Interpellatie-Leijten over de Europese digitale identiteit

16 februari 2023, interpellatie - De Kamer debatteert met staatssecretaris Van Huffelen (Digitalisering) over het negeren van een aangenomen Kamermotie over de Europese digitale identiteit.

De regering moet niet instemmen met het Europese voorstel voor een Europese digitale identiteit en duidelijk maken dat het Nederlandse parlement het niet eens is met het plan. Dat was de strekking van de motie van Leijten (SP) die op 1 december door een Kamermeerderheid werd aangenomen. Toch stemde de Nederlandse regering niet veel later in met het Europese voorstel.

Van Huffelen geeft aan "inhoudelijk geen aanleiding" te hebben gezien om de motie uit te voeren. Ze was tevreden met de uitkomst van de onderhandelingen. Tegenstemmen zou volgens de staatssecretaris niet alleen ongebruikelijk zijn, maar ook negatieve gevolgen hebben voor de Nederlandse positie in verdere onderhandelingen.

Onderhandelingspositie

Leijten (SP) noemt het "wereldvreemd" dat de staatssecretaris zonder argumentatie zegt dat de Nederlandse onderhandelingspositie geschaad zou worden door een tegenstem. Waar staat dat de Nederlandse regering niet meer geconsulteerd wordt als ze in een eerder stadium tegengestemd heeft, wil Omtzigt weten.

Het is gebruikelijk dat je bij een stem tegen een Europese verordening niet meer wordt betrokken bij verdere gesprekken daarover, verklaart Van Huffelen. We kunnen nog wel geïnformeerd worden, voegt ze toe, maar het gaat erom of je daarna nog invloed hebt en of je nog serieus wordt genomen in de onderhandelingen.

Positie Kamer

Volgens Eppink (JA21) gaan de kabinetten-Rutte de Kamer steeds meer zien als een niet-bindend adviescollege. De staatssecretaris had de zorgen van het parlement beter over het voetlicht moeten brengen, vindt Drost (ChristenUnie).

Het is "treurig" dat de staatssecretaris de motie naast zich neer heeft gelegd, oordeelt Ephraim (Groep Van Haga). Slootweg (CDA) vindt dat het niet uitvoeren van moties nooit een gebruik kan worden.

Ik neem de Kamer enorm serieus, beklemtoont Van Huffelen. Ze wijst erop dat het kabinet aangenomen moties in een grote meerderheid van de gevallen uitvoert. In dit uitzonderlijke geval vond ze echter dat ze een goede reden had dit niet te doen.

Europa

Niet langer de wens van de Nederlandse bevolking, maar wat Brussel wil is leidend, stelt Van Houwelingen (FVD). Durft de staatssecretaris geen nee te zeggen in Brussel, vraagt Maeijer (PVV) zich af. Stoffer (SGP) spreekt van een trend waarbij de positie van het parlement steeds kleiner wordt en de macht van Brussel steeds groter.

Nederland vindt het belangrijk om een betrouwbare onderhandelingspartner te zijn in Brussel, legt de staatssecretaris uit. Ze geeft aan dat de zorgen van de Kamer de kern zijn van het standpunt dat ze heeft uitgedragen en zal blijven uitdragen in Brussel.

Steun

Een groot deel van de Nederlandse inzet is overgenomen in het voorstel en dat is een goede zaak, zegt Rahimi (VVD). Ook Dekker (D66) vindt het "niet heel gek" dat het kabinet in grote lijnen tevreden was met het voorstel en benadrukt dat het niet-instemmen door Nederland geen ander resultaat zou hebben opgeleverd.

De Kamer stemt op 21 februari over de tijdens het debat ingediende moties.

Zie ook: