E-mailprocedure : Voorstel van het lid Kröger inzake grote hoeveelheid documenten over granuliet

Geachte (plv.) leden van de commissie voor Infrastructuur en Waterstaat,
 
Het lid Kröger (GroenLinks) heeft een voorstel ten aanzien van de gisteren ontvangen brief van de staatssecretaris over Wob-besluiten over granuliet. In de brief is een link opgenomen naar een Wob-pagina van Rijkswaterstaat met een grote hoeveelheid documenten. De brief is verzonden met het oog op het notaoverleg Bodem van aanstaande dinsdag en is een reactie op eerdere verzoeken van uw commissie van 11 maart, 1 april en 24 april 2020.
 
Het lid Kröger stelt voor om de staatssecretaris te verzoeken de Kamer per ommegaande, doch uiterlijk maandag 11 mei 2020, een brief te sturen met een heldere toelichting op de grote hoeveelheid stukken en om daarbij de onderstaande reeds verzochte stukken als bijlage bij te voegen. Het verzoek is om daarbij in zijn geheel af te zien van het lakken van teksten in de bijgevoegde stukken aan de Kamer. Bij haar verzoek verwijst het lid Kröger naar de aangenomen motie van het lid Omtzigt c.s. over bevestigen dat op grond van artikel 68 een individueel Kamerlid specifieke documenten binnen een redelijke termijn moet kunnen ontvangen (Kamerstuk 28362, nr. 25). De stukken zijn volgens haar niet tijdig aan de Kamer verzonden noch voorzien van een heldere toelichting, tijdlijn of overzicht.
 
U wordt verzocht uiterlijk maandag 11 mei om 9.00 uur aan te geven of u met dit verzoek kunt instemmen. Ik verzoek u via ‘allen beantwoorden’ op dit e-mailbericht te reageren.
 
Spoedig na afloop van de termijn van deze e-mailprocedure zal ik u informeren over de uitkomst.*
 
Met vriendelijke groeten,
 
Miguel Israel
 
Overzicht van reeds verzochte stukken:

• het verslag van het Implementatieteam waarin granuliet als grond wordt beoordeeld;
• de beleidsbrief van de Inspectie Leefomgeving en Transport aan de Directie Water en Bodem van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat waarin wordt aangegeven dat in afwachting van het nieuwe normdocument granuliet niet onder BRL 9321 kan vallen;
• de brief van de toetsingscommissie over BRL 9321 in relatie tot granuliet;
• andere beleidsdocumenten waarin bevestigd wordt dat granuliet grond is;
• de bemonsteringsrapportages met betrekking tot granuliet bij Over de Maas;
• het document of verslag uit 2013 waarin bevestigd wordt dat granuliet grond is;
• het verslag van het Implementatieteam Besluit bodemkwaliteit van 2019, waarin de vraag is besproken hoe het materiaal in het licht van het Besluit en de nota van toelichting moest worden gezien;
• de beleidsbrief van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) aan de Directie Water en Bodem (DGWB) van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, waarin wordt aangegeven dat in afwachting van het nieuwe normdocument granuliet onder de BRL 9321 kan vallen;
• een document waaruit blijkt dat op 10 oktober 2019 door DGWB en Rijkswaterstaat besloten is dat granuliet beschouwd kan worden als grond, een nieuwe BRL opgesteld wordt en het besluit van de ILT dat het bestaande certificaat voor granuliet nog kan worden gebruikt tot de nieuwe beoordelingsrichtlijn als normdocument in de regeling is opgenomen;
• de brief van de toetsingscommissie over BRL 9321 in relatie tot granuliet;
• de nota van Bodem+ van 22 april 2019, zoals genoemd door dhr. Bosma (onderzoeksjournalist bij Zembla) tijdens het rondetafelgesprek Granuliet op 9 maart 2020;
• De (ontwerp) BRL 9344: “De milieuhygiënische kwaliteit van fractie < 500 µm vrijkomend bij de bewerking van primair steenachtige materialen” uit 2015.

 
Miguel Israel
Griffier vaste Kamercommissie voor Infrastructuur en Waterstaat