Brief regering : Herziening begroting, nieuwe planning en financiële verwachting programma GrIT
35 728 Programma Grensverleggende IT (GrIT)
Nr. 18 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 december 2024
Inleiding
Digitalisering van de krijgsmacht is één van de pijlers waarop succesvolle multinationaal
en multidomein inzet van de krijgsmacht in het kader van hoofdtaak 1 rust. De geopolitieke
ontwikkelingen vragen meer en meer om een IT-infrastructuur van Defensie die in staat
moet zijn om onder wijzigende omstandigheden te blijven functioneren (last IT standing).
Een ontwikkeling die bevestigd wordt door de ervaringen in hedendaagse conflicten
zoals in de Oekraïne, waarbij het belang van digitalisering duidelijk is geworden.
Het programma Grensverleggende IT (GrIT) vervangt en moderniseert een groot deel van
de huidige IT-infrastructuur waardoor de vereiste digitalisering mogelijk wordt gemaakt.
In mijn brief van 2 oktober 2024 betreffende de vijfde voortgangsrapportage van het
programma Grensverleggende IT (GrIT)1, heb ik aangegeven dat de herijking van het programma zou leiden tot een herziening
van de business case. Uit de uitgevoerde herziening is gebleken dat de herijking van
het programma heeft geleid tot een aangepaste planning en begroting. Hierbij heb ik
toegezegd om de nieuwe integrale planning en herijkte begroting van het totale programma,
eind 2024 met uw Kamer te delen. Met deze brief voldoe ik aan deze toezeggingen. Via
de halfjaarlijkse voortgangsrapportage blijf ik uw Kamer informeren over belangrijke
wijzigingen binnen het programma GrIT. Tevens beantwoord ik in bijlage 2 de vragen
die uw Kamer op 7 november 2024 heeft gesteld2 naar aanleiding van de vijfde voortgangsrapportage GrIT.
Gelijktijdig met de herijking van het GrIT-programma heeft Defensie ervoor gekozen
om de begroting van het programma GrIT in lijn te brengen met andere grote programma’s.
Deze begroting (voorheen business case) bestaat om die reden uit de posten investeringen,
een risicoreservering op deze investeringen en de exploitatie nieuwe IT.
De herijking van GrIT toont positieve resultaten. GrIT levert duidelijk meerwaarde
voor de krijgsmacht, met als belangrijkste mijlpaal de oplevering in juni van dit
jaar van het Twin Datacenter (Blok BR-025 van het programma). Daarnaast is de vernieuwde
hardware laag van de virtuele desktopinfrastructuur (VDI) op de defensiewerkplekken
direct merkbaar door eindgebruikers. Dit betekent dat voor 63.000 gebruikers het op
afstand werken op de Defensie MULAN-omgeving (de standaard kantooromgeving van Defensie)
sneller en bedrijfszekerder werkt. Ook is de eerste release (proof of concept) van
een verkleinde serveromgeving voor gebruik onder operationele omstandigheden (de XS-box)
opgeleverd. Deze zal binnenkort door de operationele commando’s worden getest. Tot
slot is de standaardisatie van de hooggerubriceerde IT-infrastructuur, inclusief de
uitbreiding van het federatief samenwerken, via de deelleveringen van Blok BR-010
(Protected Core Network), gerealiseerd. Dit versterkt de operationele IT-capaciteiten
van onze eenheden die in NAVO verband worden gereedgesteld en stand-by staan voor
inzet.
Naast positieve resultaten kent de herijking van het programma GrIT ook tegenvallers.
Op basis van de nieuwe planning, geverifieerd door een externe partij (Strict), zullen
alle geplande resultaten die binnen de scope van het programma vallen, eind 2030 zijn
afgerond. Tevens heeft de herijking geleid tot een stijging van de kosten van het
programma GrIT. De herijkte begroting resulteert in een aanvullende incidentele financiële
behoefte van € 361,6 miljoen in de periode 2024–2030, ten opzichte van de actualisatie
zoals gepresenteerd in de vijfde voortgangsrapportage GrIT.
De uitgevoerde herijking van het programma en de voorliggende herziene planning en
begroting betekenen dat voor nu de aanpak en organisatie van het programma GrIT zijn
bijgesteld. Vanwege geopolitieke en technologische ontwikkelingen zal Defensie blijvend
moeten anticiperen en kritisch moeten overwegen of verdere aanpassingen noodzakelijk
zijn. Ik zal door middel van de halfjaarlijkse voortgangsrapportage u blijven informeren
over de gevolgen van deze ontwikkelingen voor het programma.
Geopolitieke context
Door de veranderende geopolitieke veiligheidssituatie moet Defensie rekening houden
met een mogelijke inzet onder hoofdtaak 1. Inzet van Defensie zonder adequate IT is
ondenkbaar. Naast personeel en materieel is IT essentieel bij de uitvoering van onze
taken. Het belang van IT zal in de komende jaren alleen maar toenemen. GrIT vormt
hierbij een fundamentele basis.
Ik heb uw Kamer in de vijfde voortgangsrapportage GrIT3 geïnformeerd over de focus op pijlers 1 (Ontplooide IT voor Operationele Commando’s)
en 2 (IT voor JIVC IT-diensten aan defensieonderdelen) als onderdeel van de nieuwe
implementatie strategie van het programma GrIT.
De versterkte focus van Defensie op hoofdtaak 1 heeft ook gevolgen voor het programma
GrIT. De doelstellingen van GrIT zijn aangescherpt om zo snel mogelijk waarde te leveren
ter ondersteuning van de operationele inzet van de krijgsmacht. De nieuwe implementatiestrategie
is opgedeeld in drie pijlers, elk gericht op een specifieke doelgroep, om de aangescherpte
doelstellingen van GrIT te realiseren.
Met de focus op de pijlers 1 en 2 concentreert GrIT zich op het zo snel mogelijk realiseren
van IT-functionaliteiten die essentieel zijn voor de operationele eenheden van de
krijgsmacht, waaronder het voldoen aan de eisen van het NATO Force Model per 1 januari
2025 en de Snel Inzetbare Capaciteit (SIC) en Nationale Evacuatie Operaties (NEO).
Planning
In de vijfde voortgangsrapportage4 is aan uw Kamer gemeld dat de realisatie van het programma GrIT niet haalbaar is
voor eind 2027. Op basis van de bijgestelde planning, geverifieerd door een externe
partij (Strict), kan ik uw Kamer melden dat de realisatie van het programma begin
2028 is afgerond en de volledige uitrol van het programma over de defensieonderdelen,
inclusief de uitfasering van de huidige IT-systemen binnen de scope van het programma,
eind 2030 is voltooid.
De vertraging is grotendeels te wijten aan eerdere tegenvallende resultaten, maar
ook aan de vele afhankelijkheden tussen de bestaande en de nieuwe IT-omgeving, waaronder
complexe koppelingen. In de nieuwe planning is tevens de gewijzigde geopolitieke situatie
vertaald naar de aanpak van het programma en gekoppeld aan operationele prioriteiten.
Het GrIT-programma heeft tevens de besturing overgeschakeld naar het opleveren op
basis van releases. Hiermee wordt, door het bieden van enkele opleveringen per jaar
(releases), sneller de noodzakelijke toegevoegde waarde aan de defensieonderdelen
geleverd dan in de meest recente (juni 2023) vastgestelde integrale planning beoogd
was.
Alle maatregelen uit het implementatieplan herijking aanpak en besturing GrIT5 van 5 maart 2024 zijn inmiddels uitgevoerd. Dit zorgt voor een duidelijke sturing
op de planning, een zakelijke aansturing van de IT- infrastructuurpartner (Athena)
en het behalen van resultaten op korte termijn. Tegelijkertijd geeft het flexibiliteit
voor de lange termijn, zodat het programma tevens kan inspelen op nieuwe behoeften
en technologische ontwikkelingen.
Aanvullend heb ik extra maatregelen genomen om meer grip op de planning te krijgen
en verdere vertragingen te voorkomen. Defensie zorgt voor voldoende buffers om tegenvallers
op te vangen, zonder dat dit direct tot vertraging van het hele programma leidt. Verder
heeft Defensie samen met de IT-infrastructuurpartner een planningscel ingericht om
de voortgang continu te monitoren en grip te krijgen en te houden op de planning,
inclusief de eerdergenoemde afhankelijkheden. De door Defensie te realiseren aanpassingen
in de huidige IT worden hierbij integraal betrokken. Deze uitgebreide set van maatregelen
zorgt voor een betere borging van de haalbaarheid van de nieuwe integrale planning.
Herijkte begroting GrIT
De business case voor GrIT werd op 11 februari 20216 vertrouwelijk met uw Kamer gedeeld. De keuzes en aannames destijds, waren ingegeven
door de beschikbare financiële middelen van Defensie en een stabiele(re) geopolitieke
situatie. In het licht van de huidige veiligheidssituatie en de gereedstelling van
Defensie in het kader van hoofdtaak 1, richt het programma zich nu op het zo snel
mogelijk leveren van een bijdrage aan de operationele IT. Dit vraagt om een andere
focus en andere (financiële) keuzes.
Aanvullende investeringskosten
Uit de begroting blijkt dat het programma GrIT, op basis van de nieuwe planning en
met een gelijkblijvende scope, wordt geconfronteerd met hogere investeringskosten
dan oorspronkelijk voorzien. Deze kostenstijging kan worden toegeschreven aan twee
kostendrijvers:
1. Backfill (€ 16,9 miljoen): Met de oorspronkelijke begroting werd aangenomen dat bij
de start van de bouw van ieder GrIT-blok geen lifecycle management (LCM) van de bestaande
IT meer nodig zou zijn. De praktijk blijkt echter anders te zijn. De tijdelijke aard
van deze werkzaamheden heeft geleid tot de inzet van extern personeel.
2. Operationele tegenvaller (€ 6,0 miljoen). Het voorzien in koppelingen voor tijdelijk
parallel gebruik tussen de huidige en nieuwe IT blijkt complexer en het aantal koppelingen
is groter dan vooraf is voorzien. Deze operationele tegenvaller vereist extra inzet
van personeel.
Aanvullende risicoreservering
De risicoreservering voor het GrIT-programma is herzien in samenwerking met TNO. Hierbij
is gebleken dat de oorspronkelijke reservering niet voldoende was om onvoorziene risico’s
adequaat te dekken. Op basis van deze nieuwe analyse is de risicoreservering verhoogd,
zodat met name risico’s op het gebied van personeelstekorten, het migreren van applicaties
naar het nieuwe Defensie cloudplatform, wijzigingen op het gebied van beveiliging
beter kunnen worden opgevangen. De aanvulling op oorspronkelijke reservering is € 54,1 miljoen.
Om het risicomanagement binnen GrIT te versterken, wordt vanaf nu de inschatting ieder
half jaar geactualiseerd. De resultaten hiervan zullen in de voortgangsrapportage
worden opgenomen. Het doel is zowel de financiële onderbouwing van het programma te
verbeteren als de continuïteit van het programma te waarborgen.
Aanvullende exploitatie nieuwe IT
Met de herijking zijn ook de exploitatiekosten toegenomen. De belangrijkste kosten
beïnvloedende factoren zijn:
1. Marktontwikkelingen (€ 278,2 miljoen): Het programma wordt geconfronteerd met marktontwikkelingen,
zoals stijgende prijzen door schaarste op de wereldmarkt en nieuwe technologische
ontwikkelingen. Defensie investeert in nieuwe technologieën om de laatste technologische
ontwikkelingen te volgen en de digitale weerbaarheid te waarborgen. Daarnaast vereist
de vervanging van software vaak een grotere rekenkracht van de onderliggende hardware.
De schaarste op de IT-arbeidsmarkt draagt ook bij aan de stijging van de kosten. Als
gevolg hiervan zijn de prijzen sterker gestegen dan de in de oorspronkelijke begroting
opgenomen prijsindexatie. Voor de periode tot en met 2030 is er in de begroting rekening
mee gehouden dat dit effect blijft bestaan.
2. Herziening keuzes en aannames (€ 28,8 miljoen): Bij de start van de realisatie van
het blok Modules Ontplooid (BR-029) was besloten om, ten opzichte van het vastgestelde
technisch ontwerp, de server capaciteit te beperken om zo kosten te besparen. Deze
keuze wordt nu herzien om zeker te stellen dat voldoende rekenkracht gegarandeerd
is en blijft voor de benodigde functionaliteiten t.b.v. de militair in het operationele
domein.
3. Vertraging (–€ 28,1 miljoen): Door de opgelopen vertraging wordt de nieuwe, duurdere
IT met een hogere beheerlast later in gebruik genomen dan oorspronkelijk gepland.
Deze vertraging leidt tot een verlaging van de totale exploitatiekosten van de nieuwe
IT over periode van de programmabegroting.
4. Inzet Defensie gemengde teams (€ 5,7 miljoen): In de oorspronkelijke begroting was
onvoldoende rekening gehouden met de kosten voor het opstarten van het beheer van
de nieuwe IT, in de periode voorafgaand aan de ingebruikname. De kosten voor deze
opstartfase bedragen € 14,3 miljoen. De late oplevering heeft tevens geleid tot een
latere inzet van eigen personeel voor het beheer van de nieuwe IT. Dit heeft geresulteerd
in lagere kosten van –€ 8,6 miljoen.
Financiële impact
De financiële afwijkingen binnen het GrIT-programma, voortvloeiend uit de bovengenoemde
thema’s, leiden tot een aanvullende financiële behoefte binnen de huidige begroting
van Defensie van € 22,9 miljoen voor de investeringskosten en € 284,6 miljoen voor
de exploitatielasten in de periode 2024–2030, ten opzichte van de actualisatie zoals
gepresenteerd in de vijfde voortgangsrapportage GrIT. Tevens is de risicoreservering
verhoogd met € 54,1 miljoen. De dekking van deze meerkosten vindt plaats binnen de
huidige begroting van Defensie. Voor nadere details verwijs ik naar de vertrouwelijk
bijlage van de herijkte begroting7.
De herijking benadrukt de noodzaak van een voortdurende evaluatie van de financiële
planning, waarbij de nadruk ligt op het anticiperen op toekomstige kostenstijgingen.
Met de genomen maatregelen, zoals de herijkte besturing, de zakelijkere aansturing
van de IT-infrastructuurpartner en de nieuwe planningsaanpak, is beter geborgd dat het programma binnen de
financiële kaders gerealiseerd wordt.
Financiële verwachting
De geactualiseerde begroting onderstreept het belang van een toekomstgerichte financiële
strategie voor de financiering van het GrIT-programma.
Op korte termijn worden aanvullingen op GrIT voorzien om in te spelen op snel wijzigende
IT-behoeften van de krijgsmacht, onder andere ten gevolge van het gewijzigd optreden
van de krijgsmacht en het voldoen aan NAVO-eisen en standaarden. Zo dient Nederland
eenheden gereed te stellen voor het NATO Force Model, welke met een korte reactietijd
moeten kunnen worden ingezet in een wisselend internationaal verband. Dat stelt hogere
eisen aan de benodigde IT-ondersteuning van die eenheden (zoals flexibel schaalbare
en configureerbare IT en voldoen aan Federated Mission Networking standaarden).
Door de groei van Defensie neemt de behoefte aan door GrIT geleverde IT-middelen toe.
Deze kosten vallen niet onder het investeringsbudget van GrIT, maar worden gefinancierd
door specifieke maatregelen die toekomstige uitbreidingen mogelijk maken.
De programmabegroting wordt elk kwartaal geactualiseerd om de financiële vertaling
van ontwikkelingen binnen GrIT up-to-date te houden. Deze informatie wordt gedeeld
in de halfjaarlijkse voortgangsrapportage van het programma. Om de financiële haalbaarheid
te waarborgen, wordt de financiering jaarlijks geëvalueerd en zo nodig aangepast op
basis van de meest actuele inzichten. Deze aanpak biedt een solide basis om in de
groeiende IT-behoeften van Defensie de komende jaren blijvend te voorzien.
Tot slot
De noodzaak en urgentie van het programma GrIT blijft onverminderd hoog. De IT van
Defensie is verouderd en Defensie is nog onvoldoende voorbereid en toegerust voor
hoofdtaak 1. De conflicten van vandaag en morgen vereisen een robuuste IT-infrastructuur
die succesvolle inzet van Defensie mogelijk maakt. Het programma GrIT voorziet in
een noodzakelijke vernieuwing van een groot deel van de IT-infrastructuur van Defensie.
Deze vernieuwing is, in het licht van de huidige veiligheidssituatie en de gereedstelling
van Defensie in het kader van hoofdtaak 1, onmisbaar. GrIT ondersteunt de digitale
transformatie van Defensie waarmee een IT-capaciteit beschikbaar komt om Defensie
voor te bereiden op toekomstige conflicten.
De Staatssecretaris van Defensie, G.P. Tuinman
Bijlage 1: Planning en toelichting op de integrale planning
Indieners
-
Indiener
G.P. Tuinman, staatssecretaris van Defensie