Initiatief over maximumaantal moties

23 januari 2025, debat - De Kamer debatteert over het plan om een grens te stellen aan het aantal moties dat een partij ieder jaar mag indienen.

Bontenbal (CDA) stelt voor om in het Reglement van Orde, waarin de regels staan over de gang van zaken in de Kamer, vast te leggen dat elke fractie jaarlijks 150 moties mag indienen, plus één extra motie per fractielid. Een fractie van tien leden kan dan 160 moties indienen. Daarnaast zet de initiatiefnemer in op een maximum van twee moties per fractie per debat, behalve bij wetgevingsoverleggen.

Het doel is om het aantal moties te halveren ten opzichte van het record van 5.011 moties in 2022. Met moties kan de Kamer het kabinet bijvoorbeeld oproepen om beleid te wijzigen.

Effectiviteit moties

De motie is nu een bot instrument, claimt het voorstel: het wordt te vaak ingezet als politiek statement richting de eigen achterban en te weinig als middel om het kabinet op te roepen tot beleidsverandering. Maar bij welk aantal is de motie dan niet meer bot, wil Dassen (Volt) weten.

De motie heeft aan kracht ingeboet, meent Van Dijk (CDA), ook verwijzend naar de conclusies uit een rapport van de commissie-Van der Staaij uit 2021. Ze spreekt van "motie-inflatie": meer is niet altijd beter.

Het instrument is bot geworden, erkent Eerdmans (JA21): een minister schrikt er niet meer van. Hij steunt een quotum en wijst erop dat Kamerleden nog genoeg andere mogelijkheden hebben om het kabinet bij te sturen, zoals amendementen en schriftelijke vragen.

Stoffer (SGP) gaat niet mee in de "beeldvorming" van de motie als ineffectief instrument. Hij benadrukt dat de kracht van de motie vooral afhankelijk is van het moment van indienen en de inhoud.

Controlerende taak

Wat als een fractie een motie van wantrouwen wil indienen maar de moties op zijn? Een motiequotum leidt ertoe dat de Kamer de regering moeilijker kan controleren, constateert Lahlah (GroenLinks-PvdA).

Postma (NSC) benadrukt dat het parlement beleid moet kunnen bijsturen of tegenhouden, zonder gebrek aan middelen. Dat is onderdeel van de controlerende taak. Het aantal toegenomen moties moet daarom misschien wel worden toegejuicht, stelt ze.

Niet alle moties verdienen de Nobelprijs, meent Markuszower (PVV), maar ze geven het parlement tanden ten opzichte van de regering: met moties kan het parlement niet alleen blaffen, maar ook bijten.

Verantwoordelijkheid Kamer en kabinet

Kamminga (VVD) roept op tot zelfreflectie: Kamerleden moeten kritischer beoordelen of moties toegevoegde waarde hebben en elkaar daar scherp op houden. Als ambtenaren met veel moties tegelijk aan de slag moeten, komt dat de efficiëntie volgens haar ook niet ten goede.

Vermeer (BBB) vindt dat vooral de "motiecultuur" moet veranderen. Niet alleen Kamerleden moeten in zijn ogen in de spiegel kijken, maar ook het kabinet: dat moet beter opvolging geven aan aangenomen moties.

Ergin (DENK) onderstreept dat het kabinet de wensen van de Kamer serieuzer moet nemen. Want als moties niet worden uitgevoerd, leidt dat weer tot nieuwe moties, analyseert hij.

Grondwet

Het voorstel is in strijd met artikel 67 van de Grondwet, betoogt Van Nispen (SP). Een maximering van het aantal moties beperkt de Kamer in de vrijheid om te beraadslagen over een onderwerp, vindt hij.

Artikel 67 heeft het niet specifiek over moties, zegt Ceder (ChristenUnie), maar als je moties al in augustus op zijn, kun je niet meer volwaardig deelnemen aan de beraadslaging.

Het debat over de wijziging van het Reglement van Orde wordt op 30 januari voortgezet met de reactie van de initiatiefnemer op de inbreng van de Kamer.

Zie ook:

  • Het overzicht van de laatste debatten in het kort.
  • De geredigeerde woordelijke verslagen van Kamervergaderingen (het stenogram). Deze zijn maximaal vier uur na het uitspreken beschikbaar.
  • Kijk debatten terug via Debat Direct.