Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van Nispen en Sneller over het bericht ‘Overheid verzwijgt informatie over advocatenneef Taghi, AD stapt naar de rechter’
Vragen van de leden Van Nispen (SP) en Sneller (D66) aan de Minister en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het bericht «Overheid verzwijgt informatie over advocatenneef Taghi, AD stapt naar de rechter» (ingezonden 4 oktober 2024).
Antwoord van Staatssecretaris Coenradie (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 2 december
2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2024–2025, nr. 392.
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht dat al veel eerder meer belastende informatie bekend
was over de advocaat en tevens neef van Ridouan Taghi? Kloppen de in het artikel genoemde
feiten en beweringen? Zo nee, wat is er niet juist?1
Antwoord 1
Uw Kamer heeft eerder naar deze informatie gevraagd.2 Daarom verwijs ik naar de eerdere informatie die door mijn voorganger is verstrekt.3 Alle betrokken instanties hebben in de periode dat Youssef T. zich als advocaat meldde
bij de EBI in Vught informatie uitgewisseld met als doel tot zorgvuldig onderbouwde
besluitvorming te komen over het verzoek om Youssef T. als advocaat toe te laten tot
de EBI. Zo is ook door politie en OM overwogen om de hiervoor genoemde informatie
te delen met de Deken. Gelet op de aard en inhoud van de politiemutaties die er tegen
Youssef T. lagen, zou dit echter onvoldoende aanknopingspunten hebben geboden voor
een Deken om een onderzoek tegen een advocaat te starten.
Vraag 2
Waarom is steeds volgehouden dat er geen mogelijkheid was deze advocaat de toegang
tot de Extra Beveiligde Inrichting (EBI) te ontzeggen?4
Antwoord 2
Het besluit om Youssef T. in zijn hoedanigheid als advocaat de toegang tot de EBI
te weigeren is genomen na aanwijzingen dat hij zijn geprivilegieerde positie zou hebben
misbruikt door misbruik te maken van de geheimhouderstelefoon. De deken deed als toezichthouder
naar aanleiding van een signaal van het OM onderzoek naar deze aanwijzingen. Gedurende
dit onderzoek is, ter bescherming van de openbare orde, de nationale veiligheid en
ter voorkoming van strafbare feiten, Youssef T. de toegang ontzegd. De deken heeft
in zijn onderzoek geconcludeerd dat er geen aanwijzingen waren dat de advocaat misbruik
had gemaakt van zijn geprivilegieerde positie. Daarmee verviel de grond waarop Youssef
T. de toegang werd ontzegd.
Vraag 3 en 4
Waarom zijn journalisten die hier onderzoek naar deden tegengewerkt? Is het voor u
een ongemakkelijke waarheid dat er al veel eerder meer concrete informatie was, maar
deze niet gedeeld is tussen instanties waardoor het bezoek van deze advocaat aan de
EBI onnodig lang heeft geduurd met alle risico’s en gevolgen van dien? Vindt u dat
een goede grond om informatie te weigeren? Zo nee, wat zijn dan wel precies uw redenen
en argumenten om hier maar zo beperkt openheid over te verschaffen?
Waarom zijn de termijnen van de Wet Open Overheid in deze kwestie overschreden? Hoeveel
is er betaald aan dwangsommen? Waarom laat u het zo ver komen dat er nu zelfs een
juridische procedure moet worden gestart?
Antwoord 3 en 4
Ik herken mij niet in het geschetste beeld dat er sprake zou zijn geweest van tegenwerking
van journalisten. Het verzoek is conform de geldende regelgeving van de Wet Open Overheid
behandeld. Op 28 oktober jl. heeft de rechtbank uitspraak gedaan in deze procedure;
deze uitspraak wordt momenteel nader bestudeerd. Nu dit een lopende procedure betreft
kan ik hier niet inhoudelijk op ingaan.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
I. Coenradie, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.