Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Vermeer over de tijdsplanning van het wetsvoorstel overgang pensioenaanspraken politieke ambtsdragers naar het nieuwe pensioenstelsel
Vragen van het lid Vermeer (BBB) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de tijdsplanning van het wetsvoorstel overgang pensioenaanspraken politieke ambtsdragers naar het nieuwe pensioenstelsel (ingezonden 31 januari 2025).
Antwoord van Minister Uitermark (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
21 februari 2025).
Vraag 1
Bent u bekend met de tijdsplanning van het wetsvoorstel overgang pensioenaanspraken
politieke ambtsdragers naar het nieuwe pensioenstelsel van uw ambtsvoorganger?1
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met de tijdsplanning van het wetsvoorstel. De tijdsplanning is te
vinden in bijlage 2 van de Kamerbrief van 3 juni 2024 (Kamerstukken II 2023/23 32 043, nr. 651).
Vraag 2 en 3
Kunt u toelichten waarom er nog geen concreet wetsvoorstel ter consultatie is voorgelegd
om de pensioenen vanuit de Algemene pensioen- en uitkeringswet politieke ambtsdragers
(APPA) onder het nieuwe pensioenstelsel te laten vallen?
Kunt u aangeven waarom het tijdsplan van uw ambtsvoorganger vertraging heeft opgelopen?
Antwoord 2 en 3
De reden dat de consultatie nog niet plaats heeft kunnen vinden is de kabinetswissel
en de complexe juridische en technische vraagstukken die spelen bij de overgang van
de APPA-regeling naar het nieuwe pensioenstelsel. Dit zal zo snel mogelijk gebeuren.
Ik verwacht de Kamer het wetsvoorstel te kunnen aanbieden in de loop van 2025.
Vraag 4 en 5
Wat is de reden dat dit traject niet direct na het sluiten van het pensioenakkoord
in gang is gezet?
Hoe verklaart u dat politieke ambtsdragers op dit moment nog niet onder het nieuwe
pensioenstelsel vallen, terwijl dit voor reguliere pensioendeelnemers al in gang is
gezet?
Antwoord 4 en 5
Het pensioenakkoord is een afspraak tussen het kabinet en werkgevers- en werknemersorganisaties
over de herziening van ons pensioenstelsel. Hierin schetsten betrokken partijen de
contouren van een nieuw pensioenstelsel en de maatregelen die nodig zijn voor de overstap
op dat nieuwe stelsel.
Politieke ambtsdragers hebben echter een eigen wettelijke pensioenregeling. Nadat
het pensioenakkoord was gesloten en de voorbereidingen voor de uitwerking van het
Pensioenakkoord in de Wet toekomst pensioenen startten, is tegelijkertijd begonnen
met het uitwerken van ideeën voor de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel voor
politieke ambtsdragers.
Het kabinet heeft tegen deze achtergrond een ambtelijke interdepartementale werkgroep
van de vier betrokken Ministeries (Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Financiën, BZK
en Defensie) medio 2022 de opdracht gegeven om te komen tot een oplossing voor de
overdracht van de begrotingsgefinancierde pensioenen (behalve de pensioenen van politieke
ambtsdragers zijn ook de pensioenen van militairen van voor 2001 begrotingsgefinancierde).
De werkgroep heeft affinancieren en invaren geadviseerd aangezien deze optie volledig
in lijn is met het uitgangspunt van de Wtp om bestaande en toekomstige pensioenaanspraken
over te dragen naar het nieuwe pensioencontract. Vervolgens heeft het kabinet in een
brief de consequenties voor de Appa van deze oplossingsrichting beschreven. In de
brief is het wetsvoorstel aangekondigd.
Deze overgang naar het nieuwe pensioenstelsel is een complex proces. Die overgang
kan niet op dezelfde manier worden ingericht als voor reguliere pensioendeelnemers.
Het streven blijft er op gericht om de Aanpassingswet Appa volledig in werking te
laten treden per 1 januari 2028.
Vraag 6
Welke stappen moeten nog worden doorlopen voordat het wetsvoorstel voor de wijziging
van de APPA-regeling kan worden ingediend bij de Tweede Kamer?
Antwoord 6
Zoals gezegd is de overgang naar een nieuw pensioenstelsel een juridisch en technisch
ingewikkeld proces met veel betrokken partijen. Dit vraagt de nodige afstemming in
informeel overleg met betrokken partijen zoals de decentrale overheden, de Appa-uitvoeringsorganisaties
en ABP. Een interbestuurlijke werkgroep van BZK en de bestuurlijke koepels geeft dit
overgangsproces vorm.
De pensioenen van politieke ambtsdragers worden namelijk in het huidige stelsel achteraf
uit de begrotingen van overheidsinstellingen betaald. Om de overstap naar fondsfinanciering,
wat verplicht is in het nieuwe stelsel, mogelijk te maken is het noodzakelijk om eerder
opgebouwde pensioenaanspraken af te financieren door middel van een eenmalige kapitaalstorting
aan ABP. Om in kaart te brengen wat de financiële gevolgen voor het Rijk en de decentrale
overheden voor deze overgang zijn, loopt er nu in opdracht van het Ministerie van
BZK en in samenwerking met VNG, IPO en de Unie van Waterschappen een onderzoek. Dat
is van belang om de financiële implicaties van het wetsvoorstel te kunnen schetsen.
Vraag 7 en 8
Wat is de huidige concrete tijdsplanning voor dit wetsvoorstel, uitgedrukt in maanden?
Hoe verhoudt de voortgang van deze wetswijziging zich tot de invoering van het nieuwe
pensioenstelsel voor andere groepen?
Antwoord 7 en 8
Voor het doorlopen van de stappen en een concrete tijdsplanning verwijs ik naar bijlage
2 van de Kamerbief van 3 juni 2024 (Kamerstukken II 2023/23 32 043, nr. 651).
Vraag 9
Deelt u de mening dat het uitstel van deze wijziging lastig uit te leggen is aan de
«gewone» pensioendeelnemers die al wel onder de nieuwe regels vallen?
Antwoord 9
Zie antwoord vraag 4 en 5.
Vraag 10
Wat doet uw ministerie om de voortgang van deze wetswijziging te bespoedigen?
Antwoord 10
Deze mening deel ik niet. Politieke ambtsdragers vallen vanwege hun bijzondere functie
in een eigenstandige wettelijke pensioenregeling. De Wet toekomst pensioenen geldt
in beginsel niet voor de pensioenregeling voor politieke ambtsdragers.
Maar de ingeslagen weg voor de pensioenen van politieke ambtsdragers heeft als consequentie
dat op dezelfde wijze als voor alle werknemers die onder de Wtp vallen ook alle pensioenaanspraken
van degenen die hebben besloten tot invoering van het nieuwe pensioenstelsel – bewindspersonen
en Tweede Kamerleden – worden overgezet naar het nieuwe pensioenstelsel. Een uitzonderingspositie
voor politieke ambtsdragers wordt op deze wijze juist voorkomen.
Dit is ook in lijn met het uitgangspunt uit de integrale visie rechtspositie politieke
ambtsdragers uit 2015. Daarin wordt gesteld dat er geen aanleiding meer is om de pensioenaanspraken
van politieke ambtsdragers en de financiering daarvan te laten verschillen van werknemers
die onder de verplichtstelling vallen voor hun pensioenvoorziening.
Vraag 11
Wanneer wordt het wetsvoorstel uiterlijk bij de Tweede Kamer ingediend?
Antwoord 11
Het wetsvoorstel is in voorbereiding. Op dit moment wordt er een gezamenlijk onderzoek
uitgevoerd door BZK, VNG, IPO en de Unie van waterschappen, om de financiële implicaties
van de kapitaaloverdracht in kaart te brengen voor decentrale overheden.
Vraag 12
Wanneer wordt het wetsvoorstel uiterlijk bij de Tweede Kamer ingediend?
Antwoord 12
Ik verwijs hierbij naar de aan de Tweede Kamer aangeboden planning. De bedoeling is
dat in de loop van 2025 het wetsvoorstel zal worden aangeboden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.J.M. Uitermark, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.