Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Ergin over het bericht ‘Kamermotie over onderzoek naar Nederlanders met migratieachtergrond maakt veel los’
Vragen van het lid Ergin (DENK) aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht «Kamermotie over onderzoek naar Nederlanders met migratieachtergrond maakt veel los» (ingezonden 6 december 2024).
Antwoord van Staatssecretaris Nobel (Sociale Zaken en Werkgelegenheid), mede namens
de Minister-President en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid (ontvangen
10 december 2024).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Kamermotie over onderzoek naar Nederlanders met migratieachtergrond
maakt veel los»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe rechtvaardigt het kabinet een onderzoek dat specifiek Nederlanders met een migratieachtergrond
eruit pikt, terwijl sociaal-economische problematiek alle groepen in de samenleving
treft?
Antwoord 2
Als aangegeven in de schriftelijke reactie moties WGO 25 november voert het SCP op
verzoek van het Ministerie van SZW periodiek grootschalig veldwerk uit onder de groepen
zonder en met migratie achtergrond waarmee de positie en ontwikkeling in sociaal-culturele
oriëntaties van de bevolking in Nederland in kaart wordt gebracht.
Het onderzoek Samenleven in Meervoud (SIM) van het Sociaal en Cultureel Planbureau
(SCP) maakt onderdeel uit van een langjarige traditie van surveyonderzoek dat in de
afgelopen decennia is uitgevoerd. Het doel van deze surveys was om inzicht te verwerven
in de integratie van migrantengroepen en de factoren die hierop van invloed waren.
Daarmee bood dit type onderzoek gelegenheid om ontwikkelingen op het vlak van integratie
te kunnen beschrijven en verklaren.
Zo wordt op een wetenschappelijk verantwoorde manier feiten verzameld over de gehele
Nederlandse bevolking wat kan helpen bij beleidsvorming en het evalueren van beleid.
Vraag 3, 4, 5, 6, 7 en 9
Is het kabinet zich bewust van de impliciete boodschap die uitgaat van een dergelijk
onderzoek, namelijk dat Nederlanders met een migratieachtergrond als een «probleemgroep»
worden neergezet? Wat is uw reactie hierop?
Hoe reflecteert het kabinet op de impact die deze motie kan hebben op de sociale cohesie
en het gevoel van veiligheid en verbondenheid onder Nederlanders met een migratieachtergrond?
Hoe plaatst het kabinet dit onderzoek in de bredere historische context van data-analyse
en beleid gericht op specifieke groepen, en welke lessen trekt het kabinet uit eerdere
schandalen, zoals de toeslagenaffaire?
Welke concrete stappen onderneemt het kabinet om ervoor te zorgen dat dit onderzoek
niet leidt tot een verdere verslechtering van het vertrouwen tussen Nederlanders met
een migratieachtergrond en de overheid?
Hoe denkt het kabinet deze motie en het onderzoek te verantwoorden aan de samenleving,
vooral aan degenen die zich door deze benadering buitengesloten of gestigmatiseerd
voelen?
Welke risico’s ziet het kabinet op het gebied van maatschappelijke polarisatie als
gevolg van deze motie, en hoe wil het deze risico’s beperken?
Antwoord 3, 4, 5, 6, 7 en 9
Het kabinet hecht er aan met deze beantwoording een duidelijker beeld te schetsen
van doel en opzet van de SCP onderzoeken. Het is belangrijk om feitelijk te spreken
over wat dit type onderzoek behelst.
Het is goed om duidelijk te schetsen wat dergelijk onderzoek, zoals binnen het SCP
traject «Samenleven in Meervoud», behelst. Het betreft langjarig en grootschalig onderzoek
onder de gehele bevolking, en betreft daarmee zowel mensen met als zonder migratieachtergrond.
Met dit onderzoek wordt de positie en ontwikkeling in de sociaal-culturele oriëntaties
van de gehele bevolking in Nederland in kaart gebracht. Respondenten doen anoniem
en vrijwillig mee aan dit soort enquête onderzoek. Uiteindelijk is dit soort onderzoek
bedoeld om onze informatiepositie en ons beleid op het gebied van integratie en samenleven
te versterken. Het is juist bedoeld om ons als samenleving verder te helpen.
Het kabinet heeft de motie zo geïnterpreteerd dat het bestaande onderzoek en werkwijze
van de SCP het uitgangspunt is. De motie kon met deze interpretatie van het kabinet,
«oordeel kamer» worden gegeven en is met deze appreciatie in stemming gebracht
Het kabinet constateert dat de motie veel commotie te weeg heeft gebracht in de samenleving.
Het kabinet zal de uitvoering van de motie heel zorgvuldig ter hand nemen.
Vraag 8
Is het kabinet bereid om het onderzoek te verbreden naar groepen Nederlanders zonder
migratieachtergrond?
Antwoord 8
Dit gebeurt al. Zoals boven beschreven zien de SCP onderzoeken op de gehele bevolking.
Het doen van onderzoek naar opvattingen onder de gehele Nederlandse bevolking hoort
tot de kernopdracht van het SCP.
Vraag 10, 11 en 12
Gaat het kabinet alternatieve benaderingen overwegen om de vermeende problematiek
te onderzoeken, zonder groepen specifiek te benoemen en mogelijk te stigmatiseren?
Op welke wijze garandeert het kabinet dat de wensen van de Kamer de wetenschappelijke
onafhankelijkheid van het SCP niet ondermijnen? Kan het kabinet uitsluiten dat politieke
agenda’s dit onderzoek sturen of misbruiken voor polarisatie?
Is het kabinet zich bewust van de ethische grenzen die overschreden kunnen worden
bij het expliciet in kaart brengen van religieuze en culturele waarden, en wat is
de reactie op de kritiek dat dit een vorm van etnische profilering is?
Antwoord 10, 11 en 12
De aanwijzingen voor de Planbureaus uit 2012 bepalen hoe de drie planbureaus in Nederland,
waaronder het SCP, opereren. Conform deze aanwijzingen heeft het SCP de taak om op
het terrein van het sociaal en cultureel welzijn in Nederland wetenschappelijke verkenningen
te verrichten, bij te dragen aan een verantwoorde keuze van beleidsdoelen en informatie
te verwerven met betrekking tot de uitvoering van interdepartementaal beleid, om de
evaluatie van deze uitvoering mogelijk te maken.
Zoals ook in de appreciatie is aangegeven is recentelijk aan het SCP de opdracht verstrekt
om het SIM voor de periode 2025/2026 te actualiseren.
Vraag 13
Is het kabinet bereid, gezien de vele bezwaren vanuit de samenleving, om haar standpunt
omtrent deze motie te heroverwegen?
Antwoord 13
Het kabinet ziet geen aanleiding om het standpunt ten aanzien van het doen van al
decennia lopend onderzoek naar integratie en samenleven te heroverwegen. Daarbij blijft
het van belang om te benadrukken dat dit type onderzoek plaatsvindt onder de totale
bevolking dus met en zonder migratieachtergrond en dient om bredere trends inzichtelijk
te maken en dat het onderzoek nooit leidt tot informatie die naar individuen of hun
opvattingen herleidbaar is.
Vraag 14
Kunt u deze vragen voor de tweede termijn van het debat over de Staatscommissie demografische
ontwikkelingen beantwoorden?
Antwoord 14
De vragen zijn zo spoedig mogelijk na ontvangst beantwoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.N.J. Nobel, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Mede namens
T.H.D. Struycken, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid -
Mede namens
H.W.M. Schoof, minister-president
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.