Brief regering : Appreciatie van de motie van het lid Palmen over met de resterende middelen van de envelop Groepen in de knel de aanmanings- en incassokosten bij boetes verlagen (Kamerstuk 36600-VI-86)
36 600 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2025
29 398
Maatregelen verkeersveiligheid
Nr. 112
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARISSEN VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 november 2024
Tijdens de begrotingsbehandeling van het Ministerie van Justitie en Veiligheid op
donderdag 21 november 2024 is door het Kamerlid Palmen (NSC) een motie ingediend.1 De motie verzoekt de regering de eventuele verlaging van de ophogingenpercentages
bij verkeersboetes op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften
(Wahv) te betrekken bij de voorjaarsnota en de kosten hiervoor te dekken binnen de
resterende middelen van de envelop «Groepen in de knel».
De Staatssecretaris Rechtsbescherming heeft toegezegd deze motie voorafgaand aan de
begrotingsbehandeling van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid schriftelijk
te appreciëren. Met deze brief van de Staatssecretaris Rechtsbescherming en de Staatssecretaris
van Justitie en Veiligheid wordt de toezegging gestand gedaan. Daarnaast wordt in
deze brief voldaan aan het informatierverzoek van het lid Lahlah (GL-PvdA) met betrekking
tot de besteding van de middelen uit de hierboven genoemde envelop.
Wij kunnen de motie «oordeel Kamer» geven als de motie zo mag worden geïnterpreteerd dat een eventuele verlaging van
de ophogingenpercentages bij Wahv-boetes tijdens de aankomende voorjaarsbesluitvorming
meegewogen wordt als onderwerp bij de integrale besluitvorming over de invulling van
de resterende middelen van de envelop «Groepen in de knel».
Het verlagen van de ophogingenpercentages bij Wahv-boetes vinden we een sympathiek
voorstel. Zoals in de brief van 18 november 2024 is gemeld naar aanleiding van een
andere motie van het lid Palmen hebben wij het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB)
gevraagd scenario’s voor verlaging van de ophogingenpercentages uit te werken.2 Uw Kamer wordt hierover in het eerste kwartaal van 2025 nader geïnformeerd.
De dekking genoemd in de motie die tijdens de begrotingsbehandeling is ingediend,
de envelop «Groepen in de knel», betreft een post op de begroting van het Ministerie
van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. In de Miljoenennota 2025 heeft het kabinet invulling
gegeven aan een gedeelte van deze envelop uit het Hoofdlijnenakkoord. Deze invulling
is gedeeld met uw Kamer.3 Hiernaar is ook verwezen in de beantwoording van Kamervraag 179 bij de begroting
van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.4
Onderstaande tabel toont de nog niet bestemde middelen uit de envelop.
x € 1 mln.
2025
2026
2027
2028
2029
2030
Struc.
Reservering voorjaar
189
97
141
128
102
102
404
In de Miljoenennota is aangegeven dat voor de resterende middelen verschillende beleidsopties
worden uitgewerkt.5 De besluitvorming over deze nog niet bestemde middelen6 uit de envelop «Groepen in de knel» zal mede op basis van de door het CJIB uitgewerkte
scenario’s en in samenhang met de andere beleidsinitiatieven in het voorjaar van 2025
integraal en in samenspraak met de collega-bewindspersonen bij SZW worden gewogen.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, T.H.D. Struycken
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
I. Coenradie
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
T.H.D. Struycken, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid -
Mede ondertekenaar
I. Coenradie, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid