Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Eerdmans over het diversiteits-, gender- en inclusiebeleid binnen diverse uitvoeringsinstanties

Antwoord van Minister Madlener (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 24 februari
2025). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2024–2025, nr. 1372. Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2024–2025, nr. 1378.

Vraag 1 t/m 8

Kunt u voor uw uitvoeringsorganisatie(s) zo specifiek mogelijk inzichtelijk maken
hoeveel geld er de komende jaren zal worden besteed aan diversiteits-, gender-, en
inclusiebeleid?1

Kunt u voor uw uitvoeringsorganisatie(s) zo specifiek mogelijk inzichtelijk maken
hoe het diversiteits-, gender- en inclusiebeleid de komende jaren wordt vormgegeven?
Bent u voornemens dit beleid binnen uw uitvoeringsorganisatie(s) te intensiveren of
af te bouwen?

Kunt u voor uw uitvoeringsorganisatie(s) inzichtelijk maken welke diversiteits-, gender-,
en inclusiecursussen er worden aangeboden?

Is er de afgelopen jaren op uw uitvoeringsorganisatie(s) sprake geweest van het weghalen
van kunstobjecten, omdat deze bijvoorbeeld «niet meer van deze tijd» zouden zijn?

Kunt u zo specifiek mogelijk inzichtelijk maken in hoeverre uw uitvoeringsorganisatie(s)
een gender-en diversiteitsquotum hanteert voor uw personeel?

Op welke manier wordt het succes van het diversiteits-, gender- en inclusiebeleid
binnen uw uitvoeringsorganisatie(s) gemeten? Welke criteria of key performance indicators
(KPI's) hanteert u om het beleid te beoordelen?

Kunt u inzichtelijk maken welke externe organisaties of consultants zijn ingehuurd
om uw uitvoeringsorganisatie(s) te adviseren over diversiteits-, gender- en inclusiebeleid?
Wat waren de kosten en uitkomsten van deze adviezen?

Zou u de beantwoording per uitvoeringsinstantie afzonderlijk kunnen aanleveren?

Antwoord 1 t/m 8

Het Kamerlid heeft eerdere soortgelijke vragen gesteld. Deze zijn beantwoord op 14 januari
2025 (kenmerk 2024Z16982). Bijlage 7 van die brief betrof het antwoord van het Ministerie van Infrastructuur
en Waterstaat. Daarin is ingegaan op de situatie binnen het gehele ministerie, inclusief
Rijkswaterstaat.

Aangezien er geen andere informatie beschikbaar is, wordt daarom verwezen naar de
informatie die op 14 januari al met de Kamer is gedeeld.