Zorgen over invloed salafisme in moskeeën
25 mei 2016, debat - Hoe verhouden vrijheid van godsdienst en scheiding van kerk en staat zich tot de wens om de invloed van salafistische predikers te beperken? De Kamer debatteert met minister Asscher (Sociale Zaken).
Het salafisme, een islamitische stroming die streeft naar "de ware islam", lijkt aan invloed te winnen in Nederlandse moskeeën. Kuzu (GrKÖ) benadrukt dat het overgrote deel van de salafisten "vreedzaam opereert", maar andere woordvoerders maken zich meer zorgen over de boodschap die radicale predikers verspreiden. Kinderen wordt geleerd om ongelovigen te verafschuwen, constateert Karabulut (SP). Het is niet aan de overheid om te bepalen wat mensen geloven of denken, benadrukt Asscher, maar er moet worden opgetreden tegen mensen en organisaties die de vrijheid van godsdienst gebruiken om de vrijheid van anderen te beperken.
Discussie over vrijheid radicale predikers
Hoever kan en moet de overheid gaan bij het controleren van salafistische en andere radicale predikers? Azmani (VVD) verdedigt de vrijheid van godsdienst, maar er moet worden ingegrepen als geweld wordt gepredikt en de veiligheid in het geding komt. Weer buitenlandse geweldpredikers en sluit moskeeën die hen uitnodigen, suggereert Van Klaveren (GrBvK). Heerma (CDA) wil de samenleving en de democratische rechtsstaat beschermen door antidemocratische groeperingen en het verheerlijken van jihadistisch geweld wettelijk te verbieden. De Graaf (PVV) vindt de specifieke aandacht voor het salafisme gekunsteld: de islam is in zijn geheel een totalitaire ideologie gericht op wereldverovering.
Polarisatie kan bijdragen aan radicalisering
Gewone moslims zitten tussen twee vuren, stelt Marcouch (PvdA): enerzijds rechts-extremisme en anderzijds moslimextremisme. "Samen optrekken" moet volgens hem voorkomen dat de samenleving uit elkaar wordt getrokken. Polarisatie leidt ertoe dat men zich terugtrekt in eigen kring, betoogt Sjoerdsma (D66), waardoor het zicht op mogelijke radicalisering verdwijnt. Zo ontstaat er een voedingsbodem voor islamisten om mensen te ronselen, vreest Karabulut. De scherpe toon van het debat kan ervoor zorgen dat sommige moslims zich minder thuis voelen in Nederland, erkent Asscher. Maar er is volgens hem geen causaal verband tussen islamkritiek en radicalisering.
De Kamer stemt op 31 mei over de ingediende moties.
Zie ook:
-
Het overzicht van de laatste debatten in het kort
-
De geredigeerde woordelijke verslagen van Kamervergaderingen (het stenogram). Deze zijn maximaal vier uur na het uitspreken beschikbaar.