Nieuwe Wet natuurbescherming besproken
15 juni 2015, wetsvoorstel - In het debat met staatssecretaris Dijksma (Natuur) over de Wet natuurbescherming komen onder andere de jacht, decentralisatie naar de provincies en de intrinsieke waarde van natuur aan de orde.
De nieuwe Wet natuurbescherming vervangt de bestaande Natuurbeschermingswet, de Flora- en faunawet en de Boswet. Het doel is om zo te komen tot één integrale en vereenvoudigde regeling, iets wat Heerema (VVD) steunt. Maar Ouwehand (PvdD) vreest voor vervlakking en vermindering van natuurbeschermingsregels. Van Veldhoven (D66) vindt het belangrijk dat de staatssecretaris een breed draagvlak heeft gezocht voor haar wetsvoorstel. Het moet niet alleen gaan om behoud en herstel, maar ook om verbetering van natuurwaarden, stelt Dik (ChristenUnie). Dijksma streeft naar een balans tussen ecologie en economie, tussen beleven, benutten en beschermen van de natuur.
Coalitiepartijen sluiten compromis over jacht
Er moet een einde komen aan de plezierjacht, bepleit Thieme (PvdD). Smaling (SP), Grashoff (GroenLinks), Van Veldhoven, Dik en Graus (PVV) zijn het daarmee eens. De voorstellen van de staatssecretaris, zoals een verplicht afschotplan, zijn volgens deze woordvoerders een stap in de goede richting omdat er strengere regels aan de jacht worden gesteld. De coalitiepartijen draaien dit echter voor een belangrijk deel terug, vooral vanwege de hoge regeldruk. Heerema is, net als Geurts (CDA) en Dijkgraaf (SGP), blij dat de "sterfhuisconstructie voor de benuttingsjacht" niet doorgaat. In de ogen van Leenders (PvdA), tegenstander van plezierjacht, is het winst dat natuurorganisaties nu gaan meepraten in de faunabeheereenheden.
Provincies voeren natuurbeleid uit
De uitvoering van het natuurbeleid is de afgelopen jaren gedecentraliseerd naar de provincies. Dat is op zich een goede zaak, aldus Graus, maar er zijn knelpunten bij natuurgebieden die de provinciegrenzen overschrijden. Verschillende andere woordvoerders vragen naar wie er kan worden aangesproken op het nakomen van Europese afspraken. De provincies hebben namelijk slechts een inspanningsverplichting, terwijl de EU de rijksoverheid aanspreekt als Europese doelen niet worden gehaald. Dijksma rekent erop dat de provincies zich houden aan het gesloten Natuurpact. Geef de provincies ook een taak bij het behoud van landschappen die vooral cultuurhistorisch bijzonder zijn, suggereert Van Veldhoven. Smaling en onafhankelijk Kamerlid Klein vragen om een landschapsvisie.
Intrinsieke waarde natuur vastgelegd
De natuur heeft (economische) waarde voor de mens, maar heeft ook waarde op zichzelf. Leenders, Grashoff, Van Veldhoven, Smaling, Dik en Ouwehand zijn blij dat Dijksma dit uitgangspunt in de wet wil opnemen. Maar in de ogen van Klein is het wettelijk vastleggen van zo'n filosofische gedachte vooral symboolpolitiek. Graus, Geurts en Dijkgraaf vrezen juist dat er juridische procedures zullen volgen waarin een beroep wordt gedaan op de intrinsieke waarde van de natuur. Er zitten geen juridische consequenties aan de bepaling, zo verzekert de staatssecretaris.
De Kamer zet de behandeling van de Wet natuurbescherming op 25 juni voort.
Zie ook:
- Het overzicht van de laatste debatten in het kort
- De geredigeerde woordelijke verslagen van Kamervergaderingen (het stenogram). Deze zijn maximaal vier uur na het uitspreken beschikbaar.