Schriftelijke vragen : Het bezoek van de Minister van Buitenlandse Zaken uit Iran aan Nederland
Vragen van het lid Van der Burg (VVD) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het bezoek van de Minister van Buitenlandse Zaken uit Iran aan Nederland (ingezonden 29 november 2024).
Vraag 1
Deelt u de mening dat Iran een onderdrukkend regime is dat niet alleen zijn eigen
bevolking systematisch onderdrukt, maar ook een destabiliserende en bedreigende rol
speelt in de internationale gemeenschap?
Vraag 2
Waarom heeft u ervoor gekozen om een ontmoeting aan te gaan met de Minister van Buitenlandse
Zaken van Iran, terwijl dit regime bekendstaat om systematische onderdrukking en destabilisatie?
Vraag 3
Hoe kijkt u naar de timing van uw gesprek met de Iraanse Minister van Buitenlandse
Zaken, terwijl uw bezoek aan Israël eerder geannuleerd is?
Vraag 4
Met een kwaadaardig regime als Iran zouden geen gezamenlijke belangen moeten bestaan
om te bespreken, deelt u deze mening? Toch wordt gesuggereerd door een Iraans medium
dat er gezamenlijke belangen besproken zijn, om welke belangen gaat het en hoe is
dat te rechtvaardigen?
Vraag 5
Heeft u Iran tijdens het gesprek stevig aangesproken op hun systematische onderdrukking
van burgers, hun destabiliserende invloed in het Midden-Oosten, hun militaire steun
aan Rusland in de oorlog tegen Oekraïne en hun ambities om nucleaire wapens te ontwikkelen?
Zo ja, wat was de reactie van de Iraanse Minister?
Vraag 6
Hoe heeft Nederland in dit gesprek de zorgen geuit van de Iraanse diaspora in Nederland,
die zich vaak uitgesproken tegen het regime uitspreekt?
Vraag 7
Wat zijn de concrete resultaten van deze ontmoeting? Zijn er toezeggingen gedaan door
Iran, bijvoorbeeld op het gebied van mensenrechten, nucleaire ontwapening of regionale
stabiliteit?
Vraag 8
Hoe valt deze ontmoeting te rijmen met het streven naar een harder optreden tegen
Iran?
Indieners
-
Gericht aan
C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken -
Indiener
Eric van der Burg, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.