Aanpak huiselijk geweld moet beter
17 maart 2016, debat - Is de aanpak van huiselijk geweld op orde? Staatssecretaris Van Rijn (Welzijn) wijst een bezorgde Kamer op een aantal verbetermaatregelen.
Sinds 2015 moeten huiselijk geweld en kindermishandeling worden gemeld bij Veilig Thuisorganisaties, die adviseren en deskundige hulp bieden. De Inspectie Jeugdzorg heeft over de hulpverlening door deze organisaties kritische rapporten uitgebracht. "Vernietigende kritiek", concludeert Agema (PVV). De staatssecretaris neemt geen verantwoordelijkheid, zegt Kooiman (SP). Amhaouch (CDA) en Bergkamp (D66) vragen zich af of er wel voldoende geld beschikbaar is voor de Veilig Thuisorganisaties. Van Rijn erkent dat er "verbeterpunten" zijn. Daarom gaat in opdracht van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten een ervaren jeugdzorgbestuurder aan de slag om de kwaliteit van de organisaties te verbeteren. Op basis van "een goede analyse" wil de staatssecretaris bekijken of er voldoende geld beschikbaar is.
Inspectie Jeugdzorg let op voortgang verbeterplannen
Van der Burg (VVD) somt een aantal noodzakelijke maatregelen op. Zo moet het tekort aan vertrouwensartsen worden opgelost, moeten de verschillende ICT-systemen worden geharmoniseerd en moeten Veilig Thuisorganisaties zicht hebben op alle leden van gezinnen op de wachtlijst. Er mogen in geen geval kinderen in acute situaties op de wachtlijst staan, voegt Bergkamp toe. Wachtlijsten zijn onverteerbaar, zegt ook Volp (PvdA). Daarom let de Inspectie Jeugdzorg erop of de verbeterplannen om de wachtlijsten en andere tekortkomingen echt aan te pakken, ook daadwerkelijk worden uitgevoerd, reageert Van Rijn. Hij wijst er overigens op dat uit de rapporten blijkt dat Veilig Thuisorganisaties snel reageren op acute situaties.
De hele keten moet op orde zijn
Volp benadrukt het belang van een goede aanpak van huiselijk geweld in de hele keten: vanaf de melding via de hulpverlening tot de al of niet strafrechtelijke aanpak. Daarvoor zijn goede samenwerking en integrale monitoring noodzakelijk. De Kamer moet daar goed zicht op hebben, zegt Kooiman. Maar Van der Burg wijst erop dat de gemeenten verantwoordelijk zijn. Het is volgens haar dus belangrijker dat de gemeenteraden er goed zicht op hebben. De wethouders moeten er samen met het Rijk voor zorgen dat de samenwerking met bijvoorbeeld wijkteams, politie en Openbaar Ministerie op orde is, zegt Van Rijn. Hij zegt toe, voorstellen te zullen doen voor een structurele monitoring van de hele keten.
De Kamer stemt op 22 maart over de ingediende moties
Zie ook:
- Het overzicht van de laatste debatten in het kort
- De geredigeerde woordelijke verslagen van Kamervergaderingen (het stenogram). Deze zijn maximaal vier uur na het uitspreken beschikbaar.