
- Kijk debatten terug via Debat Gemist of Debat Direct