Plenair verslag Tweede Kamer, 34e vergadering
Dinsdag 8 december 2020

  • Aanvang
    14:00 uur
  • Sluiting
    0:29 uur
  • Status
    Gecorrigeerd

Opening

Voorzitter: Arib

Aanwezig zijn 137 leden der Kamer, te weten:

Van Aalst, Aartsen, Agema, Alkaya, Amhaouch, Arib, Asscher, Azarkan, Baudet, Becker, Beckerman, Belhaj, Van den Berg, Van den Berge, Bergkamp, Van Beukering-Huijbregts, Bisschop, Bolkestein, Van den Bosch, Martin Bosma, Bouali, Van Brenk, Bromet, Bruins, Buitenweg, Van Dam, Diertens, Tony van Dijck, Emiel van Dijk, Gijs van Dijk, Jasper van Dijk, Dijkhoff, Remco Dijkstra, Dik-Faber, El Yassini, Ellemeet, Van Esch, Fritsma, Futselaar, Geluk-Poortvliet, Van Gent, Van Gerven, Geurts, De Graaf, Van der Graaf, Graus, De Groot, Groothuizen, Van Haga, Harbers, Rudmer Heerema, Pieter Heerma, Van Helvert, Hermans, Hijink, Van den Hul, Jansen, Jetten, De Jong, Karabulut, Van Kent, Kerstens, Klaver, Koerhuis, Koopmans, Van Kooten-Arissen, Kops, Kröger, Krol, Kuik, Kuiken, Kuzu, Kwint, Laçin, Van der Lee, Leijten, Van der Linde, Lodders, Madlener, Marijnissen, Markuszower, Von Martels, Van Meenen, Middendorp, Van der Molen, Moorlag, Agnes Mulder, Edgar Mulder, Nijboer, Nijkerken-de Haan, Van Nispen, Van Ojik, Omtzigt, Van Otterloo, Ouwehand, Öztürk, Özütok, Palland, Paternotte, Peters, Ploumen, Postma, Van Raak, Van Raan, Regterschot, Rog, De Roon, Sazias, Segers, Sienot, Sjoerdsma, Slootweg, Smals, Smeulders, Sneller, Snels, Snoeren, Van der Staaij, Stoffer, Tellegen, Terpstra, Tielen, Van Toorenburg, Veldman, Voordewind, de Vree, Aukje de Vries, Wassenberg, Van Weerdenburg, Westerveld, Weverling, Wiersma, Van Wijngaarden, Wilders, Wörsdörfer, Yeşilgöz-Zegerius en Ziengs,

en de heer Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid, de heer Hoekstra, minister van Financiën, de heer Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de heer Rutte, minister-president, minister van Algemene Zaken, mevrouw Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, en mevrouw Van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat.

De voorzitter:
Ik open de vergadering van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van dinsdag 8 december 2020. Ik heet iedereen van harte welkom.

Vragenuur

Vragenuur

Aan de orde is het mondelinge vragenuur, overeenkomstig artikel 136 van het Reglement van Orde.


Vragen Yesilgöz-Zegerius

Vragen van het lid Yeşilgöz-Zegerius aan de minister van Justitie en Veiligheid over de advocaten van kroongetuige Nabil B. die op een dodenlijst staan.

De voorzitter:
Aan de orde zijn de mondelinge vragen, zoals gebruikelijk op dinsdagmiddag. We beginnen met de vraag van mevrouw Yeşilgöz-Zegerius namens de VVD aan de minister van Justitie en Veiligheid, die ik van harte welkom heet, over de advocaten van kroongetuige Nabil B., die op een dodenlijst staan. Het woord is aan mevrouw Yeşilgöz-Zegerius.

Mevrouw Yeşilgöz-Zegerius (VVD):
Dank u wel, voorzitter. De huidige advocaten en de adviseur van de kroongetuige in de Marengozaak hebben te horen gekregen dat hun levens ernstig gevaar lopen. Volgens de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid staan ze op een dodenlijst van de zogenaamde mocromaffia. In De Telegraaf kunnen we lezen dat de advocaten strijdbaar zijn; ze zeggen vastbesloten te zijn om door te gaan met hun werk, namelijk het verdedigen van een kroongetuige en daarmee het dienen van onze rechtsstaat. Het is vervolgens ons werk en onze plicht om ervoor te zorgen dat deze advocaten hun werk zo veilig mogelijk kunnen doen. De moord op de voormalige advocaat Derk Wiersum vorig jaar september, de moord op een misdaadblogger, de moord op een onschuldige broer van de kroongetuige en de continue dreigingen richting journalisten, rechters en officieren laten zien dat ons werk nog lang niet klaar is.

Voorzitter. Ik heb een aantal concrete vragen aan de minister. Ik wil weten of deze dodenlijst vanuit de gevangenis aangestuurd wordt. Er is hierover al veel vaker een punt gemaakt door de VVD. We weten dat criminelen vanuit de gevangenis doorgaan met hun misdaden en hun praktijken. We hebben hier keer op keer gevraagd of deze criminelen geïsoleerd gevangengezet kunnen worden en of we dat ook zo kunnen houden. Ik wil daar dus graag een reactie op. Ik wil ook weten of we genoeg capaciteit hebben voor de beveiliging van deze advocaten en de tientallen rechters, officieren en journalisten die onder andere in de Marengozaak gevaar lopen. Kan de minister aangeven dat alles op alles wordt gezet om deze mensen veilig te houden?

Voorzitter. Ik wil weten of de advocaten en anderen die gevaar lopen, goed meegenomen worden in de veiligheidsanalyse en hun beveiliging. Ook daar hebben wij eerder vragen over gesteld. Ik begrijp dat niet alles in één keer meegegeven kan worden aan degenen die beveiligd moeten worden, maar er is wel een heel groot verschil tussen niks weten en alles weten. Ik zou graag van de minister willen weten of er stappen zijn gezet om deze mensen beter te betrekken bij wat er gaande is.

De voorzitter:
Dan geef ik nu het woord aan de minister van Justitie en Veiligheid.

Minister Grapperhaus:
Voorzitter. Laat duidelijk zijn dat de dreigingen waarover gesproken wordt, zeer serieus worden genomen. Ik kan vanwege de veiligheid van de betrokkenen en het lopende strafrechtelijke onderzoek niet verder ingaan op wat er speelt, welke maatregelen zijn genomen en wat de achtergronden zijn. Dat ligt nu echt bij de politie en het Openbaar Ministerie. Daar moet ik niet doorheen gaan. Wat de capaciteit betreft kan ik zeggen dat ik het kabinet heb gevraagd — uiteindelijk heb ik dat ondanks alle financiële problemen door corona gekregen — om 55 miljoen extra structureel om dat bewaken en beveiligen te versterken. Het is ernstig genoeg dat we dat er extra in moeten steken, terwijl we dat aan andere dingen hadden willen uitgeven. Dat betekent dat we alles op alles zetten, zoals het lid Yeşilgöz terecht vroeg.

Voorzitter. Dan even het punt van de veiligheidsanalyse van de mensen zelf. Het is heel begrijpelijk dat daar belang aan wordt gehecht, maar zoals ik eerder in antwoord op vragen van uw Kamer heb aangegeven, kunnen belangen rond inlichtingen, opsporingen, vervolging of bronbescherming aanleiding zijn om die informatie in zekere zin beperkt te houden. Ook dat is iets waar ik als minister verder niet in moet of kan treden. Naar aanleiding van de motie van mevrouw Yeşilgöz evalueren wij deze aspecten van het stelsel.

Mevrouw Yeşilgöz-Zegerius (VVD):
Ik hoor de minister nog niet ingaan op de vraag of deze criminelen geïsoleerd vastgezet worden. Ik begrijp dat de minister zegt: ik kan niet ingaan op een individuele zaak. Maar ik stel hier ook proces- en structuurvragen. Worden zij apart vastgezet? Gaan we afspraken maken, zodat we de analyses wel kunnen delen met betrokkenen? Het is ook prima als de minister daar snel schriftelijk op terugkomt.

In de Marengozaak hebben al zo lang zo veel mensen te maken met een hele reële dreiging. Zij moeten elke dag vrezen voor hun leven. Ik zei al dat het niet alleen advocaten zijn; het zijn ook rechters, officieren en journalisten die dag en nacht beveiligd moeten worden. Dat zijn mensen die staan voor onze rechtsstaat, elke dag angst hebben voor hun leven en toch blijven volhouden. Het is zeer kwalijk dat deze situatie bestaat. Het is ook iets wat ons hier elke dag bezig hoort te houden. Daar horen wij wakker van te liggen. Het is naïef om te denken dat als de kopstukken gevangen zitten, deze ellende en het gevaar zouden ophouden. Ik zie ook nog steeds dat er grote fouten gemaakt worden in deze zaak. We hebben het er bij de begroting ook over gehad. We zien bijvoorbeeld dat voor de zoveelste keer een foto van de kroongetuige opduikt in dossiers. Kan de minister aangeven of daar gesprekken over zijn geweest, bijvoorbeeld met het OM, om ervoor te zorgen dat we daar nog veel scherper op gaan zitten? Ik weet dat er hard aan wordt gewerkt. Ik weet dat de veiligheidsdiensten en het OM erbovenop zitten. Maar ik hoop ook dat de minister kan begrijpen dat ik deze vragen wel moet stellen.

Voorzitter. Is het feit dat advocaten op een dodenlijst staan voor de minister aanleiding om met de NCTV om de tafel te gaan om te kijken of de beveiligingsconcepten van het verdedigingsteam opnieuw beoordeeld moeten worden? Ik begrijp dat de minister niet kan ingaan op die concepten, maar ik zou wel graag een bevestiging willen dat daar opnieuw naar wordt gekeken.

Voorzitter. Ik had een lijst gemaakt van de keren dat ik hier heb gestaan met vragen en zorgen hierover, maar ook met concrete voorstellen. Dan ben ik mijn vier minuten ver voorbij, dus ik zal die niet oplezen. Maar ik ga hier wel blijven staan en keer op keer terugkomen totdat advocaten, journalisten, rechters en officieren veilig hun werk kunnen doen en we de criminelen hebben laten zien dat zij niet de baas zijn, maar wij.

De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Yeşilgöz. Dan kijk ik naar de minister of hij daarop wil reageren.

Minister Grapperhaus:
Voorzitter. Ik ga in herhaling vervallen, maar ik wil nog een ding zeggen. Er zijn de afgelopen tijd een aantal vertrouwelijke briefings geweest, ook van individuele Kamerleden zoals mevrouw Yeşilgöz. Er is op 19 januari opnieuw een vertrouwelijke briefing van uw Kamer. Daar kunnen altijd vragen gesteld worden die juist niet buiten dat vertrouwelijke karakter moeten komen. Ik kan gewoon op een aantal dingen niet ingaan om de redenen die ik net geschetst heb.

De voorzitter:
Dan ga ik naar de heer Van Nispen namens de SP en dan de heer Van den Berge namens GroenLinks. De heer Van Nispen.

De heer Van Nispen (SP):
Wij mogen ons in ons land gelukkig prijzen met zulke dappere mensen. Met advocaten die niet wijken voor bedreigingen, maar blijven staan voor de rechtsstaat en het belang daarvan. Ik ben wel heel erg bezorgd over die bedreigingen, en dat zijn zij natuurlijk zelf ook. Ik heb een van hen zojuist gesproken. Ik zou de minister willen vragen of hij bereid is om zelf ook met de drie betrokkenen in gesprek te gaan, om zich hun zorgen ook aan te trekken en daarover te informeren. Is de minister tevens bereid om de dreigingsanalyse van het hele verdedigingsteam, dus voor al deze drie betrokkenen, opnieuw te beoordelen en te laten bekijken?

Minister Grapperhaus:
Dat laatste, daar zie ik op dit moment echt geen aanleiding toe. Maar nogmaals, daar kunt u op 19 januari aanstaande in die vertrouwelijke technische briefing zeker nog vragen over stellen als u dat zou willen. Ik heb in het verleden ook af en toe gesprekken gevoerd met betrokkenen. Wanneer daar in het kader van het geheel aanleiding toe is, zal ik dat niet uit de weg gaan. Maar nogmaals, ik moet als minister echt zorgen dat ik even uit de weg stap, zodat het strafrechtelijk onderzoek dat speelt naar die dreigingen, helemaal zijn beloop kan krijgen. Het gaat er dus niet om dat ik niet zeg: ik trek me dat aan. Dat heb ik vaak genoeg gezegd et cetera. Maar er loopt ook een strafrechtelijk onderzoek naar dit geheel.

De voorzitter:
De heer Van den Berge namens GroenLinks.

De heer Van den Berge (GroenLinks):
De gruwelijke moord op Derk Wiersum, bedreigingen aan het adres van advocaten, dat zijn aanslagen op onze rechtsstaat. We moeten togadragers beschermen. De minister zegt net dat het kabinet extra geld heeft uitgetrokken, 55 miljoen, om die bescherming beter te organiseren. Mijn concrete vraag is wanneer die extra capaciteit operationeel is. Wanneer zijn die persoonsbeveiligers echt in staat om de togadragers te beschermen?

Minister Grapperhaus:
Die capaciteit is, zoals de heer Van den Berge ongetwijfeld weet, eigenlijk al een jaar operationeel. Ik heb een jaar geleden, omstreeks deze tijd veel over me heen gekregen van burgemeesters, om het zo maar te zeggen, omdat we gedwongen waren om daarbij af en toe ook een beroep te doen op de hierin gespecialiseerde mensen uit basisteams. Dat is het antwoord op de vraag.

De heer Van den Berge (GroenLinks):
We hebben in eerdere debatten met deze minister gewisseld dat het juist een uitdaging was om de mensen te vinden, omdat het om mensen in het hoogste geweldsspectrum gaat. Dan concurreer je ook met andere speciale diensten, met onderdelen van Defensie. Dus volgens mij is die capaciteit nog niet volledig operationeel, maar als dat wel zo is, dan is dat goed nieuws.

Ik heb nog een andere vraag. Je hoopt natuurlijk dat deze bedreigingen op een dag vanzelf stoppen, maar dat zal niet gebeuren. Sterker nog, we gaan ondermijning intensiever aanpakken, dus er zouden weleens meer bedreigingen kunnen komen. Wat doet de minister nou om daarop voorbereid te zijn? Is hij bereid om in gesprek te gaan met de Nederlandse orde van advocaten, de Raad voor de rechtspraak en andere stakeholders om te komen tot een deltaplan om togadragers te beschermen?

Minister Grapperhaus:
Die gesprekken hebben ook vorig jaar plaatsgevonden. Die hebben onder andere geresulteerd in dit dringende beroep dat ik op het kabinet heb gedaan ten aanzien van die structurele versterking van de Dienst Bewaken en Beveiligen. En ik wil u ook nog wel geruststellen: die gesprekken vinden nog steeds plaats, maar ze lopen natuurlijk primair via de NCTV, de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid. Daarmee bedoel ik in dit geval het instituut en niet zozeer de functionaris.

De voorzitter:
Ik ga naar de heer Groothuizen, namens D66.

De heer Groothuizen (D66):
Ik volg met mijn vraag even de lijn van de heer Van den Berge, want ook mijn beeld is dat er wel een heel lange tijd vacatures waren bij het bewaken en beveiligen van mensen, ook omdat het best wel lastig is om mensen te vinden. Hoor ik de minister nu zeggen dat die situatie is opgelost, dat er geen vacatures meer zijn, dat de politieagenten die een tijd dat werk hebben gedaan, terug zijn in de basisteams en dat alle problemen zijn opgelost? Dat zou goed nieuws zijn. Ik probeer even scherp te krijgen wat de minister nu precies bedoelt als hij zegt: "de operationele sterkte is op orde".

Minister Grapperhaus:
Nee, de heer Groothuizen en ik weten allebei beter. Wij hebben nog altijd een probleem met de totale bezetting van de nationale politie. Het geld is er, namelijk het extra structurele geld dat door dit kabinet is vrijgemaakt, maar het probleem is de enorme uitstroom. We hebben daar bij de behandeling van de begroting naar aanleiding van een interventie van de heer Van Nispen over gesproken. Er is sprake van een enorme uitstroom van pensionerenden. Die duurt ook nog wel even voort. Er is voorgerekend dat we volgend jaar in de dip zitten. Dus in dat opzicht moeten we ons realiseren dat we op dit moment heel veel vragen van onze politiemensen. Dit is ook een van de belangrijkste redenen waarom dat extra bedrag een aantal weken geleden is toegekend aan iedereen bij de politie. Ik heb hier heel veel aandacht voor, maar dit geeft mij ook grote zorgen; laat ik het zo zeggen. De heer Van den Berge vroeg: bent u nou ondertussen wel bezig geweest om dat Bewaken en Beveiligen operationeel op te tuigen en in te vullen? Dat is het geval. Maar daardoor wordt er op andere plekken bij de politie terecht gezegd: "Wacht even, er worden mensen bij ons weggehaald".

De heer Groothuizen (D66):
De antwoorden waaieren weer wat uit. Kunnen we misschien een brief krijgen van de minister, bijvoorbeeld vóór die briefing van januari? Kan de minister in die brief uiteenzetten hoeveel geld er is vrijgemaakt, hoeveel mensen er daardoor bij zijn gekomen en waar er eventueel nog een knelpunt zit? Dan hebben we het in de Kamer ook gewoon scherp waar we het precies over hebben.

Minister Grapperhaus:
Dat lijkt me een uitstekend idee. Die brief is dan overigens in eerste instantie vertrouwelijk naar uw commissie. Want dan kunt u die informatie bij die briefing ook echt volledig gebruiken. Misschien zeggen we daarna met elkaar: hè, dit kan ook openbaar. Laten we dat even afwachten. Maar ik vind het wel goed als ik zo'n brief stuur, dus laten we dat doen.

De voorzitter:
De heer Van Dam, namens het CDA.

De heer Van Dam (CDA):
Ook ik heb vorige week weer die twee advocaten gezien op tv. Dan zit ik daar, ook een beetje als ex-deelnemer van het rechtsbedrijf, en dan heb ik ongelofelijk veel respect voor twee van die mensen die het durven om naar voren te stappen. Rechters en officieren van justitie maken deel uit van een organisatie, maar advocaten staan er eigenlijk in hun eentje voor; ik hoef het deze minister niet uit te leggen. Die positie van advocaten is misschien ook wel de reden waarom mevrouw Yeşilgöz continu hier komt en wij hier staan, namelijk om dát te supporten, om daarvoor respect te betuigen. Ik heb vorig jaar bij de algemene politieke begroting de minister hier de trap op zien komen toen hij gesproken had met ik dacht ook de advocatuur. Kan de minister uitleggen wat hij nu nog doet om die advocaten te supporten, en wat minister Dekker daarin doet? Wat ik vind het zó belangrijk dat we deze mensen, die er individueel voor staan, collectief supporten.

Minister Grapperhaus:
De heer Van Dam heeft het over "collectief supporten". Er is natuurlijk met name vanuit de NCTV heel veel contact, zowel op het individuele niveau als overigens ook op het overkoepelende niveau. Ik moet wel zeggen dat de Nederlandse orde van advocaten, maar ook de Nederlandse Vereniging van StrafrechtAdvocaten, zeer opkomen voor hun mensen. Daarmee breek ik eigenlijk een lans voor deze organisaties. Wij zorgen dan ook dat we daar een goede gesprekspartner voor zijn.

Zo hebben collega Sander Dekker en ik vorig jaar ook een tournee gemaakt langs een aantal arrondissementen om met de rechters, officieren en advocaten te praten. Niet alleen over deze hele grote bedreigingen, maar ook over wat zij al bij een klein faillissement of een vechtscheiding af en toe over zich heen krijgen. Want laten we ons echt een ding goed realiseren. De wijze waarop sommige mensen af en toe volledig buiten het debat gaan en mensen intimideren, bedreigen en lastigvallen, vindt naar de advocatuur, rechters en officieren niet alleen in dat soort zaken, maar ook in sommige huis-, thuis- en keukendingen plaats.

De voorzitter:
Dank u wel.


Vragen Postma

Vragen van het lid Postma aan de minister van Justitie en Veiligheid over een man die voor de zestiende keer in twee jaar tijd betrapt is op rijden zonder rijbewijs.

De voorzitter:
Dan zijn we toegekomen aan de vraag van mevrouw Postma, namens het CDA ook, aan de minister van Justitie en Veiligheid over een man die voor de zestiende keer in twee jaar tijd betrapt is op rijden zonder rijbewijs. Mevrouw Postma.

Mevrouw Postma (CDA):
Voorzitter, dank. Zestien keer aangehouden zonder rijbewijs, de laatste keer ook onder invloed van harddrugs. Ik heb onlangs een initiatiefnota ingediend over het aanpakken van verkeershufters. Sommige partijen vragen mij weleens: wat is nou een verkeershufter? Nou, dat is zo iemand. Iemand die willens en wetens in die auto stapt, gevaarlijk gedrag vertoont en een gevaar is voor anderen. Het CDA wil zo'n persoon echt van de weg af hebben voordat er ongelukken gebeuren, en niet daarna.

Voorzitter. Dit geval staat niet alleen. Ik was onlangs mee met de verkeerspolitie in Rotterdam. Ook zij vertelden mij dat zij dat jaar één iemand al zes keer van de weg hadden gehaald. Zij verwachtten dat hij volgende maand ook weer van de weg moest worden gehaald. Deze man had ook geen rijbewijs en maakte keer op keer ernstige overtredingen waardoor anderen gewond kunnen raken.

De minister heeft wel enkele dingen gedaan om te kijken hoe wij deze groep moeten aanpakken, zoals het verhogen van de strafeis voor ernstige verkeersdelicten. Ik zie alleen een grote discrepantie tussen wat er in de praktijk gebeurt en wat er in de wet kan. Mijn vraag aan de minister is de volgende. Hoe kan het nou dat de politie met de handen in het haar zit en niets denkt te kunnen doen om deze persoon aan te pakken? Is de minister bereid om met de politie in gesprek te gaan om te kijken hoe zij kunnen helpen om ervoor te zorgen dat deze mensen van de weg gehaald kunnen worden? Kan de minister mij uitleggen hoe vaak die nieuwe wet al gebruikt is en of die wel doelmatig is voor wat die moet doen, namelijk dit soort mensen van de weg afhalen en eigenlijk eventjes vastzetten, zodat ze goed over hun gedrag kunnen nadenken?

De voorzitter:
De minister.

Minister Grapperhaus:
Voorzitter. Rijden zonder rijbewijs is een ernstig verkeersdelict. Dat is duidelijk. Daarom heb ik in de per 1 januari jongstleden in werking getreden wet Aanscherping strafrechtelijke aansprakelijkheid ernstige verkeersdelicten de maximumstraf verhoogd van twee maanden naar zes maanden hechtenis. Bij herhaalde overtreders, zoals ook hier, vordert het Openbaar Ministerie ook volgens de richtlijn onvoorwaardelijke hechtenis. Daarnaast kan het voertuig in beslag worden genomen vanaf de derde overtreding. Dat is voor de meeste overtreders niet alleen een afschrikwekkend, maar ook een probaat middel. Er zijn er enkelen die desondanks toch nog overtredingen blijven begaan.

Ik kan niet nu — dat zal pas in de loop van het volgend jaar kunnen — iets zeggen over de cijfers naar aanleiding van deze per 1 januari ingevoerde wet. Ik kan wel zeggen dat het aantal staandehoudingen in 2019 met zo'n 30% is gestegen, van 400.000 naar 530.000. We zien dus dat de politie hier echt wel aanzienlijk meer en vaker op inzet. Ik begrijp heel goed de onvrede als je zoiets leest, maar over de individuele zaak kan ik verder niet oordelen, want ik weet niet wat de achtergronden daarvan precies zijn. Daar moet ik ook buiten blijven.

Mevrouw Postma (CDA):
Voorzitter, dank. Zoals ik al zei, gaat dit niet alleen om dat individuele geval. Dit kom ik ook tegen bij de verkeerpolitie in het district Rotterdam, die meerdere van dit soort mensen kent. Dus volgens mij hebben we hier een probleem te pakken dat groter is dan dat ene. Ik zou graag van de minister willen horen of hij in gesprek wil gaan met de politie om te kijken hoe zij meer handvatten kan krijgen om deze mensen toch wat langer van de weg af te houden, want, hoewel de inhechtenisneming verhoogd is van twee naar zes maanden, heb ik het idee dat er nauwelijks gebruik van wordt gemaakt. De minister deed net al de kleine toezegging dat hij kan kijken hoe vaak hier gebruik van wordt gemaakt, hoe het daarmee zit. Dat is eigenlijk al een soort evaluatie. Die zou ik dan graag begin volgend jaar zien, maar ik wil nog graag een reactie op de vraag hoe wij de politiepraktijk kunnen helpen om ervoor te zorgen dat die wet vaker wordt ingezet.

Minister Grapperhaus:
Ik haal uit het krantenbericht dat van deze "hardleerse" man al dertien voertuigen in beslag zijn genomen. Als iemand kennelijk een hele verzameling heeft of de auto's van zijn familie en weet ik veel wie allemaal hiervoor inzet en wij deze hechtenisregeling hebben, dan wordt het haast iets pathologisch. Ik had het over het aantal staandehoudingen. De politie is daar naar aanleiding van wensen van uw Kamer veel meer toe overgegaan. Dat blijft zich ook voortzetten. Je houdt dus kennelijk dit soort bizarre veelplegers — dat zie je overal — die dat blijven voortzetten ondanks de zware straffen, ondanks de vermogensstraf, die ze ook nog eens oplopen als hun auto wordt ingenomen, en die ook nog eens onder invloed van harddrugs was als ik de krant mag geloven.

Ik kan niet zeggen dat die getallen in de eerste maanden van volgend jaar komen. Dat hangt echt af van wanneer de verkeersmonitor los gaat komen, maar dat zal zeker de eerste helft van 2021 zijn.

De voorzitter:
Mevrouw Postma. U heeft nog anderhalve minuut.

Mevrouw Postma (CDA):
Dit is precies het probleem. Het voertuig is al meerdere malen in beslag genomen. Dat was ook het geval bij de casus die de politie Rotterdam aan mij liet zien, dus dit werkt blijkbaar niet. Blijkbaar werkt de wetgeving die wij nu hebben, waarbij de strafmaat verhoogd is, niet voldoende om dit soort gevaarlijke verkeershufters van de weg af te halen. Als we dan kijken wat er op zo'n weg kan gebeuren, dan is het heel reëel dat zo'n persoon een ongeluk gaat veroorzaken waarbij slachtoffers vallen, waarbij zwaargewonden vallen of, nog erger, mensen komen te overlijden. We zien liever dat we aan de voorkant gaan zitten dan aan de achterkant. Dus nogmaals mijn verzoek aan de minister om in gesprek te gaan met de politie om te kijken wat we nog kunnen doen om ervoor te zorgen dat we na zestien keer niet nog een zeventiende, achttiende, negentiende en twintigste keer moeten hebben voordat zo iemand stopt.

Minister Grapperhaus:
Ik zei al: we kunnen nog niet het oordeel vellen of die wet geholpen heeft. Er zullen altijd dit soort — excuseert u het Engelse woord — freakshows en dit soort figuren zijn die ondanks de sancties daar toch mee door blijven gaan. Dat zullen er wellicht enkelen zijn. We weten volgend jaar precies hoe die wet gewerkt heeft. Ik denk — en dat hoor ik ook van de politie — dat er heel veel ontmoediging van uitgaat als je dit één keer doet. Dat zijn heel veel van de gevallen waar het om gaat.

Mevrouw Postma (CDA):
Mag ik nog een keer?

De voorzitter:
Ja, natuurlijk. U heeft nog twintig seconden.

Mevrouw Postma (CDA):
Voorzitter, ik wou nog even. Ja, ik zie die handhavingscijfers gelukkig stijgen, maar we zijn we nog lang niet op het niveau van vijf jaar geleden. Je ziet in de verkeersongevallen ook een enorme stijging terug van het aantal zwaargewonden en het aantal dodelijke slachtoffers. Hulde voor de politie, die heel goed bezig is om het aantal staandehoudingen weer omhoog te krijgen, omdat we weten dat dat het meest effectief is om het gedrag te verbeteren, maar ik wil mij hier niet bij neerleggen. Ik wil de minister toch echt vragen om te kijken wat we hier nog meer aan kunnen doen.

Minister Grapperhaus:
Ik heb gezegd dat we eerst gewoon eens even de cijfers volgend jaar moeten gaan zien met elkaar en dan met uw Kamer moeten bespreken hoe we hiermee verdergaan. Wat betreft de stijging van de staandehoudingen: ik ben ervan overtuigd dat die lijn zich ook in 2020 blijft voortzetten.

De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Postma. De heer Remco Dijkstra namens de VVD. Ik zie ook mevrouw Van Brenk. De heer Remco Dijkstra.

De heer Remco Dijkstra (VVD):
De VVD vindt verkeersveiligheid belangrijk. Met veel moeite en met veel samenwerking met gemeentes en provincies hebben we heel veel geld vrijgemaakt voor verkeersveiligheid. Dat vinden wij belangrijk. En dan hoor je dit voorval. Als we verkeersveiligheid belangrijk vinden als het gaat om de infra, hoe kan het dan dat de sanctionering, of in ieder geval de pakkans of de handhaving, nog onvoldoende is? Want dan is het dweilen met de kraan open. Wat gaat de minister daaraan doen, naast de zaken die hij al heeft gedaan, om te voorkomen dat onschuldigen zo meteen het slachtoffer worden van zo'n verkeershufter, die straks wellicht voor de zeventiende keer met drugs opgepakt gaat worden?

Minister Grapperhaus:
Daar hebben de heer Dijkstra en ik natuurlijk vaker over gesproken met elkaar. Hij wees terecht op de pakkans en de staandehoudingen. Die staandehoudingen zijn echt substantieel toegenomen. Dat blijft ook zo. Daar blijft op worden ingezet. Nogmaals, deze strengere wetgeving zal er bij het overgrote deel van de overtreders toe leiden dat ze na een of twee keer zeggen: dit moeten we echt niet meer doen. Maar ja, het krantenbericht uit De Telegraaf, waar mevrouw Postma op heeft gewezen, laat zien dat er natuurlijk af en toe een figuur tussen zit die dertien keer zijn voertuigen in beslag heeft laten nemen en het dan nog een keertje probeert. Ik vind dat vrij bizar. Overigens kan de politie de auto bij drie overtredingen in drie jaar ook zelf innemen. Dat staat nog even los daarvan.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):
Ik kan me voorstellen dat je hier als politieagent moedeloos van wordt. Je doet iedere keer je best, maar zo iemand komt weer op straat. Ik vroeg me af of de minister mee kan denken. Is er nog een andere mogelijkheid? We praten hier over iemand met de Poolse nationaliteit. Kunnen we daar nog iets mee? Volgens mij zijn er ook landen die uitspreken dat iemand persona non grata is. Zulke mensen zouden we hier eigenlijk niet op de weg willen hebben. Kunnen we misschien nog iets in die richting?

Minister Grapperhaus:
Ik wil die dingen zeker nog eens meenemen als we echt een beeld hebben van hoe dit uitwerkt. Mevrouw Van Brenk is een vaste en scherpe analist in de overleggen die we met elkaar hebben. Ik vind echt dat we hier met elkaar naar moeten kijken. Als ik de politie en het OM hierover spreek, dan heb ik nog steeds het beeld dat deze wetgeving echt werkt, want het is een behoorlijke verzwaring. Maar goed, we weten dat in de loop van 2020 in ieder geval zeker, dus dan kunnen we met elkaar kijken of het nodig is om er toch nog andere dingen bij te doen.

De voorzitter:
Heeft u nog een vraag? De heer Remco Dijkstra namens de VVD.

De heer Remco Dijkstra (VVD):
We wachten eventjes af wat de verzwaring van de strafmaat gaat betekenen voor de cijfers. Het is op zich goed als het lukt om de pakkans omhoog te krijgen, maar dit is natuurlijk wel een idioot. Dit soort idioten wil je niet op de weg. Ik lees in het artikel dat er dertien auto's in beslag zijn genomen. Dat is vrij uniek. Ik vraag me af of dat geld niet verbeurd kan worden richting het Fonds Slachtofferhulp, want je hebt maar één idioot nodig om een heel leven of meerdere levens te verwoesten.

Minister Grapperhaus:
Het voertuig wordt dan inderdaad verbeurd verklaard, dus je krijgt het niet terug. Zoals de heer Dijkstra weet, wordt dat vervolgens aan de algemene middelen toegevoegd. Ik weet niet of het in dit geval een Lamborghini was, die een of twee ton kost, of een Ford Fiesta, die in de buurt van vijftien mille komt. Zeker als ze wat ouder zijn, dan zullen die bedragen wat lager liggen.

De voorzitter:
Hoe weet u dat zo precies? Vertel.

Minister Grapperhaus:
Dat weet ik zo precies omdat ik al drie jaar lang deze functie uitoefen. Ik zou uw Kamer graag uitnodigen om eens een keer langs rijksdomeinen te gaan. Dan kunt u zien wat er onder beslag ligt. Het is werkelijk waar. Daar staan een stuk of 40 van die hele dure bakken. Maar als je uit het raam kijkt, staan er wel 500 Ford Fiesta's. De heer Dijkstra herkent dat, want die is er weleens geweest. Er zijn ook een aantal hele mooie schilderijen van sommige mensen, maar dat is een ander verhaal. Daar ligt natuurlijk het punt. Het gaat nu naar de generale middelen, dus naar Financiën, maar ik denk dat het voor een volgend kabinet te overwegen zou zijn — daarover heb vaak van gedachten gewisseld met mevrouw Van Toorenburg — om die opbrengsten aan de gemeenschap ten goede te laten komen. Ik zou het voor een volgend kabinet een goed idee vinden om te zeggen: waarom laat je de opbrengsten van verkeersgekken en -hufters, zoals mevrouw Postma zegt, niet aan dat waarborgfonds? Dat zou dan uitgewerkt moeten worden.

Dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel. We wachten nog heel even, want de volgende vraag wordt gesteld aan de minister van Financiën, die nog moet binnenkomen.


Vragen Alkaya

Vragen van het lid Alkaya aan de minister van Financiën over de gevolgen van het verdwijnen van bankfilialen.

De voorzitter:
Dan geef ik nu het woord aan de heer Alkaya namens de SP voor zijn vraag aan de minister van Financiën, die ik van harte welkom heet, over de gevolgen van het verdwijnen van bankfilialen.

De heer Alkaya (SP):
Voorzitter. In Heerlen kregen de bewoners van de wijk Molenberg recent hun geldautomaat terug. In 2017 werd die namelijk weggehaald, maar zij kwamen samen met de SP in actie en wonnen recent! En niet alleen in Heerlen, maar ook in Weert, Bergen op Zoom, Roosendaal, Alphen aan den Rijn en Terneuzen voerden buurtbewoners samen met de SP actie hiervoor. Want mensen pikken het niet dat de diensten waarvoor ze jaarlijks meer betalen, steeds minder toegankelijk en dus steeds slechter worden. Seniorenorganisatie KBO-PCOB kreeg alleen vorige maand al 800 klachten over bankfilialen die verdwijnen in de buurt van mensen. Zij waarschuwen ons voor de grote groep mensen die hierdoor dreigt af te haken; mensen die het liefst met contant geld betalen en die graag een mens, een persoon van vlees en bloed, tegenover zich hebben zitten als ze het over hun geldzaken hebben, en niet een computerstemmetje of een beeldscherm. Mijn eerste vraag is of deze minister er ook voor deze mensen is. En wat doet hij dan voor hen?

Geldzaken zouden geen puur commerciële activiteit moeten zijn. Geldzaken zijn van publiek belang voor de samenleving. Dus draagt de overheid en ook deze minister een verantwoordelijkheid als alles in deze belangrijke sector aan het veranderen is. Op initiatief van de SP hebben wij voor de zomer een Kamerdebat over de toekomst van ons geldstelsel gevoerd. Toen is ook een motie van mij aangenomen om contant geld, ondanks alle veranderingen, toegankelijk en geaccepteerd te houden. Die motie is unaniem aangenomen. Dat is wat het parlement dus wil en dat is wat de samenleving wil. Daarvoor zijn dus bankfilialen en geldautomaten nodig in de buurt van mensen. Hoe kan het dan dat juist SNS, een bank in overheidshanden, vorige week in een stroomversnelling alle pinautomaten sloot? En als het dan alleen om het acute gevaar van plofkraken ging — wat ik kan begrijpen — wanneer gaan die geldautomaten dan weer op een veilige manier open? En waarom waren specifiek deze automaten überhaupt het doelwit?

De voorzitter:
Dan geef ik het woord aan de minister van Financiën.

Minister Hoekstra:
Voorzitter, dank. Dank ook aan de heer Alkaya voor de gestelde vragen. Hij doet dat volgens mij in reactie op het artikel "Banken hebben het zwaar. Wat als ze verdwijnen?". Nu moet ik heel eerlijk zeggen dat ik het stukje "wat als de banken verdwijnen?" nooit heb gezien als de grootste zorg van de heer Alkaya in de debatten die hij en ik in de afgelopen jaren hebben gevoerd. Maar ik snap wel het punt dat hij hier aanhaalt, namelijk hoe het met de toegankelijkheid zit.

Ik begin toch even met een paar cijfers en wat we er verder nog aan zouden kunnen doen. De acceptatie van cash in Nederland is 96%. In 96% van de winkels kun je met cash betalen. Dat is een hoger percentage dan waar je met pin kunt betalen. Dus als een van die twee groepen zich verongelijkt zou voelen, dan zouden dat in ieder geval niet de cashbetalers zijn. Maar ik heb vaker gezegd, en herhaal dat graag: ikzelf vind het ontzettend belangrijk dat cash een geaccepteerd betaalmiddel blijft in de samenleving. Dus dat vraagt wat van overheidsdiensten. We doen dat vanwege de stabiliteit van het systeem, maar ook omdat er mensen zijn die de behoefte hebben om dat te blijven doen vanwege het gevoel van privacy dat groter is bij cash dan bij pinbetalingen.

Wat betreft de problematiek waar de heer Alkaya op ingaat, die voorbij cash gaat en in het artikel ook duidelijk naar voren komt, het volgende. Naar mijn waarneming is er echt goed overleg in het zogenaamde MOB. Dat kent de heer Alkaya ook. Daar komen alle partijen samen die ook maar iets met deze problematiek te maken hebben. Daar zitten ook vertegenwoordigers in van ouderen, laaggeletterden en mensen met een beperking. Mijn waarneming is dat er echt goed overleg plaatsvindt over hoe we nou die pinautomaten, maar ook die bankkantoren goed toegankelijk houden.

Wat ik de heer Alkaya best zou willen toezeggen is dat ik nog een keer met het MOB in gesprek ga en daar vraag — dat zou dan voor de rapportage van volgende zomer moeten zijn — om nog eens specifiek te reflecteren op deze problematiek van het voldoende openhouden van plekken om te pinnen en in mindere mate van bankfilialen. Je moet namelijk ook erkennen dat we gewoon te maken hebben met een tendens die voor een belangrijk gedeelte ook door consumenten zelf gewild is. Ik deel dat je voor sommige dingen graag iemand in de ogen wilt kunnen kijken, zeker als je kwetsbaar bent. Dat is de ene kant. Maar de andere kant is dat we ook moeten waken voor al te veel romantiek over hoe gezellig het 30, 40 jaar geleden in die rij van de bankfilialen was. Ik heb daar vaak gestaan, vaak aan de hand van een van mijn ouders. Dat duurde lang en was nou niet het hoogtepunt van het bezoek aan de winkelstraat.

De heer Alkaya (SP):
Laat duidelijk zijn dat ik er niet verdrietig om ben dat de grote kantoren van commerciële banken van de Amsterdamse Zuidas verdwijnen. Dat mag best van mij. Het gaat mij juist om de bankfilialen in de buurten, de kleinschalige bankfilialen en de geldautomaten waar mensen naartoe willen en moeten omdat ze boodschappen willen doen, graag contant geld gebruiken en omdat ze hun geldzaken willen regelen. Dan is het natuurlijk zorgwekkend dat een bank in overheidshanden, zoals SNS, in een keer alle automaten kan sluiten en niet kan zeggen wanneer ze weer open gaan. SNS geeft aan dat zij ook onderschrijven dat contant geld beschikbaar moet blijven. Zij onderschrijven ook nog steeds de norm dat eigenlijk iedereen in Nederland binnen 5 kilometer zo'n automaat moet hebben. Dat is belangrijk. Het is ook belangrijk dat de minister dat hier nogmaals onderschrijft. Maar dan moet in die rapportage ook worden meegenomen wat het betekent als zo'n bank ineens voor onbepaalde tijd de automaten kan sluiten en kan zeggen: klanten, jullie kunnen nog steeds bij andere banken terecht. Daarmee schuiven ze eigenlijk die verantwoordelijkheid van zich af. Deelt de minister de mening dat geen enkele bank die verantwoordelijkheid van zich af kan schuiven? Zegt hij toe om in de rapportage mee te nemen wat zo'n tijdelijke sluiting van alle automaten betekent voor die norm?

Minister Hoekstra:
Even in de categorie "ere wie ere toekomt": dat punt van die 5 kilometernorm is vooral door de heer Nijboer vaak naar voren gebracht. Ik heb hier bij herhaling tot uitdrukking gebracht dat het kabinet die norm belangrijk vindt. We houden ons daar overigens ontzettend goed aan. Ik heb de getallen nog even opgezocht voor dit debat. De heer Alkaya zal in zijn nopjes zijn, want als je 2019 vergelijkt met 2020 is het percentage met 0,01% omhooggegaan van 99,5% naar 99,51%. Daarmee zitten we echt op een zeer verdedigbaar percentage, vind ik.

Maar ik wil hem graag toezeggen dat ik het MOB ga vragen om in die rapportage die voor de zomer komt, ook nog eens mee te nemen hoe het zit met alle bewegingen in het veld. Je hebt namelijk sowieso de beweging waarin normale bankautomaten overgaan op Geldmaatautomaten. Je hebt ook nog de problematiek van het witwassen. Die moeten we hier ook in meenemen, want er zijn echt buurten waar mensen absoluut geen geldautomaat naast hun deur willen hebben. Die problematiek moeten we wel onder ogen zien. Er was in mijn herinnering ook echt wel begrip voor in de Kamer dat dit ook iets is wat je moet meewegen. Ik doe hem graag die tweede toezegging. En ik denk dat dat percentage ook voor hem vertrouwenwekkend is.

De heer Alkaya (SP):
Ja, dat houden we in de gaten. Dat is inderdaad goed. Dan mis ik alleen nog het antwoord op de vraag wanneer die automaten van SNS weer op een veilige manier — ik benadruk dat: op een veilige manier — open gaan.

Minister Hoekstra:
Ik kan geen antwoord geven over alle of een deel van die automaten. Ik kan wel de problematiek schetsen ten aanzien van die plofkraken en de transitie. Je moet die automaten op zo'n manier openen dat mensen zich niet opeens onveilig of nog onveiliger voelen. Dus ik zou echt even moeten nagaan of ik iets verstandigs kan zeggen over de timing van SNS. Het is wel zo — dat hebben Grapperhaus en ik eerder ook aan uw Kamer verteld — dat die hele transitie van die automaten die specifiek te maken hadden met de plofkraakproblematiek … We hopen dat we daar medio 2021 een oplossing voor hebben.

De heer Alkaya (SP):
In algemene zin heb ik wel antwoorden gekregen van de minister, maar ik constateer dat hij niet een antwoord heeft op de vraag wanneer die SNS-automaten op een veilige manier open kunnen en waarom juist die automaten doelwit zijn gebleken. Juist dit soort tijdelijke verslechteringen in de dienstverlening kan voor mensen heel veel betekenen. Het zijn niet enkele automaten, gelijk alle automaten zijn gesloten. Dus ik verwacht van de minister op dit punt nog een brief over wanneer die automaten op een veilige manier open kunnen en waarom juist die automaten, van deze overheidsbank, het doelwit waren. Dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel.

Minister Hoekstra:
Zal ik nog kort reageren op dat laatste punt? Dat onderscheid tussen overheidsbank en geen overheidsbank vind ik eerlijk gezegd veel minder relevant dan de discussie die we met elkaar hebben over de toegankelijkheid. Want volgens mij zijn we met elkaar van mening dat die toegankelijkheid zo belangrijk is. Wie dan welk gedeelte van het netwerk voor zijn rekening neemt, vind ik iets minder relevant. Ik wil toezeggen dat we breder terugkomen bij de Kamer op de vraag hoe we staan in die operatie ten aanzien van die plofkraken en wat dit betekent. Dan kan ik SNS daar wellicht specifiek in meenemen, maar die informatie moet ik ook ophalen. Daar heb ik geen kant-en-klaar antwoord op.

De heer Alkaya (SP):
Dat is volgens mij een inspanningsverplichting, voorzitter.

De voorzitter:
Dank u wel, meneer Alkaya. Dan ga ik eerst naar de heer Nijboer, dan de heer Azarkan, dan mevrouw Van Brenk en dan de heer Slootweg. De heer Nijboer namens de PvdA.

De heer Nijboer (PvdA):
Mensen zien de dienstverlening van banken steeds verder verschralen. Pinautomaten verdwijnen; bankkantoren gaan dicht. Dat komt ook omdat mensen steeds meer online bankieren. Nu weet de minister dat mensen steeds meer online bankieren, maar dat ze soms ook worden bedonderd. Daar is hij ook al vaker voor in de Kamer geweest. Er is vorige week een motie aangenomen dat de minister in gesprek moet gaan met die banken om te zorgen dat spoofingslachtoffers gecompenseerd worden. Mijn vraag aan de minister is: is dat gesprek al geweest? Twee. Gaan die banken, voornamelijk ING maar ook ABN-AMRO, eindelijk die schade van die mensen vergoeden?

Minister Hoekstra:
De heer Nijboer trekt even een ander register open, namelijk een register van iets langer geleden. Ik vind het ook prettig om hier te zijn, mag ik via u tegen de heer Nijboer zeggen. Misschien toch even op zijn eerste punt. De heer Nijboer zei dat je de dienstverlening steeds verder ziet verschralen. Dat zou je op basis van sommige datapunten kunnen beargumenteren. Aan de andere kant verwijs ik toch nog even naar die rij waar ik altijd zo gezellig in stond. Ik vind het geen verschraling dat ik niet meer in die rij sta maar tegenwoordig online kan bankieren, en dat mijn hoogbejaarde familieleden eventueel wel bij een bankloket terechtkunnen. Het gaat mij dus iets te ver om te doen alsof het vroeger allemaal beter was en de wereld alleen maar verschraalt. Maar ik zie de heer Nijboer knikken. Ik ben geneigd om dat zo te interpreteren dat hij het met me eens is.

Wat spoofing betreft: ik zou even moeten nagaan wat de stand van de gesprekken is. Ik begrijp dat de heer Nijboer denkt dat de motie in de zeven dagen na het aanvaarden van de motie ook wel uitgevoerd zou kunnen zijn. Dat weet ik eerlijk gezegd niet. Dat moet ik checken. Het zou best kunnen zijn dat men ook nog een paar andere dingen te doen heeft op het ministerie, maar het belang en ook de urgentie ervan heb ik vorige week of twee weken geleden al geprobeerd tot uitdrukking te brengen.

De heer Nijboer (PvdA):
Ik ken de minister. Als hij echt wat wil, gaat hij erbovenop zitten. Dat heb ik ook bij de verhoren gezien. De kerst komt eraan en die mensen zijn doodongelukkig. Dus ik doe toch een oproep aan de minister. Het zijn nog twee weken. Als deze minister met zijn vuist op tafel slaat — dat kan hij; dat hebben we ook gezien bij andere voorbeelden — kan hij wat regelen. Ik denk dat hij dit voor elkaar krijgt. Hij heeft een unanieme Kamer. Mijn oproep is: zorg dat die mensen voor de kerst duidelijkheid hebben.

Minister Hoekstra:
Het ligt wat verpakt, maar het is toch bijna een compliment wat ik net heb gehoord. Wat dat erbovenop zitten betreft: ik heb ook bovenop het steunpakket gezeten, wat ook iets verstandigs is wat we doen. Er was nog een eurogroep. Er waren nog een paar andere dingen. De meeste van die dingen zijn de heer Nijboer ook bekend, maar ik zal vandaag nog vragen wat de stand van het gewas is ten aanzien van deze gesprekken.

De heer Azarkan (DENK):
Minister Hoekstra is een heel gedegen debater, die natuurlijk ook de ins en outs van zijn portefeuille kent. Maar hij doet zichzelf toch echt tekort door de dienstverlening ten aanzien van de beschikbaarheid van pinautomaten te stellen tegenover het romantische beeld van dat hij vroeger met zijn ouders in de rij stond. Dat is een rare tegenstelling. Dat is niet wat mensen vragen. Het is toch vreemd dat burgers in deze tijd zelf aan de bank moeten vragen of die alsjeblieft de nutsfunctie van het pinnen van geld voor hen kan regelen. Dat is volgens mij wat er gevraagd wordt. Je kunt dat natuurlijk overlaten aan zelfregulering — dat is wat we nu doen — of via het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer regelen, maar …

De voorzitter:
En de vraag is?

De heer Azarkan (DENK):
… de minister kan er ook voor kiezen om het te verankeren in de Wet op het financieel toezicht.

Minister Hoekstra:
Ik moet toch een paar dingen uit elkaar halen. Ik had het niet zozeer over romantiek als wel over valse romantiek. Ik heb dat beeld willen gebruiken omdat ik echt de suggestie wilde wegnemen dat de oude wereld, waarin wij allemaal naar bankkantoren gingen, zeker in de tijd voordat er pinautomaten waren, en in de rij stonden om contant geld op te halen, in allerlei opzichten te verkiezen was boven de situatie van nu. Niet voor niks komen er zo weinig mensen in bankfilialen. Er komen zo weinig mensen in bankfilialen omdat ze het gemakkelijker vinden om dingen thuis online te doen of om te pinnen. Waar de discussie volgens mij over zou moeten gaan, is hoe je ervoor zorgt dat de relatief kleine groep — gelukkig is die relatief klein — die kwetsbaar is, die moeite heeft met lezen, die moeite heeft met het begrijpen van informatie, bij een bankmedewerker terechtkan. Daar gaat wat mij betreft de discussie over. Ik heb gezegd dat ik me daar echt voor wil inspannen via het MOB, maar ik wil het MOB ook niet tekortdoen, want daar heeft men heel nadrukkelijk oog voor dit type problematiek en daar zijn de vertegenwoordigers van al die groepen goed vertegenwoordigd.

De heer Azarkan (DENK):
Maar dat is toch nog echt zelfregulering. Kwetsbare ouderen, maar ook mensen die uit privacyoverwegingen geld gewoon cash willen ophalen — zij hoeven niet meer in die rij te staan — willen op een efficiënte manier hun geld kunnen ophalen. Wij vinden dat die mogelijkheid beschikbaar moet blijven. Het is vreemd dat die mogelijkheid verdwijnt omdat banken dat commercieel lastiger vinden of omdat zij onder druk van plofkraken zeggen: we willen dat niet meer. Burgers moeten dan de hele stad door. Ik hoor dit in Rotterdam, ik hoor dit in Utrecht. Mensen zeggen: pinautomaten zijn heel beperkt aanwezig. Ik denk dat het ook een overweging is — die geef ik aan de minister mee, als hij toch dat gesprek en onderzoek gaat doen — om dit als basisdienst mee te nemen in de Wet op het financieel toezicht, zoals ook is gebeurd in de Postwet; je kunt het ook in de Wft opnemen.

Minister Hoekstra:
Laat ik toch ook een appel doen op de redelijkheid van de heer Azarkan. Als je het Nederlandse betalingsverkeer, de Nederlandse beschikbaarheid van pinautomaten en overigens ook de Nederlandse beschikbaarheid van bankfilialen, dus wat de financiële sector überhaupt te bieden heeft aan faciliteiten voor Nederlandse burgers, inclusief het overlegmodel dat wij daarvoor hebben, afzet tegen de situatie in de meeste andere landen, dan zie je dat ons model die vergelijking over het algemeen echt buitengewoon goed kan doorstaan. Dat herkent de heer Azarkan, denk ik, wel. In het MOB wordt nou juist dit type problemen aangekaart en opgelost. Men kijkt daar heel secuur naar en men zorgt dat die lat boven die 99% en nog wat blijft liggen. Men bespreekt hoe je ouderen kunt helpen, bijvoorbeeld door in sommige gevallen zelfs bij hen thuis langs te gaan, door dingen uit te leggen, door te zorgen voor vergrote letters op specifieke pinautomaten. Ik ben er heel erg voor dat dit type aanpassingen of arrangementen wordt geboden, juist voor die kleine kwetsbare groep. Maar als men dat in het MOB heel goed met elkaar weet te regelen — dat is echt mijn stelling — is het dan werkelijk dienstig dat ik als minister zeg dat dit desalniettemin om daadkracht vraagt en dat ik dus met een wet kom? Dat is misschien een beetje overbodig.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):
Ik ben blij dat de minister aandacht heeft voor de toegankelijkheid voor kwetsbare ouderen. Mensen moeten kunnen pinnen. Ik zie gelukkig dat er ook hele mooie initiatieven zijn. Bij de SRV-man die bij mijn ouders aan de deur komt, mogen mensen gewoon extra pinnen en krijgen zij cashgeld. Volgens mij gebeurt dat vaker. We zien dus meer initiatieven dan alleen bankautomaten. Heeft de minister daar ook oog voor?

Minister Hoekstra:
Zonder meer. Datgene waar mevrouw Van Brenk naar verwijst, ligt bijna in het verlengde van mijn antwoord van zo-even. Mijn antwoord van zo-even aan de heer Azarkan ging over het geïnstitutionaliseerd organiseren van de samenleving. Mevrouw Van Brenk verwijst naar problemen die de samenleving gewoon zelf oplost. Mensen helpen elkaar gewoon. Ik heb daar zeker oog voor. Het is uiteindelijk een van de mooie dingen van ons land dat dat soort dingen gebeuren.

De heer Slootweg (CDA):
Het is natuurlijk niet bij één bank dat er filialen verdwijnen. Dat gebeurt nu bij een aantal bankmaatschappijen. Dat kan echt heel vervelend zijn voor de mensen die daarvan afhankelijk zijn en natuurlijk ook voor de mensen die daar werken. Daar wil ik ook aandacht voor vragen, want ook voor hen is het zeker geen pleziertje. Mijn vraag ziet op het volgende. Bij de pinautomaten is er ten slotte de gele automaat gekomen. Dat hebben de banken gezamenlijk gedaan. Ik heb begrepen dat dat een lange worsteling is geweest, waarbij de ACM zei: dat is allemaal concurrentie, dat kan niet. Maar ten slotte was er toch die uitkomst. Zou zoiets ook voor wat kleinere kernen de oplossing kunnen zijn bij bankfilialen? Dan is er één filiaal waarin misschien meerdere banken zitten, zodat er voldoende toegankelijkheid is voor kwetsbare groepen.

Minister Hoekstra:
Het goede aan de vraag is dat ik dit én niet precies weet én dan onmiddellijk het risico loop om te gaan improviseren. Maar ik ga dat toch doen. Je zou je namelijk best kunnen voorstellen dat je zo'n type oplossing zou moeten willen onderzoeken. Tegelijkertijd, het is niet voor niks dat de ACM en andere instellingen al gingen over die geldmaten en wat dat zou doen met de concurrentie. Die vraag speelt natuurlijk nog veel pregnanter bij een bepaald kantoor. Ik vind ook niet dat het uiteindelijk aan mij is om die vraag te beantwoorden. Het is wel een vraag die ik nog eens zou willen meegeven aan het MOB. Maar ik ga dat dan wel kleurenblind doen. Ik ga dat niet doen met de oproep: wilt u daar alstublieft op voorsorteren. Want dan weet ik niet precies wat ik over me afroep.

De voorzitter:
De heer Stoffer namens de SGP.

De heer Stoffer (SGP):
Volgens mij zijn de minister en ik leeftijdsgenoten. Mijn ervaringen met de bank waren eigenlijk best wel positief. In iedere herfstvakantie had je een spaarweek. Dan bracht je je spaarpotje ernaartoe en dan kreeg je nog een cadeautje ook. Het is dus maar net hoe je ernaar kijkt. Maar goed, toch even terug naar het probleem an sich. Er wordt nu een beeld gecreëerd dat het overal in Nederland droevig gesteld is. Maar ik woon zelf in een klein dorpje. De grotere banken gingen daar weg, maar de regiobank dacht: we grijpen hier onze kans. En het loopt als een trein. Een dorpje verderop zijn ze ook begonnen. Nu houd ik er helemaal niet van om dingen ergens vast te leggen. Zou het niet gewoon praktisch mogelijk zijn om eens te kijken waar in Nederland die problematiek speelt dat je bij een bank eigenlijk geen mens van vlees en bloed meer kunt spreken? Is er dan niet gewoon het gesprek met de bankensector over de vraag: kun je het op die witte vlekken praktisch oplossen? Want die zullen er ongetwijfeld op bepaalde plekken in Nederland zijn. Dat is mijn vraag.

Minister Hoekstra:
Ook die vraag zou ik willen doorspelen naar het MOB. Daar heeft men natuurlijk iets soortgelijks gedaan met die geldautomaten. Anders zou ik hier niet die norm van die 99,x kunnen neerleggen. Dus als ik nou die vraag ook daar neerleg? Ik weet ook niet of je het per se op die manier zou moeten oplossen. Het is natuurlijk niet zo dat overal waar er niet in je onmiddellijke nabijheid een bankfiliaal blijkt te zijn, je dat als problematisch ervaart. Ik denk dat we allemaal zien dat we er gewoon heel erg veel minder komen dan vroeger. Ik ben er dan net ook nog achter gekomen dat de familie Hoekstra eigenlijk bij de verkeerde bank zat. Maar dat laat zich niet meer repareren.

De voorzitter:
De heer Alkaya namens de SP.

De heer Alkaya (SP):
Tot slot. De minister heeft veel toegezegd. Hij gaat veel bespreken in het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer. Het is inderdaad goed dat we dat in dit land hebben. Tegelijkertijd kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat als de minister spreekt over de mensen die nog gebruikmaken van contant geld, van bankfilialen en die graag met een mens spreken, hij het heeft over kwetsbaren en ouderen. Toch is er ook een groep die het gewoon principieel niet doet, die dat om privacyredenen niet doet, die helemaal niet kwetsbaar is, die best mee zou kunnen maar ervoor kiest om het niet te doen. Is de minister bereid om ook die mensen niet uit het oog te verliezen en tijdens het overleg met het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer ook het belang van die mensen te benoemen?

Minister Hoekstra:
De heer Alkaya heeft net goed naar mij geluisterd toen hij nog achter het spreekgestoelte stond. Toen heeft hij gehoord dat ik in mijn eerste drie, vier, vijf zinnen ook precies dit probleem, inclusief de privacyoverwegingen, heb gemarkeerd. Dus vanzelfsprekend blijft dat antwoord "ja". Waar ik wel aandacht voor wil vragen, is dat als je kijkt naar de samenleving als geheel, 90% onlinebankiert. Binnen die overige 10% zijn mensen die om de een of andere reden kwetsbaar zijn, sterk oververtegenwoordigd. Dus dat je dat tweede niet gaat laten, dat ben ik met de heer Alkaya eens. Maar dat je je specifiek inzet voor mensen met een visuele beperking, voor mensen met een fysieke beperking en voor mensen die moeite hebben om te kunnen begrijpen wat er überhaupt online te vinden is, dat vind ik eerlijk gezegd echt heel verstandig van het MOB.

De voorzitter:
Dank u wel.

Minister Hoekstra:
Voorzitter, mag ik nog 30 seconden? Ik heb nog iets in de categorie "boter bij de vis". Dan heb ik dat meteen afgehandeld met de heer Nijboer. Iedereen volgt natuurlijk heel nauwkeurig wat de heer Nijboer misschien zou kunnen gaan vragen. Een eerste gesprek over spoofing heeft plaatsgevonden. Dat wordt begin 2021 vervolgd. Dan hoopt men ook in het eerste kwartaal tot een oplossing te komen.

De voorzitter:
Goed. Dank u wel. Daarmee zijn wij aan het einde gekomen van dit vragenuur. Ik schors de vergadering tot drie uur. Dan gaan we een nieuwe collega namens de PVV beëdigen. Daarna hebben we een lange stemmingslijst. Ik kijk even richting de minister van Financiën, dat hij dat weet. Ik begrijp nu dat hij wordt afgelost. Hij hoeft niet bij de beëdiging te zijn.

De vergadering wordt van 14.54 uur tot 15.03 uur geschorst.

Regeling van werkzaamheden (stemmingen)

Regeling van werkzaamheden (stemmingen)

Regeling van werkzaamheden (stemmingen)

De voorzitter:
We wachten voor de beëdiging van de heer De Vree nog even op onze collega Renske Leijten. Die zit in de ondervragingscommissie, maar zij is de voorzitter van de commissie voor het onderzoek van de Geloofsbrieven. Zij is onderweg hiernaartoe; vandaar.

We doen tussendoor een korte regeling van werkzaamheden voor de stemmingen. Ik geef het woord aan mevrouw Sazias namens 50PLUS. Ik zie ook mevrouw Van Toorenburg namens het CDA. Dan hebben we dat ook gehad. Mevrouw Sazias.

Mevrouw Sazias (50PLUS):
Bij agendapunt 15 van de stemmingen, over het notaoverleg over de ggz, wil ik graag de motie op stuk nr. 563 (25424) aanhouden.

De voorzitter:
Even kijken, hoor.

Mevrouw Sazias (50PLUS):
Agendapunt 15, de motie op stuk nr. 563.

De voorzitter:
Op verzoek van mevrouw Sazias stel ik voor haar motie (25424, nr. 563) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:
Mevrouw Van Toorenburg.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):
Voorzitter. Bij de moties over … Je zou bijna zeggen "de begroting van mevrouw Agema", maar het is de begroting van VWS. Dat zijn de stemmingen onder punt 14. Wij willen de motie-Peters/Terpstra op stuk nr. 122 (35570-XVI) graag aanhouden. Die staat voor u op pagina 12, denk ik.

De voorzitter:
Even kijken. Pagina 10, hoor ik hier. De motie op stuk nr. 122. Ja, ik heb 'm.

Op verzoek van de heer Peters stel ik voor zijn motie (35570-XVI, nr. 122) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:
Mevrouw Tellegen.

Mevrouw Tellegen (VVD):
Ik heb een gunst te vragen en verzoek om uitstel van de stemmingen onder agendapunt 37, over de begroting van BZK. Dat komt omdat mijn collega's Koerhuis en Terpstra een gewijzigd amendement net iets te laat instuurden om nog mee te sturen met deze stemmingslijst. We zouden daar dus graag morgen over willen stemmen, als dat kan.

De voorzitter:
Heeft iemand daar bezwaar tegen? Nee? Hier wordt gevraagd: morgen? Ja, dat klopt. We hebben morgen stemmingen. Niemand heeft bezwaar tegen het uitstellen van agendapunt 37. Dan wachten we nog heel even.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Beëdiging van de heer J.H. de Vree (PVV)

Beëdiging van de heer J.H. de Vree (PVV)

Aan de orde is de beëdiging van de heer J.H. de Vree (PVV).

De voorzitter:
Ik geef het woord aan mevrouw Leijten tot het uitbrengen van verslag namens de commissie voor het onderzoek van de Geloofsbrieven.

Mevrouw Leijten, welkom.

Mevrouw Leijten, voorzitter der commissie:
Voorzitter, excuses dat ik te laat ben hiervoor, terwijl het natuurlijk een heuglijke dag is voor de heer De Vree. Vanaf deze plek wil ik in ieder geval mevrouw Maeijer alle goeds wensen in de komende tijd, waarin zij hier even afwezig is.

Voorzitter. De commissie voor het onderzoek van de Geloofsbrieven heeft de stukken onderzocht die betrekking hebben op de heer J.H. de Vree te Hardinxveld-Giessendam.

De commissie is eenparig tot de conclusie gekomen dat de heer De Vree te Hardinxveld-Giessendam terecht benoemd is verklaard tot lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. De commissie stelt u daarom voor om hem toe te laten als lid van de Kamer.

Daartoe dient hij wel eerst de verklaringen en beloften zoals die zijn voorgeschreven bij de Wet beëdiging ministers en leden Staten-Generaal van 27 februari 1992, Staatsblad nr. 120, af te leggen.

De commissie verzoekt u tot slot de Kamer voor te stellen het volledige rapport in de Handelingen op te nemen.

De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Leijten. Ik dank de commissie voor haar verslag en stel voor dienovereenkomstig te besluiten.

Daartoe wordt besloten.

(Het rapport is opgenomen aan het eind van deze editie.)

De voorzitter:
Ik verzoek de leden en de overige aanwezigen in de zaal en op de publieke tribune — ik zie maar één iemand op de publieke tribune — om voor zover dat mogelijk is te gaan staan.

De heer De Vree is in het gebouw der Kamer aanwezig om de voorgeschreven verklaringen en beloften af te leggen.

Ik verzoek de Griffier hem binnen te leiden.

Nadat de heer De Vree door de Griffier is binnengeleid, legt hij in handen van de Voorzitter de bij de wet voorgeschreven verklaringen en beloften af.

De voorzitter:
Dan wens ik u van harte geluk met het lidmaatschap van onze Kamer. U krijgt bloemen, denk ik. Van harte welkom. Het is een beetje ongemakkelijk met corona, maar dat weet u al. Kijk, de heer Wilders heeft bloemen voor u. Dat is heel lief.

Ik zou zeggen: neem plaats. We hebben 250 moties waarover we gaan stemmen. Welkom!

Ik wacht nog heel even totdat we een andere microfoon hebben.

Mededelingen

Mededelingen

Mededelingen

De voorzitter:
Ik deel aan de Kamer mee dat het volgende lid zich heeft afgemeld:

Bosman.

Deze mededeling wordt voor kennisgeving aangenomen.

Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:
Op mijn lijst staat de heer Kwint, maar ik zie dat het de heer Van Nispen wordt.

De heer Van Nispen (SP):
Voorzitter. Mijn collega Kwint zou namens de SP graag de stemmingen bij punt 6 willen uitstellen.

De voorzitter:
Ik zie dat niemand daar bezwaar tegen heeft. Dat is er weer eentje minder. O, het zijn drie moties, dus het scheelt niet veel.

Ik stel voor, zo dadelijk ook te stemmen over de aangehouden moties-Schonis (35570-XII, nrs. 40 en 62) en de motie-Kwint/Beckerman (35570-VIII, nr. 106).

Daartoe wordt besloten.

Stemmingen

Stemmingen


Stemmingen moties Onderdeel Sport en bewegen van de begroting VWS 2021

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over het onderdeel Sport en bewegen van de begroting VWS 2021 en aanverwante zaken,

te weten:

  • de motie-Rudmer Heerema over het openstellen van het Schadefonds Geweldsmisdrijven voor de slachtoffers van misbruik in de turnsport (35570-XVI, nr. 43);
  • de motie-Rudmer Heerema c.s. over een financiële tegemoetkoming voor sportbonden met één of meer topsport- en/of talentprogramma's (35570-XVI, nr. 44);
  • de motie-Westerveld c.s. over een schadefonds voor turnsters met klachten ten gevolge van psychische en fysieke mishandeling (35570-XVI, nr. 45);
  • de motie-Westerveld c.s. over hulp aan sporters die te maken hebben gehad met psychische en fysieke mishandeling (35570-XVI, nr. 46);
  • de motie-Von Martels/Kuik over spoedig starten met een leefstijlcampagne (35570-XVI, nr. 47);
  • de motie-Van Nispen over voldoende financiële middelen voor de sportsector gedurende de coronacrisis (35570-XVI, nr. 49);
  • de motie-Van Nispen/Diertens over één landelijk loket voor informatie over de vergoeding van sporthulpmiddelen (35570-XVI, nr. 50);
  • de motie-Diertens c.s. over opleidingen tot GLI-coaches onderbrengen bij bestaande sportopleidingen (35570-XVI, nr. 52);
  • de motie-Diertens c.s. over een plan voor professionalisering van de sportsector (35570-XVI, nr. 53);
  • de motie-Diertens c.s. over ondersteuning bij het organiseren van grote sportevenementen op een zo veilig mogelijke manier (35570-XVI, nr. 54);
  • de motie-Kerstens over aandacht voor de verschillen tussen inkomensgroepen inzake sport en bewegen (35570-XVI, nr. 55);
  • de motie-Kerstens over meer maatwerk voor de sportsector bij coronamaatregelen (35570-XVI, nr. 56).

(Zie wetgevingsoverleg van 30 november 2020.)

De voorzitter:
De motie-Rudmer Heerema (35570-XVI, nr. 44) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat als gevolg van corona sportbonden geconfronteerd worden met een terugloop van sponsorgelden, evenementen met bijbehorende inkomsten geen doorgang kunnen vinden en de afdracht van verenigingen onder druk staat omdat competities al een tijd stilliggen;

constaterende dat daarmee de eigen bijdrage van sportbonden aan de topsport- en talentprogramma's in het geding komt;

overwegende dat niet alleen in aanloop naar de Olympische en Paralympische Spelen in Tokio, maar ook in de aanloop naar Beijing 2022 en Parijs 2024 het van het grootste belang is de continuïteit in de programma's van onze topsporters te waarborgen;

verzoekt de regering te bekijken hoe een eenmalige tegemoetkoming aan sportbonden met één of meer topsport- en/of talentprogramma's de financiële druk als gevolg van corona op deze programma's kan verlichten;

verzoekt de regering daarvoor in 2021 5 miljoen euro incidenteel beschikbaar te stellen vanuit het beleidsartikel 1 Volksgezondheid,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 167, was nr. 44 (35570-XVI).

Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.

In stemming komt de motie-Rudmer Heerema (35570-XVI, nr. 43).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Rudmer Heerema (35570-XVI, nr. 167, was nr. 44).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Westerveld c.s. (35570-XVI, nr. 45).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Westerveld c.s. (35570-XVI, nr. 46).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Von Martels/Kuik (35570-XVI, nr. 47).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Nispen (35570-XVI, nr. 49).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Nispen/Diertens (35570-XVI, nr. 50).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Diertens c.s. (35570-XVI, nr. 52).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Diertens c.s. (35570-XVI, nr. 53).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Diertens c.s. (35570-XVI, nr. 54).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kerstens (35570-XVI, nr. 55).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kerstens (35570-XVI, nr. 56).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.


Stemming motie Toereikendheid en doelmatigheid onderwijsbekostiging

Aan de orde is de stemming over een motie, ingediend bij het VAO Toereikendheid en doelmatigheid onderwijsbekostiging,

te weten:

  • de motie-Kwint over onderzoek naar de effecten van het geheel uit de lumpsum halen van de docent (31293, nr. 556).

(Zie vergadering van 1 december 2020.)

In stemming komt de motie-Kwint (31293, nr. 556).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.


Stemmingen moties Onderwijs en corona VII, funderend onderwijs

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het VAO Onderwijs en corona VII, funderend onderwijs,

te weten:

  • de motie-Van Meenen c.s. over extra middelen voor het basisonderwijs ter beschikking stellen via de methode die is gebruikt voor de werkdrukmiddelen (31293, nr. 557);
  • de motie-Van Meenen over het inzetten van sneltesten op scholen zodra die gevalideerd zijn (31293, nr. 558);
  • de motie-Van Meenen/Van den Hul over inzetten op stimulering van brede brugklassen, dubbele schooladviezen en latere selectie (31293, nr. 559);
  • de motie-Westerveld c.s. over afspraken maken over arbeidsvoorwaarden, contracten en een betere beloning (31293, nr. 560);
  • de motie-Kwint over inzicht verschaffen in de omstandigheden waaronder sluiting van scholen of andere onderwijsmaatregelen overwogen worden (31293, nr. 561);
  • de motie-Van den Hul over het voorkomen van gedwongen fysieke aanwezigheid van leraren (31293, nr. 562);
  • de motie-Rog/Van Meenen over het verbeteren van de ventilatie op scholen (31293, nr. 563).

(Zie vergadering van 1 december 2020.)

De voorzitter:
Aangezien de motie-Van Meenen (31293, nr. 557) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van behandeling meer uit.

In stemming komt de motie-Van Meenen (31293, nr. 558).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Meenen/Van den Hul (31293, nr. 559).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Westerveld c.s. (31293, nr. 560).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kwint (31293, nr. 561).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van den Hul (31293, nr. 562).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Rog/Van Meenen (31293, nr. 563).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.


Stemming motie Algemene Financiële Beschouwingen

Aan de orde is de stemming over een aangehouden motie, ingediend bij de Algemene Financiële Beschouwingen,

te weten:

  • de motie-Alkaya/Nijboer over een afzonderlijke instellingswet voor het Groeifonds (35570-IX, nr. 11).

(Zie vergadering van 1 oktober 2020.)

In stemming komt de motie-Alkaya/Nijboer (35570-IX, nr. 11).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.


Stemmingen moties Initiatiefnota van de leden Van Ojik en Diks "Behoud het woud"

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over de initiatiefnota van de leden Van Ojik en Diks "Behoud het woud - tien voorstellen ter bescherming van bos wereldwijd",

te weten:

  • de motie-Kröger over een betere juridische bescherming van milieuactivisten, landrechtenverdedigers en inheemse volkeren (35327, nr. 4);
  • de motie-Kröger over een Europese coalitie voor EU-wetgeving tegen ontbossing (35327, nr. 5);
  • de motie-Kröger over bindende richtlijnen bij het tegengaan van ontbossing (35327, nr. 6);
  • de motie-Van Raan over een importverbod op ontbossingsproducten (35327, nr. 7);
  • de motie-Van Raan over in kaart brengen van SLAPP (35327, nr. 8);
  • de motie-Van Raan over het bevorderen van de rechten van inheemse volkeren en lokale gemeenschappen als beleidsprioriteit (35327, nr. 9);
  • de motie-Van Raan over een plan om klimaatfinanciering op het gewenste peil te krijgen (35327, nr. 11).

(Zie notaoverleg van 30 november 2020.)

De voorzitter:
De heer Van Raan verzoekt zijn aangehouden motie op stuk nr. 7 in stemming te brengen.

In stemming komt de motie-Kröger (35327, nr. 4).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kröger (35327, nr. 5).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66 en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Kröger (35327, nr. 6).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Raan (35327, nr. 7).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, D66 en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Raan (35327, nr. 8).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Raan (35327, nr. 9).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Raan (35327, nr. 11).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.


Stemmingen moties Personeel/materieel Defensie

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over personeel/materieel Defensie,

te weten:

  • de motie-Fritsma over uitspreken dat de miljardenaankoop van de F-35-vliegtuigen zeer slecht besteed belastinggeld is (35570-X, nr. 19);
  • de motie-Fritsma over financiële compensatie voor de gebreken bij de F-35-vliegtuigen (35570-X, nr. 20);
  • de motie-Van den Bosch/Van Helvert over vooroplopen bij het bieden van vrijheid voor feitelijke informatieverschaffing (35570-X, nr. 21);
  • de motie-Karabulut/Kerstens over een schaderegeling voor Defensiemedewerkers die ziek zijn geworden door chroom-6 (35570-X, nr. 22);
  • de motie-Karabulut/Kerstens over het beëindigen van de rijkscoördinatieregeling (35570-X, nr. 23);
  • de motie-Van Helvert c.s. over een andere locatie voor de radar zoeken (35570-X, nr. 24);
  • de motie-Kerstens/Karabulut over onderzoek naar inkomensverlies door het stoppen van de uitkering gewezen militairen vóór de pensioenleeftijd (35570-X, nr. 25);
  • de motie-Kerstens/Karabulut over een standaarduitkering voor medewerkers die met chroom-6 hebben gewerkt (35570-X, nr. 26);
  • de motie-Belhaj c.s. over behoud van het Mariniersmuseum in Rotterdam (35570-X, nr. 27);
  • de motie-Belhaj c.s. over een commissie voor advies over recht op een uitkering voor wie een aandoening hebben die niet op de ziektelijst staat (35570-X, nr. 28);
  • de motie-Belhaj over de uitkomst van de blootstellingssimulatie evenwichtig laten meewegen in het ontwerp van de SMART-L-radar (35570-X, nr. 29);
  • de motie-Stoffer c.s. over optimaal gebruikmaken van een zelfscheppend Nederlands marinecluster (35570-X, nr. 30);
  • de motie-Van Haga c.s. over financiële compensatie voor militairen aan wie op het moment van verhoging van de AOW-leeftijd al functioneel leeftijdsontslag is verleend (35570-X, nr. 31).

(Zie wetgevingsoverleg van 30 november 2020.)

De voorzitter:
Op verzoek van mevrouw Karabulut stel ik voor haar motie (35570-X, nr. 23) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:
De motie-Van Helvert (35570-X, nr. 24) is in die zin gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Van Helvert, Voordewind, Van den Nieuwenhuijzen, Kerstens en Karabulut, en luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat:

  • de regering voornemens is een SMART-L-radar te plaatsen in Herwijnen, en dat de gemeente West Betuwe geen medewerking verleent aan de aanpassing van het bestemmingsplan;
  • Herwijnen langdurig blootgesteld is aan samengestelde straling;deugdelijke alternatieve locaties zijn aangedragen;
  • de Gezondheidsraad de samenhang tussen (stralings)blootstelling en ziekten of aandoeningen niet aangetoond of onwaarschijnlijk acht, maar dat niet uitgesloten kan worden dat blootstelling aan straling onder de nieuwste ICNIRP-normen de potentie heeft de gezondheid te schaden, en daarom adviseert om voorzorg toe te passen en blootstellingen zo laag als redelijkerwijs mogelijk te houden;

overwegende dat:

  • plaatsing van de SMART-L-radar in Herwijnen de bevolking in Herwijnen opnieuw langdurig bloot zou stellen aan samengestelde straling, inclusief de al aanwezige KNMI-radar en scheepvaartradars;
  • het ministerie van Defensie in de communicatie naar de gemeente en de inwoners over de plaatsing van de SMART-L-radar niet voldoende goed heeft gehandeld en dit erkend heeft;
  • de gezondheid van omwonenden van groot belang is;
  • de radar noodzakelijk is voor de veiligheid van Nederland;

verzoekt de regering een andere locatie te zoeken voor de radar in plaats van Herwijnen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt nr. 59, was nr. 24 (35570-X).

De motie-Belhaj (35570-X, nr. 28) is in die zin gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Belhaj, Van den Bosch, Van Helvert, Kerstens, Voordewind, Stoffer en Karabulut.

Zij krijgt nr. 60, was nr. 28 (35570-X).

De motie-Belhaj (35570-X, nr. 29) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de Raad van de Europese Unie de ICNIRP-richtlijn adviseert als gezondheidswaarborg, maar dat gezondheidsrisico's nooit volledig zijn uit te sluiten;

overwegende dat de zorgen bij de bevolking en de gemeente West-Betuwe over de SMART-L-radar in Herwijnen niet weggenomen zijn;

constaterende dat de hoogte van een nieuwe SMART-L-radar een aanzienlijke impact kan hebben voor het niveau van straling bij dichtbij liggende woonunits maar ook voor het dorp Herwijnen als geheel;

verzoekt de regering een simulatie uit te laten voeren waarbij de SMART-L-radar hoger wordt geplaatst dan 24 meter om te onderzoeken of de exposure op de grond aanzienlijk vermindert bij grotere hoogtes;

verzoekt vervolgens de uitkomst van deze simulatie evenwichtig en redelijkerwijs te laten meewegen in het uiteindelijke ontwerp van de SMART-L-radar in Herwijnen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 61, was nr. 29 (35570-X).

De motie-Van Haga (35570-X, nr. 31) is in die zin gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Van Haga, Baudet en Fritsma. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 62, was nr. 31 (35570-X).

Ik stel vast dat wij nu over deze gewijzigde moties kunnen stemmen.

In stemming komt de motie-Fritsma (35570-X, nr. 19).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, Krol, GroenLinks, de PvdD, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Fritsma (35570-X, nr. 20).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, Krol, GroenLinks, de PvdD, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van den Bosch/Van Helvert (35570-X, nr. 21).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Karabulut/Kerstens (35570-X, nr. 22).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van Helvert c.s. (35570-X, nr. 59, was nr. 24).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en de PVV voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kerstens/Karabulut (35570-X, nr. 25).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kerstens/Karabulut (35570-X, nr. 26).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Belhaj c.s. (35570-X, nr. 27).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Belhaj c.s. (35570-X, nr. 60, was nr. 28).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Belhaj (35570-X, nr. 61, was nr. 29).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de fractie van het CDA ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Stoffer c.s. (35570-X, nr. 30).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van Haga c.s. (35570-X, nr. 62, was nr. 31).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Meneer Stoffer.

De heer Stoffer (SGP):
Voorzitter. Nu mijn motie op stuk nr. 30 (35570-X) is aangenomen, zou ik graag een brief ontvangen waarin staat hoe zij uitgevoerd wordt.

De voorzitter:
Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.


Stemmingen moties Begroting Defensie 2021

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij de behandeling van het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2021,

te weten:

  • de motie-Fritsma over defensie-inzet voor Nederlandse grenscontroles (35570-X, nr. 33);
  • de motie-Fritsma over de militaire bewaking van locaties die gevoelig zijn voor terrorisme uitbreiden (35570-X, nr. 34);
  • de motie-Fritsma over een einde aan de mogelijkheid voor Defensiemedewerkers om een tweede nationaliteit te hebben (35570-X, nr. 35);
  • de motie-Fritsma over het niet meer spekken van de kas van het Turkse leger met leningen van Defensie (35570-X, nr. 36);
  • de motie-Van den Bosch over een dagprogramma op een kazerne voor 18-jarigen (35570-X, nr. 37);
  • de motie-Van den Nieuwenhuijzen over het intensiveren van de informatie die de Kamer ontvangt over lopende missies (35570-X, nr. 38);
  • de motie-Van den Nieuwenhuijzen/Belhaj over mogelijke routes van specialisatie van Defensie binnen haar internationale partnerschappen (35570-X, nr. 39);
  • de motie-Van den Nieuwenhuijzen c.s. over marineschepen vernoemen naar vrouwen (35570-X, nr. 40);
  • de motie-Van Helvert/Kerstens over een commissie voor advies over een aparte chroom-6-regeling (35570-X, nr. 41);
  • de motie-Van Helvert/Stoffer over het ondersteunen van het Nederlandse marinebouwcluster met het oog op export (35570-X, nr. 42);
  • de motie-Karabulut over het onmiddellijk intrekken van Aanwijzing SG A/978 (35570-X, nr. 43);
  • de motie-Karabulut over het afzien van deelname aan oefeningen voor het gebruik van een kernwapen (35570-X, nr. 44);
  • de motie-Karabulut over meer nadruk op de derde hoofdtaak van de krijgsmacht (35570-X, nr. 46);
  • de motie-Belhaj over de Nederlandse focus in het strategisch kompas van de EU (35570-X, nr. 47);
  • de motie-Kerstens c.s. over de aanbevelingen van de Veteranenombudsman over de wijze van klachtafhandeling (35570-X, nr. 48);
  • de motie-Kerstens c.s. over een masterplan om het personeelstekort bij Defensie tegen te gaan (35570-X, nr. 50);
  • de motie-Kerstens over onderzoeken of Defensie in aanmerking komt voor de werkgarantieregeling (35570-X, nr. 51);
  • de motie-Voordewind c.s. over prioriteit voor de werving van personeel om de materiële gereedheid te verbeteren (35570-X, nr. 52);
  • de motie-Stoffer over betrokkenheid bij de ontwikkeling van het Main Ground Combat System (35570-X, nr. 53);
  • de motie-Stoffer/Van den Bosch over taakspecialisatie nader uitwerken in de Defensievisie (35570-X, nr. 54);
  • de motie-Stoffer/Van Helvert over het realiseren van de NAVO-norm betrekken bij de evaluatie van de Wet defensiematerieelbegrotingsfonds (35570-X, nr. 55);
  • de motie-Öztürk over goede begeleiding van militairen en veteranen met PTSS (35570-X, nr. 56);
  • de motie-Öztürk over het AOW-gat van oud-Defensiemedewerkers oplossen (35570-X, nr. 57);
  • de motie-Öztürk over een eenmalige bonus voor iedere militair bij Defensie (35570-X, nr. 58).

(Zie vergadering van 3 december 2020.)

De voorzitter:
De motie-Van Helvert/Stoffer (35570-X, nr. 42) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Defensie voor elke verwerving een afweging maakt voor de meest passende strategie met als uitgangspunt: het beste product voor de beste prijs met een zo groot mogelijke betrokkenheid van het Nederlandse bedrijfsleven;

constaterende dat Nederland beschikt over een in vele decennia opgebouwde onderzeebootkennis binnen het "ecosysteem", ook genoemd de Gouden Driehoek, bestaande uit Defensie, de Nederlandse industrie en de Nederlandse kennisinstituten;

overwegende dat de verwerving van nieuwe onderzeeboten niet alleen kansen biedt voor substantiële betrokkenheid van de Nederlandse Gouden Driehoek, maar daarnaast ook exportkansen creëert voor de toekomst;

constaterende dat de Defensie Industrie Strategie stelt dat export, vanwege de relatief kleine binnenlandse markt voor defensie- en veiligheidsproducten in Nederland, voor het stimuleren en in stand houden van de Nederlandse basis defensiegerelateerde bedrijven essentieel is;

overwegende dat mogelijke toekomstige export van onderzeeboten een extra impuls zou geven aan het Nederlandse marinebouwcluster;

verzoekt de regering cruciale technologie, kennis en expertise (op het gebied van onderzeeboten, onderwatertechnologie en andere maritieme technologie die voor onderzeeboten gebruikt kan worden binnen dit ecosysteem) bij de Nederlandse Gouden Driehoek na toetsing te kwalificeren als nationaal veiligheidsbelang dat voor de toekomstige onderzeeboten gebruikt dient te worden;

verzoekt de regering tevens de exportkansen van de drie aanbieders voor de Nederlandse marinebouw in kaart te brengen, inclusief de mogelijkheden tot instandhouding en stimulering van (strategische) kennis, en hierover de Kamer zo spoedig mogelijk te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 63, was nr. 42 (35570-X).

De motie-Öztürk (35570-X, nr. 58) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat militairen een extra blijk van waardering verdienen in verband met het feit dat zij dag in, dag uit klaarstaan voor onze veiligheid;

verzoekt de regering om extra middelen uit te trekken en een eenmalige bonus van €1.000 te realiseren voor iedere militair bij Defensie,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 64, was nr. 58 (35570-X).

Ik stel vast dat wij nu over deze gewijzigde moties kunnen stemmen.

In stemming komt de motie-Fritsma (35570-X, nr. 33).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Fritsma (35570-X, nr. 34).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, 50PLUS, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Fritsma (35570-X, nr. 35).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Fritsma (35570-X, nr. 36).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, Krol, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van den Bosch (35570-X, nr. 37).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, DENK, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van den Nieuwenhuijzen (35570-X, nr. 38).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van den Nieuwenhuijzen/Belhaj (35570-X, nr. 39).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van den Nieuwenhuijzen c.s. (35570-X, nr. 40).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, DENK, D66, de VVD, het CDA, de ChristenUnie en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Helvert/Kerstens (35570-X, nr. 41).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van Helvert/Stoffer (35570-X, nr. 63, was nr. 42).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Karabulut (35570-X, nr. 43).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Karabulut (35570-X, nr. 44).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Karabulut (35570-X, nr. 46).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Belhaj (35570-X, nr. 47).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kerstens c.s. (35570-X, nr. 48).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kerstens c.s. (35570-X, nr. 50).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kerstens (35570-X, nr. 51).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Voordewind c.s. (35570-X, nr. 52).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Stoffer (35570-X, nr. 53).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, 50PLUS, DENK, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Stoffer/Van den Bosch (35570-X, nr. 54).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Stoffer/Van Helvert (35570-X, nr. 55).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Öztürk (35570-X, nr. 56).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Öztürk (35570-X, nr. 57).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Öztürk (35570-X, nr. 64, was nr. 58).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.


Stemmingen moties Begroting Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking 2021

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij de behandeling van het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2021,

te weten:

  • de motie-Van Weerdenburg/Van Haga over gedurende de coronacrisis geen nieuwe verplichtingen aangaan op het gebied van ontwikkelingssamenwerking (35570-XVII, nr. 12);
  • de motie-Van Weerdenburg/Van Haga over geen cent meer uitgeven aan ontwikkelingshulp (35570-XVII, nr. 13);
  • de motie-Weverling/Amhaouch over in uitvoering brengen van het 15/15 actieplan (35570-XVII, nr. 14);
  • de motie-Weverling over verplichtende migratieafspraken opnemen in het post-Cotonouverdrag (35570-XVII, nr. 15);
  • de motie-Weverling/Alkaya over het door de Europese Unie overnemen van aanbevelingen van de Europese Rekenkamer (35570-XVII, nr. 16);
  • de motie-Weverling over een centralere rol voor Nederlandse bedrijven in het OS-beleid (35570-XVII, nr. 17);
  • de motie-Weverling over het afbouwen van de OS-status van China in diverse internationale verbanden (35570-XVII, nr. 18);
  • de motie-Van den Nieuwenhuijzen c.s. over subsidiëring van maatschappelijke organisaties beoordelen op de kwaliteit van hun programma's (35570-XVII, nr. 19);
  • de motie-Van den Nieuwenhuijzen/Van den Hul over aanpassing van het Nederlandse systeem van douanegegevens (35570-XVII, nr. 20);
  • de motie-Van den Nieuwenhuijzen c.s. over het aansporen van Nederlandse kleding- en textielbedrijven om uit Xinjiang te vertrekken (35570-XVII, nr. 21);
  • de motie-Kuik over een Nederlandse Global Health Strategie (35570-XVII, nr. 22);
  • de motie-Kuik over het uitvoeren van de geplande evaluatie van Product Development Partnerships (35570-XVII, nr. 23);
  • de motie-Kuik/Amhaouch over de Afrika Taskforce en een Afrika Strategie voor het komende decennium (35570-XVII, nr. 24);
  • de motie-Alkaya c.s. over onafhankelijk onderzoek naar de relatie tussen Nederlandse ambassades en multinationals zoals Shell (35570-XVII, nr. 25);
  • de motie-Alkaya/Weverling over onderzoek naar strategische afhankelijkheden en kwetsbaarheden in Nederland, en hoe die in nationaal of Europees verband gemitigeerd kunnen worden (35570-XVII, nr. 26);
  • de motie-Alkaya over niet bezuinigen op de aanpak van hiv en aids (35570-XVII, nr. 27);
  • de motie-Bouali c.s. over EU-maatregelen tegen producten die bijdragen aan de ontbossing van de Amazone (35570-XVII, nr. 28);
  • de motie-Bouali over mogelijkheden om het Holland Alumni network te behouden (35570-XVII, nr. 29);
  • de motie-Bouali/Alkaya over het ondertekenen van het Charter Diversiteit bevorderen onder organisaties die subsidie ontvangen van het ministerie van Buitenlandse Zaken (35570-XVII, nr. 30);
  • de motie-Bouali over het verlagen van de transactiekosten van remittances in Nederland (35570-XVII, nr. 31);
  • de motie-Van den Hul/Van Raan over een actieplan om meisjes en vrouwen tegen seksueel geweld te beschermen (35570-XVII, nr. 32);
  • de motie-Van den Hul over 25% van de beschikbare middelen alloceren voor lokale maatschappelijke organisaties (35570-XVII, nr. 33);
  • de motie-Van den Hul c.s. over minstens 500 kinderen uit Lesbos opnemen (35570-XVII, nr. 34);
  • de motie-Voordewind c.s. over toegroeien naar een besteding van 0,7% van het bni aan ontwikkelingssamenwerking (35570-XVII, nr. 35);
  • de motie-Voordewind/Kuik over het voortzetten van de steun aan maatschappelijke organisaties tegen kinderprostitutie (35570-XVII, nr. 36);
  • de motie-Van Raan/Alkaya over de onderhandelingen over het EU-China-investeringsverdrag beëindigen (35570-XVII, nr. 37);
  • de motie-Van Raan c.s. over een sterkere borging van vrouwenrechten en gendergelijkheid in het imvo-beleid (35570-XVII, nr. 38);
  • de motie-Stoffer over het voorkómen van de forse bezuinigingen op het BuHa-OS-budget voor de langere termijn (35570-XVII, nr. 39);
  • de motie-Stoffer/Van Haga over voorstellen voor een bilateraal investeringsakkoord tussen de EU en Taiwan (35570-XVII, nr. 40);
  • de motie-Stoffer/Voordewind over optimale continuering van de reguliere ontwikkelingssamenwerking met Ethiopië (35570-XVII, nr. 41);
  • de motie-Van Haga/Stoffer over een plan tegen oneerlijke concurrentie van bedrijven van buiten de EU (35570-XVII, nr. 42);
  • de motie-Van Haga/Baudet over het optimale drempelbedrag voor invoerrechten (35570-XVII, nr. 43);
  • de motie-Van Haga/Baudet over het tegengaan van verdere oneerlijke concurrentie in de staalsector door de CO2-invoerheffing (35570-XVII, nr. 44);
  • de motie-Van Haga/Van Weerdenburg over geen subsidies voor instellingen die het regeringsbeleid tegenwerken (35570-XVII, nr. 45).

(Zie vergadering van 2 december 2020.)

De voorzitter:
Op verzoek van de heer Alkaya stel ik voor zijn motie (35570-XVII, nr. 25) aan te houden. Op verzoek van de heer Bouali stel ik voor zijn motie (35570-XVII, nr. 29) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:
De motie-Van den Nieuwenhuijzen (35570-XVII, nr. 19) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat een onafhankelijk maatschappelijk middenveld, met de volledige vrijheid om overheidsbeleid te bekritiseren, van het grootste belang is in het functioneren van een gezonde democratie;

overwegende dat tegenspraak onontbeerlijk is voor effectieve checks-and-balances en daarmee voor de kwaliteit van de beleidsvorming en beleidsuitvoering;

spreekt uit dat de subsidiëring van maatschappelijke organisaties moet worden beoordeeld op de kwaliteit van hun programma's en dat zij nooit gekort mogen worden voor het kritisch tegenspreken van kabinetsbeleid,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 46, was nr. 19 (35570-XVII).

De motie-Kuik/Amhaouch (35570-XVII, nr. 24) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Afrikaanse gemeenschappelijke markt zich ontwikkelt en voor het Nederlandse bedrijfsleven grote kansen biedt en ook dat de EU concrete stappen neemt ter bevordering van de Afrikaanse interne markt;

overwegende dat de Afrika Taskforce een belangrijke rol heeft te spelen bij het intensiveren van de Nederlandse handelsagenda;

overwegende dat het doel van de Afrika Taskforce is het signaleren en wegnemen van handelsbarrières voor het Nederlandse bedrijfsleven in Afrika en daarvoor concrete aanbevelingen te doen;

verzoekt de regering:

  • pilotprojecten aan te wijzen op basis waarvan de Afrika Taskforce concrete aanbevelingen kan doen;
  • er zorg voor te dragen dat in de governancestructuur van de Afrika Taskforce het bedrijfsleven en in het bijzonder het mkb vertegenwoordigd is;
  • de Afrika Taskforce te betrekken bij de Europese inzet van de regering op Afrika;

verzoekt de regering voorts de contouren te schetsen voor een beleidsmatige meerjarige agenda voor de relatie met het Afrikaanse continent,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 47, was nr. 24 (35570-XVII).

De motie-Alkaya (35570-XVII, nr. 27) is in die zin gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Alkaya en Bouali, en luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Nederland een belangrijke rol speelt in de internationale aanpak van hiv en aids, onder meer via de harmreductionaanpak bij drugsgebruik;

constaterende dat het budget voor "seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en hiv/aids" het komende jaar afneemt;

van mening dat de internationale inspanningen van Nederland voor de aanpak van COVID-19 niet ten koste mogen gaan van de bestrijding van andere dodelijke ziektes;

verzoekt de regering om zo veel mogelijk programma's die gericht zijn op de aanpak van hiv en aids onverminderd door te zetten,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 48, was nr. 27 (35570-XVII).

Ik stel vast dat wij nu over deze gewijzigde moties kunnen stemmen.

In stemming komt de motie-Van Weerdenburg/Van Haga (35570-XVII, nr. 12).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Weerdenburg/Van Haga (35570-XVII, nr. 13).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Weverling/Amhaouch (35570-XVII, nr. 14).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Weverling (35570-XVII, nr. 15).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, Krol, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, de VVD, het CDA, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Weverling/Alkaya (35570-XVII, nr. 16).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Weverling (35570-XVII, nr. 17).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Weverling (35570-XVII, nr. 18).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van den Nieuwenhuijzen c.s. (35570-XVII, nr. 46, was nr. 19).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, het CDA en de ChristenUnie voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van den Nieuwenhuijzen/Van den Hul (35570-XVII, nr. 20).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, Van Kooten-Arissen, DENK en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van den Nieuwenhuijzen c.s. (35570-XVII, nr. 21).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kuik (35570-XVII, nr. 22).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kuik (35570-XVII, nr. 23).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Kuik/Amhaouch (35570-XVII, nr. 47, was nr. 24).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Alkaya/Weverling (35570-XVII, nr. 26).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Alkaya/Bouali (35570-XVII, nr. 48, was nr. 27).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, het CDA en de ChristenUnie voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Bouali c.s. (35570-XVII, nr. 28).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Bouali/Alkaya (35570-XVII, nr. 30).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, DENK, D66, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Bouali (35570-XVII, nr. 31).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van den Hul/Van Raan (35570-XVII, nr. 32).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van den Hul (35570-XVII, nr. 33).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, Van Kooten-Arissen, DENK en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van den Hul c.s. (35570-XVII, nr. 34).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Voordewind c.s. (35570-XVII, nr. 35).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Voordewind/Kuik (35570-XVII, nr. 36).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Raan/Alkaya (35570-XVII, nr. 37).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de ChristenUnie en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Raan c.s. (35570-XVII, nr. 38).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Stoffer (35570-XVII, nr. 39).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, D66, de SGP en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Stoffer/Van Haga (35570-XVII, nr. 40).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, de SGP en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

De heer Van Raan.

De heer Van Raan (PvdD):
We zouden graag een brief willen ontvangen over hoe de minister de motie op stuk nr. 38 gaat uitvoeren.

De voorzitter:
Dan stel ik voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

In stemming komt de motie-Stoffer/Voordewind (35570-XVII, nr. 41).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Haga/Stoffer (35570-XVII, nr. 42).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Haga/Baudet (35570-XVII, nr. 43).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Haga/Baudet (35570-XVII, nr. 44).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, Krol, 50PLUS, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Haga/Van Weerdenburg (35570-XVII, nr. 45).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

De heer Van der Lee en de heer Voordewind.

De heer Van der Lee (GroenLinks):
Ik wilde graag even een brief vragen over de motie op stuk nr. 21 van collega Van den Nieuwenhuijzen over Xinjiang. Die was ontraden. Graag een brief over de uitvoering.

De voorzitter:
Dan stel ik voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. De heer Voordewind.

De heer Voordewind (ChristenUnie):
Voorzitter. Ik zou ook graag een brief willen over de uitvoering van de motie op stuk nr. 36 over het tegengaan van kinderprostitutie.

De voorzitter:
Dan stel ik voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.


Stemming motie Nederland en de wereldwijde aanpak van COVID-19

Aan de orde is de stemming over een aangehouden motie, ingediend bij het debat over Nederland en de wereldwijde aanpak van COVID-19,

te weten:

  • de gewijzigde motie-Van den Nieuwenhuijzen/Van den Hul over inzetten op cash transfers (33625, nr. 324, was nr. 301).

(Zie notaoverleg van 15 juni 2020.)

De voorzitter:
De gewijzigde motie-Van den Nieuwenhuijzen/Van den Hul (33625, nr. 324, was nr. 301) is in die zin nader gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de COVID-19-pandemie en de economische gevolgen daarvan de armste mensen in de armste landen hard raken en dat grote groepen daarom niet meer in hun basisbehoeften kunnen voorzien;

overwegende dat het bieden van een sociaal vangnet, via cash transfers, het direct geven van geld aan arme huishoudens die geld tekortkomen, een snelle en effectieve methode is om hen te ondersteunen en ook een effectief instrument kan zijn voor het bestrijden van structurele armoede;

verzoekt de regering om, op basis van de ervaringen van andere donoren en van ontwikkelingslanden zelf, te onderzoeken op welke manieren een uitbreiding van de inzet op cash transfers in het Nederlandse ontwikkelingsbeleid de komende jaren het best kan worden vormgegeven, via zowel multilaterale als bilaterale kanalen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 325, was nr. 324 (33625).

Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.

In stemming komt de nader gewijzigde motie-Van den Nieuwenhuijzen/Van den Hul (33625, nr. 325, was nr. 324).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP en de ChristenUnie voor deze nader gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.


Stemmingen moties Rekenfout bij risicoberekening granulietstort

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over een rekenfout van Rijkswaterstaat bij de risicoberekening van de stort van granuliet in een natuurplas,

te weten:

  • de motie-Laçin c.s. over stoppen met het storten van granuliet tot Arcadis zijn onderzoek heeft afgerond (30015, nr. 84);
  • de motie-Laçin c.s. over het zo snel mogelijk herzien van de status van granuliet als grond (30015, nr. 85);
  • de motie-Laçin c.s. over het vergroten van de publieke betrokkenheid (30015, nr. 86);
  • de motie-Moorlag over lessen trekken en die gebruiken om extra waarborgen in te bouwen (30015, nr. 87);
  • de motie-Van Brenk over geen rechtstreekse toegankelijkheid tot de ambtelijke top voor het bedrijfsleven (30015, nr. 90);
  • de motie-Van Brenk c.s. over langjarig onderzoek naar de effecten van flocculant onder water (30015, nr. 89);
  • de motie-Van Brenk c.s. over het voorzorgsbeginsel als uitgangspunt nemen (30015, nr. 88);
  • de motie-Von Martels/Ziengs over een overzicht van maatregelen en de gevolgen ervan voor de handhavingscapaciteit bij de ILT (30015, nr. 91);
  • de motie-Van Eijs c.s. over het instellen van een bestuurlijke stuurgroep vóór het verlenen van ontgrondingsvergunningen (30015, nr. 92);
  • de motie-Van Eijs/Dik-Faber over meetbare ecologische criteria (30015, nr. 93);
  • de motie-Van Esch c.s. over het niet meer toestaan van storten van granuliet en andere bodemvreemde materialen (30015, nr. 94);
  • de motie-Van Esch over een onderzoek naar mogelijke strafbare feiten omtrent de granulietstort (30015, nr. 95);
  • de motie-Van Esch/Kröger over een risicoanalyse van punten waar de zorgplicht in de knel komt door economische belangen (30015, nr. 96);
  • de motie-Dik-Faber/Van Eijs over het opnemen van alle relevante stoffen in normdocumenten (30015, nr. 97).

(Zie vergadering van 2 december 2020.)

De voorzitter:
Op verzoek van mevrouw Van Brenk stel ik voor haar motie (30015, nr. 89) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

In stemming komt de motie-Laçin c.s. (30015, nr. 84).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Laçin c.s. (30015, nr. 85).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Laçin c.s. (30015, nr. 86).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van FvD ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Moorlag (30015, nr. 87).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Brenk (30015, nr. 90).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Brenk c.s. (30015, nr. 88).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Von Martels/Ziengs (30015, nr. 91).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Eijs c.s. (30015, nr. 92).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Eijs/Dik-Faber (30015, nr. 93).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Esch c.s. (30015, nr. 94).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Esch (30015, nr. 95).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, Krol, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Esch/Kröger (30015, nr. 96).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Dik-Faber/Van Eijs (30015, nr. 97).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, het CDA, de ChristenUnie en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

Ja, meneer Krol?

De heer Krol (Krol):
Mevrouw de voorzitter, ik vergiste mij bij de motie op stuk nr. 87. Ik zou geacht willen worden voor te hebben gestemd.

De voorzitter:
Deze opmerking wordt in de Handelingen opgenomen.


Stemmingen moties Begroting Volksgezondheid, Welzijn en Sport 2021

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij de behandeling van het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2021,

te weten:

  • de motie-Agema c.s. over de borstkankerscreening tweejaarlijks blijven doen (35570-XVI, nr. 72);
  • de motie-Agema/Wilders over het terugdraaien van de sluiting van ziekenhuizen (35570-XVI, nr. 73);
  • de motie-Agema over het opbouwen van een van rijkswege gefinancierde crisiscapaciteit (35570-XVI, nr. 74);
  • de motie-Agema over samenwerking tussen streekziekenhuizen en gespecialiseerde ziekenhuizen voor de acute zorg (35570-XVI, nr. 75);
  • de motie-Agema over het in eigen beheer produceren van persoonlijke beschermingsmiddelen (35570-XVI, nr. 76);
  • de motie-Agema over het beëindigen van de beweging De Juiste Zorg op de Juiste Plek (35570-XVI, nr. 77);
  • de motie-Agema over de prognose over herstel van de ziekenhuiszorg fors inkorten (35570-XVI, nr. 78);
  • de motie-Agema over een evaluatie van het Zorginstituut (35570-XVI, nr. 79);
  • de motie-Agema over het opnemen van herniaoperaties via PTED in het basispakket (35570-XVI, nr. 80);
  • de motie-Agema over geen concurrentiebeding voor specialisten die voor zichzelf beginnen (35570-XVI, nr. 81);
  • de motie-Agema over geen stijging van de zorgpremies (35570-XVI, nr. 82);
  • de motie-Agema over geen afschaling van de ziekenhuiszorg voor levensbedreigende aandoeningen (35570-XVI, nr. 83);
  • de motie-Agema over geen afschaling van oncologische zorg (35570-XVI, nr. 84);
  • de motie-Agema over de 0% volumegroei in 2022 voor ziekenhuizen loslaten (35570-XVI, nr. 85);
  • de motie-Agema over bewerkstelligen dat specialisten die voor zichzelf zijn begonnen niet te maken krijgen met extra kortingen door verzekeraars (35570-XVI, nr. 86);
  • de motie-Agema/Wilders over financiële barrières voor zorgmedewerkers wegnemen (35570-XVI, nr. 87);
  • de motie-Agema/Wilders over het invoeren van een voltijdbonus in de zorg (35570-XVI, nr. 88);
  • de motie-Agema/Wilders over zorgmedewerkers in overheadfuncties overhalen om met behoud van salaris een uitvoerende taak te gaan vervullen (35570-XVI, nr. 89);
  • de motie-Agema over bewerkstelligen dat een voltijd werkende zorgmedewerker economisch zelfstandig kan zijn (35570-XVI, nr. 91);
  • de motie-Agema over startsalarissen in de zorg omhoog laten gaan door de eerste trede op te heffen (35570-XVI, nr. 92);
  • de motie-Agema over de belofte nakomen om het personeelstekort in de zorg in 2022 terug te brengen naar nul (35570-XVI, nr. 93);
  • de motie-Agema over exitonderzoeken onder de zorgmedewerkers die jaarlijks de zorg verlaten (35570-XVI, nr. 94);
  • de motie-Agema over onderzoek onder zorgmedewerkers om barrières om meer uren te werken weg te nemen (35570-XVI, nr. 95);
  • de motie-Agema over administratie in de zorg afschaffen, automatiseren of digitaliseren (35570-XVI, nr. 96);
  • de motie-Agema over de deeltijdfactor onder vrijwillige voorwaarden omhoogkrijgen (35570-XVI, nr. 97);
  • de motie-Agema over de uitkomsten van het project regelarme instellingen uitvoeren (35570-XVI, nr. 98);
  • de motie-Agema over de administratieve verantwoordingslast in de thuiszorg verminderen door over te gaan op één tarief (35570-XVI, nr. 99);
  • de motie-Agema over de administratieve lasten in de langdurige zorg verminderen door over te gaan op één tarief (35570-XVI, nr. 100);
  • de motie-Agema over het afschaffen van de kilometerregistratie in het Valysvervoer (35570-XVI, nr. 101);
  • de motie-Agema over in 2022 voldoen aan het Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg (35570-XVI, nr. 102);
  • de motie-Agema over binnen één jaar 20.000 extra verpleeghuisplekken realiseren (35570-XVI, nr. 103);
  • de motie-Agema over de bouwopgave voor de ouderenhuisvesting voor het einde van deze kabinetsperiode in beeld brengen (35570-XVI, nr. 104);
  • de motie-Agema over de wenselijkheid van een minister voor ouderenhuisvesting (35570-XVI, nr. 105);
  • de motie-Agema over de zeven treden van de ouderenzorg onderbrengen in één wet (35570-XVI, nr. 106);
  • de motie-Agema over de levenslange en levensbrede gehandicaptenzorg onderbrengen in één wet (35570-XVI, nr. 107);
  • de motie-Agema/Jansen over een kabinetsstandpunt over medisch-ethische kwesties rond technologische mogelijkheden (35570-XVI, nr. 108);
  • de motie-Agema/Kerstens over geen vermindering van uren op de indicatie wegens medisch-specialistische handelingen door ouders (35570-XVI, nr. 109);
  • de motie-Agema/Kerstens over een aparte handreiking intensieve kindzorg (35570-XVI, nr. 110);
  • de motie-Veldman/Van den Berg over analyseren wat nodig is om het project Regie op registers te versnellen (35570-XVI, nr. 111);
  • de motie-Veldman/Van den Berg over onderzoeken of er een wettelijke of beleidsmatige aanpassing nodig is om gegevens voor gezondheidsdoeleinden te hergebruiken (35570-XVI, nr. 112);
  • de motie-Laan-Geselschap/Bergkamp over een plan van aanpak om te komen tot een brede langetermijnvisie op de ouderenzorg (35570-XVI, nr. 113);
  • de motie-Ellemeet/Renkema over een zorgakkoord met de vakbonden, werkgevers en financiers van de zorg (35570-XVI, nr. 114);
  • de motie-Ellemeet/Veldman over onderzoeken of aanbestedingscriteria kunnen worden gebaseerd op de productielocatie van medicijnen (35570-XVI, nr. 115);
  • de motie-Ellemeet/Bergkamp over de Green Deal als instrument evalueren (35570-XVI, nr. 116);
  • de motie-Ellemeet/Sazias over het doorbreken van het taboe op de overgang (35570-XVI, nr. 117);
  • de motie-Renkema over 45 extra opleidingsplaatsen voor gz-psychologen (35570-XVI, nr. 118);
  • de motie-Renkema/Ellemeet over de financiële problemen bij medisch onderzoek die voortvloeien uit de coronacrisis goed monitoren (35570-XVI, nr. 119);
  • de motie-Van den Berg/Bergkamp over ratificering van het facultatief protocol van het VN-Gehandicaptenverdrag (35570-XVI, nr. 120);
  • de motie-Van den Berg/Veldman over dienstapotheken onder de reikwijdte van de AMvB acute zorg laten vallen (35570-XVI, nr. 121);
  • de motie-Peters over samenwerkingsafspraken tussen beroepsgroepen, brancheverenigingen en stelselpartijen binnen de ouderenzorg (35570-XVI, nr. 123);
  • de motie-Peters/Ploumen over de economisering van burgerinitiatieven tegengaan (35570-XVI, nr. 124);
  • de motie-Van Gerven c.s. over een backpay-regeling voor weduwen van ambtenaren of militairen die tijdens de Japanse bezetting een dienstverband hadden met het Nederlands-Indisch Gouvernement (35570-XVI, nr. 125);
  • de motie-Van Gerven/Van den Berg over binnen FAST middelen alloceren voor 100% publieke onderzoeken (35570-XVI, nr. 126);
  • de motie-Van Gerven over alle medisch specialisten onderbrengen in loondienst (35570-XVI, nr. 127);
  • de motie-Van Gerven over het afschaffen van het eigen risico (35570-XVI, nr. 128);
  • de motie-Van Gerven over fysiotherapie in het basispakket (35570-XVI, nr. 129);
  • de motie-Van Gerven over tandheelkundige zorg voor volwassenen in het basispakket (35570-XVI, nr. 130);
  • de motie-Van Gerven over medisch noodzakelijke zorg opnemen in het basispakket (35570-XVI, nr. 131);
  • de motie-Van Gerven over uitspreken dat niet het Zorginstituut Nederland maar het parlement het laatste woord heeft over het basispakket (35570-XVI, nr. 132);
  • de motie-Bergkamp c.s. over de financiële ondersteuning van het Expertisecentrum Euthanasie (35570-XVI, nr. 133);
  • de motie-Bergkamp/Raemakers over het evalueren van de afschaffing van de Wtcg en de Cer (35570-XVI, nr. 134);
  • de motie-Bergkamp/Sazias over een onderzoek naar medicinale cannabis voor specifieke patiëntgroepen (35570-XVI, nr. 135);
  • de motie-Bergkamp c.s. over twintig extra plekken bij de huisartsenopleiding (35570-XVI, nr. 136);
  • de motie-Bergkamp c.s. over onafhankelijk onderzoek naar effectievere bestuurlijke regio-indelingen (35570-XVI, nr. 138);
  • de motie-Ploumen c.s. over het continueren van de tweejaarlijkse screening op borstkanker (35570-XVI, nr. 139);
  • de motie-Ploumen over een inventarisatie van de werkwijze tijdens de eerste golf van de coronapandemie (35570-XVI, nr. 140);
  • de motie-Ploumen/Renkema over een wettelijk takenpakket voor GGD's (35570-XVI, nr. 141);
  • de motie-Ploumen over een waarschuwing op websites en in de publieksfolder over gescheurde of lekkende borstimplantaten (35570-XVI, nr. 142);
  • de motie-Kerstens over extra inspanningen voor de toegang tot zorg voor kwetsbare mensen (35570-XVI, nr. 143);
  • de motie-Kerstens over een plan voor werk in de zorg voor mensen die werkloos worden vanwege de coronacrisis (35570-XVI, nr. 144);
  • de motie-Kerstens/Ellemeet over zorgen dat specialisten ouderengeneeskunde in de wijk aan de slag kunnen (35570-XVI, nr. 145);
  • de motie-Kerstens over nog in deze kabinetsperiode het wetsvoorstel integere bedrijfsvoering in de zorg indienen (35570-XVI, nr. 146);
  • de motie-Kerstens/Agema over het op korte termijn aanstellen van een bemiddelaar om tot een oplossing te komen voor de intensieve kindzorg (35570-XVI, nr. 147);
  • de motie-Kerstens over het voor 1 april 2021 ratificeren van het Facultatief Protocol bij het VN-Gehandicaptenverdrag (35570-XVI, nr. 148);
  • de motie-Dik-Faber/Van der Molen over in alle uitingen aandacht besteden aan een "gewoon sterfbed" en de mogelijkheden van palliatieve zorg (35570-XVI, nr. 149);
  • de motie-Dik-Faber over het verlagen van de drempels voor publieke inspraak bij het Zorginstituut (35570-XVI, nr. 150);
  • de motie-Van Esch c.s. over een adequaat wettelijk instrumentarium om vanuit het voorzorgsbeginsel te kunnen handelen bij zoönosen (35570-XVI, nr. 151);
  • de motie-Van Esch over landelijke implementatie van de gezonde schoollunch (35570-XVI, nr. 153);
  • de motie-Van der Staaij/Sazias over invulling geven aan de aanbevelingen van de landelijk aanjager respijtzorg (35570-XVI, nr. 154);
  • de motie-Van der Staaij/Ellemeet over obstakels rondom de bouw of uitbreiding van verpleeghuizen in kaart brengen (35570-XVI, nr. 155);
  • de motie-Van der Staaij/Dik-Faber over knelpunten op het gebied van de toegankelijkheid en financiering van palliatieve zorg (35570-XVI, nr. 156);
  • de motie-Kuzu over bewerkstelligen dat iedere zorgmedewerker minstens één uur per week minder tijd kwijt is aan administratieve lasten (35570-XVI, nr. 157);
  • de motie-Kuzu over het initiatief van het Vakkundig Zorg Instituut in Rotterdam landelijk uitrollen (35570-XVI, nr. 158);
  • de motie-Kuzu over cultuursensitieve zorg beter inbedden in curricula (35570-XVI, nr. 159);
  • de motie-Kuzu over de bevindingen over cultuursensitieve zorg eindelijk omzetten in beleid (35570-XVI, nr. 160);
  • de motie-Kuzu over een totaalverbod op consumptief lachgas (35570-XVI, nr. 161);
  • de motie-Sazias over het aantal uren van buurtsportcoaches voor ouderen uitbreiden (35570-XVI, nr. 162);
  • de motie-Sazias over meer aandacht voor preventie van ondervoeding bij ouderen (35570-XVI, nr. 163).

(Zie vergadering van 3 december 2020.)

De voorzitter:
Ik heb de behandeling van deze begroting voorgezeten, dus ik weet precies hoe het ging!

De motie-Ellemeet/Bergkamp (35570-XVI, nr. 116) is in die zin gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Ellemeet, Bergkamp en Dik-Faber. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 168, was nr. 116 (35570-XVI).

De motie-Van den Berg/Bergkamp (35570-XVI, nr. 120) is in die zin gewijzigd en nader gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Van den Berg en Bergkamp. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 170, was nr. 120 (35570-XVI).

Op verzoek van mevrouw Van den Berg stel ik voor haar gewijzigde motie (35570-XVI, nr. 170, was nr. 120) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

De motie-Bergkamp (35570-XVI, nr. 136) is in die zin gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Bergkamp, Van den Berg, Dik-Faber, Veldman en Raemakers.

Zij krijgt nr. 171, was nr. 136 (35570-XVI).

De motie-Kerstens/Agema (35570-XVI, nr. 147) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat bij ouders die thuis een groot deel van de zorg voor hun ernstig zieke kind voor hun rekening nemen veel onrust is ontstaan naar aanleiding van een nieuwe handelwijze van zorgverzekeraars, de wijze van totstandkoming van een nieuwe "handreiking" alsook de inhoud daarvan;

overwegende dat een en ander zijn weerslag heeft op de zorg voor desbetreffende kinderen;

verzoekt de regering om op korte termijn een bemiddelaar dan wel een verkenner aan te stellen om met alle betrokkenen tot een gedragen oplossing te komen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 172, was nr. 147 (35570-XVI).

De motie-Dik-Faber/Van der Molen (35570-XVI, nr. 149) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat in de komende tien jaar het aantal mensen dat jaarlijks overlijdt met 14% zal toenemen als gevolg van de vergrijzing;

constaterende dat ondanks het stijgende aantal euthanasiezaken verreweg het grootste deel van de mensen in Nederland overlijdt zónder ingrijpen;

overwegende dat er in de Nederlandse samenleving veel onwetendheid is over sterven, en artsen soms worstelen met stervensprocessen omdat patiënten en hun familie soms iets anders vragen dan wat artsen medisch zinvol vinden;

verzoekt de regering in alle relevante uitingen aandacht te (blijven) besteden aan een "gewoon sterfbed" en de mogelijkheden van palliatieve zorg;

verzoekt de regering tevens te bevorderen dat kennis van het Landelijk Expertisecentrum Sterven wordt gedeeld met huisartsen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 173, was nr. 149 (35570-XVI).

De motie-Van Esch (35570-XVI, nr. 153) is in die zin gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Van Esch en Van Meenen, en luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat ongezonde voeding zorgt voor 8,1% van de ziektelast, jaarlijks 12.900 doden en 6 miljard euro aan zorgkosten;

constaterende dat uit onderzoek blijkt dat een gezonde schoollunch, eventueel in combinatie met extra beweegaanbod, een positief effect heeft op de BMI van kinderen en het percentage overgewicht en obesitas bij kinderen omlaagbrengt;

voorts constaterende dat een gezonde schoollunch een positief effect heeft op het leren van kinderen;

overwegende dat op jonge leeftijd aangeleerd gezond gedrag helpt dit als volwassene vol te houden;

verzoekt de regering scenario's uit te werken voor een (gefaseerde) landelijke implementatie van de gezonde schoollunch, eventueel in combinatie met extra beweegaanbod, en de Kamer ten behoeve van de komende formatie te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 174, was nr. 153 (35570-XVI).

Ik stel vast dat wij nu over deze gewijzigde moties kunnen stemmen.

In stemming komt de motie-Agema c.s. (35570-XVI, nr. 72).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema/Wilders (35570-XVI, nr. 73).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, Krol, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 74).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Ik hoorde een telefoon, maar die was niet van een Kamerlid.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 75).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 76).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 77).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, Krol, de PvdD, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 78).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 79).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 80).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 81).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 82).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 83).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 84).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 85).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 86).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema/Wilders (35570-XVI, nr. 87).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Agema/Wilders (35570-XVI, nr. 88).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema/Wilders (35570-XVI, nr. 89).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 91).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 92).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 93).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 94).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 95).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 96).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 97).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 98).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 99).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 100).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 101).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 102).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 103).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 104).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 105).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 106).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema (35570-XVI, nr. 107).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, 50PLUS, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Agema/Jansen (35570-XVI, nr. 108).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Agema/Kerstens (35570-XVI, nr. 109).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Agema/Kerstens (35570-XVI, nr. 110).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Veldman/Van den Berg (35570-XVI, nr. 111).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Veldman/Van den Berg (35570-XVI, nr. 112).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Laan-Geselschap/Bergkamp (35570-XVI, nr. 113).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Ellemeet/Renkema (35570-XVI, nr. 114).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Ellemeet/Veldman (35570-XVI, nr. 115).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Ellemeet c.s. (35570-XVI, nr. 168, was nr. 116).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, het CDA en de ChristenUnie voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Ellemeet/Sazias (35570-XVI, nr. 117).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Renkema (35570-XVI, nr. 118).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Renkema/Ellemeet (35570-XVI, nr. 119).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van den Berg/Veldman (35570-XVI, nr. 121).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Peters (35570-XVI, nr. 123).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Peters/Ploumen (35570-XVI, nr. 124).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Gerven c.s. (35570-XVI, nr. 125).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

De heer Van Nispen.

De heer Van Nispen (SP):
Dank u wel, voorzitter. Dank voor de steun in de Kamer voor deze belangrijke motie. We ontvangen graag een brief van de regering hoe deze motie zal worden uitgevoerd.

De voorzitter:
Dan stel ik voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

In stemming komt de motie-Van Gerven/Van den Berg (35570-XVI, nr. 126).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Gerven (35570-XVI, nr. 127).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Gerven (35570-XVI, nr. 128).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Gerven (35570-XVI, nr. 129).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Gerven (35570-XVI, nr. 130).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Gerven (35570-XVI, nr. 131).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Gerven (35570-XVI, nr. 132).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Bergkamp c.s. (35570-XVI, nr. 133).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, D66, de VVD, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Bergkamp/Raemakers (35570-XVI, nr. 134).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Bergkamp/Sazias (35570-XVI, nr. 135).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Bergkamp c.s. (35570-XVI, nr. 171, was nr. 136).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Bergkamp c.s. (35570-XVI, nr. 138).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Ploumen c.s. (35570-XVI, nr. 139).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Ploumen (35570-XVI, nr. 140).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Ploumen/Renkema (35570-XVI, nr. 141).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van het CDA ertegen, zodat zij is aangenomen.

Mevrouw Ploumen.

Mevrouw Ploumen (PvdA):
Voorzitter. De motie over een wettelijk takenpakket voor de GGD's was door de minister ontraden, maar is met steun van de collega's aangenomen, waarvoor dank. Het versterkt de positie van de GGD's en dat is heel belangrijk. Ik wil heel graag een brief van het kabinet hoe het deze motie gaat uitvoeren.

De voorzitter:
Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

In stemming komt de motie-Ploumen (35570-XVI, nr. 142).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

Mevrouw Ploumen.

Mevrouw Ploumen (PvdA):
Voorzitter. Deze belangrijke motie, die de gezondheid van vrouwen beter moet borgen, is aangenomen. Dank aan de collega's voor de steun. Het kabinet ontraadde de motie. Ik wil graag een brief hoe het deze motie gaat uitvoeren.

De voorzitter:
Ik stel voor …

Mevrouw Ploumen (PvdA):
En daar is enige haast bij.

De voorzitter:
Oké. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

In stemming komt de motie-Kerstens (35570-XVI, nr. 143).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kerstens (35570-XVI, nr. 144).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kerstens/Ellemeet (35570-XVI, nr. 145).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Kerstens (35570-XVI, nr. 146).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Kerstens/Agema (35570-XVI, nr. 172, was nr. 147).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

De heer Kerstens en dan mevrouw Van Toorenburg.

De heer Kerstens (PvdA):
Dank aan de collega's die voor deze motie hebben gestemd, want die was ontraden door de minister. Ik zou graag een brief van dezelfde minister ontvangen over hoe hij deze motie op zo kort mogelijke termijn — het is belangrijk voor de ouders — gaat invullen.

De voorzitter:
Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Mevrouw Van Toorenburg.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):
Mevrouw Ploumen gaf net aan dat de motie op stuk nr. 142, die is aangenomen en waar zij graag een brief over wil, ontraden was door het kabinet, maar daar herkennen wij ons niet in. Volgens mij was die motie oordeel Kamer.

De voorzitter:
Oké. Het maakt niet uit, mevrouw Ploumen. Die motie is met algemene stemmen aangenomen. Gaat u maar terug naar uw plaats, mevrouw Ploumen. Het gaat om een brief. Het stenogram wordt doorgeleid naar het kabinet. We gaan verder.

In stemming komt de motie-Kerstens (35570-XVI, nr. 148).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Dik-Faber/Van der Molen (35570-XVI, nr. 173, was nr. 149).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Dik-Faber (35570-XVI, nr. 150).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Esch c.s. (35570-XVI, nr. 151).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van Esch/Van Meenen (35570-XVI, nr. 174, was nr. 153).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van der Staaij/Sazias (35570-XVI, nr. 154).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van der Staaij/Ellemeet (35570-XVI, nr. 155).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van der Staaij/Dik-Faber (35570-XVI, nr. 156).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kuzu (35570-XVI, nr. 157).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Kuzu (35570-XVI, nr. 158).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Kuzu (35570-XVI, nr. 159).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kuzu (35570-XVI, nr. 160).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Kuzu (35570-XVI, nr. 161).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Sazias (35570-XVI, nr. 162).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Sazias (35570-XVI, nr. 163).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

Mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):
In de aangenomen motie op stuk nr. 109 over intensieve kindzorg vindt de Kamer dat een ouder die zichzelf bekwaamt in het verrichten van medische handelingen bij een ziek kind, daarvoor niet gestraft moet worden met minder uren. Ik zou graag van de minister horen hoe hij gaat bewerkstelligen dat dit ook de praktijk wordt.

De voorzitter:
Ja. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. De heer Azarkan.

De heer Azarkan (DENK):
Nu de motie-Kuzu op stuk nr. 159 is aangenomen, ontvang ik graag een brief over hoe het kabinet dit gaat uitvoeren.

De voorzitter:
Ja. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.


Stemmingen moties Water en Wadden

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over water en Wadden,

te weten:

  • de motie-Van Aalst over de gevolgen van het eigen watermanagement meenemen in de aanpak van droogte (35570-XII, nr. 64);
  • de motie-Remco Dijkstra/Geurts over de positie en activiteiten van economische sectoren voldoende borgen (35570-XII, nr. 65);
  • de motie-Bromet c.s. over fietsers en wandelaars over de Afsluitdijk laten gaan (35570-XII, nr. 66);
  • de motie-Bromet over aanpassing van het wettelijke kader en het beleidskader van de Waterwet (35570-XII, nr. 67);
  • de motie-Bromet/De Groot over een rechtsgrondslag voor een verbod op toepassing van bestrijdingsmiddelen op verhardingen (35570-XII, nr. 68);
  • de motie-Bromet/Moorlag over een gezamenlijke oplossing voor de dijkversterking bij Uitdam (35570-XII, nr. 69);
  • de motie-Geurts c.s. over in kaart brengen of de KRW-doelen haalbaar zijn (35570-XII, nr. 72);
  • de motie-Laçin/Van Brenk over de cybersecurity bij drinkwaterbedrijven actief laten doorlichten (35570-XII, nr. 73);
  • de motie-De Groot over jaarlijks rapporteren over de voortgang van het bereiken van de hoofddoelstelling voor de Waddenzee (35570-XII, nr. 75);
  • de motie-De Groot/Dik-Faber over beheer en onderhoud van vispassages in programma's opnemen (35570-XII, nr. 76);
  • de motie-De Groot/Bromet over ruimtelijke kwaliteit verbinden met de wateropgave (35570-XII, nr. 77);
  • de motie-Moorlag over investeringsprogramma's naar voren halen en versneld realiseren (35570-XII, nr. 78);
  • de motie-Moorlag/Bromet over geen concessies aan kwaliteit, functionaliteiten en esthetiek van het project Afsluitdijk (35570-XII, nr. 79);
  • de motie-Dik-Faber c.s. over een tijdige herziening van de WACC (35570-XII, nr. 81);
  • de motie-Dik-Faber/De Groot over de kernwaarden rust, ruimte en stilte uitwerken in criteria (35570-XII, nr. 82);
  • de motie-Van Esch/Wassenberg over kwantitatieve en afrekenbare doelen voor de natuurontwikkeling rond het Waddengebied (35570-XII, nr. 83);
  • de motie-Van Esch/Wassenberg over scenario's voor het uitfaseren van gas- en zoutwinning (35570-XII, nr. 84);
  • de motie-Van Brenk/Laçin over door het Nationaal Cyber Security Centrum uitgevoerde rapportages over de waterschappen en drinkwaterbedrijven naar de Kamer sturen (35570-XII, nr. 85);
  • de motie-Van Brenk over belemmeringen voor het toepassen van een evenredige zuiveringsheffing (35570-XII, nr. 86).

(Zie wetgevingsoverleg van 1 december 2020.)

De voorzitter:
De motie-Bromet (35570-XII, nr. 66) is in die zin gewijzigd en nader gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Bromet, De Groot, Van Esch, Moorlag, Laçin, Dik-Faber, Remco Dijkstra en Van der Molen.

Zij krijgt nr. 91, was nr. 66 (35570-XII).

De motie-Bromet/De Groot (35570-XII, nr. 68) is in die zin gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Bromet, De Groot, Van Esch en Dik-Faber. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 92, was nr. 68 (35570-XII).

De motie-De Groot (35570-XII, nr. 75) is in die zin gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden De Groot en Dik-Faber. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 93, was nr. 75 (35570-XII).

De motie-Dik-Faber (35570-XII, nr. 81) is in die zin gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Dik-Faber, Geurts, Remco Dijkstra en Moorlag. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 94, was nr. 81 (35570-XII).

De motie-Van Brenk/Laçin (35570-XII, nr. 85) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat waterkunstwerken en de watervoorziening vitale sectoren zijn en aangemerkt worden als aanbieder van essentiële dienstverlening;

overwegende dat cybercriminaliteit een helaas reële dreiging is, ook in deze vitale sector;

overwegende het feit dat alles op alles moet worden gezet om te voorkomen dat deze vitale sector op enige wijze slachtoffer wordt van cybercriminaliteit, en structurele en serieuze monitoring derhalve vereist is;

overwegende de situatie bij Waternet;

verzoekt de regering een periodieke cybersecuritycheck van ieder waterschap en de drinkwaterbedrijven verplicht te stellen, uit te voeren door een externe neutrale partij, en de Kamer hierover te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 95, was nr. 85 (35570-XII).

Ik stel vast dat wij nu over deze gewijzigde moties kunnen stemmen.

In stemming komt de motie-Van Aalst (35570-XII, nr. 64).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Remco Dijkstra/Geurts (35570-XII, nr. 65).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, 50PLUS, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de nader gewijzigde motie-Bromet c.s. (35570-XII, nr. 91, was nr. 66).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze nader gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Bromet (35570-XII, nr. 67).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Bromet c.s. (35570-XII, nr. 92, was nr. 68).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de ChristenUnie en de PVV voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Bromet/Moorlag (35570-XII, nr. 69).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Geurts c.s. (35570-XII, nr. 72).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Laçin/Van Brenk (35570-XII, nr. 73).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-De Groot/Dik-Faber (35570-XII, nr. 93, was nr. 75).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-De Groot/Dik-Faber (35570-XII, nr. 76).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de VVD ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-De Groot/Bromet (35570-XII, nr. 77).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

Oké. Waar waren we nou? Iedereen doet alsof het niet van hem of van haar is.

In stemming komt de motie-Moorlag (35570-XII, nr. 78).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Moorlag/Bromet (35570-XII, nr. 79).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Dik-Faber c.s. (35570-XII, nr. 94, was nr. 81).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Dik-Faber/De Groot (35570-XII, nr. 82).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Esch/Wassenberg (35570-XII, nr. 83).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Esch/Wassenberg (35570-XII, nr. 84).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS en Van Kooten-Arissen voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van Brenk/Laçin (35570-XII, nr. 95, was nr. 85).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Brenk (35570-XII, nr. 86).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.


Stemming motie Begroting Justitie en Veiligheid 2021

Aan de orde is de stemming over een aangehouden motie, ingediend bij de behandeling van het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2021,

te weten:

  • de motie-Van Ojik c.s. over de achterstanden bij de IND voor 1 juni 2021 wegwerken (35570-VI, nr. 39).

(Zie vergadering van 26 november 2020.)

De voorzitter:
De motie-Van Ojik (35570-VI, nr. 39) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de IND er aanhoudend niet in slaagt om de afhandeling van asielverzoeken binnen de daarvoor gestelde wettelijke termijnen af te ronden;

overwegende dat asielzoekers onacceptabel lang moeten wachten op zekerheid over hun toekomst en de COA-opvang onnodig zwaar wordt belast;

verzoekt de regering er zorg voor te dragen dat uiterlijk op 1 juli 2021 de achterstanden bij de IND volledig zijn weggewerkt,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 88, was nr. 39 (35570-VI).

Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van Ojik c.s. (35570-VI, nr. 88, was nr. 39).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

Mevrouw Van der Graaf verzoekt om eerst te stemmen over haar motie op stuk nr. 8 bij punt 19 alvorens te stemmen over het ingediende amendement en het wetsvoorstel.


Stemming motie Bepalingen inzake de verkiezing, de inrichting en samenstelling van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Aan de orde is de stemming over een motie, ingediend bij de behandeling van het wetsvoorstel Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet van de bepalingen inzake de verkiezing, de inrichting en samenstelling van de Eerste Kamer der Staten-Generaal,

te weten:

  • de motie-Van der Graaf over in de Kieswet bij de restzetelverdeling het systeem van de grootste overschotten hanteren (35532, nr. 8).

(Zie vergadering van 2 december 2020.)

De voorzitter:
De motie-Van der Graaf (35532, nr. 8) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat voorliggend grondwetsherzieningsvoorstel tot herziening van de kieswijze van de Eerste Kamer bij ongewijzigde lagere wetgeving nadelig uitwerkt voor kleine(re) politieke partijen en dat ook de staatscommissie parlementair stelsel op dit risico heeft gewezen;

overwegende dat uit de motivering van voorliggend voorstel blijkt dat het geenszins de intentie is afbreuk te doen aan de positie van kleine(re) partijen;

overwegende dat het tegen die achtergrond bezien uitmaakt op welke wijze dit voorstel nader wordt uitgewerkt in de Kieswet;

overwegende dat uit het onderzoek Kiesstelsels in Kaart blijkt dat meerdere stelsels voor de restzetelverdeling nadelig uitwerken voor kleine partijen, waaronder het hanteren van het grootste gemiddelde;

verzoekt de regering zeker te stellen dat haar voorstellen tot aanpassing van de Kieswet niet leiden tot een verslechtering van de representatie van kleine(re) partijen in de Eerste Kamer,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 9, was nr. 8 (35532).

Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van der Graaf (35532, nr. 9, was nr. 8).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.


Stemmingen Bepalingen inzake de verkiezing, de inrichting en samenstelling van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet van de bepalingen inzake de verkiezing, de inrichting en samenstelling van de Eerste Kamer der Staten-Generaal (35532).

(Zie wetgevingsoverleg van 2 december 2020.)

In stemming komt het amendement-Bisschop (stuk nr. 7, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, Krol, de PvdD, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 7 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, D66, de VVD, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemming Invoering van behandeling in verenigde vergadering van de tweede lezing van veranderingen in de Grondwet

Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet strekkende tot invoering van behandeling in verenigde vergadering van de tweede lezing van veranderingen in de Grondwet (35533).

(Zie wetgevingsoverleg van 2 december 2020.)

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemming Begroting Gemeentefonds 2020 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake coronamaatregelen)

Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2020 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake coronamaatregelen) (35544).

De voorzitter:
Het amendement-Gijs van Dijk (stuk nr. 3) is ingetrokken.

Ik stel vast dat daarmee wordt ingestemd.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat dit wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.


Stemming motie Algemene Financiële Beschouwingen 2019

Aan de orde is de stemming over een aangehouden motie, ingediend bij de Algemene Financiële Beschouwingen 2019,

te weten:

  • de motie-Van Raan over een inventariserend onderzoek naar het begrip ecocide (35300, nr. 59).

(Zie vergadering van 3 oktober 2019.)

In stemming komt de motie-Van Raan (35300, nr. 59).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, Van Kooten-Arissen en D66 voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.


Stemming motie Begroting Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 2021

Aan de orde is de stemming over een aangehouden motie, ingediend bij de behandeling van het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2021,

te weten:

  • de motie-Van der Molen/Wiersma over de komende jaren structureel jaarlijks 2 miljoen extra voor de Taalunie (35570-VIII, nr. 59).

(Zie vergadering van 15 oktober 2020.)

De voorzitter:
De motie-Van der Molen/Wiersma (35570-VIII, nr. 59) is in die zin gewijzigd en nader gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Nederland en Vlaanderen binnen de Taalunie samenwerken om de studie van het Nederlands buiten het eigen taalgebied te promoten;

constaterende dat in Europees perspectief Nederland en België extreem weinig hierin investeren en deze investering steeds minder wordt;

overwegende dat met het amendement "middelen voor de internationale Neerlandistiek infrastructuur" een eenmalige additionele investering voorgesteld wordt voor de internationale neerlandistiek;

verzoekt de minister om met haar Vlaamse collega's in gesprek te gaan om ervoor te zorgen dat ook Vlaanderen haar bijdrage levert, en de Kamer voor het zomerreces hierover te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 146, was nr. 145 (35570-VIII).

Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.

In stemming komt de nader gewijzigde motie-Van der Molen/Wiersma (35570-VIII, nr. 146, was nr. 145).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze nader gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdA ertegen, zodat zij is aangenomen.


Stemmingen moties Nationaal Groeifonds

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over het Nationaal Groeifonds,

te weten:

  • de motie-Van Raan/Stoffer over financieringsaanvragen voorleggen aan het parlement (35570-XIX, nr. 7);
  • de motie-Van Raan over concrete broeikasgasreductiedoelstellingen opnemen in het toetsingskader (35570-XIX, nr. 9);
  • de motie-Van Raan over de Monitor Brede Welvaart opnemen in het toetsingskader (35570-XIX, nr. 10);
  • de motie-Van Raan over voorkomen van een negatief effect van projecten op klimaat of biodiversiteit (35570-XIX, nr. 11);
  • de motie-Van Raan over uitsluiten dat geld wordt uitgegeven aan de fossiele industrie (35570-XIX, nr. 12);
  • de motie-Stoffer over een duidelijk investeringskader in de instellingswet (35570-XIX, nr. 13);
  • de motie-Stoffer over het aangaan van extra verplichtingen laten afhangen van het aannemen van de instellingswet (35570-XIX, nr. 14);
  • de motie-Nijboer over investeren in het onderwijs (35570-XIX, nr. 15);
  • de motie-Nijboer over innovatie in de bouw en woningbouwprojecten (35570-XIX, nr. 16);
  • de motie-Alkaya over structureel verankeren van de rol van vertegenwoordigers van werknemers in het beoordelingsproces van investeringsvoorstellen (35570-XIX, nr. 17).

(Zie notaoverleg van 2 december 2020.)

De voorzitter:
Aangezien de motie-Van Raan/Stoffer (35570-XIX, nr. 7) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van behandeling meer uit.

Op verzoek van de heer Stoffer stel ik voor zijn motie (35570-XIX, nr. 14) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:
De motie-Nijboer (35570-XIX, nr. 15) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat investeringen in onderwijs misschien wel het belangrijkste zijn voor onze toekomstige welvaart;

verzoekt de regering te waarborgen dat investeringen in onderwijs en onderzoek in balans zijn met de andere investeringsterreinen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 21, was nr. 15 (35570-XIX).

De motie-Nijboer (35570-XIX, nr. 16) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de woningnood een van de belangrijkste belemmeringen vormt voor de huidige en toekomstige welvaart;

verzoekt de regering het mogelijk te maken dat innovatieve projecten in de bouw en in de infrastructuur die bijdragen aan het ontsluiten van woningbouwprojecten, die voldoen aan het doel en de criteria van het fonds, in aanmerking kunnen komen voor het Groeifonds,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 22, was nr. 16 (35570-XIX).

Ik stel vast dat wij nu over deze gewijzigde moties kunnen stemmen.

In stemming komt de motie-Van Raan (35570-XIX, nr. 9).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, de PvdD en Van Kooten-Arissen voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Raan (35570-XIX, nr. 10).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Raan (35570-XIX, nr. 11).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD en Van Kooten-Arissen voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Raan (35570-XIX, nr. 12).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Stoffer (35570-XIX, nr. 13).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Nijboer (35570-XIX, nr. 21, was nr. 15).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Nijboer (35570-XIX, nr. 22, was nr. 16).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Alkaya (35570-XIX, nr. 17).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

50PLUS wel of niet? Niet? Nou. Nee? Oké, dan zal in de Handelingen worden opgenomen dat 50PLUS niet voor de motie op stuk nr. 17 heeft gestemd.


Stemmingen moties Klimaat en energie

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over klimaat en energie,

te weten:

  • de motie-Beckerman over een goede oplossing voor medewerkers van de Onyx-kolencentrale (32813, nr. 627);
  • de motie-Van der Lee/Kröger over de samenhang tussen de duurzame opwek van stroom en de elektrificatie van de industrie in beeld brengen (32813, nr. 628);
  • de motie-Van der Lee/Kröger over alvast rekening houden met een grotere opgave voor windenergie op zee (32813, nr. 629);
  • de motie-Van der Lee/Kröger over een routekaart aquathermie (32813, nr. 630);
  • de motie-Sienot/Dik-Faber over het systeem van Garanties van Oorsprong (32813, nr. 631);
  • de motie-Agnes Mulder/Harbers over met onder anderen netbeheerders in gesprek gaan over demonstratieprojecten met waterstof (32813, nr. 633);
  • de motie-Agnes Mulder c.s. over knelpunten bij het verzekeren van zon-op-dakprojecten (32813, nr. 634);
  • de motie-Van Raan over een moratorium op hout afkomstig uit Estland en Letland (32813, nr. 635);
  • de motie-Van Raan over transparant rapporteren over de reële totale CO2-uitstoot (32813, nr. 636);
  • de motie-Van Raan over geen nieuwe subsidies voor houtige biomassa (32813, nr. 638);
  • de motie-Moorlag over alternatieven voor de hinderlijke verlichting op windturbines (32813, nr. 639);
  • de motie-Moorlag over het verhogen van de nalevingsgraad voor het bedrijfsleven ten aanzien van energiebesparende maatregelen (32813, nr. 640).

(Zie notaoverleg van 3 december 2020.)

De voorzitter:
De motie-Van Raan (32813, nr. 638) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering om per 1 januari 2021, mede gezien de recente onderzoeksgegevens over de houtkapmisstanden in Estland, geen nieuwe subsidies voor houtige biomassa voor het opwekken van warmte af te geven,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 643, was nr. 638 (32813).

Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.

In stemming komt de motie-Beckerman (32813, nr. 627).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van der Lee/Kröger (32813, nr. 628).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van der Lee/Kröger (32813, nr. 629).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, DENK, D66, de VVD, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van der Lee/Kröger (32813, nr. 630).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Sienot/Dik-Faber (32813, nr. 631).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Agnes Mulder/Harbers (32813, nr. 633).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Agnes Mulder c.s. (32813, nr. 634).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Raan (32813, nr. 635).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Raan (32813, nr. 636).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van Raan (32813, nr. 643, was nr. 638).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Moorlag (32813, nr. 639).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Moorlag (32813, nr. 640).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.


Stemmingen Tijdelijke huurkorting

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en de Woningwet (tijdelijke huurkorting) (35516).

(Zie wetgevingsoverleg van 3 december 2020.)

De voorzitter:
Het amendement-Koerhuis (stuk nr. 10) is ingetrokken.

Ik stel vast dat daarmee wordt ingestemd.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Beckerman (stuk nr. 16, I) tot het invoegen van een onderdeel 0a.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit gewijzigde amendement de overige op stuk nr. 16 voorkomende gewijzigde amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Beckerman (stuk nr. 12, I) tot het invoegen van een onderdeel 0a.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement de overige op stuk nr. 12 voorkomende amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Beckerman (stuk nr. 8, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement de overige op stuk nr. 8 voorkomende amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Van Otterloo (stuk nr. 15).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, de ChristenUnie en de PVV voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Koerhuis (stuk nr. 11) tot het invoegen van een artikel Ia.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel, zoals op onderdelen gewijzigd door de aanneming van het amendement-Van Otterloo (stuk nr. 15) en het amendement-Koerhuis (stuk nr. 11).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemming motie Tijdelijke huurkorting

Aan de orde is de stemming over een motie, ingediend bij de behandeling van het wetsvoorstel Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en de Woningwet (tijdelijke huurkorting),

te weten:

  • de motie-Terpstra over het effect van de inhaalhuurverhoging op de huurders monitoren (35516, nr. 13).

(Zie wetgevingsoverleg van 3 december 2020.)

In stemming komt de motie-Terpstra (35516, nr. 13).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.


Stemmingen Wijziging huurverhogingsmogelijkheden en inkomensgrenzen Woningwet

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en van de Woningwet (wijziging huurverhogingsmogelijkheden en inkomensgrenzen Woningwet) (35518).

(Zie wetgevingsoverleg van 3 december 2020.)

In stemming komt het amendement-Nijboer/Smeulders (stuk nr. 14, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement de overige op stuk nr. 14 voorkomende amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Van Otterloo (stuk nr. 16, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 16 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Beckerman (stuk nr. 10).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Nijboer (stuk nr. 9).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Smeulders (stuk nr. 8).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Smeulders (stuk nr. 15).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP en de PVV voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, 50PLUS, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen moties Wijziging huurverhogingsmogelijkheden en inkomensgrenzen Woningwet

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij de behandeling van het wetsvoorstel Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en van de Woningwet (wijziging huurverhogingsmogelijkheden en inkomensgrenzen Woningwet),

te weten:

  • de motie-Beckerman over een Nibud-onderzoek naar de financiële positie van huurders in de sociale en vrije sector (35518, nr. 17);
  • de motie-Beckerman over de capaciteit van de Huurcommissie uitbreiden (35518, nr. 18);
  • de motie-Van Eijs over afspraken over de vrije toewijzingsruimte voor corporaties (35518, nr. 19);
  • de motie-Van Eijs over het aanpassen van het woningverdeelsysteem ten gunste van lage middeninkomens (35518, nr. 20);
  • de motie-Smeulders c.s. over het aanpassen van de systematiek van indexering (35518, nr. 21);
  • de motie-Bisschop over oplossingen in kaart brengen voor een onbedoeld effect van de indexering van de inkomensgrenzen (35518, nr. 22).

(Zie wetgevingsoverleg van 3 december 2020.)

In stemming komt de motie-Beckerman (35518, nr. 17).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Beckerman (35518, nr. 18).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Eijs (35518, nr. 19).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de fractie van Krol ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Eijs (35518, nr. 20).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Smeulders c.s. (35518, nr. 21).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Bisschop (35518, nr. 22).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.


Stemming Begroting van de Koning 2021

Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van de Koning (I) voor het jaar 2021 (35570-I).

(Zie vergadering van 7 oktober 2020.)

De voorzitter:
Voordat wij over het wetsvoorstel gaan stemmen, geef ik het woord aan de heer Van Raan voor het afleggen van een stemverklaring.

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

De heer Van Raan (PvdD):
Voorzitter, dank u wel. Op het moment dat wij stemmen over de rijksbegroting 2021 — dat is nú — is, ongelofelijk maar waar, nog steeds niet duidelijk of dit kabinet het Urgendavonnis succesvol uitgevoerd heeft. Zonder radicaal andere keuzes te maken blijft de temperatuur stijgen tot onverantwoorde hoogtes. Dit kabinet heeft de mond vol over groen uit de covidcrisis komen, maar we zien deze radicale keuzes wederom niet terugkeren in de voor ons liggende rijksbegroting. Lang was het de gewoonte in het Nederlandse parlement dat de rijksbegroting ondanks alle kritiek toch steeds steun kreeg van de hele Kamer, van coalitie en oppositie. Wat de Partij voor de Dieren betreft zijn die tijden voorbij. Het beleid van "na ons de zondvloed" verdient geen steun en de Partij voor de Dieren stemt opnieuw tegen de rijksbegroting.

Voorzitter, dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van Raan. Dan gaan we naar het wetsvoorstel.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemming Begroting Staten-Generaal 2021

Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van de Staten-Generaal (IIA) voor het jaar 2021 (35570-IIA).

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemming Begroting overige Hoge Colleges van Staat, Kabinetten van de Gouverneurs en de Kiesraad 2021

Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van de overige Hoge Colleges van Staat, Kabinetten van de Gouverneurs en de Kiesraad (IIB) voor het jaar 2021 (35570-IIB).

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemming Begroting Algemene Zaken, Kabinet van de Koning en Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten 2020

Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (IIIA), de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning (IIIB) en de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (IIIC) voor het jaar 2021 (35570-III).

(Zie vergadering van 7 oktober 2020.)

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemming Begroting Koninkrijksrelaties 2021

Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (35570-IV).

(Zie vergadering van 6 oktober 2020.)

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen Begroting Buitenlandse Zaken 2021

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2021 (35570-V).

(Zie vergadering van 12 november 2020.)

In stemming komt het amendement-Sjoerdsma c.s. (stuk nr. 16).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het amendement-De Roon/Fritsma (stuk nr. 61).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Sjoerdsma c.s. (stuk nr. 18).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Van Helvert c.s. (stuk nr. 19).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komen de amendementen-Koopmans c.s. (stuk nrs. 20, I en II).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze amendementen hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij zijn aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van deze amendementen het andere op stuk nr. 20 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

In stemming komen de amendementen-Koopmans c.s. (stuk nrs. 21, I en II).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze amendementen hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij zijn aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van deze amendementen het andere op stuk nr. 21 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

In stemming komt het wetsvoorstel, zoals op onderdelen gewijzigd door de aanneming van het amendement-Sjoerdsma c.s. (stuk nr. 16), het amendement-Sjoerdsma c.s. (stuk nr. 18), het amendement-Van Helvert c.s. (stuk nr. 19), de amendementen-Koopmans c.s. (stuk nrs. 20, I tot en met III) en de amendementen-Koopmans c.s. (stuk nrs. 21, I tot en met III).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen Begroting Justitie en Veiligheid 2021

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2021 (35570-VI).

(Zie vergadering van 26 november 2020.)

In stemming komt het amendement-Van Nispen c.s. (stuk nr. 86) tot het invoegen van een artikel 4a.

De voorzitter:
Ik constateer dat dit amendement met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Van Raak (stuk nr. 6).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Van Nispen (stuk nr. 15, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 15 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Buitenweg (stuk nr. 17, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit gewijzigde amendement de overige op stuk nr. 17 voorkomende gewijzigde amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Van Nispen/Van den Berge (stuk nr. 10).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Van Nispen/Van den Berge (stuk nr. 11).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Van Nispen/Buitenweg (stuk nr. 20, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 20 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Van Nispen/Van den Berge (stuk nr. 13).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Van Nispen/Buitenweg (stuk nr. 18, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 18 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Van Nispen/Van den Berge (stuk nr. 12).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Jasper van Dijk (stuk nr. 14, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 14 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het wetsvoorstel, zoals op onderdelen gewijzigd door de aanneming van het amendement-Van Nispen c.s. (stuk nr. 86).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat het is aangenomen.

Het wetsvoorstel is aangenomen onder de aantekening dat de fractie van de PVV geacht wenst te worden tegen artikel 37 van de departementale begrotingsstaat te hebben gestemd.

De stemmingen bij 37, in verband met de vaststelling van de begrotingsstaten van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2021, hebben we uitgesteld, toch? Ja. Dan gaan we naar de stemmingen bij 38.


Stemmingen Begroting Gemeentefonds 2021

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2021 (35570-B).

(Zie vergadering van 15 oktober 2020.)

In stemming komt het amendement-Van Raak (stuk nr. 7, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 7 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemming Begroting Provinciefonds 2021

Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2021 (35570-C).

(Zie vergadering van 15 oktober 2020.)

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen Begroting Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 2021

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2021 (35570-VIII).

(Zie vergadering van 15 oktober 2020.)

De voorzitter:
Het amendement-Kuik (stuk nr. 29) is ingetrokken.

Het amendement-Kwint (stuk nr. 96) is ingetrokken.

Het amendement-Van Meenen/Rog (stuk nr. 141) is ingetrokken.

Ik stel vast dat daarmee wordt ingestemd.

In stemming komt het amendement-Bisschop/Westerveld (stuk nr. 37, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement de overige op stuk nr. 37 voorkomende amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Van den Berge (stuk nr. 16, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 16 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Van den Berge (stuk nr. 17).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Kwint c.s. (stuk nr. 144, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit gewijzigde amendement de overige op stuk nr. 144 voorkomende gewijzigde amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.

Mevrouw Agema?

Mevrouw Agema (PVV):
Voorzitter, het foutje van de week: we wensen geacht te worden voor het amendement op stuk nr. 17 te hebben gestemd.

De voorzitter:
Deze opmerking wordt in de Handelingen opgenomen. Ik vind het vandaag erg meevallen met foutjes.

In stemming komt het amendement-Van den Hul c.s. (stuk nr. 22, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 22 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Futselaar (stuk nr. 27, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit gewijzigde amendement het andere op stuk nr. 27 voorkomende gewijzigde amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Bisschop (stuk nr. 18, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, Krol, de SGP, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 18 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Van den Hul/Van den Berge (stuk nr. 23).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Van der Molen/Westerveld (stuk nr. 134).

De voorzitter:
Ik constateer dat dit amendement met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt het nader gewijzigde amendement-Van der Molen/Wiersma (stuk nr. 143, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit nader gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdA ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit nader gewijzigde amendement het andere op stuk nr. 143 voorkomende nader gewijzigde amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Westerveld c.s. (stuk nr. 139, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 139 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het nader gewijzigde amendement-Futselaar (stuk nr. 34).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit nader gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Kwint c.s. (stuk nr. 97).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Van den Hul c.s. (stuk nr. 98).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Van den Hul c.s. (stuk nr. 99).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Van Raan (stuk nr. 100).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS en Van Kooten-Arissen voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Bergkamp (stuk nr. 90).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Kwint (stuk nr. 24, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 24 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Kwint c.s. (stuk nr. 25).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Van den Hul c.s. (stuk nr. 31).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Van den Hul/Westerveld (stuk nr. 26).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het wetsvoorstel, zoals op onderdelen gewijzigd door de aanneming van het amendement-Van der Molen/Westerveld (stuk nr. 134), de nader gewijzigde amendementen-Van der Molen/Wiersma (stuk nrs. 143, I en II) en het amendement-Bergkamp (stuk nr. 90).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen Begroting Financiën 2021

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) en de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2021 (35570-IX).

(Zie vergadering van 1 oktober 2020.)

De voorzitter:
Het amendement-Snels (stuk nr. 29) is ingetrokken.

Ik stel vast dat daarmee wordt ingestemd.

In stemming komt het amendement-Krol (stuk nr. 6, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, DENK, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 6 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen Begroting Defensie 2021

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2021 (35570-X).

(Zie vergadering van 3 december 2020.)

In stemming komt het amendement-Fritsma/De Roon (stuk nr. 17).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol, 50PLUS, de SGP, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemming Begroting Defensiematerieelbegrotingsfonds 2021

Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het Defensiematerieelbegrotingsfonds voor het jaar 2021 (35570-K).

(Zie wetgevingsoverleg van 30 november 2020.)

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen Begroting Infrastructuur en Waterstaat 2021

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2021 (35570-XII).

(Zie vergadering van 26 november 2020.)

In stemming komt het amendement-Van Nispen c.s. (stuk nr. 89).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Laçin (stuk nr. 11, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 11 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Gijs van Dijk c.s. (stuk nr. 13).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Kröger (stuk nr. 12, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 12 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Van Raan (stuk nr. 60).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD en Van Kooten-Arissen voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het wetsvoorstel, zoals op onderdelen gewijzigd door de aanneming van het amendement-Van Nispen c.s. (stuk nr. 89).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen Begroting Infrastructuurfonds 2021

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2021 (35570-A).

(Zie vergadering van 19 november 2020.)

In stemming komt het amendement-Kröger (stuk nr. 9, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 9 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemming Begroting Deltafonds 2021

Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het Deltafonds voor het jaar 2021 (35570-J).

(Zie wetgevingsoverleg van 1 december 2020.)

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen Begroting Economische Zaken en Klimaat 2021

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (XIII) voor het jaar 2021 (35570-XIII).

(Zie vergadering van 5 november 2020.)

In stemming komt het amendement-Palland/Amhaouch (stuk nr. 11, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 11 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Van Raan (stuk nr. 69, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 69 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Beckerman (stuk nr. 7, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, Krol, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 7 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Van Raan (stuk nr. 68).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, Van Kooten-Arissen en DENK voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-van het lid Sienot c.s. (stuk nr. 12).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel, zoals op onderdelen gewijzigd door de aanneming van de amendementen-Palland/Amhaouch (stuk nrs. 11, I en II) en het gewijzigde amendement-van het lid Sienot c.s. (stuk nr. 12).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit 2021

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2021 (35570-XIV).

(Zie vergadering van 25 november 2020.)

In stemming komt het amendement-Futselaar (stuk nr. 12, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement de overige op stuk nr. 12 voorkomende amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Bromet (stuk nr. 13).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen Begroting Sociale Zaken en Werkgelegenheid 2021

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2021 (35570-XV).

(Zie vergadering van 19 november 2020.)

In stemming komt het amendement-De Jong/Wilders (stuk nr. 14, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 14 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Van Kent (stuk nr. 17).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Gijs van Dijk (stuk nr. 11).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK en de PVV voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Van Kent (stuk nr. 18).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Renkema c.s. (stuk nr. 22, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat dit gewijzigde amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit gewijzigde amendement het andere op stuk nr. 22 voorkomende gewijzigde amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Becker (stuk nr. 10).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, D66, de VVD, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Paternotte/Peters (stuk nr. 80).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Gijs van Dijk (stuk nr. 20).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het wetsvoorstel, zoals op onderdelen gewijzigd door de aanneming van de gewijzigde amendementen-Renkema c.s. (stuk nrs. 22, I en II), het amendement-Becker (stuk nr. 10) en het amendement-Paternotte/Peters (stuk nr. 80).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen Begroting Volksgezondheid, Welzijn en Sport 2021

Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2021 (35570-XVI).

(Zie vergadering van 3 december 2020.)

De voorzitter:
De heer Van Nispen.

De heer Van Nispen (SP):
Ik vrees dat het niet heel veel tijd scheelt, maar ik zou graag het amendement-Van Gerven op stuk nr. 14 willen intrekken.

De voorzitter:
O, dat komt nog. Ik neem aan dat daar geen bezwaar tegen bestaat.

Het amendement-Van Gerven (stuk nr. 14, 35570-XVI) is ingetrokken.

Ik stel vast dat daarmee wordt ingestemd.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Ploumen/Bergkamp (stuk nr. 39).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Ellemeet/Laan-Geselschap (stuk nr. 59, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de fractie van de SGP ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 59 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Van der Staaij/Dik-Faber (stuk nr. 68, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat dit amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 68 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Renkema c.s. (stuk nr. 70, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD en de ChristenUnie voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 70 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Renkema/Ellemeet (stuk nr. 71).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Renkema/Kerstens (stuk nr. 90, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 90 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Bergkamp/Raemakers (stuk nr. 65, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat dit amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 65 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Bergkamp (stuk nr. 57).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de fractie van de SGP ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Bergkamp (stuk nr. 58).

De voorzitter:
Ik constateer dat dit amendement met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Renkema (stuk nr. 66, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 66 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komen de amendementen-Van Otterloo/Sazias (stuk nrs. 69, I en II).

De voorzitter:
Ik constateer dat dit amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van deze amendementen het andere op stuk nr. 69 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Marijnissen c.s. (stuk nr. 4).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Hijink c.s. (stuk nr. 17).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Van den Berge/Renkema (stuk nr. 42).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Van den Berg/Dik-Faber (stuk nr. 61).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Van den Berg/Veldman (stuk nr. 63).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Van Beukering-Huijbregts/Raemakers (stuk nr. 18).

De voorzitter:
Ik constateer dat dit amendement met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Van Nispen (stuk nr. 41).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Van Nispen c.s. (stuk nr. 166).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel, zoals op onderdelen gewijzigd door de aanneming van het gewijzigde amendement-Ploumen/Bergkamp (stuk nr. 39), de amendementen-Ellemeet/Laan-Geselschap (stuk nrs. 59, I en II), de amendementen-Van der Staaij/Dik-Faber (stuk nrs. 68, I en II), de amendementen-Renkema c.s. (stuk nrs. 70, I en II), de amendementen-Bergkamp/Raemakers (stuk nrs. 65, I en II), het amendement-Bergkamp (stuk nr. 57), het amendement-Bergkamp (stuk nr. 58), de amendementen-Van Otterloo/Sazias (stuk nrs. 69, I tot en met III), het amendement-Van den Berg/Dik-Faber (stuk nr. 61), het amendement-Van den Berg/Veldman (stuk nr. 63), het amendement-Van Beukering-Huijbregts/Raemakers (stuk nr. 18) en het gewijzigde amendement-Van Nispen c.s. (stuk nr. 166).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen Begroting Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking 2021

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2021 (35570-XVII).

(Zie vergadering van 2 december 2020.)

In stemming komt het amendement-Van den Hul/Van den Nieuwenhuijzen (stuk nr. 6, I).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen en DENK voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 6 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Bouali c.s. (stuk nr. 11).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Van den Nieuwenhuijzen (stuk nr. 9).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, Van Kooten-Arissen, DENK en de SGP voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het wetsvoorstel, zoals op onderdelen gewijzigd door de aanneming van het amendement-Bouali c.s. (stuk nr. 11).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen Begroting Nationaal Groeifonds 2021

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het Nationaal Groeifonds (XIX) voor het jaar 2021 (35570-XIX).

(Zie vergadering van 5 november 2020.)

In stemming komt het gewijzigde amendement-Van der Lee/Snels (stuk nr. 18).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en de PVV voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de fractie van FvD ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel, zoals op onderdelen gewijzigd door de aanneming van het gewijzigde amendement-Van der Lee/Snels (stuk nr. 18).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en de PVV voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.


Stemmingen Begroting Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport 2020 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake Coronamaatregelen)

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2020 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake Coronamaatregelen) (35567).

(Zie vergadering van 3 december 2020.)

In stemming komt het amendement-Ploumen c.s. (stuk nr. 6).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP, de PVV en FvD voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat dit wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.


Stemming Begroting Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 2020 (Financiering meerkosten programmering landelijke publieke omroep en begeleidingsgesprekken jeugdwerkloosheid in verband met COVID-19)

Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2020 (Vijfde incidentele suppletoire begroting inzake financiering meerkosten programmering landelijke publieke omroep en begeleidingsgesprekken jeugdwerkloosheid in verband met COVID-19) (35543).

De voorzitter:
Het amendement-Van den Hul (stuk nr. 3) is ingetrokken.

Ik stel vast dat daarmee wordt ingestemd.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:
Ik constateer dat dit wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.


Stemmingen moties Begroting Infrastructuur en Waterstaat 2021

Aan de orde zijn de stemmingen over aangehouden moties, ingediend bij de behandeling van het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2021,

te weten:

  • de gewijzigde motie-Schonis c.s. over een visie op het spoorgoederenvervoer (35570-XII, nr. 62, was nr. 38);
  • de motie-Schonis/Postma over niet-vrijblijvende verkeersbegeleiding door de Kustwacht bij stormcondities op de Waddenzee (35570-XII, nr. 40).

(Zie vergadering van 19 november 2020.)

In stemming komt de gewijzigde motie-Schonis c.s. (35570-XII, nr. 62, was nr. 38).

De voorzitter:
Ik constateer dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Schonis/Postma (35570-XII, nr. 40).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de VVD ertegen, zodat zij is aangenomen.


Stemming motie Begroting OCW 2021, onderdeel Cultuur

Aan de orde is de stemming over een aangehouden motie, ingediend bij de behandeling van het wetsvoorstel de begroting OCW 2021, onderdeel Cultuur,

te weten:

  • de motie-Kwint/Beckerman over een pas op de plaats maken met de verkoop van de Seyss-Inquartbunker (35570-VIII, nr. 106).

(Zie wetgevingsoverleg van 23 november 2020.)

In stemming komt de motie-Kwint/Beckerman (35570-VIII, nr. 106).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, de SGP en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.


Stemming motie Onderwijs en corona VI, mbo en h.o. plus stages

Aan de orde is de stemming over een aangehouden motie, ingediend bij het VAO Onderwijs en corona VI, mbo en h.o. plus stages,

te weten:

  • de motie-Van Meenen/Westerveld over het bindend studieadvies niet onverkort toepassen (35570-VIII, nr. 116).

(Zie vergadering van 25 november 2020.)

In stemming komt de motie-Van Meenen/Westerveld (35570-VIII, nr. 116).

De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, Krol, GroenLinks, de PvdD, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

Meneer Van der Staaij.

De heer Van der Staaij (SGP):
Voorzitter. Mevrouw Van Toorenburg is niet heel goed ter been op dit moment. Daarom rende zij niet naar de microfoon om u te bedanken voor het feit dat u ons door al deze stemmingen heen heeft geleid. Ik neem graag de honneurs waar. Bedankt, voorzitter!

(Applaus)

De voorzitter:
Dankzij jullie oplettendheid zijn we erdoorheen gekomen. Heel veel dank. Ik schors even voordat we een korte regeling van werkzaamheden hebben. Dank jullie wel. En natuurlijk dank aan de minister van Financiën.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Mededelingen

Mededelingen

Mededelingen

De voorzitter:
Op de tafel van de Griffier ligt een lijst van ingekomen stukken. Op die lijst staan voorstellen voor de behandeling van deze stukken. Als voor het einde van de vergadering daartegen geen bezwaar is gemaakt, neem ik aan dat daarmee wordt ingestemd.

Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:
Dan is nu aan de orde de regeling van werkzaamheden.

Ik deel aan de Kamer mee dat de fractie van 50PLUS bij de stemmingen op 1 december jongstleden over de motie-Becker (35570-VI, nr. 31) geacht wenst te worden vóór deze motie te hebben gestemd.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor de volgende door hen ingediende moties opnieuw aan te houden: 25295-562; 34775-XIII-109; 32813-366; 25295-602; 32813-519; 31293-530; 35242-10; 25295-589; 34346-3; 34298-9.

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda:

  • het VSO Curriculumherziening in het funderend onderwijs (31293, nr. 564), met als eerste spreker de heer Van Meenen namens D66;
  • het VAO Arbeidsmarkt, met als eerste spreker de heer Kuzu namens DENK;
  • het VSO Ontwikkelingen bij Sanquin Plasma Products B.V. (29447, nr. 60), met als eerste spreker mevrouw Van den Berg namens het CDA.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:
Mevrouw Ploumen.

Mevrouw Ploumen (PvdA):
Voorzitter, dank u wel. Ik wil graag een verzoek doen namens de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken, namelijk om een afsluitend debat te houden in één termijn met de ministers van Buitenlandse Zaken en Defensie over de artikel 100-brief inzake de inzet in de strijd tegen ISIS, naar aanleiding van het AO op 17 december. Het verzoek is om dat nog te houden voor het kerstreces.

De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Ploumen. Daar zullen we in de planning rekening mee houden. Mevrouw Ploumen, praat u ook namens mevrouw Dijkstra? Ik zag ook de heer Van Meenen staan.

Mevrouw Ploumen (PvdA):
Namens de heer Van Meenen en mevrouw Dijkstra, die het in alles met mij eens zijn op deze middag.

De voorzitter:
Nee, het gaat om het volgende verzoek! Nee? Oké. Nee, daar kunt u niet … Het maakt niet uit. Mevrouw Bergkamp vervangt mevrouw Dijkstra.

Mevrouw Bergkamp (D66):
Dank u wel, voorzitter. Vorige week had mijn collega mevrouw Pia Dijkstra een mondelinge vraag aan de minister van Justitie en Veiligheid over het blokkeren van een voor ons capabele jurist als kandidaat-lid voor de Regionale Toetsingscommissie Euthanasie. Namens haar doe ik het verzoek om op korte termijn een debat te houden met de minister van Justitie en Veiligheid over dit blokkeren en vooral over het weigeren om daar iets over te zeggen. We willen dit graag op korte termijn, omdat de benoemingen per 1 december ingingen. We willen graag met de minister van gedachten wisselen om te voorkomen dat er onomkeerbare stappen worden gezet. Ik weet dat er schriftelijke vragen zijn gesteld door de collega's. Het liefst zouden wij het volgende week willen en anders de eerste week na het reces.

De voorzitter:
Oké. Ik wilde net vragen: wat is "op korte termijn"? Ik heb de heer Van der Lee, mevrouw Tellegen, mevrouw Kuik en de heer Kerstens. De heer Van der Lee, GroenLinks.

De heer Van der Lee (GroenLinks):
Ook wij vonden het een heel rare figuur, dus we zijn het van harte eens met het verzoek om het nog even aan de agenda voor volgende week toe te voegen.

De voorzitter:
Volgende week kan het echt niet.

De heer Van der Lee (GroenLinks):
Jawel, voorzitter, er is heel veel plaats volgende week.

De voorzitter:
Er wordt ook voorgesteld om het de eerste week na het reces te doen. U mag dus kiezen.

De heer Van der Lee (GroenLinks):
De voorkeur is volgende week, maar als het niet kan, dan daarna.

Mevrouw Bergkamp (D66):
De voorkeur is volgende week.

De voorzitter:
Oké. Mevrouw Tellegens namens de VVD.

Mevrouw Tellegen (VVD):
Datzelfde geldt voor mij, maar ik vind het wel belangrijk dat de antwoorden op de schriftelijke vragen dan binnen zijn, want anders hebben we geen inhoud. Dat zou dus mijn verzoek zijn.

De voorzitter:
Mevrouw Kuik, de middelste microfoon is wel schoon. En dan de heer Kerstens.

Mevrouw Kuik (CDA):
Geen steun, voorzitter.

De heer Kerstens (PvdA):
Voorzitter, van harte steun voor het verzoek en het liefst volgende week al.

Mevrouw Agema (PVV):
Steun.

De voorzitter:
Dan heeft u gewoon een meerderheid, mevrouw Bergkamp. O, de heer Van der Staaij.

De heer Van der Staaij (SGP):
Geen steun.

Mevrouw Bergkamp (D66):
Voorzitter, mag ik dan het verzoek doen om in ieder geval de vragen die gesteld zijn zo snel mogelijk te beantwoorden, zodat we volgende week hopelijk het debat kunnen hebben?

De voorzitter:
Ja. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Dan gaan we daar in de planning rekening mee houden.

Dan ga ik naar de heer Kerstens — ik zie de heer Kerstens in plaats van de heer Gijs van Dijk — namens de PvdA.

De heer Kerstens (PvdA):
Dank u wel, voorzitter. De Partij van de Arbeid heeft al eerder aangedrongen op een extra steunpakket voor de horeca, de evenementenbranche en de cultuur, want die worden ongenadig hard geraakt door de coronamaatregelen en het verlengen daarvan. We lezen nu in de krant dat er zo'n nieuw pakket aan komt. Daarover willen we graag snel in debat met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

De voorzitter:
Dan ga ik naar mevrouw Van Brenk, dan de heer Van Raak, de heer Van der Lee en mevrouw Tellegen. Mevrouw Van Brenk, 50PLUS.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):
Voorzitter. Het pakket mag niet versoberd worden, dus zo snel mogelijk een debat hierover.

De voorzitter:
Dus steun. De heer Van Raak namens de SP.

De heer Van Raak (SP):
Steun.

De heer Van der Lee (GroenLinks):
Steun.

Mevrouw Tellegen (VVD):
Geen steun voor een apart debat. Wij zouden willen voorstellen om het morgen bij het coronadebat te betrekken.

Mevrouw Bergkamp (D66):
Steun voor het debat, maar wel om dat samen te voegen met het debat dat we morgen hebben.

De voorzitter:
Dus geen steun voor een apart debat.

Mevrouw Bergkamp (D66):
Die conclusie klopt.

De voorzitter:
Oké. Dan ga ik naar mevrouw Kuik en dan de heer Kuzu en de heer Bruins.

Mevrouw Kuik (CDA):
Voorzitter, betrekken bij het debat.

De heer Kuzu (DENK):
Steun, voorzitter.

De heer Bruins (ChristenUnie):
Dit kan het snelst morgenavond behandeld worden bij het coronadebat.

De voorzitter:
Mevrouw Agema, u staat er dichtbij.

Mevrouw Agema (PVV):
Steun.

De heer Wassenberg (PvdD):
Steun.

De voorzitter:
U heeft geen meerderheid, meneer Kerstens.

De heer Kerstens (PvdA):
Dat hoor ik, voorzitter. Dan zou ik wel willen verzoeken om iets meer spreektijd bij het coronadebat morgen.

De voorzitter:
Ik wist dat u dat ging vragen.

De heer Kerstens (PvdA):
Dit is een majeur onderwerp waarover we in het verleden wel afzonderlijk met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben gedebatteerd. Dus als we daar de tijd voor willen nemen — dat moet, net zoals voor alle andere onderwerpen — iets meer spreektijd alstublieft.

De voorzitter:
Ik kijk even of daar iemand bezwaar tegen heeft. Niemand. Dus de spreektijden uitbreiden? Nou ja, we gaan kijken.

Dan geef ik het woord aan mevrouw Westerveld namens GroenLinks voor een verzoek over het eindrapport van de commissie-De Winter. Eindelijk op de agenda, hè? Ja, precies. Mevrouw Westerveld.

Mevrouw Westerveld (GroenLinks):
Ja, voorzitter. We hebben volgende week het debat over het rapport van de commissie-De Winter. Dat gaat over slachtoffers in de jeugdzorg. Ik zou heel graag een uitbreiding willen van de spreektijd met één minuut.

De voorzitter:
Dus vijf minuten, hè? Ja, dat is prima.

Mevrouw Westerveld (GroenLinks):
Mooi.

De voorzitter:
Dank u wel.

Dan ga ik naar de heer Emiel van Dijk namens de PVV. Gaat uw gang.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Voorzitter, dank u wel. De Telegraaf berichtte vandaag over ruim 1.000 illegalen die kwijt zijn geraakt, vaak veroordeelde criminele illegalen en mensen die verdacht worden van een misdrijf. Die zijn kwijtgeraakt. Aangezien de VVD nog steeds die mensen niet vast wil zetten en uit wil zetten, moeten we daar snel over gaan praten, want dit kan echt niet langer zo.

De voorzitter:
Mevrouw Kuik, CDA.

Mevrouw Kuik (CDA):
Voorzitter, geen steun. 21 januari hebben we een AO.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Dat is snel.

De heer Van der Lee (GroenLinks):
Geen steun.

Mevrouw Tellegen (VVD):
Voorzitter, steun. Maar ik denk ook dat het verstandiger is om dit bij het AO op 21 januari te betrekken.

De voorzitter:
Maar u steunt het verzoek om een apart debat. Mevrouw Bergkamp. Meneer Kuzu, u bent er toch. Zeg het maar.

De heer Kuzu (DENK):
Geen steun.

Mevrouw Bergkamp (D66):
Voorzitter, geen steun. Er is inderdaad op 21 januari een algemeen overleg.

De heer Van der Staaij (SGP):
Steun voor dit verzoek.

De voorzitter:
Heb ik zo iedereen? U heeft geen meerderheid.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Dan wil ik het graag op de lijst met dertigledendebatten. Ja?

De voorzitter:
Ja. Dan voegen we dit debat toe aan de lijst van dertigledendebatten.

De heer Van Meenen namens D66.

De heer Van Meenen (D66):
Voorzitter. Ik zou willen vragen om uitstel van de derde termijn van de Wet Zerodays Afwegingsproces. We zijn nog in afwachting van de reactie van het kabinet. Graag in de eerste week na het reces.

De voorzitter:
Heeft iemand bezwaar tegen uitstel? Nee? Oké. Want het onderwerp staat wel op de agenda, heel kort. Daar moeten we iets op verzinnen.

De heer Krol.

De heer Krol (Krol):
Mevrouw de voorzitter. Corona heeft heel veel gevolgen, ook voor de verkiezingen. Zo blijkt dat wanneer nieuwe partijen de ondersteuningsverklaringen moeten inleveren, men naar de gemeentehuizen moet. Maar gemeentehuizen laten weten dat je op dit moment afspraken moet maken om daar die handtekeningen te kunnen overleggen. Dat lijkt mij een onwenselijke situatie. Vandaar dat ik de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties graag zou willen betrekken bij het coronadebat om deze moeilijke situatie te verhelpen.

De heer Van der Lee (GroenLinks):
We hebben nu bijna het halve kabinet zo, want de heer Wilders gaat terecht nog vragen om de minister van EZK. We hebben net de minister van Sociale Zaken uitgenodigd en er zijn al standaard twee ministers bij. Dus ik denk dat dit toch een beetje onhandig is.

De voorzitter:
Drie zijn er standaard bij.

De heer Van der Lee (GroenLinks):
Ja, drie zelfs. Dat klopt. Dus ik denk dat het handiger is om dit via een schriftelijke procedure te doen dan wel het aan de minister-president te vragen bij het debat. Anders wordt het debat over corona wel heel erg laat.

Mevrouw Bergkamp (D66):
Ik sluit me aan bij de woorden van de heer Van der Lee.

Mevrouw Tellegen (VVD):
Ik ook. En misschien is het wel verstandig om een brief te vragen en het op die manier te doen.

De heer Kerstens (PvdA):
Daar sluit ik me dan weer bij aan, voorzitter.

De voorzitter:
Sluit iedereen zich daarbij aan? Ja?

Mevrouw Kuik (CDA):
Ja, ik ook.

De heer Krol (Krol):
Dan ga ik die brief vragen en dan kan de minister-president zich al voorbereiden, want hij weet dat ik die vraag morgen ga stellen.

De voorzitter:
Goed. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Ik heb hier op mijn lijstje mevrouw Lodders staan, maar ik zie mevrouw Tellegen. Spreekt u namens de commissie voor VWS?

Mevrouw Tellegen (VVD):
Ja, inderdaad namens de commissie voor VWS doe ik het verzoek om het VSO Ontwikkelingen bij Sanquin Plasma Products al voor deze week in te plannen, inclusief stemmingen.

De voorzitter:
Ja, dan gaan we dat doen.

Dan geef ik mevrouw Tielen namens de commissie voor Financiën het woord.

Mevrouw Tielen (VVD):
Namens de commissie voor Financiën wil ik vragen of we donderdag kunnen stemmen over de novelle bij de Wijziging van het Belastingplan. Dat is nummer 35659.

De voorzitter:
Wat goed! Ook daar gaan we rekening mee houden.

Tot slot is het woord aan de heer Wilders namens de PVV.

De heer Wilders (PVV):
Voorzitter. De horeca in Nederland ligt compleet op z'n gat omdat ze dicht moesten. Gisteren waren er acties en demonstraties, ongeveer in heel Nederland. En waarom moesten ze dicht? Omdat het kabinet zei dat als de horeca open was, dat tot meer besmettingen zou leiden. En wat blijkt nu? Nu blijkt uit nieuws van RTL Nieuws dat er een notitie bestaat van het ministerie van Economische Zaken waarin staat dat als de horeca opengaat, dat tot minder besmettingen leidt: dus niet tot meer besmettingen, maar tot minder besmettingen. Dus die mensen in de horeca zijn maanden voor de gek gehouden. Wat ik wil, zijn twee dingen. Ik wil dat die notitie van het ministerie van Economische Zaken openbaar wordt, vandaag nog, ter voorbereiding op het debat. Ik wil voor 21.00 uur vanavond die notitie van Economische Zaken hebben. En ik wil ook de staatssecretaris van EZ, die bij Economische Zaken gaat over de horeca, bij het debat morgen over corona hebben.

De heer Van der Lee (GroenLinks):
Ik kondigde het al aan: op beide punten van harte steun.

Mevrouw Tellegen (VVD):
Geen steun.

De heer Kerstens (PvdA):
Steun voor het verzoek van de heer Wilders, voorzitter.

Mevrouw Bergkamp (D66):
Voorzitter. Wat ons betreft hoeft de staatssecretaris er niet bij te zijn, maar wel steun voor het openbaar maken van de notitie.

Mevrouw Kuik (CDA):
Voorzitter, geen steun. Het RIVM heeft dit ook al weersproken.

De heer Van Raak (SP):
Dat rapport moet naar de Kamer. En volgens mij kan de premier het net zo goed uitleggen als de staatssecretaris.

De voorzitter:
Geen steun dus voor het uitnodigen van de staatssecretaris.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):
Voorzitter, wij denken dat de premier dit prima afkan. Maar wij zouden ook het rapport willen zien. En wij zouden dan ook graag een reactie van VWS op dat rapport krijgen, zodat we het niet alleen vanuit economisch oogpunt bekijken.

De heer Van der Staaij (SGP):
Steun voor het verzoek.

De voorzitter:
U heeft geen meerderheid voor het uitnodigen van de staatssecretaris, meneer Wilders.

De heer Wilders (PVV):
Maar wel voor een brief.

De voorzitter:
Ja, natuurlijk. Voor het vragen om een brief heeft u ook geen meerderheid nodig.

De heer Wilders (PVV):
Zeker, daar heb ik geen meerderheid voor nodig. Toch is daar volgens mij een meerderheid voor, en dat is wel een belangrijk politiek feit. Tegen de collega die net zei dat het RIVM dit heeft weersproken, zeg ik: dat is niet zo. Ik heb niet gezegd dat het een notitie is van het RIVM, maar ik heb gezegd dat het een notitie is van het ministerie van EZ. En die notitie wil ik, mevrouw de voorzitter, vanavond voor 21.00 uur.

Dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Hiermee zijn wij aan het einde gekomen van de regeling. Ik schors de vergadering tot 18.30 uur. Dan hebben we eerst een aantal VAO's. En daarna, om 20.30 uur, begint het debat met de premier over de Europese top van 10 en 11 december.

De vergadering wordt van 17.40 uur tot 18.30 uur geschorst.

Voorzitter: Van Toorenburg

Landbouw- en Visserijraad d.d. 1 september 2020

Landbouw- en Visserijraad d.d. 1 september 2020

Aan de orde is het VSO Landbouw- en Visserijraad d.d. 1 september 2020 (21501-32, nr. 1247).


Termijn inbreng

De voorzitter:
Ik wil het volgende even aan onze leden berichten: we hebben een heleboel VAO's, een zevental, en onze deadline is 20.30 uur. Dus ik vraag jullie indringend om alleen te interrumperen als er iets niet duidelijk is, met één vraag en heel kort. Maar we gaan niet het debat overdoen. We konden het debat over de Europese top niet anders dan vanavond om 20.30 uur plannen, ook gelet op de persconferentie. Dus graag jullie welwillendheid. Ik wil het graag zo goed mogelijk met jullie doen, maar als we het niet zo doen, vrees ik dat we geen vrienden meer zijn aan het eind van de avond. Dat zou ook jammer zijn, zo vlak voor kerst.

Als eerste spreker van de zijde van de Kamer geef ik graag het woord aan de heer Wassenberg, die spreekt in het VSO Landbouw- en Visserijraad d.d. 1 september 2020. Ook heet ik natuurlijk de minister van harte welkom.

De heer Wassenberg (PvdD):
Ik heb één motie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de Van-Boer-tot-Bordstrategie als doel stelt om in 2030 25% van het landbouwareaal onder biologische productie te hebben;

constaterende dat in Nederland momenteel 3,8% van het landbouwareaal onder biologische productie valt;

constaterende dat het keurmerk voor biologisch voedsel het enige duurzaamheidskeurmerk is dat door de overheid gewaarborgd wordt;

verzoekt de regering een plan van aanpak te maken om de biologische productie en consumptie te stimuleren, teneinde in 2030 aan het doel van 25% biologisch landbouwareaal te voldoen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Wassenberg. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1262 (21501-32).

De heer Wassenberg (PvdD):
Voorzitter. Dan wil ik het nog even hebben over het nertsenfokverbod. Het kabinet heeft in Europese Raden aandacht gevraagd voor de risico's van de nertsenfokkerij in de strijd tegen het coronavirus. De minister zei hierover dat Nederland zich inzet voor monitoring en het — het blijft een rotwoord — ruimen van besmette bedrijven. Maar dat kan toch niet alles zijn? In Denemarken hebben virusmutaties in de nertsenfokkerij het land echt op z'n kop gezet. Dat heeft geleid tot een politieke crisis. In Nederland hebben we zelf ervaren hoe het virus zeven maanden lang rond bleef gaan tussen nertsenbedrijven, ondanks alle maatregelen. De experts bleven zich verbazen over het feit dat het aantal besmettingen telkens bleef toenemen. We hebben hier toch niet voor niets besloten om de sector vervroegd te beëindigen? Maar als tegelijkertijd de nertsenfokkerij in de landen van Europa blijft doorgaan, houden we het risico dat er een virusreservoir blijft bestaan, dat het virus verder muteert en dat het vanuit de nertsenfokkerij terug kan springen op mensen, zelfs als in Nederland de laatste nertsen zijn vergast.

De Kamer heeft het kabinet in 2009 opgeroepen om zich in te zetten voor een Europees verbod op de nertsenfokkerij. Dat was de motie-Ouwehand op stuk nr. 21 (30826). Dat is nu urgenter dan ooit. We roepen de minister dan ook op om zich hier vol voor in te zetten, om te voorkomen dat die bontbonus van 150 miljoen euro gebruikt gaat worden als verhuissubsidie, waarbij nertsenfokkers dit geld gaan gebruiken om in landen als Roemenië nertsenfokkerijen op te zetten. Dat moeten we echt voorkomen.

Dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel. De heer Geurts loopt zich vast warm terwijl onze ondersteuning alles weer netjes schoon en fris maakt. Gaat uw gang, meneer Geurts namens het CDA.

De heer Geurts (CDA):
Als iemand mij net een rare beweging zag maken: een collega had het over rek- en strekoefeningen en die probeerde ik na te bootsen. Maar alles wordt hier opgenomen, dus je weet nooit waar het allemaal terechtkomt en dan heb ik er nu toch wat ondertiteling bij gegeven.

Voorzitter. Ik heb één motie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat sloopbedrijven waarschuwen voor een overschot aan puin als gevolg van boeren die deelnemen aan een saneringsregeling;

constaterende dat eerder een motie-Geurts/Ziengs (34775-XIII, nr. 29) is ingediend, waarin de regering gevraagd is te inventariseren of er voldoende mogelijkheden zijn om puin van leegstaande agrarische gebouwen in te zetten voor funderingsmateriaal in bouwprojecten, terreinverharding of bij aanleg van wegen;

verzoekt de regering om te onderzoeken welke manieren er zijn om een puinoverschot als gevolg van de sloop van agrarische gebouwen te voorkomen of op te lossen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Geurts en Lodders. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1263 (21501-32).

De heer Geurts (CDA):
Dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel. Daarmee zijn we al aan het eind gekomen van de eerste termijn van de zijde van de Kamer. O, mevrouw Lodders? Nee, u hoeft ook niet, toch? Ik zie dat zij geen motie wil indienen, dus daarmee zijn we aan het eind gekomen van de eerste termijn van de Kamer. Natuurlijk wil de minister zich eerst even kunnen verdiepen in de moties. Ik schors de vergadering voor één minuutje.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:
In deze korte schorsing hebben we even overleg gevoerd. We dachten namelijk creatief te zijn door alle VAO's en VSO's achter elkaar door te doen en daarna de minister de gelegenheid te geven om de moties van een appreciatie te voorzien. Maar onze systeemondersteuning kan dat niet aan. Debat Direct kan dat niet aan en dan gaan ook de Handelingen door elkaar lopen. Mensen kunnen dan niet meer terughalen welke appreciatie bij welke motie uit welk VAO of VSO hoort en bij welk AO dat VAO of VSO hoorde. Dus ook al was het een hele leuke, creatieve geste, we moeten het helaas toch doen op de wijze die we hadden voorbereid. Ik geef dus graag de minister het woord om de moties van het eerste VSO van een appreciatie te voorzien. Gaat uw gang, minister.


Termijn antwoord

Minister Schouten:
Dank u wel, voorzitter, en dank voor het meedenken inderdaad, maar we gaan het gewoon op deze manier doen.

Allereerst de motie van de heer Wassenberg op stuk nr. 1262, met het verzoek om een plan van aanpak te maken om in 2030 aan het doel van 25% biologisch landbouwareaal te voldoen. In het algemeen ben ik voorstander van het vergroten van het areaal aan biologische landbouw, maar het is nog niet duidelijk hoe de Europese Commissie invulling wil gaan geven aan de streefdoelstelling van ten minste 25% biologisch landbouwareaal in de EU in 2030. In de motie wordt het vertaald als een nationale doelstelling, en de Europese Commissie heeft zich daar nog niet zo concreet over uitgesproken. Zij werkt dat op dit moment wel uit in een biologisch actieprogramma, dat zij begin 2021 zal presenteren. Ik ga daar nu niet op vooruitlopen. We zullen gewoon goed kijken naar wat de Europese Commissie straks gaat zeggen, en daarop ook reageren. Maar deze motie is wat prematuur, dus ik ontraad haar.

De heer Wassenberg (PvdD):
Dan houd ik deze even aan.

De voorzitter:
Op verzoek van de heer Wassenberg stel ik voor zijn motie (21501-32, nr. 1262) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

Minister Schouten:
Dan de tweede motie, de motie-Geurts/Lodders op stuk nr. 1263, over manieren om een puinoverschot als gevolg van de sloop van agrarische gebouwen te voorkomen of op te lossen. Het slopen van de productiecapaciteit na beëindiging van de varkenshouderijlocatie is een vereiste bij de subsidieregeling sanering varkenshouderij. Dat zal wel op verschillende momenten gebeuren, bijvoorbeeld pas na het afvoeren van dieren en mest. Het is dus niet zo dat het één moment is en het allemaal tegelijkertijd gebeurt. Er zit wel enige volgordelijkheid in. Bij sloop is dan ook melding verplicht bij het bevoegd gezag. De ondernemer spreekt met de sloper natuurlijk de datum af waarop het allemaal gaat plaatsvinden. Het is niet zo dat het Rijk heel direct een rol heeft in het bepalen van die datum of wat dan ook, maar ik snap wel het punt dat de indieners van deze motie maken. We kunnen deze motie dus wel oordeel Kamer geven, om te zien hoe we hier goed mee om kunnen gaan.

Dan resteert er nog één vraag, over de nertsenfokkerij en stoppen in Europees verband. Ik heb inderdaad in de Europese Raad gepleit voor een goede monitoring van wat er gaande is bij andere nertsenfokkerijen, juist om te voorkomen dat er ongewenste situaties ontstaan. Ik heb ook steeds gezegd dat wij covid bij de nertsen als een zogenaamde emerging disease willen aanmerken. Dat geeft de Europese Commissie ook meer bevoegdheden om hierop te sturen en hier dus ook plannen voor te maken. Maar de Commissie is daar niet toe bereid. Wij hebben dat overigens als Nederland niet alleen gedaan, maar met andere lidstaten, zoals Denemarken en ik meen Spanje. We hebben dus de oproep gedaan aan de Europese Commissie om hier ook echt een rol in te nemen, maar helaas is dat tot nu toe niet gebeurd. Ik kan u overigens wel melden dat er op dit moment op alle nertsenhouderijen geen nertsen meer worden gehouden. Ze zijn allemaal gepelsd, als ze al niet eerder geruimd waren.

De voorzitter:
Dank u wel. Daarmee zijn we aan het eind gekomen van het eerste VSO.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:
Stemmingen over de moties vinden volgende week dinsdag plaats.

Videoconferentie EU Landbouw- en Visserijministers 29 juni 2020

Videoconferentie EU Landbouw- en Visserijministers 29 juni 2020

Aan de orde is het VAO Videoconferentie EU Landbouw- en Visserijministers 29 juni 2020 (AO d.d. 24/06).


Termijn inbreng

De voorzitter:
We gaan naar VAO Videoconferentie EU Landbouw- en Visserijministers 29 juni. De eerste spreker van de zijde van de Kamer is weer de heer Wassenberg van de Partij voor de Dieren.

De heer Wassenberg (PvdD):
Dank, voorzitter. In geheime Brusselse overleggen wordt besloten over de markttoelating van landbouwgif. Die overleggen heten technisch te zijn, maar ze zijn in hoge mate politiek. Ons bereiken bijvoorbeeld berichten dat Nederland het gevaar van de stof sulfoxaflor voor honingbijen en wilde bijen probeert te bagatelliseren. Ik heb erover gelezen bij PAN Europe. Ik heb er eerder schriftelijke vragen over gesteld, want deze stof is eigenlijk een neonicotinoïde. Het is een bijengif. Ik heb daarover de volgende motie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het bewijs zich opstapelt dat de nieuwegeneratieneonicotinoïde sulfoxaflor zeer schadelijk is voor honingbijen en wilde bijen;

overwegende dat de Europese Commissie, op basis van een wetenschappelijke beoordeling door de Europese voedselveiligheidsautoriteit (EFSA), voorstelt om het gebruik van sulfoxaflor voor open teelten te verbieden;

verzoekt de regering om voor het voorstel van de Europese Commissie te stemmen voor een verbod op sulfoxaflor voor open teelten,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Wassenberg. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1264 (21501-32).

De heer Wassenberg (PvdD):
En dan nog een onderwerp waar we het ook vaak over gehad hebben, de besprekingen in het Europese SCoPAFF. Die zijn geheim. Zelfs de stemmingen zijn geheim en blijven geheim. Alleen de totaaluitslag wordt medegedeeld, maar welk land op welke manier heeft gestemd, wordt niet bekendgemaakt, ook niet na afloop. Dat moet echt anders. Daarom de volgende motie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat na stemmingen in de Standing Committee on Plants, Animals, Food and Feed (SCoPAFF) alleen de totale stemmingsuitslagen openbaar worden gemaakt, maar niet hoe individuele lidstaten hebben gestemd;

van mening dat de openbaarmaking van posities na afloop van de stemmingen het besluitvormingsproces niet ondermijnt, maar het democratisch gehalte juist vergroot;

verzoekt de regering actief bij de Europese Commissie te pleiten voor het openbaar maken van de posities van alle lidstaten na stemmingen in het SCoPAFF-comité,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Wassenberg. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1265 (21501-32).

De heer Wassenberg (PvdD):
Dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel. Dan ga ik naar de heer Bisschop van de SGP, want de andere sprekers hebben geen behoefte aan spreektijd.

De heer Bisschop (SGP):
Voorzitter, dank u wel. Ik heb één motie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er opnieuw extra voorwaarden zijn gekoppeld aan de derogatie voor de Nitraatrichtlijn, te weten dat op klei- en veengronden de mest alleen bij temperaturen beneden de 20°C uitgereden mag worden en dat niet deelgenomen mag worden aan de vrijstellingsregeling voor het bovengronds uitrijden van mest;

overwegende dat de aanvullende voorwaarden die gericht zijn op het reduceren van ammoniakemissie ver afstaan van het doel van de Nitraatrichtlijn, het voorkomen van waterverontreiniging;

overwegende dat voor deelname aan de vrijstellingsregeling voor het bovengronds uitrijden van mest al verschillende voorwaarden gelden die moeten zorgen voor emissiebeperking;

overwegende dat het 's nachts uitrijden van mest logistieke problemen en geluidsoverlast voor omwonenden met zich meebrengt en dat het injecteren van mest in veengronden negatief uitpakt voor de veenbodem;

verzoekt de regering de Kamer zo veel als mogelijk te informeren over de verschillende stappen en contactmomenten bij de derogatieonderhandelingen met betrekking tot de aanvullende voorwaarden, de opstelling van het ministerie daarbij en de wijze waarop de sector betrokken is geweest, en over de wetenschappelijke onderbouwing van de effectiviteit van de aanvullende voorwaarden;

verzoekt de regering tevens in overleg met betrokken sectorpartijen de inhoudelijke bezwaren en nadelen van de aanvullende derogatievoorwaarden vast te stellen en deze aan te kaarten,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Bisschop, Geurts en Lodders. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1266 (21501-32).

De heer Bisschop (SGP):
Dat was het, voorzitter. Dank.

De voorzitter:
Dank u wel. Dan ga ik meteen door naar meneer De Groot van D66. Die heeft toch geen behoefte aan spreektijd. Dat was de laatste die zich had gemeld van de zijde van de Kamer. We wachten een moment tot de minister de moties heeft. Het zijn er drie. Alleen het woord "Nitraatrichtlijn" kan ik uitspreken.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:
Heeft u ze alle drie, minister? Ja. Dan geef ik u graag het woord.


Termijn antwoord

Minister Schouten:
Allereerst de motie op stuk nr. 1264 van de heer Wassenberg over sulfoxaflor, waarin de regering wordt verzocht om voor het voorstel van de Europese Commissie te stemmen om sulfoxaflor in de open teelt te verbieden. Er ligt nog geen voorstel van de Europese Commissie. U weet dat ik uw Kamer altijd informeer op het moment dat er voorstellen liggen, ook over hoe mijn stemgedrag zal zijn, zodat u zich er tijdig een mening over kunt vormen en die hier ook kunt ventileren. Er is tussen de Europese Commissie en de lidstaten wel gesproken over sulfoxaflor en de risico's voor bijen. In Nederland worden al risicomitigerende maatregelen toegepast om de risico's voor bijen te ondervangen. Zo mogen bijvoorbeeld middelen op basis van sulfoxaflor in Nederland niet worden gebruikt in de buurt van bloeiende onkruiden en niet op gewassen die aantrekkelijk zijn voor bijen. Ik zal mijn standpunt bepalen wanneer er een voorstel van de Europese Commissie ligt en ik daarover advies heb ontvangen van het Ctgb, zoals altijd. Dan zal ik uw Kamer daarover informeren. Ik ontraad dus deze motie. Ik zou zeggen: wacht even af tot er een concreet voorstel ligt en tot u weet wat wij daarover gaan besluiten.

Over de inhoud van de tweede motie, op stuk nr. 1265, hebben we het al vaak gehad, de heer Wassenberg en ik, maar ook iedereen daarvoor. U weet dat ik heel consequent heel transparant ben over wat wij aan het doen zijn en welk stemgedrag wij hebben. Ik informeer uw Kamer daar ook altijd over. Ik heb daarin niets te verbergen. Ik kan alleen niet afdwingen dat andere lidstaten het op dezelfde manier doen. De Europese Commissie bepaalt als voorzitter hoe hierover gerapporteerd wordt, en zij heeft besloten dat dit niet openbaar is, dus dat het precieze stemgedrag van de lidstaten niet openbaar is. Ik doe dat wel, uit vrije wil, omdat ik vind dat uw Kamer en de samenleving daar recht op hebben, maar ik kan dat niet afdwingen bij andere lidstaten. Zij bepalen zelf hoe zij hun parlement informeren. Daarom ontraad ik deze motie.

De heer Wassenberg (PvdD):
We hebben het er inderdaad vaak over gehad. Een eerdere keer heeft de minister in een brief aangegeven dat het de onderhandelingspositie zou ondermijnen, maar daarom heb ik expliciet aangegeven: na afloop. Het gaat dus niet om het van tevoren kenbaar maken van de positie, maar gewoon na afloop. Het lijkt mij het toppunt van democratie als je laat zien wie op welk onderwerp hoe gestemd heeft. De vraag is dus: kan de minister daar echt actief voor pleiten in Europa?

Minister Schouten:
Het is echt aan de Commissie om hier een oordeel over te vellen, en die heeft daar niet toe besloten. Nogmaals, wij hebben als lidstaat besloten om hierover volledige transparantie te geven, maar ik kan dat niet bepalen voor andere lidstaten of parlementen.

De voorzitter:
Daarmee is de motie ontraden. Dan gaan we naar de derde motie.

Minister Schouten:
Ja, dan de derde motie, op stuk nr. 1266, over de derogatievoorwaarden. Ik heb er eerder geen geheim van gemaakt dat ik niet gelukkig ben met die voorwaarden. Ik heb uw Kamer eerder uitgelegd dat die voorwaarden door de Commissie geformuleerd zijn om de derogatie uiteindelijk te kunnen behouden. Dat belang heb ik hoger geacht. Ik heb dat ook in het algemeen overleg toegelicht. Het is mijn bestuurlijke verantwoordelijkheid om hier een afweging in te maken. Als er eisen op tafel liggen, ook al zijn dat eisen waarvan wij denken dat ze niet rechtstreeks te maken hebben met de derogatie, maar als die wel geformuleerd worden door de Commissie en als die als voorwaarde worden gesteld om überhaupt die derogatie te krijgen, dan moet ik daar als bestuurder een keuze in maken. Dat heb ik gedaan. Daarover heb ik eerder ook discussies met de Commissie gevoerd. Dit is de einduitslag en ik kan daar nu geen zaken meer aan wijzigen. De derogatiebeschikking ligt er. Wij gaan de sector natuurlijk wel goed informeren over wat daar precies onder verstaan moet worden en hoe daarmee omgegaan kan worden. Zoals de motie geformuleerd is, moet ik haar ontraden.

De voorzitter:
Dank u wel. De heer Bisschop, kort.

De heer Bisschop (SGP):
Het is natuurlijk van belang dat wij als Kamer inzicht hebben in de overwegingen die ertoe leiden om dit soort eisen te stellen. Dit soort eisen zijn in de praktijk nauwelijks te realiseren. U hoeft maar twee werkbezoeken af te leggen bij betrokken bedrijven en dan weet u dat dit niet reëel is. Daarom willen wij daar inzicht in hebben. De derogatie komt nog weleens op tafel en dan is het van belang dat de Kamer de bewindspersoon voldoende rugdekking kan geven op het moment dat daarover gesproken wordt. Dus ik vraag gewoon de informatie die relevant is ten aanzien van de inhoud van de besluitvorming, de basis van de besluitvorming. Ik zie niet wat het probleem daarbij is. Ik wil de minister daar toch nadrukkelijk om verzoeken.

De voorzitter:
Dank u wel.

Minister Schouten:
Volgens mij staan er twee verzoeken in de motie. Er staat ook een verzoek in om het weer opnieuw aan te kaarten. Dat betekent voor mij inhoudelijk dat ik eigenlijk tegen de Commissie zeg: wij gaan niet akkoord met de derogatiebeschikking zoals die is afgegeven. Dat betekent heel concreet dat de derogatie geen doorgang zal vinden. Ik hoop dat de heer Bisschop ook beseft wat hij daarmee zegt.

De voorzitter:
Dank u wel. Daarmee is het, denk ik, voldoende gewisseld. Meneer Bisschop, u kunt de motie wijzigen.

De heer Bisschop (SGP):
Er staat niet in wanneer dat aangekaart moet worden. Er staat wel bij … Kijk, om de twee jaar is de derogatie aan de orde.

De voorzitter:
Ik denk dat we het debat nu overdoen. Meneer Bisschop, dank u wel. U heeft het oordeel van de minister gehoord. U kunt de motie wijzigen of niet. Dat is aan u. Het oordeel is nu dat de motie ontraden wordt. Dat is het besluit van de minister. Daarmee komt we aan het eind van het VAO Videoconferentie EU Landbouw.

De beraadslaging wordt gesloten.

Landbouw, klimaat en voedel

Landbouw, klimaat en voedel

Aan de orde is het VAO Landbouw, klimaat en voedsel (AO d.d. 01/10).


Termijn inbreng

De voorzitter:
We gaan door met het VAO Landbouw, Klimaat en Voedsel. Daarin hebben we een bijzonder changement. We hebben degene die het VAO heeft aangevraagd, namelijk niet als eerste spreker. De eerste spreker is de heer Futselaar van de SP.

De heer Futselaar (SP):
Dank u, voorzitter. Het belangrijkste is natuurlijk dat er een Frank als eerste spreker is. En welke Frank dat is, is minder relevant.

Voorzitter. Ik heb een motie over de grondwaterbeschermingsgebieden binnen de Nitraatrichtlijn. Daar hebben we ook tijdens het AO over gesproken. Het is bijna een soort persoonlijke hobby aan het worden.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat in 11 van de 34 grondwaterbeschermingsgebieden doelstellingen worden gehaald;

overwegende dat daarmee in 23 van de 34 gebieden geen sprake is van doelbereik;

constaterende dat vrijwillige aanvullende inspanningen worden geopperd voor partijen in gebieden die niet aan de doelstellingen voldoen;

verzoekt de regering het vrijblijvende karakter ten aanzien van de aanvullende inspanningen weg te nemen en te zorgen voor bindende afspraken die leiden tot doelbereik in 2022-2025,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Futselaar. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 60 (35570-XIV).

Dank u wel. Ik kijk naar de heer Wassenberg of hij nog een motie wil indienen of in ieder geval een spreektijd van twee minuten wil hebben.

De heer Wassenberg (PvdD):
Dank, voorzitter.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat koeien in de Nederlandse melkveehouderij zodanig zijn doorgefokt dat de gemiddelde melkproductie in de afgelopen twintig jaar met 42% is gestegen;

constaterende dat de melkproductie per koe nog altijd verder wordt opgevoerd;

constaterende dat deze voortdurende inzet op verhoging van de melkproductie leidt tot ernstige gezondheidsproblemen;

constaterende dat het afbouwen van de melkproductie per koe (zonder hierbij het aantal koeien te vergroten) niet alleen zou zorgen voor een forse besparing van dierenleed, maar ook van de uitstoot van broeikasgassen en stikstofuitstoot;

verzoekt de regering te komen met wettelijke maximumnormen voor de melkproductie per koe,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Wassenberg. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 61 (35570-XIV).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de regering inzet op een transitie naar een meer plantaardig voedselpatroon;

constaterende dat de Europese Commissie tientallen miljoenen euro's aan subsidie uitgeeft voor de promotie van vleesconsumptie en dat deze subsidies het regeringsbeleid op het gebied van de eiwittransitie ondermijnen;

verzoekt de regering te komen met een plan om de schadelijke effecten van de EU-subsidies voor de promotie van vleesconsumptie tegen te gaan,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Wassenberg. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 62 (35570-XIV).

De heer Wassenberg (PvdD):
En mijn laatste motie luidt als volgt.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de varkenshouderij recent de campagne "The Pig Story" heeft gelanceerd, waarbij zogenaamd lesmateriaal is opgestuurd naar alle Nederlandse basisscholen met als doelstelling om de consumptie van vlees onder kinderen te promoten;

constaterende dat in dit zogenaamde lesmateriaal een zeer vertekend en rooskleurig beeld wordt geschetst van de varkenshouderij, waarbij wordt gezwegen over dierenleed en over de milieu- en klimaatgevolgen van de varkenshouderij;

spreekt uit dat het onwenselijk is dat een promotiecampagne voor varkensvlees op basisscholen wordt verspreid onder het mom van lesmateriaal,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Wassenberg en Van Raan. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 63 (35570-XIV).

Er is een vraag voor u van de heer Geurts van het CDA.

De heer Geurts (CDA):
Om de eerste motie even op waarde te kunnen schatten, wil ik graag weten aan hoeveel liter melk per koe de heer Wassenberg denkt.

De heer Wassenberg (PvdD):
Sorry, wat was de vraag?

De voorzitter:
Hoeveel liter melk produceert een koe?

De heer Geurts (CDA):
Dat vraag ik niet. De heer Wassenberg wil een maximaal aantal liters of kilogrammen melk per koe. Ik vraag: wat zijn de liters of kilogrammen melk per koe die de heer Wassenberg in zijn hoofd heeft?

De heer Wassenberg (PvdD):
Er zijn koeien die meer dan 100.000 liter in hun leven produceren. Wij zeggen dat de productie alleen maar is toegenomen in de afgelopen jaren en dat daar een eind aan moet komen. We vragen de minister om met wettelijke maximumnormen te komen. Ik heb ze hier bewust nog niet in vastgelegd. Ik stel gewoon eerst de vraag: zorg dat je hier een maximum aan stelt. Dan kunnen we later kijken wat dat maximum is.

De voorzitter:
Dank u wel. We doen het allemaal heel rustig, want we moeten even schoonmaken. Zo komt mevrouw Lodders van de VVD aan het woord.

Gaat uw gang.

Mevrouw Lodders (VVD):
Voorzitter, dank u wel. Ik worstel nog steeds met de hoeveelheid kilogrammen melk per koe per levensproductie. Ik zou daar best nog eens verder het debat over willen voeren met de heer Wassenberg, want het is toch wel heel vreemd wat hier naar voren wordt gebracht. Ik denk dat dat een terechte vraag was van de heer Geurts.

Voorzitter. Ik heb geen motie, maar ik wil er wel eentje aanhalen. Tijdens dit debat, dat landbouw, klimaat en voedsel als onderwerpen heeft, heb ik aandacht gevraagd voor de speciaal gezant. Bij de begrotingsbehandeling heb ik die ook naar voren gebracht en heb ik er een motie over ingediend. Ik maak van deze gelegenheid gebruik om de minister te vragen om nog voor het verkiezingsreces — want voor kerst is wel heel erg kort — uit te werken hoe zij deze motie gaat uitvoeren. Dat mag vervolgens per brief.

Dank u wel.

De voorzitter:
Prima, dank u wel.

De heer Bisschop namens de SGP.

De heer Bisschop (SGP):
Voorzitter, ik dank u wel. Ik heb een drietal kleine moties.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Farm to Fork-strategie vergaande doelstellingen bevat;

overwegende dat de Farm to Fork-strategie niet alleen zal leiden tot concrete voorstellen, maar ook als toetsingskader zal dienen voor de Nationale Strategische Plannen;

overwegende dat tot op heden door het kabinet slechts een marginale toets op subsidiariteit, proportionaliteit en gevolgen voor de agrarische sector is gedaan;

verzoekt de regering de Farm to Fork-strategie kritisch te beoordelen en met de huidige kennis over de voorgestelde interpretatie en uitwerking op korte termijn per strategieonderdeel een beoordeling te geven van de subsidiariteit, de proportionaliteit en de potentiële gevolgen voor de sector,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Bisschop. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 64 (35570-XIV).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat in de Farm to Fork-strategie wordt aangestuurd op 20% minder gebruik van meststoffen in 2030 boven op de doelstelling om 50% van de nutriëntenverliezen terug te dringen, en de Europese Commissie heeft aangegeven dat het daarbij gaat om zowel dierlijke mest als kunstmest;

overwegende dat 20% minder gebruik van meststoffen grote gevolgen kan hebben voor de gewasproductie, omdat de gebruiksnormen al afgestemd zijn op de gewasbehoefte, en voor de bodemvruchtbaarheid;

verzoekt de regering zich ervoor in te zetten dat het doel — beperking van nutriëntenverliezen — voorop blijft staan, het belang van bodemvruchtbaarheid en de voeding van bodem en gewas te benadrukken, en zich uit te spreken tegen de ambitie om het mestgebruik met 20% omlaag te brengen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Bisschop. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 65 (35570-XIV).

Mevrouw Lodders heeft een vraag voor u.

Mevrouw Lodders (VVD):
Die gaat over de eerste motie, die over de Farm-to-Forkstrategie. Ik denk dat dat een goede motie is, maar ik mis in de motie eigenlijk de verwijzing naar de kritische noot van het Amerikaanse ministerie van Landbouw. Ik heb daar in mijn inbreng tijdens de begrotingsbehandeling over gesproken. Kan de heer Bisschop aangeven waarom hij dat niet heeft meegenomen? Het ministerie van Landbouw in Amerika is niet de enige kritische noot. Het zijn er meer.

De heer Bisschop (SGP):
Ja, dan wordt die motie nog wat complexer. Maar als het helpt om een meerderheid voor die motie te krijgen, zijn we altijd zeer bereid om de tekst nog even tegen het licht te houden. Wat ons betreft zullen we contact hebben over de eventuele nadere invulling.

Voorzitter. Dan de derde en kortste motie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat lokale landcoöperaties een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de financiering van duurzame landbouwbedrijven;

verzoekt de regering in overleg met betrokken partijen te bezien of en hoe de oprichting van lokale landcoöperaties gestimuleerd kan worden via bijvoorbeeld het omschakelfonds en/of het borgstellingsfonds ten behoeve van risicodekking,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Bisschop. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 66 (35570-XIV).

De heer Bisschop (SGP):
Voorzitter, binnen de tijd.

De voorzitter:
Daarmee zijn we aan het einde gekomen van de termijn van de zijde van de Kamer. We wachten een moment totdat de minister heeft kunnen nadenken over een appreciatie van een zevental moties.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:
Ik geef graag het woord aan de minister.


Termijn antwoord

Minister Schouten:
Voorzitter. De eerste motie, op stuk nr. 60, is van de heer Futselaar. Daarmee wil hij "het vrijblijvende karakter ten aanzien van de aanvullende inspanningen" wegnemen in de grondwaterbeschermingsgebieden. Wij zijn natuurlijk bezig om het zevende actieprogramma Nitraatrichtlijn vorm te geven. Ik heb toegezegd uw Kamer daar begin 2021 over te informeren. De heer Futselaar geeft al richting aan wat er moet gebeuren. Ik zou willen voorstellen om eerst kennis te nemen van wat wij daarin gaan opnemen en om daar het debat over te voeren. De motie is net te vroeg, dus ik wil de heer Futselaar vragen om de motie aan te houden. Anders moet ik 'm ontraden.

Dan de tweede motie, op stuk nr. 61, van de heer Wassenberg. Hij wil een wettelijke maximumnorm voor de melkproductie per koe. Ik heb uw Kamer eerder aangegeven dat wij bezig zijn om meer in de breedte te kijken hoe je tot grondgebondenheid kunt komen van de melkveehouderij. Wat zijn de definities daarvan et cetera? Ik denk dat de heer Wassenberg de discussie daarover gaat voeren. Wij zullen nog nadere opties vormgeven, zoals ik in het AO heb toegezegd. Ik ontraad deze motie.

Dan de motie op stuk nr. 62 over de volgens de heer Wassenberg schadelijke effecten van de EU-subsidies voor de promotie van vleesconsumptie. De heer Wassenberg kent mijn mening over deze promotiecampagnes in de breedte. Ik vind gewoon dat het geen taak van de EU is om dit soort zaken te promoten. Ik heb al vaak aangegeven dat ik daar geen voorstander van ben. Op de daartoe geëigende momenten heb ik dat ook ingebracht. Dat heeft helaas niet tot resultaat geleid. Het momentum om daar nu weer voor te gaan pleiten, is er niet. Er is hierin geen verschil van mening met de heer Wassenberg, maar het momentum is voorbij en de Commissie heeft haar keuze gemaakt. In dat licht moet ik deze motie ontraden, niet omdat ik er inhoudelijk anders in zit.

De motie op stuk nr. 63 is een spreekt-uitmotie. Daar mag de Kamer haar eigen oordeel over vellen.

Op stuk nr. 64 heeft de heer Bisschop een motie ingediend over de Farm to Forkstrategie. Het kabinet heeft zijn standpunt over de Farm to Forkstrategie kenbaar gemaakt via het zogenaamde BNC-fiche, zoals we dat altijd doen. We hebben er ook al verschillende keren met elkaar over gedebatteerd, of anders heeft u er wel Kamervragen over gesteld. Wij delen in algemene zin de ambitie van de Commissie om de voedselketen te verduurzamen. In de Farm to Forkstrategie zien wij aanknopingspunten die aansluiten bij de transitie die we in de LNV-visie hebben geformuleerd.

Het is uiteraard wel van belang om te kijken wat het vervolgens concreet betekent voor de verschillende lidstaten. Die concrete voorstellen zullen van de Commissie richting de lidstaten gaan, zodat wij weten wat de Commissie in gedachten heeft. Daar zullen we uw Kamer ook op gebruikelijke wijze over informeren. Ik zal er dan natuurlijk bij zeggen hoe wij daartegen aankijken. Maar dat is wat anders dan wat deze motie vraagt, namelijk om helemaal uit te weiden over de subsidiariteit, de proportionaliteit en de potentiële gevolgen. Zodra de Commissie heeft kenbaar gemaakt wat het voor Nederland betekent, zal ik uw Kamer daarover informeren, inclusief hoe wij er zelf tegen aankijken. Deze motie gaat verder dan dat, dus ik ontraad 'm.

Voorzitter. Ik doe eerst de moties en dan nog de vraag van mevrouw Lodders. Dan de motie op stuk nr. 65 van de heer Bisschop, over de nutriëntenverliezen. De heer Bisschop verzoekt mij zich uit te spreken tegen de ambitie om het mestgebruik met 20% omlaag te brengen. Zoals ik net al zei, is het nog niet bekend hoe de Europese Commissie invulling gaat geven aan het streefdoel. Denk aan zaken als het referentiejaar, de verdeling over de lidstaten en in hoeverre rekening wordt gehouden met nationale geografische omstandigheden. Al dat soort factoren zijn van belang, maar nog niet bekend. Die zijn heel bepalend voor wat er in Nederland gaat gebeuren. Ik vind het dus te voorbarig om te zeggen: dit moeten we niet doen. Ik wil namelijk eerst weten wat het voor Nederland gaat betekenen. Deze motie ontraad ik dus, met het oog op het gegeven dat we eerst meer informatie moeten hebben van de Commissie.

Dan de motie-Bisschop over de oprichting van de lokale landcoöperaties.

De voorzitter:
Dat is de motie op stuk nr. 66.

Minister Schouten:
Ja, dat is de motie op stuk nr. 66. Sorry, voorzitter. De vraag is of de oprichting gestimuleerd kan worden via het omschakelfonds en/of het borgstellingsfonds. Laat ik zeggen dat ik in het algemeen sympathiek sta tegenover het idee van de lokale landcoöperaties. Er wordt gevraagd of de oprichting daarvan gestimuleerd kan worden via het omschakelfonds en/of het borgstellingsfonds ten behoeve van risicodekking. De contouren van mijn omschakelfonds — mijn, ons, het omschakelfonds — heb ik eerder aan uw Kamer bekendgemaakt. Ik wil het echt richten op de zaken die daarin genoemd worden. Ik bedoel dat juist met het omschakelspoor agrarische ondernemers individueel of in samenwerkingsverband ondersteund kunnen worden bij de investeringen in de omschakelingen. Ik ben wel bereid om met een verkennend onderzoek te kijken naar de mogelijkheden voor ondersteuning van de lokale landcoöperaties; kunnen die een bijdrage leveren aan de transitie? In de motie wordt er heel erg op voorgesorteerd dat het daaruit gefinancierd moet worden, maar dat kan ik niet doen. Ik kan de heer Bisschop wel toezeggen dat wij kijken hoe de lokale landcoöperaties ondersteund kunnen worden in die transitie. Ik bedoel dat we kunnen onderzoeken welke mogelijkheden daarvoor zijn.

De heer Bisschop (SGP):
De minister zou het dictum ook zo kunnen exegetiseren: verzoekt de regering in overleg met betrokken partijen te bezien of en hoe, als het dus kan, de oprichting van de lokale landcoöperaties gestimuleerd kan worden. Dan beantwoordt het in feite toch precies aan wat de minister aangeeft?

Minister Schouten:
Als ik dat kan onderzoeken en daar geen conclusie aan ga verbinden. Dat is voor mij wel belangrijk, want hier wordt eigenlijk al een beetje voorgesorteerd. Maar als de heer Bisschop zegt "dat is niet mijn bedoeling; het is gewoon puur om te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn, om die in kaart te brengen", dan ben ik daartoe bereid. Als ik de motie zo mag lezen, krijgt die oordeel Kamer. Maar ik kan niet vooruitlopen op de uitkomsten op dit punt.

De voorzitter:
Ik kijk even naar de heer Bisschop. Niet het debat overdoen.

De heer Bisschop (SGP):
Nee, zeker niet, voorzitter. Maar ook een dergelijk onderzoek leidt toch tot een bepaalde conclusie? Dat is wat hier gevraagd wordt. Wij willen dat weten.

Minister Schouten:
Maar dan gaat de heer Bisschop weer net over het randje heen. Ik heb net toegezegd: ik wil best in kaart brengen hoe je het zou kunnen ondersteunen, helpen of wat dan ook. Maar er wordt hier echt al een afslag gemaakt in hoe dat zou moeten. Dat gaat te ver. Ik heb geprobeerd een toezegging te doen, maar dat is volgens mij niet helemaal gelukt. Dan moet ik de motie, zoals die nu is geformuleerd, dus ontraden.

De voorzitter:
Dank u wel. Dan is er nog een vraag van mevrouw Lodders.

Minister Schouten:
Ja, en het antwoord daarop is: ja. Ik ga dat toezeggen. Ik ga proberen — nee, dat ga ik gewoon doen — om de uitwerking voor speciaal gezant … Ik begreep dat het ging om vóór de verkiezingen en niet om vóór de kerst, want dat is volgende week en dan wordt het een beetje kort dag. Het gaat er dus om dat er begin volgend jaar nadere uitwerking aan wordt gegeven. Dat lijkt me helemaal prima. Dat gaan we doen.

De voorzitter:
Dank u wel. Daarmee zijn we aan het einde gekomen van het VAO Landbouw, klimaat en voedsel.

De beraadslaging wordt gesloten.

Dierenwelzijn buiten de veehouderij

Dierenwelzijn buiten de veehouderij

Aan de orde is het VAO Dierenwelzijn buiten de veehouderij (AO d.d. 29/09).


Termijn inbreng

De voorzitter:
We gaan met gezwinde spoed door naar het VAO Dierenwelzijn buiten de veehouderij. Ik geef graag het woord aan de heer Wassenberg als eerste spreker van de zijde van de Kamer. Heel veel sprekers hebben zich gemeld, maar we hebben toch maar twintig minuten voor dit VAO. Dat betekent dus dat we als een dolle stier aan de slag moeten.

De heer Wassenberg (PvdD):
Voorzitter. Ik heb vier moties. Ik hoop dat ik ze allemaal kan doen. We gaan het zien.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat onder meer het RIVM, de Wageningen Universiteit en de WHO stellen dat 75% van de nieuwe infectieziektes afkomstig is van dieren;

constaterende dat op dierenbeurzen en dierenmarkten gehandeld wordt in wilde en exotische dieren, waaronder reptielen en amfibieën;

overwegende dat deze dieren ziekteverwekkers bij zich kunnen dragen die mogelijk mensen kunnen besmetten;

constaterende dat volgens virologen overal waar in (wilde en exotische) dieren wordt gehandeld een risico bestaat dat zoönoses worden overgedragen van dier op mens;

verzoekt de regering om de handel in dieren en het tentoonstellen van dieren via dierenbeurzen en dierenmarkten te verbieden,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Wassenberg. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1142 (28286).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de minister de malafide hondenhandel wil aanpakken door het identificatie- en registratiesysteem te verbeteren en een paspoortplicht in te voeren;

overwegende dat malafide handelaren de honden vaak wel registreren, maar dat er wordt gefraudeerd met de leeftijd en de herkomst van de honden;

overwegende dat de NVWA meer dan de helft van de meldingen niet controleert;

overwegende dat het verbeteren van het I&R-systeem dweilen met de kraan open is zolang het capaciteitsprobleem bij de NVWA niet wordt opgelost;

verzoekt de regering de taskforce hondenhandel genoeg capaciteit te geven om iedere melding van vermoede malafide hondenhandel te kunnen controleren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Wassenberg. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1143 (28286).

De heer Wassenberg (PvdD):
Die motie is vooral belangrijk omdat we vandaag in NRC lazen dat er sinds maart überhaupt al niet meer wordt gecontroleerd op de hondenhandel.

Dan mijn laatste motie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het Dolfinarium over een dierentuinvergunning voor onbepaalde tijd beschikt;

constaterende dat de visitatiecommissie dierentuinen buitengewoon kritisch oordeelde over het Dolfinarium en constateerde dat de dolfijnen en zeeleeuwen onnatuurlijk gedrag moeten vertonen, dat de focus ligt op entertainment en niet op educatie en dat de dierenverblijven op een enkele uitzondering na niet voldoen aan standaards van dierenwelzijn;

constaterende dat het Dolfinarium in 2017 en 2019 gemaakte afspraken over een verbetering van de dierenverblijven en het aanpassen van de shows met dieren niet is nagekomen;

constaterende dat het ook in 2020 in het Dolfinarium nog steeds draait om de shows met dolfijnen en zeeleeuwen;

constaterende dat het Dolfinarium per 1 januari 2019 uit de Vereniging van Dierentuinen gestapt is en aangaf zich te willen ontwikkelen in de richting van "een vrijetijdspark met een breder aanbod dan dat van een traditioneel dierenpark" omdat de "gasten meer vermaakt willen worden";

overwegende dat het Dolfinarium daarmee niet voldoet aan de voorwaarden voor een dierentuinvergunning;

verzoekt de regering om de dierentuinvergunning van het Dolfinarium in te trekken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Wassenberg. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1144 (28286).

Dank u wel. Dan bent u door uw tijd heen.

De heer Wassenberg (PvdD):
En de vierde zal ik een andere keer moeten indienen.

De voorzitter:
Ja. Ik kijk even naar meneer De Groot. Heeft hij ook moties of spreektijd voor dit VAO? U bent al meteen aan de beurt. Dierenwelzijn, jazeker. Buiten de veehouderij ook nog.

De heer De Groot (D66):
Dit is buiten de veehouderij?

De voorzitter:
Ja.

De heer De Groot (D66):
Voorzitter, dank u wel. Ik dien een motie in over een positieve staat van dierenwelzijn.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de huidige definitie van de intrinsieke waarde van een dier negatief is opgesteld;

overwegende dat wetenschappelijke inzichten inmiddels in staat zijn om meer ruimte te bieden aan het positieve welzijn van het dier;

constaterende dat uit de evaluatie van de Wet dieren is gebleken dat met de huidige definitie de intrinsieke waarde niet goed tot zijn recht komt;

verzoekt de regering om de Raad voor Dierenaangelegenheden om een zienswijze te vragen over de randvoorwaarde voor een integraal duurzame veehouderij waarin het dier een positieve staat van welzijn ervaart,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid De Groot. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1145 (28286).

Dank u wel. De volgende spreker heeft zich nog niet gemeld. Daarna komt de heer Von Martels van het CDA.

De heer Von Martels (CDA):
Voorzitter, dank u wel. Ik wil het graag hebben over de e-collar, misschien tot vervelens toe van de minister, maar er is voldoende wetenschappelijk bewijs geleverd dat een algeheel verbod veel te ver gaat. Daarom dien ik de volgende motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er een werkgroep van experts door het ministerie van LNV is geconsulteerd om de gevolgen van een verbod op het gebruik van de e-collar in kaart te brengen;

constaterende dat er zonder deugdelijke onderbouwing en communicatie richting de werkgroep, in 2019 besloten is om tot een algeheel verbod op de e-collar over te gaan;

constaterende dat er ruimschoots voldoende wetenschappelijk bewijs is dat het nut van de e-collar in specifieke situaties onderschrijft;

verzoekt de minister om de werkgroep opnieuw te consulteren en deze te laten rapporteren in welke gevallen een algeheel verbod van de e-collar onwenselijk is,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Von Martels. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1146 (28286).

Ik zie de heer Graus binnenwandelen. Had u nog een motie voor dit VAO? Eigenlijk had u namelijk net uw spreektijd. Nou, kijk, dan ga ik u toch nog even het woord geven. Het komt eigenlijk doordat wij net twee minuten eerder begonnen dan we eigenlijk zouden moeten beginnen. Gaat uw gang.

De heer Graus (PVV):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering om geleedpotigen op te nemen in het Besluit houders van dieren, zeker ten tijde van covid, evenals het voorkomen van verspreiding van dierziekten, nu het gif en de zoönosen ook voor terroristische doeleinden kunnen worden ingezet,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Graus. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1147 (28286).

Mevrouw Bromet heeft een vraag voor u.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):
Ik probeer het tot me door te laten dringen, maar ik weet echt niet waar dit over gaat. Dus misschien kan de heer Graus een toelichting geven.

De heer Graus (PVV):
Maar daar hebben we nu geen tijd voor.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):
We moeten toch weten waar we over stemmen?

De heer Graus (PVV):
Weet u wat het verhaal is? De geleedpotigen worden niet opgenomen. Daar vallen dus ook bijvoorbeeld vogelspinnnen onder, en ook giftige spinnen. Die kúnnen worden ingezet voor terroristische doeleinden en voor andere doeleinden. Vandaar dat ik dit vraag.

De voorzitter:
Oké.

De heer Graus (PVV):
Hoe ik aan de informatie kom en hoe ik aan de waarschuwing kom? Daar kan ik u helaas niks over zeggen, maar dit is een zeer ernstige zaak.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):
Ik wist het niet.

De heer Graus (PVV):
Nee. Dank u wel.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering tot harde aanpak van dierenbeulen binnen (brood)fokkerijen, slachthuizen, dierhoudende en/of -verwerkende industrie middels hoge boetes, gevangenisstraffen, houd- en beroepsverbod, en sluiting van bedrijf voor recidivisten,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Graus. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1148 (28286).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering om betere voorlichting ten behoeve van de aanschaf en het waardig houden van hobby- en/of gezelschapsdieren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Graus. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1149 (28286).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering de mogelijkheden en haalbaarheid te onderzoeken voor één nationale, professionele 144 Dierenambulanceorganisatie met uitrijverplichting en voorzien van (para)veterinaire bemanning die ter plekke noodhulp en stabilisatie kan bieden alvorens het dier wordt getransporteerd,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Graus. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1150 (28286).

De heer Graus (PVV):
De meeste dieren overlijden in shock, mevrouw de voorzitter. Een veterinair, een paraveterinair mag een dier uit shock halen. Zo kun je tienduizenden dierenlevens per jaar redden, die nu vaak in de ambulance sterven.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering alle dieronvriendelijke hulp- en trainingsmiddelen in kaart te laten brengen door (veterinair) ter zake deskundigen en deze uit te faseren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Graus. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1151 (28286).

De heer Graus (PVV):
Ik prijs deze minister, want ze is al begonnen met die verschrikkelijke stroomhalsband, die alleen de heer Von Martels nog nodig blijkt te hebben. Ik ben haar heel dankbaar dat ze dat doet. Zeker in de paardensport en zo moeten we daar ook mee gaan beginnen. Want die dieren daar worden ook niet goed behandeld met die hulp- en trainingsmiddelen.

Tot zo meteen.

De voorzitter:
Dank u wel. Wij gaan door. De volgende spreker van de zijde van de Kamer is de heer Moorlag. Hij spreekt namens de PvdA. De heer Graus sprak namens de PVV.

De heer Moorlag (PvdA):
Dank.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het chippen van katten het dierenwelzijn bevordert, de druk op dierenasiels vermindert en de schade door en overlast van zwerfkatten vermindert;

verzoekt de regering een chipplicht voor katten te introduceren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Moorlag. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1152 (28286).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat onder meer in Zeeland en op Texel succesvolle projecten zijn ontwikkeld om de schade en overlast van zwerfkatten te verminderen;

overwegende dat deze projecten door veel partijen, onder meer de landbouworganisaties, de jagers en de natuur- en dierenwelzijnsorganisaties, breed worden gedragen;

verzoekt de regering te bevorderen dat deze aanpak en dit type projecten op bredere schaal wordt toegepast,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Moorlag en De Groot. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1153 (28286).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het doodschieten van zwerfkatten wreed is en bovendien gepaard gaat met het doodschieten van katten die als huisdier worden gehouden;

overwegende dat de overlast en schade door zwerfkatten op minder ingrijpende wijze dan afschieten kan worden bestreden door de inzet van vangkooien;

verzoekt de regering met de medeoverheden in overleg te treden hoe de afschot van katten in de regelgeving zo veel mogelijk voorkomen kan worden,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Moorlag en De Groot. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1154 (28286).

De heer Moorlag (PvdA):
Voorzitter. Als aanvulling op de laatste motie wil ik zeggen dat in Utrecht blijkt dat die alternatieve benadering heel goed werkt. Ik denk dat dat echt toepassing in meer provincies vraagt. De minister overlegt regelmatig met de provincies, dus ik zou een actieve opstelling van de minister hier zeer op prijs stellen.

Dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel. Dan geef ik als laatste spreker van de zijde van de Kamer graag het woord aan de heer Futselaar. Hij spreekt namens de SP.

De heer Futselaar (SP):
Dank u, voorzitter. Ik heb één motie, maar voordat ik die indien, wil ik kort even uiting geven aan mijn teleurstelling. We hebben het er vaak over gehad dat het houdverbod pas nu naar de Raad van State is gestuurd. Je kunt erover discussiëren of dat aan Justitie ligt of aan LNV of aan corona, maar het kabinet als geheel heeft daar toch wel een beetje een steek laten vallen. Dat betekent in de praktijk dat we het niet voor de verkiezingen zullen kunnen behandelen en dat vind ik jammer.

Dat gezegd hebbende:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat slechts 8% van de taakindeling van de NVWA het domein van dierenwelzijn beslaat;

overwegende dat de NVWA is belast met een omvangrijk takenpakket en kampt met structurele personeelstekorten waardoor de uitvoering van dit takenpakket onder druk staat;

van mening dat het nut van de bestaande dierenwelzijnsteams, taakaccenthouders bij de politie en de LID buiten kijf staat en deze diensten behouden en verder versterkt dienen te worden;

constaterende dat de minister is gestart met gesprekken met gemeentes om te bezien in hoeverre in dienst zijnde boa's kunnen bijdragen aan het verbeteren van de handhaving op het gebied van dierenwelzijn;

verzoekt de regering om deze verkennende gesprekken voort te zetten en met een plan van aanpak te komen waarin staat omschreven of en hoe gemeentelijke boa's kunnen worden betrokken bij versterking van de handhaving op het domein dierenwelzijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Futselaar. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1155 (28286).

De heer Futselaar (SP):
Dank u, voorzitter.

De voorzitter:
Dank u wel. Daarmee zijn we aan het einde gekomen van de zijde van de Kamer. We hebben veertien moties, dus ik schors de vergadering in ieder geval voor drie minuten. Dan heeft de minister de moties en kan zij ze van een appreciatie voorzien.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:
Wij gaan heel goed luisteren. De minister heeft de moties, dus ik ga toch proberen om jullie allemaal mee te krijgen als de minister de moties van een appreciatie voorziet. Gaat uw gang.


Termijn antwoord

Minister Schouten:
Voorzitter. Over de eerste motie, op stuk nr. 1142, hebben we al uitgebreid gesproken in het AO en volgens mij heb ik ook Kamervragen van de heer De Groot hierover beantwoord. Ik heb daarin al aangegeven wat de onmogelijkheden zijn om een verbod op te nemen. Daarom moet ik deze motie ontraden.

Dan de tweede motie, op stuk nr. 1143, over de taskforce hondenhandel. Ik heb inderdaad gemeld dat we die hebben ingesteld. Dat is een samenwerkingsverband van de NVWA, de LID en de politie, waarbij de expertise vanuit de drie partijen wordt ingezet om illegale hondenhandel te bestrijden. Het gaat erom dat bestaande capaciteit efficiënt wordt ingezet door samen te werken op operationeel, tactisch en strategisch niveau. Dat betekent dat het bij de samenwerking dus niet zozeer om meer handhaving maar om effectievere handhaving gaat. Dus ik ontraad deze motie.

De voorzitter:
Kort, meneer Wassenberg.

De heer Wassenberg (PvdD):
Over effectieve handhaving gesproken: op de site van NRC las ik vandaag dat sinds maart überhaupt niet meer is gecontroleerd op de hondenhandel, vanwege corona.

Minister Schouten:
Zeker.

De heer Wassenberg (PvdD):
Dat bericht klopt dus? Maar zou je dan niet moeten zeggen dat die handhaving een stuk effectiever en dus gewoon plaats moet vinden?

Minister Schouten:
Met het oog op corona doet de NVWA op dit moment geen huisbezoeken. Daarom vinden daar nu ook geen controles op de hondenhandel plaats. Het betekent wel dat we gewoon in het geheel moeten kijken hoe we effectiever naar bepaalde zaken rondom hondenhandel kunnen kijken. Dat doet deze taskforce. Maar het artikel van NRC sloeg op de hondenhandel thuis. Daar komt de NVWA nu niet vanwege corona.

De voorzitter:
We gaan nu naar de derde motie.

Minister Schouten:
Dat is de motie op stuk nr. 1144 over het Dolfinarium. Daar hebben we ook al vaker over gesproken. Ik ken ook de passie van de heer Wassenberg ten aanzien van de dolfijnen. We hebben het Dolfinarium ook een verbetertraject aangezegd. Zij moeten dan ook de kans krijgen om te verbeteren. Dat is ook een voorwaarde om te bepalen of ze aan de regels voldoen en, zo niet, wat dan de vervolgstappen zijn. Ik spreek ze daar ook over. In het eerste kwartaal van 2021 informeer ik u ook over de afspraken die worden gemaakt. Kortom, deze motie moet ik ontraden, maar we zijn er wel mee bezig om te zorgen dat het welzijn daar verbeterd wordt.

De voorzitter:
Korte vraag.

De heer Wassenberg (PvdD):
Dan hoop ik inderdaad dat we in het eerste kwartaal van 2021 daarover geïnformeerd worden. Dan houd ik de motie in elk geval tot die tijd aan.

De voorzitter:
Op verzoek van de heer Wassenberg stel ik voor zijn motie (28286, nr. 1144) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:
Dan de vierde motie.

Minister Schouten:
De motie op stuk nr. 1145 gaat over de vraag of wij de RDA om een zienswijze kunnen vragen voor de randvoorwaarden voor een integraal duurzame veehouderij, met name gericht op de staat van welzijn van het dier. Ik heb al eerder laten weten aan uw Kamer wat het uitgangspunt is van mijn beleid, namelijk dat de dieren zo veel mogelijk gevrijwaard moeten worden van ongerief, dat ze soorteigen gedrag moeten kunnen vertonen en ook dat ze in staat moeten worden gesteld om positieve ervaringen op te doen. Als deze motie wordt aangenomen, zal ik de RDA vragen om een zienswijze op te stellen over de randvoorwaarden daarvoor. Ik kan deze motie dus oordeel Kamer geven.

De motie op stuk nr. 1146 betreft ook een onderwerp dat steeds weer terugkomt. Ik zou bijna willen zeggen: Wag the dog. Het is duidelijk waar de passie van de heer Von Martels ligt, maar die delen we niet in dit geval. Dus ik ga deze motie weer ontraden.

De voorzitter:
Dan de zesde motie.

Minister Schouten:
Ik hoor de heer Graus vanuit de bankjes een appreciatie geven over de manier waarop de heer Von Martels zijn honden houdt. Dat mogen ze samen uitvechten.

De voorzitter:
Dan de motie op stuk nr. 1147 over de geleedpotigen.

Minister Schouten:
Ja, de geleedpotigen. De motie vraagt om die op te nemen in het Besluit houders van dieren. Het Besluit houders van dieren ziet op het welzijn en de gezondheid van dieren. In de motie is de reden dat ze ingezet zouden kunnen worden voor andere, bijvoorbeeld terroristische, doeleinden. Daar ziet het Besluit houders van dieren niet op. Eigenlijk biedt dit besluit daar dus geen grondslag voor en moet ik deze motie ontraden.

De voorzitter:
De heer Graus heeft een vraag daarover.

De heer Graus (PVV):
Ik kan dat natuurlijk ook eruit halen. Als ze maar worden opgenomen, want dan wordt voorkomen waar ik voor waarschuw. Dan haal ik dat gewoon allemaal weg. Dan krijgt de motie waarschijnlijk "oordeel Kamer". Ik haal die hele zin gewoon wel weg. Het verzoek is dus om "geleedpotigen op te nemen in het Besluit houders van dieren". Dat wordt 'm dan. Dan ben ik heel dankbaar, want ik denk dat de minister dat ook heel graag wil.

Minister Schouten:
Nee. Voordat we iets opnemen in het Besluit houders van dieren willen we er natuurlijk wel wat meer zicht op hebben wat het allemaal concreet betekent.

De voorzitter:
Oké, de motie op stuk nr. 1147 is aangehouden.

Op verzoek van de heer Graus stel ik voor zijn motie (28286, nr. 1147) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:
Dan de motie op stuk nr. 1148.

Minister Schouten:
Ik ga de Kamer daarover niet heel actief informeren. Ik heb de indruk dat de heer Graus daar nu op hint, maar …

De voorzitter:
Volgens mij gaat de heer Graus er gewoon even goed over nadenken wat hij daarmee wil.

De heer Graus (PVV):
Maar ik heb informatie dat gaat gebeuren wat ik in die motie heb gezet. Daarom baart het me zorgen. Maar als die geleedpotigen worden opgenomen, ben ik ook al tevreden. Begrijpt u wat ik bedoel? Want het wordt door de landen al meegenomen. Daar gaat het mij namelijk om. Dan laat ik de rest even weg, dus covid, ziekten, dingen waar mensen dood aan kunnen gaan en terroristische doeleinden. Dat is allemaal niet onbelangrijk, maar dat kan ik weghalen als ik de minister daarmee kan helpen.

Minister Schouten:
Mijn punt is dat iets opnemen in het Besluit houders van dieren ook consequenties heeft. Dat doen we niet even snel; daar moet wel echt breed over nagedacht worden. Daarom ontraad ik deze motie.

De voorzitter:
Dank u wel. Dan de motie op stuk nr. 1148.

Minister Schouten:
De motie op stuk nr. 1148 gaat over de aanpak van dierenbeulen op allerlei plekken. We hebben natuurlijk een houdverbod in de pijplijn zitten; de heer Futselaar refereerde daaraan. Ik weet wat uw Kamer van de snelheid vindt, maar het wetsvoorstel is al wel naar de Raad van State gestuurd. In die zin komt het er dus aan. Ik zou zeggen: betrek de discussie daarover bij dit houdverbod, ook om te zien of u dat afdoende vindt of niet. Ik ontraad deze motie dus.

De voorzitter:
Wilt u ook deze motie aanhouden, meneer Graus? Begrijp ik dat goed?

De heer Graus (PVV):
Ik laat de motie gewoon in stemming komen, want de VVD heeft het houd- en beroepsverbod zelfs in haar verkiezingsprogramma staan, dus die motie gaat het halen.

Maar nog even over de motie op stuk nr. 1147. Ik wil daar toch graag een brief over hebben. Dat zou ik toch fijn vinden. Ik merk ook dat ik best wel wat steun daarvoor krijg van Kamerleden. Als het dus mogelijk is dat we wel een brief of een reactie over de geleedpotigen ontvangen, zou ik dat toch wel belangrijk vinden. Een paar regels …

De voorzitter:
U had de motie aangehouden, maar u wilt graag een brief daarover.

De heer Graus (PVV):
Ja, precies, dank u wel.

Minister Schouten:
Dat is ook een hele grote, algemene vraag. Ik vind echt dat we dit gewoon even in een debat met elkaar moeten wisselen in plaats van nu te zeggen: dit moet even gaan gebeuren. Ik stel echt voor dat we dit op de geëigende manier via een debat een keer aan de orde stellen.

De voorzitter:
Of u stelt de vraag via de procedurevergadering iets concreter namens de commissie, als u zegt dat u er draagvlak voor heeft. Dan weet de minister goed waar ze op moet reageren. Zullen we het zo doen?

Minister Schouten:
Ja, het is nu wel heel open.

De voorzitter:
Dan krijgt de minister via de commissie voor Landbouw en Visserij gewoon een verzoek om iets op papier te zetten. En de motie is aangehouden. Prima. Dan gaan we door.

De motie op stuk nr. 1148 is ontraden, maar de heer Graus houdt haar niet aan. We gaan naar de motie op stuk nr. 1149.

Minister Schouten:
Ja. De motie op stuk nr. 1149 vraagt de regering om meer voorlichting te geven over het houden van dieren. Er wordt al veel gedaan aan voorlichting, bij het Landelijk InformatieCentrum Gezelschapsdieren, het LICG, en ook op andere plekken. De Dierenbescherming doet het natuurlijk zelf ook vaak. We hebben nu ook gezegd dat we moeten zorgen dat er op Marktplaats geen dieren kunnen worden aangeboden op een verkeerde manier en vanuit verkeerde plekken. Ik heb nu geen aanleiding om hier nog meer op te gaan doen, dus ik ontraad deze motie.

De voorzitter:
Een korte vraag van de heer Graus.

De heer Graus (PVV):
Ja, een korte vraag. Kijk, als je een konijntje gaat halen, vragen ze niet: heeft u misschien nog een mannetje thuis, want die bijten elkaar verrot. Daar wordt totaal geen voorlichting over gegeven. Alle dieren worden maar verkocht en meegegeven alsof het broodjes zijn, terwijl mensen helemaal niet in de gaten hebben dat je bijvoorbeeld van bepaalde dieren nooit twee mannetjes bij elkaar kan houden en bij sommige dieren zelfs geen twee vrouwtjes. Daar wordt totaal geen voorlichting over gegeven. Je ziet het ook als je een vis wilt kopen. Daar wordt totaal geen voorlichting bij gegeven. Die dieren tellen niet eens mee. Schakel dus mensen in die gaan uitzoeken hoe we betere voorlichting kunnen geven. Dat kan de minister dan toch ook toezeggen?

Minister Schouten:
Ik heb mijn mening al gegeven. Er wordt op verschillende plekken voorlichting gegeven. Mensen kunnen echt informatie vinden, op wat voor plek dan ook, over hoe ze met dieren om zouden moeten gaan. Wij gaan hierop nu geen nadere actie ondernemen.

De voorzitter:
Nee. En daarmee is de motie op stuk nr. 1149 ontraden. We gaan naar de motie op stuk nr. 1150, over de dierenambulance.

Minister Schouten:
Ja. Dat zit natuurlijk ook weer op het terrein van mijn collega van JenV, want 144 hoort bij JenV. Dat gaat ook over zaken als een uitrijverplichting. We hebben een systematiek voor de opvang en het vervoer van dieren. Die werkt in de praktijk en ik zie nu geen aanleiding om daar nog allerlei zaken aan toe te voegen, zoals deze motie verzoekt. Ik ontraad deze motie dus.

De heer Graus (PVV):
De minister gaat wel over de dierenambulances en de bemanning ervan. Als je een aangereden dier, of dat nou een hondje, katje, konijn, ree of weet ik wat is, Solu-Delta-Cortef toedient — dat is een snelwerkend corticon — dan haal je het uit shock en heeft dat dier een overlevingskans om veilig bij een dierenarts terecht te komen. Nu sterven heel veel dieren in shock omdat ze niet gestabiliseerd worden. Een mens wordt eerst gestabiliseerd en dan pas getransporteerd. Waarom gebeurt dat bij dieren niet? Zo'n prikkie kost niks. Het moet wel door paraveterinairen gebeuren. Daar kan de minister toch een toezegging op doen?

Minister Schouten:
Maar dat ga ik niet doen, dus ik ontraad deze motie.

De voorzitter:
De motie is ontraden.

Minister Schouten:
Dan de motie op stuk nr. 1151 over het in kaart laten brengen van alle dieronvriendelijke hulp- en trainingsmiddelen. Dat is wel een heel brede vraag en een heel breed verzoek. In potentie kunnen er heel veel trainingsmiddelen gebruikt worden die dieronvriendelijk zijn. Deze motie gaat een beetje buiten scope, dus ik ontraad de motie.

De heer Graus (PVV):
Ik heb de minister al bedankt voor die verschrikkelijke stroomhalsband, die alleen de heer Von Martels nog gebruikt en nog een paar kneuzen die niet met honden kunnen omgaan. Waar het me om gaat is dat er bijvoorbeeld ook in de paardensport dingen gebeuren met dieren die echt niet goed zijn. Zelfs dierenartsen trekken daarover bij mij aan de bel. Ik vraag gewoon om dat eens met een team van deskundigen, want die heeft de minister, te bekijken. Ik heb ze zelf ook en wil ze graag ter beschikking stellen vanuit mijn denktank. Maar ga nou iets doen om dat in beeld te brengen en om het te kunnen uitfaseren. Er gebeuren in verschillende takken van dierensport en de dierhouderij verschrikkelijke dingen met trainings- en hulpmiddelen. De stroomhalsband is een goed begin.

Minister Schouten:
Ik ontraad nog steeds de motie.

Dan de motie op stuk nr. 1152 over de chipplicht voor katten. Op verzoek van de heer De Groot en anderen zijn we al aan het kijken hoe we de pilot vormgeven met een aantal gemeenten, die dan lokaal het chippen verplicht stellen. Die pilot loopt dus. Over de bredere context heb ik het met mevrouw Bromet gehad rond de gemeentelijke bevoegdheden rond dierenwelzijn. Daarover werkt de RDA nu aan een zienswijze. Die heb ik toen ook toegezegd aan haar. Er lopen dus al de nodige zaken, daarom ontraad ik deze motie.

De voorzitter:
Dan gaan we naar de motie op stuk nr. 1153.

Minister Schouten:
De motie op stuk nr. 1153 gaat over de projecten in Zeeland en op Texel om de schade van overlast door zwerfkatten te verminderen. Ik heb inderdaad gehoord dat dit op onderdelen interessante experimenten zijn. Ik heb zelf ook naar Zeeland verwezen in mijn brief. Maar ik zie en constateer dat het een bevoegdheid van de provincies is. Ik zie gelukkig ook dat een aantal provincies die ook oppakken. Ik vind het echt aan de provincies om te bepalen wat past in hun regio en welke aanpak zij wenselijk vinden. Met het oog daarop ontraad ik deze motie.

De voorzitter:
De heer Moorlag met een korte vraag.

De heer Moorlag (PvdA):
Ik had gedacht dat ik de motie genuanceerd had gemaakt met "te bevorderen". De minister spreekt regelmatig met de provincies over natuur. Een iets minder lijdzame opstelling van de minister zou ik wel op prijs stellen, zeker als je bekijkt hoe breed dit gedragen wordt. Het hele veld is hartstikke gepolariseerd, maar dit zijn initiatieven die gedragen worden door jagers, landbouworganisaties en natuur- en milieuorganisaties. Dan denk ik: ietsje meer …

De voorzitter:
Dank u wel, meneer Moorlag.

Minister Schouten:
Juist als het zo gedragen wordt, zou ik die groepen willen oproepen naar hun provinciebestuur te gaan. Dat zijn degenen die hierover gaan en die hierover kunnen beslissen. Ik zou hen echt daarheen willen verwijzen om daar het gesprek aan te gaan. Als er dan ook nog eens mooie voorbeelden in een aantal provincies bestaan, zouden die ook nog eens ter ondersteuning ingebracht kunnen worden. Dit is echt een bevoegdheid van de provincies en die wil ik daar ook laten.

De voorzitter:
De motie op stuk nr. 1153 blijft dus ontraden. Dan de motie op stuk nr. 1154.

Minister Schouten:
Dan kom ik weer op hetzelfde argument. Ook hier is het de bevoegdheid van de provincies om hierin een afweging te maken. Overigens worden huiskatten niet gedood, zwerfkatten wel in sommige provincies. Een jager die zijn jachtveld kent, ziet ook wel het verschil tussen een huiskat en een zwerfkat. Maar het is aan de provincies, dus ik ontraad deze motie.

Dan kom ik bij de motie op stuk nr. 1155, waarin wordt gevraagd de verkennende gesprekken voort te zetten en met een plan van aanpak te komen waarin staat omschreven of en hoe gemeentelijke boa's kunnen worden betrokken bij versterking van de handhaving op het domein dierenwelzijn. Ik heb al gezegd dat ik inderdaad met de gemeente Amsterdam hierover in gesprek ben. We gaan dit ook bekijken.

Voorzitter, ik kan twee dingen doen. Ik kan de motie oordeel Kamer geven of ik kan haar overnemen, want eigenlijk past dit bij hetgeen ik aan het doen ben. Ik wil de motie ook overnemen, als de heer Futselaar …

De voorzitter:
Heeft u bezwaar tegen het overnemen van deze motie? Daar is geen bezwaar tegen.

De motie-Futselaar (28286, nr. 1155) is overgenomen.

De heer Futselaar heeft een vraag over … Sorry, de heer Wassenberg.

De heer Wassenberg (PvdD):
We zijn allebei Frank, maar ik ben Wassenberg, en daar zit Futselaar.

De voorzitter:
I know. Gaat uw gang.

De heer Wassenberg (PvdD):
Toch even een vraag. De minister zei dat jagers het verschil zien tussen zwerfkatten en huiskatten, maar daar is geen verschil tussen. Ik weet het niet, maar waarschijnlijk bedoelt de minister de wilde kat. Ik doe het even uit mijn hoofd: de zwerfkat of de huiskat is catus cattus, en de wilde kat is catus silvestris. Ik doe het uit mijn hoofd. Maar er zijn geen verschillen. Een kat op straat kan een huiskat of een zwerfkat zijn. Een kat in het bos kan een huiskat zijn of een zwerfkat zijn, dus een jager kan het verschil niet zien. En als een jager erop schiet, kan hij of een zwerfkat schieten, of een huiskat. Maar dat is echt iets anders dan de wilde kat. De Partij voor de Dieren heeft ooit een motie ingediend over het verbieden van het afschieten van huiskatten of verwilderde huiskatten.

Minister Schouten:
Dank voor het college over wat voor soort katten er zijn. De heer Wassenberg heeft daar veel meer verstand van dan ik. Hij heeft daar vanuit zijn achtergrond heel veel kennis over opgedaan. Ik bedoel de wilde katten en de andere katten. Laat ik het dan maar zo benoemen. Daar gaat het natuurlijk echt over. Daar zit verschil tussen. Een jager moet dat verschil wel kunnen zien.

De voorzitter:
Dank u wel. Ik ga niet het debat overdoen, meneer Wassenberg. We gaan door naar het volgende VAO. We zijn aan het eind gekomen van het VAO over dierenwelzijn buiten de veehouderij.

De beraadslaging wordt gesloten.

Dieren in de veehouderij

Dieren in de veehouderij

Aan de orde is het VAO Dieren in de veehouderij (AO d.d. 29/10).


Termijn inbreng

De voorzitter:
We hebben ook dieren ín de veehouderij. Wij zijn bij dat VAO aangekomen, met als eerste spreker van de zijde van de Kamer mevrouw Ouwehand, in plaats van de heer Wassenberg, die op mijn papier staat. Ik geef graag het woord aan mevrouw Ouwehand. Zij spreekt ook namens de Partij voor de Dieren.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Voorzitter, dank u wel. De Kamer, en zeker ik, heeft altijd heel veel kritische vragen aan de minister, maar de minister had ook een kritische vraag aan mij, eigenlijk al een poosje. Ik sta erom bekend dat ik af en toe rond cultuurdebatten platen van Nederlandse bands uitdeel aan de cultuurwoordvoerders. De minister vroeg een keer: waarom krijg ik nooit een muziekje van jou? Ja, terechte vraag. Terechte vraag. Dus ik heb daar een poosje over nagedacht. Ik moet steeds aan de minister denken als ik deze draai. Het is een Britse band, maar goed, Britse bands kunnen die steun nu ook wel eventjes gebruiken. De band heet: Goat Girl. Het zijn vier vrouwen. Ze spelen gitaar. Ik hoop dat de minister het heel leuk vindt en hard gaat meezingen in de auto. Dus die overhandig ik haar zo. Sorry dat het zo lang heeft geduurd. O, de bode kan het geven.

De voorzitter:
Fantastisch.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Heel goed. Voorzitter, ik kwam op deze band — muziek is natuurlijk superleuk — vanwege een ernstige kwestie: de geiten. Vlak voordat deze minister aantrad, werden we wakker geschud omdat in bokkenmesterijen de sterftepercentages zo hoog waren dat we er allemaal heel erg van schrokken. Bokjes worden geboren omdat geiten melk produceren, die vervolgens naar mensen gaat. Die dieren overleven dat vaak niet. We vonden het onacceptabel. Toch is ervoor gekozen om de sector een plan te laten maken. We zijn nu drie jaar verder en er zijn geen verbeteringen. Dus de Partij voor de Dieren dient opnieuw een motie in ten behoeve van de bokken en de geitjes.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat bokjes die geboren worden in de melkgeitenhouderij vrijwel altijd direct na geboorte van de moeder worden gescheiden;

constaterende dat schrikbarend hoge aantallen bokjes en overtollige geitenlammetjes ernstig ziek worden en sterven nadat ze bij hun moeder zijn weggehaald;

constaterende dat het vrijblijvende plan van aanpak van de sector geen noemenswaardige verbetering heeft opgeleverd voor de dieren;

spreekt uit dat zowel de percentages als de daadwerkelijke aantallen bokjes die te kampen hebben met een zeer slechte gezondheid of zelfs sterven nog altijd onacceptabel hoog zijn;

spreekt uit dat maatregelen om ziekte en sterfte onder bokjes te voorkomen uit moeten gaan van de intrinsieke waarde van het dier en zowel het welzijn van de bokjes als dat van de geiten moeten dienen;

verzoekt de regering zelf een plan van aanpak op te stellen waarin concrete doelen worden gesteld voor het voorkomen van ziekte en sterfte onder bokjes en waarin het welzijn en de intrinsieke waarde van zowel de geiten als hun jongen voorwaardestellend zijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Ouwehand. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1156 (28286).

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:
Dank u wel. Ik kijk naar mevrouw Bromet. Nee, zij heeft geen bijdrage. Dan gaan we naar de heer Geurts.

De heer Geurts (CDA):
Voorzitter. Gezien de muziekvoorkeur van mevrouw Ouwehand denk ik dat een glasverzekering wel verstandig is, want de ramen denderen je huis of je auto uit. Maar voor de rest heb ik er geen verstand van en laat ik het graag aan haar over, zeg ik tegen mevrouw Ouwehand.

De voorzitter:
Maar ze komt toch even naar voren lopen. Daar geef ik haar graag de gelegenheid toe.

De heer Geurts (CDA):
Die muziek is redelijk heavy, zo heb ik weleens begrepen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Als u er ook een wilt, neem ik voor u een cd'tje mee van Goat.

De heer Geurts (CDA):
Goed. Dat laat ik aan mevrouw Ouwehand. 1-0.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de dreigende situatie rondom de Afrikaanse varkenspest, met name vanuit Duitsland, zorgwekkend is;

constaterende dat de aanhoudende droogte bij beuken- en eikenbomen een overlevingsreactie oproept waarbij deze bomen extra beukennootjes en eikels genereren;

constaterende dat deze overproductie ervoor zorgt dat de vitaliteit van bomen afneemt, maar dat zij een zegen is voor wilde zwijnen;

constaterende dat als wilde zwijnen toegang tot meer voedsel hebben, dit resulteert in meer jonge wilde zwijnen;

verzoekt de regering in overleg te treden met terreinbeherende organisaties en met faunabeheereenheden om de juiste constructie te vinden om deze vicieuze cirkel te doorbreken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Geurts. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1157 (28286).

Er is een vraag voor u van de heer Wassenberg.

De heer Wassenberg (PvdD):
De heer Geurts maakt zich nu zorgen over een teveel aan eikels en beukennootjes, maar vindt hij het niet een veel groter probleem dat allerlei jagers die dieren gaan bijvoeren om ze op die manier ook wat makkelijker schotklaar te maken?

De heer Geurts (CDA):
Nou, woonachtig tegen het Veluwemassief aan, maak ik me veel meer zorgen over mensen die niet jagen die dieren bijvoeren en aankloppen bij een caravan. Dat is dan weer niet de bedoeling. Daar maak ik me veel meer zorgen over dan over jagers die jagen.

De voorzitter:
Dank u wel. We gaan geen discussie voeren. Dan kijk ik naar de heer Graus om te zien of hij in dit VAO nog een inbreng heeft. Jazeker. Gaat uw gang.

De heer Graus (PVV):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Ondanks dat bijna al mijn moties altijd ontraden worden, terwijl ze hartstikke goed zijn en ooit zullen worden overgenomen, blijf ik volhouden. Al mijn moties over dieren zijn ontraden, maar bijna het hele VVD-programma over dieren bestaat eruit, uit ontraden, niet-aangenomen moties van mij, dus ik heb dan toch een aanjaagfunctie. Ik houd altijd vol, want ook al halen mijn moties het nu niet, ze worden vanzelf overgenomen. Zo gaat het altijd. Ik zeg altijd: don't imitate, innovate. Het maakt niet uit voor de dieren, als het er maar komt. Als wij straks weg zijn, worden wij als persoon toch allemaal vergeten, dus het gaat om wat we voor de dieren doen.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering om een plan van aanpak tegen hittestress bij landbouwhuisdieren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Graus. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1158 (28286).

De heer Graus (PVV):
Ik heb ook weleens gevraagd om een boomplantdag te organiseren bij boeren, want je ziet dat de dieren zich verdringen om een schaduwplekje te vinden. Ik heb bij 32°C weleens schapen in de wei zien staan bij één plateauwagen; ze wilden allemaal onder die plateauwagen, maar dat ging niet. Er moet ook een beter plan van aanpak voor transporten komen.

De voorzitter:
Mevrouw Lodders heeft een vraag voor u.

Mevrouw Lodders (VVD):
Ik ben even op zoek naar wat de heer Graus nou precies bedoelt met deze motie, want volgens mij is er de afgelopen twee jaar, met die warme zomers, juist enorm geïnvesteerd in een hitteplan. Daar heb ik zelf ook vragen over gesteld tijdens het AO.

De heer Graus (PVV):
Dat klopt. Er zijn zelfs mensen van de politie die beelden hebben gemaakt bij slachthuizen. Dan staat er een vrachtwagen van misschien wel vierhoog, of in ieder geval driehoog, met twee van die ventilatortjes erop waar je nog geen blaadje mee van tafel waait. Dat werkt natuurlijk niet. Met alle respect, er zijn heel veel dieren die sterven aan hittestress, ook in de wei. Beschutting tegen koude is belangrijk voor dieren, maar beschutting tegen hitte zeker ook. Dieren kunnen er niet tegen. Een konijn kan al sterven als het boven de 24°C is. Als een konijn in de zon staat, sterft het gewoon ter plekke. En daar wordt niets aan gedaan. Ik vind dat er ook voorlichting moet komen, zelfs over gezelschapsdieren; ik had het net over konijntjes. Maar ik heb het nu specifiek gevraagd voor landbouwhuisdieren, want daar ging het AO over en daar gaat ook het VAO over. Dus ik vraag specifiek om een plan van aanpak tegen hittestress bij landbouwhuisdieren.

De voorzitter:
En uw volgende motie?

De heer Graus (PVV):
En in de wei en ook bij transport.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering om spoedige uitvoering van de motie-Graus (33400-XIII, nr. 127) ten behoeve van een beter verdienmodel voor de kleine gezins- en familiebedrijven (ten laste van de machtige retailers) en om de afbouw van de bio-industrie mogelijk te maken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Graus. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1159 (28286).

De heer Graus (PVV):
Voorzitter. Voordat iemand ook deze jip-en-janneketaal niet mocht begrijpen, boeren zijn ooit gedwongen tot bio-industrie ten behoeve van hun verdienmodel. Ze moesten meer dieren gaan houden om een goede boterham over te houden. Wij willen dat er een beter verdienmodel komt ten laste van de retailers. Die motie van mij is vrijwel unaniem aangenomen. Dan kunnen de boeren het met minder dieren af. En dan zijn we ook af van die verschrikkelijke bio-industrie. Want wij zijn voor de kleine gezins- en familiebedrijven.

De voorzitter:
Dank u wel. Dan geef ik het woord aan de heer Moorlag.

De heer Moorlag (PvdA):
Voorzitter. In tegenstelling tot wat heel veel mensen denken, worden er in Nederland nog kippen in kooien gehouden. Dat zijn zogeheten koloniekooien en het zijn er echt miljoenen. Dat is slecht voor het dierenwelzijn. Een aantal landen in Europa faseert het houden van kippen in kooien uit. Duitsland gaat dat in 2025 doen, Tsjechië heeft dat ook al gedaan. Zelfs in Amerika zijn er staten die het houden van kippen in kooien verboden hebben. Dus als je het hebt over een gelijk speelveld, dan is er geen enkele reden om hier het houden van kippen in kooien nog toe te staan. Daarom de volgende motie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat een deel van de kippen in Nederland nog in kooien wordt gehouden;

verzoekt de regering het houden van kippen in kooien zo snel mogelijk uit te faseren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Moorlag. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1160 (28286).

Dank u wel. Dan kijk ik naar de heer Futselaar. Hij heeft ook nog behoefte aan spreektijd. En meteen al even naar mevrouw Lodders voor straks. Ik zie dat zij ook nog wil spreken.

De heer Futselaar (SP):
Sorry, voorzitter. Ik probeer het snel te doen.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat Nederlandse slachthuizen met regelmaat in opspraak komen vanwege het onvoldoende naleven van regelgeving met betrekking tot dierenwelzijn;

overwegende dat Nederlandse slachthuizen met regelmaat in opspraak komen vanwege het onvoldoende naleven van arbeidsvoorwaarden en voorschriften ten aanzien van beloning, veiligheid, huisvesting en hygiëne;

constaterende dat de Nederlandse slachtindustrie op grote schaal gebruikmaakt van werknemers met een flexibel arbeidscontract;

constaterende dat hierdoor de positie van werknemers in de sector onveilig en kwetsbaar is;

constaterende dat hierdoor tevens het dierenwelzijn onder druk komt te staan;

constaterende dat de commissie-Roemer een uitgebreid advies heeft uitgebracht ten aanzien van de positie van arbeidsmigranten;

constaterende dat de slachtindustrie in Duitsland is overgegaan tot het bieden van vaste contracten;

roept de regering op om per direct over te gaan tot het stellen van vaste contracten als norm voor de slachtindustrie;

roept de regering op om te komen met een plan van aanpak om de positie van werknemers in specifiek de Nederlandse slachtindustrie te versterken en hierbij de koppeling te leggen naar het verbeteren van naleving van dierenwelzijnswetgeving;

roept de regering op om hierbij advies van vakbonden, de commissie-Roemer en dierenwelzijnsorganisaties te betrekken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Futselaar. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1161 (28286).

De heer Futselaar (SP):
Voorzitter. Dat was de langste motie die ik in jaren heb ingediend. Dat zegt iets over mijn gevoel erover.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de minister voorstelt om de brandveiligheid van stalcomplexen en verbetering van het dierenwelzijn mee te nemen als criterium voor de beoordeling van subsidieaanvragen voor de Subsidiemodules brongerichte verduurzaming stal- en managementmaatregelen (Sbv);

van mening dat hiermee een stap in de goede richting wordt gezet die qua ambitieniveau verdere opschaling verdient;

van mening dat gemeenschapsgeld zorgvuldig gelabeld en ingezet dient te worden;

verzoekt de regering om het verbeteren van dierenwelzijn en de brandveiligheid van stallen als harde voorwaarde te stellen voor het in aanmerking komen voor de Sbv,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Futselaar. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1162 (28286).

De heer Futselaar (SP):
Dank u, voorzitter.

De voorzitter:
Dank u wel. Dan geef ik het woord aan mevrouw Lodders. De heer Futselaar sprak namens de SP en mevrouw Lodders spreekt namens de VVD.

Mevrouw Lodders (VVD):
Voorzitter, ook hier geen motie. Ik wil even terugblikken op het algemeen overleg dat we hebben gehad over dieren in de veehouderij. Ik heb stilgestaan bij onder andere de vogelgriep. Ik heb samen met de heer Geurts nog een set vragen liggen. Deze zijn nog niet beantwoord. Ik vraag de minister om die zo snel mogelijk te beantwoorden, omdat het wel heel actueel is als we kijken naar de situatie in het land.

Dan het tweede punt dat ik hier aan de orde wil brengen. Ik heb tijdens het debat — ik was overigens niet de enige — vragen gesteld over de kalversector. We hebben daar ook bij de begrotingsbehandeling kort bij stilgestaan. Ik weet dat de minister in gesprek is geweest met deze sector, maar er zijn verschillende sectoren die de last van corona nu echt als een hele zware last op hun schouders hebben, omdat ze gewoon niet kunnen afzetten aan de horeca. De kalversector is er een, de heer Geurts gaf net bilateraal de vleeskoeiensector aan, maar er zijn er natuurlijk meer; we hebben het eerder gehad over de eendenhouderij. Mijn vraag is of de minister al iets kan zeggen hierover of op z'n minst kan aangeven wanneer ze hierop zal reageren. Als dat niet vanavond kan, hoop ik dat zij op korte termijn met een brief aan de Kamer kan komen.

Voorzitter, hartelijk dank.

De voorzitter:
Dank u wel. Ik schors de vergadering voor een paar minuten om de minister alle moties te geven, die zij dan van een appreciatie kan voorzien. Het zijn er zes.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.


Termijn antwoord

Minister Schouten:
Voorzitter. Allereerst natuurlijk hartelijk dank aan mevrouw Ouwehand voor het bandje, zoals ze dat altijd noemt. Ik heb al even snel naar een interview met Goat Girl gekeken en ik heb begrepen dat hun vorige album begon met het statement: I am a country sleaze, nobody will mess with me. Dat vond ik toch wel een soort van … Nou, "toepasselijk" zou ik niet willen zeggen, maar ik kan wel een soort begrip opbrengen voor dat statement. Ik denk dat mevrouw Ouwehand dat ook wel kan.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Ja, precies, want ik denk dat dit niks afdoet aan de credibility van de minister bij de boeren. Én het is een cd voor de dieren, én er is een verwijzing naar country. Hier kan niets misgaan!

Minister Schouten:
Helemaal goed. We hebben de muzieksmaak van mevrouw Ouwehand weer even doorgenomen, voorzitter. Ik zal er met heel veel vreugde naar luisteren. Ik houd ook wel van wat steviger muziek, dus het is geen enkel probleem dat de ruiten van de auto dan zullen gaan rinkelen. Ik zal het ook nog even overleggen met degene die de auto bestuurt, maar dat komt volgens mij goed.

De motie van mevrouw Ouwehand op stuk nr. 1156 gaat over de bokjes en het plan van aanpak van de sector om de gezondheid van de dieren te bevorderen. Er ligt een plan van aanpak, waarin al een aantal acties is genomen. Ik wijs bijvoorbeeld op de aanpassing van de I&R-registratie waardoor de jonge dieren eerder in beeld zijn, op het duurmelken en op alle acties die worden ondernomen om de bokjes goed te verzorgen. Ik wil dat het plan van aanpak, dat op onderdelen dus al wordt uitgevoerd, nog verder uitgevoerd wordt. Daar worden ook echt vorderingen in gemaakt, dus ik ontraad deze motie.

De voorzitter:
Mevrouw Ouwehand heeft een korte vraag.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Mag ik de minister dan een voorstel doen? Ik heb de motie ingediend omdat Eyes on Animals, die er toen al voor zorgde dat we ons realiseerden wat er gebeurde in de bokkenmesterijen, vervolgonderzoek heeft gedaan. De minister zal dat rapport nog niet hebben kunnen lezen, maar als zij daar snel op reageert, kan ik de motie misschien even aanhouden. We moeten dan wel kort na het kerstreces besluiten wat we verder doen met de bokjes. Kan de minister toezeggen dat ze snel op dat rapport reageert? Dan houd ik mijn motie nog even aan, want ik denk dat de minister ook schrikt van de laatste ontwikkelingen.

Minister Schouten:
Ik heb inderdaad geen kennis van een rapport van Eyes on Animals. Ik weet ook niet welk rapport dat dan zou moeten zijn. Mevrouw Ouwehand zou er misschien gewoon even vragen over moeten stellen. Dat lijkt me wat gerichter dan dat ik in het algemeen op een rapport ga reageren. Of dat voor de kerst nog lukt, vind ik wel wat ambitieus. Ik wil ook geen verwachtingen wekken.

De voorzitter:
Ik kijk even naar mevrouw Ouwehand.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Dat begrijp ik. Het ligt voor in de procedurevergadering. Ik hoop dat de commissie ons steunt om een reactie van de minister te vragen. Laten we dan afspreken dat we ergens in januari besluiten hoe het verdergaat met de bokjes. Dan kan de minister na het kerstreces reageren. We doen het via de procedurevergadering. Voor nu houd ik mijn motie even aan.

De voorzitter:
Dank u wel.

Op verzoek van mevrouw Ouwehand stel ik voor haar motie (28286, nr. 1156) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

Minister Schouten:
Ja, en de vragen van de commissie zie ik dan tegemoet.

De tweede motie, op stuk nr. 1157, gaat over wilde zwijnen. Zoals de heer Geurts weet, zijn de provincies de aangewezen instantie om met de terreinbeheerders te overleggen hoe het beheer op de meest passende wijze kan worden uitgevoerd. Dat gaat goed. De provincies nemen die rol ook echt op zich. Ik ben in het algemeen in overleg met de faunabeheereenheden en de provincies om ook over het afschot te praten en in te zetten op de reductie van het aantal zwijnen, met name met het oog op de verspreiding van de Afrikaanse varkenspest. We hebben een roadmap preventie Afrikaanse varkenspest. Die is in mei gereedgekomen. Er staan ook afspraken met de provincies in over onder andere risicogebaseerd populatiebeheer. Er zijn dus al de nodige acties. De provincies hebben de lead. Ik ontraad in dat licht deze motie.

Dan de motie op stuk nr. 1158 van de heer Graus waarin hij vraagt om een plan van aanpak tegen de hittestress. Er zijn echt al heel wat zaken in gang gezet. De sector zelf, LTO, heeft een hitteplan opgesteld, waarmee al de nodige dingen worden gedaan. We hebben ook afspraken gemaakt met de slachthuizen hoe zij moeten omgaan met heel hoge temperaturen. We hebben de 30oC- en de 35oC-gradenregels ingesteld, zoals de heer Graus weet. We hebben dus echt al het nodige gedaan. Ik ontraad deze motie.

De voorzitter:
Heel kort, anders redden we het echt niet voor half negen.

De heer Graus (PVV):
Ik noemde net een voorbeeld, waarvan ik foto's en filmbeelden heb. Dan staat er zo'n varkenstransport in de zon bij een slachthuis en dan staan er twee van die kleine ventilatortjes, die je ook in een Chinees restaurant ziet. Je haren gaan er nog niet van bewegen en die moeten dan zo'n hele vrachtwagen in de buitenlucht koelen. Dat gaat helemaal niet, dat kan helemaal niet.

De voorzitter:
En uw vraag is?

De heer Graus (PVV):
De varkens die in het midden staan, krijgen helemaal geen ventilatie. Het werkt dus allemaal niet. Kijk, er wordt veel gedaan. De minister heeft een goed begin gemaakt ook met de e-collar van meneer Von Martels, maar er wordt nog niet genoeg gedaan. Ik heb ook op de weiden gewezen. Daar staan de beesten in de volle zon.

De voorzitter:
U wilt een plan van aanpak. Ik geef het woord aan de minister. Een plan van aanpak of niet? Ontraden of oordeel Kamer?

Minister Schouten:
Ik heb al gezegd dat we op heel veel onderdelen al actie hebben ondernomen, dus ik ga geen plan van aanpak maken. Ik ontraad de motie.

De voorzitter:
Dank u wel. Dan de motie op stuk nr. 1159.

Minister Schouten:
Deze motie is een algemene motie over een beter verdienmodel. Ik vind het verdienmodel buitengewoon belangrijk. Daar zijn we bijna elke dag mee bezig. We stimuleren ook andere zaken, zoals de korte ketens. Er is een ondernemersagenda, die de Kamer ook heeft gekregen. We hebben het wetsvoorstel over oneerlijke handelspraktijken. We hebben echt heel veel zaken hierop ingezet. Ik denk dat we daarmee onderdelen van de motie al hebben opgepakt. Ik ontraad de motie, want we zijn al bezig.

De voorzitter:
Dan gaan we naar de motie op stuk nr. 1160.

Minister Schouten:
Deze motie gaat over het houden van kippen. Ik heb daar onlangs op gereageerd. De Europese Commissie heeft recent een advies gevraagd aan de EFSA over dierenwelzijn bij onder andere de huisvesting van leghennen. De Commissie zal komend voorjaar een reactie geven op het burgerinitiatief End the Cage Age. Ik heb de Kamer al gezegd dat ik naar aanleiding van deze uitkomsten zal bezien wat we daarmee gaan doen. Ik wacht die onderzoeken af en in dat licht ontraad ik de motie.

De voorzitter:
Dan de motie op stuk nr. 1161.

Minister Schouten:
Ja, die gaat over de commissie-Roemer. Ik heb met de heer Roemer zelf gesproken. Ik moet dit echt met andere collega's in het kabinet bespreken, want dit is echt het domein van mijn collega van SZW. Het gaat over de positie van werknemers in de slachterijen en dat ligt echt bij de collega van SZW. Ik zou de heer Futselaar willen aanraden om bij hem een motie in te dienen. Ik kan er zo niks mee, dus ik moet 'm ontraden, maar nogmaals het advies om de motie elders in te dienen.

De voorzitter:
De heer Futselaar schudt van nee. Hij wil de motie graag in stemming brengen.

Minister Schouten:
Dan wil ik wel aangetekend hebben dat ik het doel deel om de positie van die werknemers te verbeteren. Dat is ook waarom ik zelf met de heer Roemer gesproken heb. Ik wilde weten wat de aanbevelingen behelzen. Het kabinet heeft daarop gereageerd.

Tot slot de motie op stuk nr. 1162 van de heer Futselaar, die de regering verzoekt om het verbeteren van dierenwelzijn en de brandveiligheid van stallen als harde voorwaarde te stellen voor het in aanmerking komen van de Sbv. We hebben in de Sbv al de afwijzingsgrond opgenomen. Het dierenwelzijn en de brandveiligheid mogen niet verslechteren. Dat zit er expliciet in. Daarnaast worden innovatieprojecten hoger gerangschikt als die meer bijdragen aan het dierenwelzijn en de brandveiligheid. Wij doen op dat punt dus al de nodige zaken. Denk aan de voorwaarden die we hebben gesteld. We zullen ook nog in de evaluatie van de regeling kijken of de innovatieprojecten in voldoende mate zijn gericht op het dierenwelzijn en de brandveiligheid. We hebben daar dus echt alle zaken in opgenomen. Daarom moet ik deze motie ontraden. Dat is dus niet omdat we het niet doen, maar juist omdat we het wel doen.

De voorzitter:
Helder. Dan waren er nog twee vragen van mevrouw Lodders.

Minister Schouten:
Ja, dat klopt. Mevrouw Lodders heeft gevraagd of ik de vragen over de vogelgriep snel kan beantwoorden. Ik zal kijken of we dat kunnen doen. Ik onderschrijf de zorgelijke situatie ten aanzien van de vogelgriep op dit moment.

Dan in den brede over de sectoren die het nu zwaar hebben. Het gaat inderdaad breder dan alleen de kalversector. Ik kan alleen maar zeggen dat morgen meer bekend wordt over het steunpakket. Ik zou daarnaar willen verwijzen. Ik kan daar nu niet op vooruitlopen. Dat is echt aan de collega's die daarmee bezig zijn geweest. Het kabinet kiest voor generieke maatregelen, maar probeert die wel zo breed mogelijk toepasbaar te maken.

Mevrouw Lodders (VVD):
Ik begrijp dat. Dat is ook de reden waarom ik de vraag iets opener gesteld heb, om vanavond het antwoord hierop te krijgen. Tegelijkertijd vraag ik wel of er na de persconferentie van morgenavond — ik heb gezien dat deze minister daar niet bij aan zal schuiven — een duiding kan komen over hoe we met de landbouwsectoren omgaan. Ik denk dat dat wel belangrijk is. Dat belang hebben meerdere partijen de afgelopen weken en maanden uitgesproken.

Minister Schouten:
Zeker. Ik heb steeds aangegeven dat ik in het kabinet zal wijzen op het belang van die sectoren. Daarbij is het uitgangspunt natuurlijk de generieke regelingen. Ik denk dat het belangrijker is dat we aan de landbouwsectoren laten zien wat de steunmaatregelen voor ze kunnen betekenen. Maar nogmaals, ik kan daar echt niet op vooruitlopen. Het is echt aan het kabinet. Ik ben overigens nooit bij die persconferenties aanwezig, maar dat wil niet zeggen dat ik me er niet tegenaan bemoei.

De voorzitter:
Dank u wel.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:
Over de moties van dit VAO wordt volgende week dinsdag gestemd. Dat geldt overigens ook voor de moties van de andere VAO's en het VSO.

Visserij

Visserij

Aan de orde is het VAO Visserij (AO d.d. 12/10).


Termijn inbreng

De voorzitter:
Dan gaan we met gezwinde spoed naar het VAO Visserij. Mevrouw Lodders is de eerste spreker.

Mevrouw Lodders (VVD):
Voorzitter, dank u wel. Ik begrijp de laatste opmerkingen van het vorige VAO heel goed.

Voorzitter. Nu heb ik wel moties. Allereerst een motie over de visgebieden.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het Noordzeeakkoord beperkingen omvat voor de visgronden Borkumse Stenen en Friese Front met alle gevolgen van dien voor de visserijsector, de keten en de regio;

constaterende dat de minister van LNV eerder heeft aangegeven dat er wel wat meer ruimte geboden kan worden door de beperkingen te verminderen;

verzoekt de regering om in overleg met de visserijsector de visgronden Borkumse Stenen en Friese Front minder te beperken dan in de huidige invulling in het Noordzeeakkoord, en de Tweede Kamer daarover voor het notaoverleg Noordzeeakkoord te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Lodders en Weverling. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 80 (33450).

Mevrouw Lodders (VVD):
Dan de volgende motie, over de impactanalyse.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het Noordzeeakkoord niet alleen gevolgen heeft voor de visserij, maar ook voor de (verwerkende) keten en sommige regio's;

constaterende dat de visserij, zoals de garnalenvisserij, van groot belang is voor de regio's waar visserijhavens, visafslagen en visverwerkende industrie zich concentreren, zoals Lauwersoog;

verzoekt de regering met betrokkenheid van de ondernemers, met name de vissers, een impactanalyse te maken van het Noordzeeakkoord, voordat het definitief wordt, waaruit de gevolgen voor economische sectoren en de regio duidelijk worden en of het beschikbaar gestelde geld voor innovatie voldoende is, en de Tweede Kamer daarover voor het notaoverleg Noordzeeakkoord te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Lodders en Weverling. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 81 (33450).

De heer De Groot (D66):
Is de VVD zich ervan bewust dat deze punten juist in het Noordzeeakkoord zijn geregeld en dat zij hiermee het akkoord, dat al onder grote spanning staat, echt ondergraaft?

Mevrouw Lodders (VVD):
Ik spreek even namens mijn collega, maar dank voor deze vraag. Ik denk het niet. Ik heb me uiteraard ook een beetje voorbereid op dit VAO. De minister heeft overigens zelf aangegeven over met name die eerste motie, over de Borkumse Stenen en het Friese Front, dat zij graag nogmaals met hen in gesprek zou willen gaan. Dat is toegezegd in een algemeen overleg. Ik meen ook dit algemeen overleg, maar dat weet ik niet voor honderd procent zeker. Wij leggen dat graag vast in een motie om ook die stap te kunnen zetten.

De voorzitter:
Prima. Gaat u verder.

Mevrouw Lodders (VVD):
Voorzitter. Mijn laatste motie gaat over een visserijvrije zone.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de regering voornemens is om een generieke visserijvrije zone van 250 meter rondom vismigratievoorzieningen in te stellen;

overwegende dat dit voornemen een grote groep sportvissers beperkt in het uitoefenen van hun hobby, terwijl er geen recent onderzoek is dat wijst op een significante impact van de sportvisserij op trekvissoorten rondom vismigratievoorzieningen;

overwegende dat het instellen van een generieke visserijvrije zone van 250 meter in sommige situaties niet ecologisch noodzakelijk of juist onvoldoende is om trekvissoorten te beschermen;

verzoekt de regering af te zien van het instellen van een generieke visserijvrije zone voor sportvissers rondom vismigratievoorzieningen en in plaats daarvan de sportvissers de mogelijkheid te geven in samenspraak met de waterbeheerder te komen tot visserijvrije zones op maat, die zowel de trekvissen beschermen als recht doen aan de impact van de sportvisserij,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Lodders, Weverling en Von Martels. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 82 (33450).

Mevrouw Lodders (VVD):
Laat dit dan voor mij een soort bijvangst zijn in al die VAO's, om in de beeldspraak te blijven.

De voorzitter:
Dank u wel. Dan gaan we door naar de volgende spreker. Dat is alweer de heer Von Martels van het CDA. Mevrouw Lodders sprak namens de VVD.

De heer Von Martels (CDA):
Dat gaat snel. Het moge duidelijk zijn dat de visserijsector in zwaar weer verkeert. Iedereen onderkent ook dat er zorgen zijn over de toekomst. Met twee moties proberen wij als CDA een bijdrage te leveren aan het zoeken van oplossingen. De eerste motie luidt als volgt.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de visserijsector vreest dat er voor hen vanwege brexit en andere ontwikkelingen onvoldoende perspectief wordt geboden;

constaterende dat deze vrees komt door een optelsom van effecten welke nog niet volledig in beeld zijn;

verzoekt de regering de optelsom van effecten die van invloed zijn op het perspectief voor de visserij in beeld te brengen en de Kamer hier zo spoedig mogelijk over te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Von Martels. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 83 (33450).

De heer Von Martels (CDA):
De tweede motie luidt als volgt.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de brexitonderhandelingen in de eindfase zitten;

overwegende dat een brexitakkoord significant negatieve gevolgen voor de Nederlandse visserij en visserijgemeenschappen kan hebben;

verzoekt de regering om in te zetten op langjarige afspraken, waarbij wordt vastgehouden aan het principe "geen toegang tot de markt" indien geen toegang tot de wateren;

verzoekt de regering bij een no-deal bij de Europese Commissie te pleiten voor compensatie voor de vissers,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Von Martels, Dik-Faber en Weverling. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 84 (33450).

Dank u wel.

Mevrouw Lodders (VVD):
Ik heb even een puntje van orde. Ik stuur namelijk een motie door uit het vorige VAO en dat is de motie op stuk nr. 1161 van de heer Futselaar, maar er staat geen naam onder. Dus even voor de administratie: misschien was het al opgevallen. Ik kreeg namelijk de vraag door wie die motie is ingediend.

De voorzitter:
De Griffie gaat even kijken. Ja, dat was duidelijk geworden. Dat hadden ze gezien. We zijn gebleven bij de heer Wassenberg. Daarna komt de heer Bisschop en dan nog de heer Futselaar. Er zijn dus nog drie sprekers van de zijde van de Kamer.

De heer Wassenberg (PvdD):
Dank, voorzitter. Ik heb drie korte moties.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat op 15 december de visvangstquota voor een deel van de visserijsector voor 2021 worden vastgesteld;

constaterende dat de quota vastgesteld worden op basis van wetenschappelijk advies;

constaterende dat voor 2020 maar liefst 52 van de 120 quota hoger zijn vastgesteld dan het wetenschappelijk advies;

verzoekt de regering zich in Europa actief te verzetten tegen het ophogen van de quota boven het wetenschappelijk advies,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Wassenberg. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 85 (33450).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er voor sommige vissoorten geen quota zijn en dat er voor deze soorten daarom geen bovengrens geldt;

overwegende dat dit het gevaar van overbevissing met zich meebrengt;

verzoekt de regering om voor alle soorten vissen in Europa quota vast te stellen op basis van wetenschappelijk advies,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Wassenberg. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 86 (33450).

De heer Wassenberg (PvdD):
Dan een kleine inleiding bij mijn laatste motie. Die gaat over het niet stimuleren van visconsumptie door de EU middels subsidies. We hebben het daarover net met de minister gehad. Afgelopen zomer waren de gesubsidieerde vleesreclames in het nieuws. Ik heb daar toen een motie over ingediend die de Kamer heeft aangenomen. Nu gebeurt hetzelfde, maar dan met vis. Ik weet dat de minister daar niet gelukkig mee is. Wij zijn er ook niet gelukkig mee, want opnieuw betaalt de EU reclames, die ook in Nederland worden uitgezonden, dit keer om de verkoop van vis te stimuleren. En opnieuw vraag ik de minister om zich daartegen te verzetten en opnieuw wil ik de minister graag een steuntje in de rug geven vanuit de Kamer. Daarom dien ik de volgende motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Europese Commissie reclames subsidieert om de consumptie van vis te promoten;

overwegende dat het kabinet heeft aangegeven geen voorstander te zijn van de EU-financiering van de promotie van landbouwproducten, waaronder vlees;

verzoekt de regering zich in Europa actief te verzetten tegen Europese subsidies voor de promotie van visconsumptie,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Wassenberg. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 87 (33450).

Dank u wel. Met gezwinde spoed gaan we door naar de heer Bisschop.

De heer Bisschop (SGP):
Voorzitter, dank u wel. Ik beperk mij tot het indienen van één motie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat een verbod op de zegenvisserij en 75% vermindering van de snoekbaarsvisserij op het IJsselmeer en het Markermeer is voorgesteld;

overwegende dat bij de bestandsschattingen nog geen rekening is gehouden met de enorme reductie van de visserijinspanning in de afgelopen jaren en dat deze daarom een vertekend beeld geven;

overwegende dat er nog onderzoek loopt met alternatieve bemonstering;

verzoekt de regering geen generieke reductie van vangstrechten door te voeren zolang het genoemde visstandonderzoek nog loopt en bestandsschattingen nog herzien moeten worden, en ruimte te geven voor zegenvisserij op het Markermeer in combinatie met onderzoek op het IJsselmeer,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Bisschop. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 88 (33450).

Dank u wel, meneer Bisschop.

De heer Bisschop (SGP):
Dank u zeer.

De voorzitter:
Het woord is aan de heer Futselaar. En ik zie dat de heer Graus zich wél wil inschrijven voor dit VAO. Oké. Goed zo. Meneer Futselaar.

De heer Futselaar (SP):
Dank u wel.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het herstel van riffen met platte oesters winstkansen biedt voor zowel natuur, klimaat, visserij als biodiversiteit;

van mening dat natuurbeschermingsorganisaties en particuliere bedrijven hebben aangetoond dat herstel van platte oesterriffen mogelijk is en hiertoe een werkwijze hebben ontwikkeld;

constaterende dat platte oesterriffen als kenmerkende soort op grote schaal voorkwamen in een gezondere Noordzee in het verleden;

overwegende dat het noodzakelijk is om platte oesterriffen binnen beschermde gebieden te kunnen beschermen;

verzoekt de regering om bestaande en toekomstige platte oesterriffen een beschermde status toe te kennen door ze toe te voegen als "typische soort" voor beschermde gebieden in profieldocumenten van habitattype 1110 en 1140, en als biogene structuur in habitattype 1170,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Futselaar. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 89 (33450).

De heer Futselaar (SP):
Dank, voorziter.

De voorzitter:
Dank u wel. Het woord is aan de heer Graus namens de PVV.

De heer Graus (PVV):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering om nog voor het kerstreces met de Britse regering te spreken over nieuwe afspraken voor Nederlandse vissers in Britse wateren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Graus. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 90 (33450).

De heer Graus (PVV):
De laatste motie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

spreekt uit dat er geen sprake kan zijn van een Noordzeeakkoord zonder de vissers,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Graus. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 91 (33450).

De heer Graus (PVV):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter.

De voorzitter:
Dank u wel. Ik ga vast aan de minister vragen of zij bij de appreciatie van de moties zo kort mogelijk wil duiden, en misschien niet helemaal wil gaan vertellen wat ze allemaal aan acties onderneemt, want anders gaan we echt uit de tijd lopen. Ja, minister, het is echt gekkenwerk, dat ben ik met u eens. Alleen, we moeten het wel doen. We wachten even tot de minister de moties heeft gekregen en ze fatsoenlijk heeft kunnen beoordelen.

De vergadering wordt van 20.28 uur tot 20.31 uur geschorst.

De voorzitter:
Ik hervat de vergadering en geef graag het woord aan de minister.


Termijn antwoord

Minister Schouten:
Voorzitter. Ten aanzien van motie op stuk nr. 80: over het Friese Front hebben we al nadere afspraken gemaakt. Die worden ook gewoon opgevolgd. Dat is ook in overleg met de visserij gebeurd. Dit is dus geen issue meer. Over de Borkumse Stenen heb ik aangegeven dat ik bereid ben om het gesprek aan te gaan met de vissers. Daar wordt nu op vooruitgelopen. Het moet allemaal tot een andere indeling gaan leiden en minder worden beperkt. Ik heb gezegd dat ik daar het gesprek over wil aangaan. Hier wordt een probleem gesuggereerd met het Friese Front en de Borkumse Stenen dat ik niet zie. Dus ik moet deze motie ontraden.

Mevrouw Lodders (VVD):
Er staat "minder te beperken". Dit is in lijn met wat in het algemeen overleg gedeeld is over beide gebieden. Ik begrijp dus niet helemaal het oordeel van de minister.

Minister Schouten:
Sinds het algemeen overleg hebben we ook weer gekeken naar het Friese Front. Er zijn goede afspraken gemaakt. Daar is dus geen probleem meer. Over de Borkumse Stenen heb ik gezegd dat de vraag was of de kaart goed was ingetekend. Daarvan heb ik gezegd dat ik daar overleg over wil hebben met de vissers, als zij gewoon naar mij toe komen, om te kijken hoe dat aangepast moet worden. Daar zit dus ook geen beperking op. Dus ik snap deze motie in die zin niet. Daarom moet ik haar echt ontraden, zoals ze nu is geformuleerd.

Motie op stuk nr. 81 gaat over de impactanalyse. We hebben in de Kottervisie antwoord gegeven op de sociaaleconomische gevolgen voor de primaire sector. We hebben daar ook helemaal in uitgewerkt hoe de sanering eruit ziet, hoe het perspectief eruit ziet en welke middelen daarvoor zijn. We kunnen ook van verschillende regelingen gebruik maken. Dus wij gaan nu geen impactanalyse meer maken. Dat is allemaal uitentreuren al gedaan bij de Kottervisie. Ik ontraad deze motie.

De voorzitter:
We gaan dit niet redden. Als we bij alle moties een vraag stellen, gaan we het gewoon niet redden.

Mevrouw Lodders (VVD):
Dit is mijn laatste vraag. Dat zeg ik u toe. Ik hoor de minister zeggen dat er al een soort impactanalyse gedaan is. Dan vraag ik haar die, even los van welke visie dan ook, met de Kamer te delen. Wij vragen het niet voor niets. Het gaat met name om de regio's en in de keten. Het is voor mij ook lastig, want ik vervang iemand.

Minister Schouten:
Dat snap ik, maar dit debat heb ik met de heer Weverling gevoerd. Ik heb gezegd dat er een Kottervisie ligt. In die Kottervisie is er voor al die aspecten aandacht. Als ik daar dan nog iets op moet gaan doen terwijl alles er al ligt … Voorzitter, uw Kamer heeft de Kottervisie.

De voorzitter:
U heeft de motie ontraden. De motie op stuk nr. 82: de sportvissers.

Minister Schouten:
Daar heb ik het ook met de heer Weverling over gehad. Wij willen juist zorgen dat er vismigratie is. Dan ga je ook niet bovenop de vismigratieplek vissen, want dan heb je altijd raak, want die vissen worden daar doorheen gedraaid, zeg maar. Die 250 meter is echt een normale grootte. Ik ontraad dus deze motie.

De voorzitter:
Dank u wel. Motie op stuk nr. 83.

Minister Schouten:
De motie op stuk nr. 83 vraagt ook weer een soort van impactanalyse. Er komt heel veel op de visserij af. We hebben de Kottervisie. Ik geef hetzelfde antwoord als aan mevrouw Lodders. We hebben daarin ook uitgewerkt hoe we de gemeenschappen ondersteunen. Ik ontraad deze motie.

De voorzitter:
Dank u wel. Motie op stuk nr. 84.

Minister Schouten:
De motie op stuk nr. 84 is in lijn met onze inzet. Ik kan deze motie oordeel Kamer geven.

De voorzitter:
Dank u wel. Motie op stuk nr. 85.

Minister Schouten:
Wij kijken ook altijd naar wat Isis zegt. We zijn ook afhankelijk van wat derde landen vinden. We kijken ook naar de situatie van de visbestanden. Ik ontraad deze motie.

De voorzitter:
Dank u wel. Motie op stuk nr. 86.

Minister Schouten:
Isis doet ook onderzoek naar het aantal van de soorten en stelt hiervoor al dan niet een advies vast. Voor sommige soorten geeft Isis een ander advies, bijvoorbeeld waar helemaal niet op gevist wordt. Het quotabeheer ziet toe op de meest kwetsbare soorten. Voor andere soorten worden geen data verzameld. Dus deze motie gaat te ver en daarom onraad ik haar.

Motie op stuk nr. 87 gaat over de reclamesubsidiëring. Wij zijn tegen dit soort subsidies, maar het moment is voorbij om daar wat van te vinden. Niet dat ik inhoudelijk niet vind dat de heer Wassenberg gelijk heeft, maar ik ga er nu niet voor pleiten omdat het geen momentum heeft.

De voorzitter:
Dank u wel. De motie op stuk nr. 88.

Minister Schouten:
Dus ik ontraad de motie op stuk nr. 88.

De heer Wassenberg (PvdD):
Deze reclames gaan we nu niet meer stoppen, maar waarschijnlijk komen er in 2021 en 2022 weer reclames aan. Daar kan de minister of haar opvolger zich ook tegen verzetten. Dat is de bedoeling van de motie.

Minister Schouten:
Als dat voorligt, verzet ik mij daartegen. Het ligt niet voor. En wat mijn opvolger gaat doen, is voor de fase hierna.

Geen generieke reductie. Even kijken. Ik heb daar in het algemeen overleg uitgebreid bij stilgestaan. Ik moet deze motie ontraden. De noodzaak tot reductie is echt te groot. We hebben nu actie nodig.

De motie op stuk nr. 89 kan ik oordeel Kamer geven.

De voorzitter:
Mooi. Dan gaan we naar nr. 90.

Minister Schouten:
De motie op stuk nr. 90. De Europese Commissie onderhandelt namens alle lidstaten, juist om samen sterker te staan, dus wij ontraden deze motie.

En de motie op stuk nr. 91 is een spreekt-uitmotie.

De voorzitter:
Dank u wel. Er is een einde gekomen aan dit VAO.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:
Over de moties zullen we volgende week dinsdag stemmen.

Natuur

Natuur

Aan de orde is het VAO Natuur (AO d.d. 22/06).


Termijn inbreng

De voorzitter:
We gaan tot slot door naar het laatste VAO: het VAO Natuur. Ik geef graag de heer Wassenberg het woord.

De heer Wassenberg (PvdD):
Ik heb drie moties. Die zal ik zo snel mogelijk voorlezen.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat volgens de VN het vergroten van het aandeel natuur een belangrijke bijdrage levert aan het herstel van de biodiversiteit;

constaterende dat de Nederlandse natuur zwaar onder druk staat door onder meer versnippering;

verzoekt de regering maatregelen te treffen voor het versneld aaneensluiten en vergroten van de natuurgebieden in Nederland,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Wassenberg. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 203 (33576).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Nederland zich inspant voor het afschaffen van milieuschadelijke subsidies;

verzoekt de regering alle subsidies die van negatieve invloed zijn op de Nederlandse biodiversiteit en natuur in kaart te brengen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Wassenberg. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 204 (33576).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het kabinet jaarlijks over de staat van de Nederlandse biodiversiteit en natuur rapporteert, onder andere in het kader van het Biodiversiteitsverdrag van de Verenigde Naties;

constaterende dat de website biodiversiteit.nl het communicatiemiddel van de Nederlandse overheid is;

constaterende dat de website biodiversiteit.nl niet of nauwelijks wordt bijgehouden en schijnbaar niet gelinkt is aan de Rijksoverheid;

verzoekt de regering de website biodiversiteit.nl te updaten en halfjaarlijks bij te houden, zodat in één oogopslag de stand van Nederlandse biodiversiteit en natuur ten opzichte van de te behalen doelen te zien is,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Wassenberg. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 205 (33576).

Dank u wel. Dan heb ik de heer De Groot als tweede spreker genoteerd staan.

De heer De Groot (D66):
Dank u wel, voorzitter. Ik heb drie moties.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de regering Nationale Parken heeft opgeroepen om met plannen te komen om natuur en economie beter met elkaar te verbinden;

overwegende dat de meeste Nationale Parken nu met ambitieuze plannen zijn gekomen met een groot draagvlak bij alle betrokkenen;

overwegende dat Nationale Parken geen belemmerende regels toevoegen op het gebied van natuur, maar kansen bieden aan ondernemers;

overwegende dat de betrokken partners bij Nationale Parken in gezamenlijkheid een standaard hebben opgesteld die zou kunnen bijdragen aan een nog vast te stellen kwaliteitslabel;

overwegende dat er bij ondernemers en andere betrokkenen behoefte is aan duidelijkheid over het kwaliteitslabel "Nationale Parken";

verzoekt de regering om duidelijkheid te bieden door een kwaliteitslabel Nationale Parken vast te stellen en daarbij de bestaande standaard te benutten en te bekrachtigen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid De Groot. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 206 (33576).

De heer De Groot (D66):
Dan twee moties over het Caribisch gebied.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat op de eilanden in Caribisch Nederland tienduizenden loslopende dieren lopen;

overwegende dat deze dieren de eilanden kaal eten en de aangroei verhinderen van bomen, struiken en gras;

overwegende dat op Saba en Sint-Eustatius goede vorderingen zijn gemaakt maar dat op Bonaire nog werk aan de winkel is;

verzoekt de regering om op Saba en Sint-Eustatius alle wilde loslopende grazers en invasieve soorten die flora en fauna bedreigen onder controle te hebben voor 2025, en op Bonaire voor 2030,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden De Groot en Bromet. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 207 (33576).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat wanneer geen actie wordt ondernomen het koraal in Caribisch Nederland over vijf tot tien jaar verdwenen kan zijn;

constaterende dat volgens het Natuur- en milieubeleidsplan Caribisch Nederland de streefdoelen voor koraalbedekking pas worden vastgesteld in 2024;

verzoekt de regering de streefdoelen voor koraalbedekking op de eilanden medio 2021 vast te stellen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden De Groot en Bromet. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 208 (33576).

De heer De Groot (D66):
Dank u wel.

De voorzitter:
Dan kijk ik naar mevrouw Bromet.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):
Voorzitter. Ik heb drie moties.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de natuur in Caribisch Nederland al jaren in zeer slechte staat verkeert;

constaterende dat het Natuur- en milieubeleidsplan Caribisch Nederland ambitieuze doelen bevat voor 2030 maar weinig inzicht geeft in de manier waarop de beoogde resultaten bereikt zullen worden;

overwegende dat voor de uitwerking van het beleid verwezen wordt naar de uitvoeringsagenda's die per eiland worden opgesteld en dat de ambities van deze plannen daarmee bepalend zijn voor het slagen van natuurherstel;

verzoekt de regering de Kamer te informeren over de uitvoeringsagenda's per eiland zodra deze zijn opgesteld,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Bromet en De Groot. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 209 (33576).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het Rijksvastgoedbedrijf beschikt over ruim 40.000 hectare agrarische grond;

constaterende dat het mogelijk is om randvoorwaarden te stellen aan de grond die door het Rijksvastgoedbedrijf wordt verpacht;

overwegende dat glyfosaathoudende middelen negatieve effecten kunnen hebben op de waterkwaliteit en de biodiversiteit in de omgeving;

verzoekt de regering glyfosaathoudende middelen op gronden van het Rijksvastgoedbedrijf te verbieden,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Bromet. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 210 (33576).

Mevrouw Bromet (GroenLinks):
Tot slot, voorzitter. Ik heb een jaar geleden een motie ingediend om de verkoop van de Japanse duizendknoop te verbieden. Ook is er een probleem met de watercrassula, dus ik dacht: dan doen we deze dit jaar.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de watercrassula zich als een invasieve exoot vestigt en daarmee inheemse waterplanten en bijbehorende insecten en dieren verdringt;

overwegende dat deze plant gewoon nog verkocht wordt in tuincentra en (online) plantenwinkels;

verzoekt de regering de verkoop van watercrassula per 1 maart 2021 te verbieden,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Bromet. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 211 (33576).

Dank u wel. Dan geef ik graag het woord aan de heer Von Martels. Er zijn in deze zeven VAO's al meer dan 53 moties ingediend. Ik geef het u even mee. Het lijkt wel alsof we de begroting Landbouw opnieuw doen! Gaat uw gang, meneer Von Martels.

De heer Von Martels (CDA):
Het zijn wel zes onderwerpen, voorzitter. Het volgende onderwerp dat ik wil aanstippen tijdens dit VAO Natuur zijn de wolven. Ik heb twee wolvenmoties. Want anno 2020 kun je bijna in je eigen achtertuin een wolf aantreffen. Ook in de nieuwbouwwijken zie je tegenwoordig wolven. Wat dat betreft weten wolven van wijken. Dat heeft wel een dubbele lading momenteel. Om enigszins zaken te reguleren dien ik de volgende twee moties in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het binnen de Europees beschermde status van de wolf mogelijk is om ontheffingen te verlenen voor het verjagen of doden van een wolf, ter voorkoming van schade aan landbouwhuisdieren en voor de bescherming van de openbare veiligheid;

constaterende dat het interprovinciaal wolvenplan duidelijk maakt dat in bepaalde omstandigheden het mogelijk is om een ontheffing af te geven om een wolf te verjagen of te doden;

overwegende dat het voor deze situaties noodzakelijk is dat er duidelijke criteria zijn op basis waarvan het bevoegd gezag een ontheffing kan afgeven, bijvoorbeeld wanneer er sprake is van een acuut veiligheidsprobleem;

verzoekt de minister om samen met de provincies en de veiligheidsregio's te werken aan een duidelijke set van criteria voor een afgifte van ontheffing voor het verjagen of doden van wolven;

verzoekt de minister tevens om dit onderwerp ook te betrekken bij de nationale wolvencommissie,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Von Martels. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 212 (33576).

De heer Wassenberg (PvdD):
Weet de heer Von Martels dat er veel meer schapen en landbouwhuisdieren gedood worden door honden dan door wolven? En dat de enige wolven die landbouwhuisdieren doden, zwervende wolven zijn die hun eigen territorium zoeken? Als je die leert dat ze niet op schapen mogen afkomen door bijvoorbeeld elektrische hekken te plaatsen of het op andere manieren te doen, dan zullen ze ook nooit meer landbouwhuisdieren pakken. Want een wolf gaat het bos in en heeft daar zijn eigen dieet. Maar in principe horen landbouwhuisdieren daar niet bij. Dat kun je ze vroeg leren. Weet de heer Von Martels dat?

De heer Von Martels (CDA):
De minister heeft net een college gekregen en ik krijg nu opnieuw een college. De meeste feiten zijn mij bekend, maar om een verrastering van Nederland tegen te gaan, moet er wel gereguleerd worden opgetreden.

De voorzitter:
Dank u wel. Gaat u verder. Nee, ik zie de heer Graus nog.

De heer Graus (PVV):
Ik denk dat de heer Von Martels aan het roodkapjesyndroom leidt, want in landen waar de wolf de afgelopen 100 jaar heeft geleefd zijn er geen onoverkomelijke problemen geweest. Wij zijn paniekzaaiers hier. Er is niets aan de hand. Meneer Von Martels lijdt aan het roodkapjesyndroom en daar wil ik hem graag van afhelpen, dus dat zal ik wel bilateraal doen.

De heer Von Martels (CDA):
De definitie van het roodkapjesyndroom moet nog eens duidelijk worden uitgelegd. Ik begrijp wel een beetje waar de heer Graus naartoe wil, maar ik wil ervoor opkomen dat we in ieder geval van tevoren hebben nagedacht over hoe we kunnen optreden, mochten zich onwenselijke situaties voordoen. Daar pleit ik voor.

Dan mijn volgende motie, voorzitter.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat schade veroorzaakt door wolven grote gevolgen heeft voor dierhouders en voor de acceptatie van de wolf in Nederland;

constaterende dat met name rondzwervende wolven voor grote schade kunnen zorgen;

constaterende dat in het huidige interprovinciaal wolvenplan alleen structurele hulp voor het voorkomen van wolvenschade voor dierhouders mogelijk is als er sprake is van een territoriale wolf en niet in het geval van een rondzwervende wolf;

constaterende dat daardoor provincies onvoldoende zijn voorbereid op het voorkomen van schade door rondzwervende wolven;

verzoekt de minister om samen met de provincies deze lacune in het beleid te dichten en dit onderwerp ook aan te kaarten in de recent opgezette nationale wolvencommissie,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Von Martels. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 213 (33576).

Dank u wel. Dan geef ik als laatste spreker van de zijde van de Kamer graag het woord aan de heer Moorlag.

De heer Moorlag (PvdA):
Dank u wel, voorzitter. De eerste motie dien ik met wat reserve in, omdat mevrouw Bromet ook een motie over de watercrassula heeft ingediend, maar ik heb de heer Weverling toegezegd om samen een motie in te dienen. Ik ben graag bereid om te kijken of we ze nadien in elkaar kunnen schuiven. De motie luidt als volgt.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de overwoekerende watercrassula een bedreiging vormt voor belangrijke inheemse natuurwaarden;

verzoekt de regering de verkoop van deze schadelijke invasieve exoot zo spoedig mogelijk te verbieden,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Moorlag en Weverling. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 214 (33576).

De heer Moorlag (PvdA):
Voorzitter. Ik heb de effecten van die watercrassula op Terschelling kunnen aanschouwen. Ik heb ook gezien dat de provincie Friesland en Staatsbosbeheer daar met man en macht proberen om de heel bijzondere waddenvegetatie te behouden. We geven ongelofelijk veel geld uit voor de instandhoudingsdoelstellingen als de natuur wordt aangetast door stikstof, maar de watercrassula, bijgenaamd "het groene beton" — niet het groene asfalt, want dat is raaigras — moet echt worden aangepakt. Die opgave overstijgt de spankracht van Staatsbosbeheer en de provincie Friesland, vandaar de volgende motie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de overwoekerende watercrassula een bedreiging vormt voor belangrijke natuurwaarden, waaronder de unieke Waddennatuur;

constaterende dat de provincie Friesland en Staatsbosbeheer buitenproportionele inspanningen plegen om de watercrassula op Terschelling finaal te bestrijden;

verzoekt de regering op passende wijze bij te dragen aan het bestrijden van de watercrassula op de Wadden om zo de unieke, inheemse natuur van de Wadden te behouden en te beschermen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Moorlag. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 215 (33576).

De heer Moorlag (PvdA):
Als laatste heb ik een opmerking richting de heer Graus, voorzitter, maar die is intensief in gesprek. Meneer Graus, het gaat hier om het bestrijden van een exoot die de Nederlandse natuur bedreigt. Ik zou de steun van de PVV dus wel zeer op prijs stellen als het gaat om de watercrassula.

De voorzitter:
Dank u wel. Dan schors ik de vergadering voor enkele ogenblikken, tot de minister alle moties heeft ontvangen.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:
De minister gaat meteen antwoorden; heel knap. Ik geef haar daartoe graag de gelegenheid.


Termijn antwoord

Minister Schouten:
De motie op stuk nr. 203 moet ik ontraden. U hebt vandaag het Programma Natuur ontvangen en heeft allemaal kunnen zien wat we hebben afgesproken met de provincies.

De motie op stuk nr. 204 ontraad ik ook. Ik ben in het CBD-verdrag al het een en ander in kaart aan het brengen, maar dit gaat wel heel ver. Deze motie ontraad ik dus.

Dan de motie op stuk nr. 205. De website biodiversiteit.nl zullen we gaan updaten. Of daarmee gelijk alles in één klap inzichtelijk is, weet ik niet, maar we zullen de website wel gaan updaten zoals hier gevraagd wordt. Ik kan deze motie dus oordeel Kamer geven. Het is alleen niet zo dat alles in een oogopslag zichtbaar is, maar u krijgt meer informatie op de website.

De voorzitter:
Dan gaan we naar de motie op stuk nr. 206 over nationale parken.

Minister Schouten:
De motie op stuk nr. 206 ontraad ik. We zijn juist met de nationale parken aan het werk met de nieuwe standaard. Op basis van de leerervaring kan het vertaald worden naar een kwaliteitslabel. Deze motie ontraad ik dus.

De motie op stuk nr. 207 is een heel sympathieke motie, maar ook echt een enorme opgave. Zoals het hier gesteld wordt, kan ik het nooit waarmaken. Wij zijn wel bezig om allerlei zaken te doen om ervoor te zorgen dat de geitenproblematiek minder wordt. Dat doen we met de openbare lichamen. Wat in de motie gevraagd wordt, zal ik met hen bespreken, maar zulke jaartallen eraan hangen is echt ingewikkeld.

De voorzitter:
Mevrouw Bromet, het is niet uw motie.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):
Nee, maar even praktisch: wij hebben de moties niet. Als alleen het nummer genoemd wordt, weten we niet meteen om welke motie het gaat, want al die nummers hebben wij niet in ons hoofd.

Minister Schouten:
Oké. Sorry, dat wist ik niet. Zal ik even wachten anders?

De voorzitter:
Dit was de eerste motie over het Caribisch gebied. Ik denk dat we even moeten wachten. Ik had ook niet in de gaten dat de leden ze nog niet hadden. We wachten heel eventjes.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:
Ik begreep dat er maar een paar sprekers waren toen de VAO's werden gepland, maar sinds vrijdagmiddag is het geëxplodeerd. Daar heeft men geen rekening mee kunnen gehouden.

Minister Schouten:
Ik zal nogmaals de appreciaties geven, zonder toelichting.

De motie op stuk nr. 203 is ontraden.

De motie op stuk nr. 204 is ontraden.

De motie op stuk nr. 205 krijgt oordeel Kamer.

De motie op stuk nr. 206 is ontraden.

De motie op stuk nr. 207 is de motie over de geiten op Saba en Statia. Hoe sympathiek ook, dit kan ik echt niet waarmaken. In dat licht moet ik de motie ontraden, maar we doen er wel alles aan om de problematiek te beperken.

Dan de motie op stuk nr. 208. We zijn bezig om de koraalbedekking per eiland te verbeteren. We kunnen kijken wat er mogelijk is om die doelen eerder vast te stellen, maar ik kan nu niet overzien of dat technisch gezien eerder mogelijk is dan 2024. Ik moet deze motie ontraden, al zijn we bezig om te bekijken hoe we versnelling kunnen aanbrengen.

De heer De Groot (D66):
Twee jaar geleden zou er een beleidsplan zijn. Dat is nu eindelijk gekomen. Nu wordt er ook nog eens naar 2024 verwezen. In 2030 is dat koraal weg! Hier moet echt prioriteit aan worden gegeven.

Minister Schouten:
Maar ik geef er prioriteit aan. Ik doe eraan wat ik kan om ervoor te zorgen dat hier versnelling op komt. Deze motie vraagt heel concreet om 2021 en ik kan geen dingen toezeggen waarvan ik niet zeker weet of het lukt. Vandaar dat ik de motie ontraad.

Even kijken, de motie op stuk nr. 209 krijgt oordeel Kamer. Dan de motie op stuk nr. 210. Ik heb al toegezegd dat ik met het Rijksvastgoedbedrijf het gesprek aanga over wat de consequenties zijn als je hiertoe overgaat. Deze motie gaat een stap verder. Die gaat het gelijk al verbieden. Daarom moet ik deze motie ontraden.

Dan de motie op stuk nr. 211. Er wordt nu een datum genoemd, maar ik wil wel eerst … Ik onderken het probleem. Ik ben bezig met de risicobeoordeling. Ik kijk wat daarin staat. Misschien kan mevrouw Bromet de motie aanhouden, want de datum is net een beetje te vroeg. Ik moet eerst even kijken wat er in de risicobeoordeling staat.

De voorzitter:
Mevrouw Bromet komt naar de microfoon. Gaat uw gang.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):
Ik kan de motie aanhouden, maar ik kan er ook een andere datum in zetten. Dat maakt niet zo veel uit. Zou 1 juni wel goed zijn?

Minister Schouten:
Nee, ik moet eerst die risicobeoordeling hebben. Dat kan ik nu gewoon niet overzien. Maar als ik die heb, ga ik er serieus naar kijken. Dat is wat ik beoog. Deze datum is net te vroeg. Op basis daarvan moet ik haar ontraden.

Wat de motie op stuk nr. 212 vraagt, doen we eigenlijk al. Wij nemen al deel aan de wolvenwerkgroep van het IPO en we trekken op met de provincies. Handelingsperspectief bij incidenten is een van de onderdelen van het overleg. De provincies voeren de regie op dit proces, dus deze motie zou ik kunnen overnemen.

De voorzitter:
Heeft iemand bezwaar tegen het overnemen van de motie op stuk nr. 212?

Mevrouw Bromet (GroenLinks):
Ja, voorzitter, er wordt gesproken over het doden van wolven, terwijl ze een beschermde diersoort zijn. Dus ik heb er wel bezwaar tegen.

De voorzitter:
Oké, als u bezwaar maakt, komt zij in stemming. Daarmee krijgt die dan oordeel Kamer. Gaat uw gang. De motie op stuk nr. 213.

Minister Schouten:
Dit geldt ook voor de motie op stuk nr. 213. We zijn hier eigenlijk al mee bezig. We kijken ook naar dit punt. Dus ik zou deze motie ook kunnen overnemen, maar als die in stemming moet komen, krijgt ze oordeel Kamer.

De voorzitter:
Heeft iemand bezwaar tegen overnemen? U mag ook knikken. De heer Wassenberg.

De heer Wassenberg (PvdD):
Gewoon op de lijst zetten.

De voorzitter:
Op de lijst zetten. Dan wordt er over deze motie gestemd en krijgt ze oordeel Kamer. Gaat u verder met de motie op stuk nr. 214.

Minister Schouten:
Even kijken. Het is hetzelfde als bij de motie van mevrouw Bromet. Ik wil het echt in overweging nemen, maar ik wil daarvoor eerst de goede risicobeoordeling afwachten die nu in de maak is. Mijn voorstel zou zijn om de motie aan te houden, maar we gaan er wel naar kijken.

De voorzitter:
Hij houdt haar niet aan, dus we gaan haar volgende week dinsdag in stemming brengen. Dan de motie op stuk nr. 215.

Minister Schouten:
Die is ook dezelfde, zeg maar. Ik ben ermee bezig. Geef me even de tijd. Het is nu net te vroeg om daar een oordeel over te geven. Ik zou haar echt aanhouden, als de heer Moorlag daartoe bereid is. Dan kijken we op die manier wat we kunnen doen.

De voorzitter:
We gaan het horen. Meneer Moorlag.

De heer Moorlag (PvdA):
Voorzitter, de situatie is urgent. Ik ben dit voorjaar op Terschelling geweest. Ze waren daar bezig met graafmachines. Er zijn al miljoenen uitgegeven. Het is echt urgent. Ik zou een wat actievere opstelling van de minister toch wel zeer op prijs stellen.

De voorzitter:
Oké, dus u houdt de motie niet aan.

Minister Schouten:
Ik wil nog wel benadrukken dat we vandaag het programma Natuur naar uw Kamer hebben gestuurd. Daarin worden ook maatregelen benoemd om te zorgen dat er herstelmaatregelen getroffen kunnen worden. Dat wordt ook via een specifieke uitkering naar de provincies gedaan. Daarmee kan dit worden bestreden. We zijn er dus mee bezig. Ik probeer de landingsgrond te zoeken met mevrouw Bromet en de heer Moorlag op de watercrassula, maar ik constateer dat die nog niet helemaal gevonden is.

De voorzitter:
Dank u wel. Daarmee zijn we aan het eind gekomen van het zevende VAO, dat wij in no time hebben afgewerkt. Ik dank de minister zeer voor haar voortvarendheid. Het is vervelend dat we zo onder tijdsdruk stonden.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:
Ik schors de vergadering voor enkele ogenblikken voordat we met het debat over de Europese top … U gaat toch niet nog iets vragen, meneer De Groot? Gaat uw gang.

De heer De Groot (D66):
Nee, voorzitter, ik wil de bodes bedanken, want dit was voor hen echt …

De voorzitter:
Dit was ook voor hen … Dank u wel voor deze spoed. Ik schors de vergadering voor enkele ogenblikken. En dan begint het debat over de Europese top.

De vergadering wordt van 21.00 uur tot 21.06 uur geschorst.

Voorzitter: Arib

Europese top van 10 en 11 december 2020

Europese top van 10 en 11 december 2020

Aan de orde is het debat over de Europese top van 10 en 11 december 2020.


Termijn inbreng

De voorzitter:
Aan de orde is het debat over de Europese top van 10 en 11 december 2020. Ik heet de minister-president en natuurlijk ook de Kamerleden van harte welkom. De heer Omtzigt was er net niet bij, maar wij hebben zojuist afgesproken dat in de eerste termijn van de zijde van de Kamer vier vragen mogen worden gesteld; die moeten kort en bondig zijn. Ik geef nu het woord aan mevrouw Buitenweg namens GroenLinks.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter.

We bespreken vandaag de inzet voor de komende Europese top, een heel belangrijke top. Op de agenda staan kwesties die op de rand van een doorbraak staan of anders juist op instorten staan, zoals het rechtsstaatmechanisme, de brexit, de relatie EU-VS en het klimaat. Ik begrijp dat de wens is om deze beraadslagingen niet eindeloos te laten duren, dus ik zal mij tot twee onderwerpen beperken, wat wel jammer is, vooral voor degenen die de voorbereiding hebben gedaan.

Laat ik beginnen met het rechtsstaatmechanisme. Het is al jaren zo dat de regeringen in Polen en Hongarije de rechtsstaat en de democratie in hun landen uithollen. Dat is een groot probleem voor de mensen daar, maar ook voor de EU als geheel, want het ondermijnt de EU als waardengemeenschap en het ondermijnt ook heel concreet de samenwerking, zoals de justitiële samenwerking. Komende donderdag spreken we hier in dit huis met Derek Mazur, met Michal Wawrykiewicz en met Aleksandra Gliszczyńska-Grabias. Dat zijn de mensen aan wier kant wij staan. Het verzet tegen de schending van mensenrechten in landen als Hongarije en Polen is niet gericht tegen die landen, maar is juist een steun in de rug voor de mensen die daar knokken voor een betere toekomst en die ons mails en andere berichten sturen om ons te vragen de rug recht te houden. Ik wil de minister-president er dan ook voor danken dat hij vastbesloten is om vast te houden aan de ondergrens van het compromis dat dankzij het Europees Parlement tot stand is gekomen. Ik denk dat dat nodig is. Het is heel goed dat hij daarvoor staat.

Het levert wel een on-Brusselse situatie op. Conflicten zijn natuurlijk niet onbekend in de Europese Unie, maar er is altijd wel een oplossing gevonden. Mijn eigen ervaring is dat onderhandelingen vaak pas in de namiddag beginnen, omdat pas bij het ochtendgloren de bereidheid opkomt om zowel te nemen als te geven. Maar hier kan geen sprake zijn van allebei een beetje, dus hoe gaat dat nu in zijn werk? Als ik het goed begrijp hebben Polen en Hongarije nog tot vanavond om hun veto in te trekken, anders worden mogelijkheden verkend om zonder hen verder te gaan. Wat is de stand van zaken, zowel wat betreft de positie van deze landen als wat betreft een mogelijk compromis van het Duits voorzitterschap? Ik las dat het nu niet aan Nederland is om opties op tafel te leggen of inhoudelijk vooruit te lopen op eventuele voorstellen van voorzitter Merkel of de Europese Commissie, maar misschien kan de minister-president toch vanuit zijn ervaring, zijn jarenlange ervaring, met ons delen wat de precieze opties zouden kunnen zijn. Waar kunnen we aan denken? Wat zijn de geitenpaadjes of de inlegvelletjes die geen afbreuk doen aan de geloofwaardigheid van de Europese Unie, waardoor we dus niet onder de ondergrens komen die deze Kamer echt als harde ondergrens ziet?

Voorzitter. De kosten van het getouwtrek zijn hoog, zowel voor de Europese waarden als financieel, want zonder deal treedt het Meerjarig Financieel Kader, het MFK, niet in werking en vallen we terug op een noodbegroting. Ook het Herstelfonds zoals voorzien, waarbij de Europese Commissie geld uitleent, komt dan niet van de grond. Nou weten we allemaal dat het verdrag op dit vlak mogelijkheden biedt voor versterkte samenwerking met de EU-lidstaten min de dwarsliggers. Ziet de minister-president nou eigenlijk echt brood in deze optie — ik wel — als een gezamenlijk Herstelfonds niet tot de mogelijkheden behoort? Is hij het met me eens dat deze versterkte samenwerking wel de voorkeur zou hebben boven een intergouvernementeel verdrag? Want bij dat laatste zou het Europees Parlement buitenspel worden gezet en is de controle op de middelen slechter. Kunnen de eerste stappen al worden gezet op de aankomende Europese top? Kan de minister-president ook zeggen of hij al uitvoering geeft of dat al uitvoering wordt gegeven aan de motie die de Kamer vorige week heeft aangenomen, waarin gevraagd wordt om, na onderzoek, de nodige voorbereidingen te treffen om, bij voorkeur met gelijkgezinde lidstaten, Polen voor het EU-Hof te dagen wegens het niet nakomen van zijn verplichtingen?

Ten slotte op dit punt. Het wordt echt tijd om de progressieve krachten in de EU meer te steunen, ook financieel. Denk aan Telex.hu, een van de weinige onafhankelijke kranten nu in Hongarije of aan de Poolse ombudsman wiens budget door de Poolse overheid wordt afgeknepen. Is het kabinet bereid om te onderzoeken hoe deze ondersteuning kan worden versterkt?

Mevrouw de voorzitter. Dan een half minuutje voor het klimaat. Aanstaande zaterdag is het vijf jaar na Parijs. Het is belangrijk dat de EU zich niet alleen vastlegt op de langetermijndoelen — 2050 — maar ook op het doel voor 2030. Dan zie je dat de Europese Commissie zegt: nou ja, min 55. Maar die spreekt van een "net reduction" Ja, daarmee haal je zo'n 3% of 4% van het doel af. Mijn vraag aan de minister-president is: zet Nederland nog steeds zuiver in op het min 55-doel? En echt heel belangrijk: zorgt de minister-president ervoor dat er geen uitstel komt van de besluitvorming rond de klimaatafspraken, maar dat de Europese Unie echt komende week haar klimaatconclusies zal neerleggen?

Dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Buitenweg. Dan geef ik nu het woord aan de heer Emiel van Dijk namens de PVV.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Voorzitter, dank u wel. We hebben de afgelopen weken vele parlementariërs zich horen opwinden over de rechtsstaat in Polen en Hongarije. Er is hier deze week zelfs een rondetafelgesprek met specialisten gepland. Dit terwijl hier in Nederland, veel dichter bij huis, mijn eigen partijleider jarenlang is geprobeerd monddood te maken, met hulp van de ambtenaren van Ivo Opstelten, die zich bemoeiden met de vervolging en actief contact hadden met het Openbaar Ministerie om Geert Wilders veroordeeld te krijgen. Het was dus gewoon onder de verantwoordelijkheid van de partij van deze premier dat de leider van de oppositie in Nederland werd vervolgd om het stellen van een politieke vraag.

En dan hebben we ook nog de situatie met Julio Poch, de toeslagenaffaire en natuurlijk het door de shredder halen van duizenden gerechtelijke uitspraken van uitgeprocedeerde asielzoekers met een juridische vertrekplicht. Niet bepaald het goede voorbeeld over hoe om te gaan met je rechtsstaat. Ik zou, als ik de premier was, dan ook maar heel erg op mijn woorden passen wanneer hij in Brussel de rechtsstaat van Polen en Hongarije op de korrel neemt. Want voor je het weet, is de premier zelf onderwerp van onderzoek en straks zijn stemrecht kwijt in de Raad, vanwege deze ondermijning en minachting van onze rechtsstaat. Niet dat het ontnemen van stemrecht ook maar iets zou helpen om EU-dictaten tegen te houden. Onze premier tekent namelijk altijd klakkeloos en zonder tegenstribbelen voor de jaarlijkse overschrijving van tientallen Nederlandse miljarden naar Oost- en Zuid-Europa.

Voorzitter. Dan de brexit. Het is een feestelijk moment. Het is bijna zover. De Britten hebben bijna hun vrijheid terugveroverd en die verschrikkelijke EU verlaten. Alle hel en verdoemenis, gepredikt door onder anderen de premier, zijn volledig uitgebleven. De Britten krijgen als eerste het coronavaccin. Ze hebben nota bene vandaag al hun eerste burgers ingeënt. Ze sluiten hun grenzen voor gelukszoekers. Ze hoeven geen 100 miljard euro aan de Europese Unie-begroting en noodfondsen af te dragen. Zo slecht gaat het dus allemaal niet met de Britten. O ja, de Britten krijgen ook Unilever nog. En dan moeten we niet vergeten dat Unilever niet ondanks maar juist omwille van de brexit voor de verhuizing heeft gekozen vanuit Nederland naar Groot-Brittannië. Alle beloftes van premier Rutte ten spijt.

Dus, voorzitter, wie houdt dit kabinet nog voor de gek? Al die angstzaaierij en spookverhalen over het gras op de kades, het blijkt allemaal flauwekul te zijn geweest. Dat gezegd hebbende, dit kabinet heeft wel veel te lang op zijn handen gezeten en halsstarrig achter de EU aan gehobbeld, in plaats van zelf in het belang van Nederland te hebben onderhandeld met de Britten. En dat vindt de PVV onverantwoord en simpelweg gezegd gewoon oliedom.

En dan het besluit van de EU-ministers om het woord "islam" uit de slotverklaring over terreur te censureren. De EU, die de mond vol heeft van terrorismebestrijding maar ondertussen de halve jihadistische wereld zonder blikken of blozen hierheen laat komen, en dan ook nog weigert de link tussen de islam en terreur te maken, die moeten we het liefst zo ver mogelijk weghouden van het bestrijden van terreur. We moeten natuurlijk gewoon zelf voor de veiligheid van onze burgers zorgen en de eigen grenzen sluiten. Alleen zo houd je terroristen buiten de deur. De premier dient, als het aan de PVV ligt, dan ook ver weg te blijven bij EU-plannetjes voor terreurbestrijding.

Tot slot wil de PVV ook nog even de hypocrisie van de EU blootleggen als het gaat om Turkije. Turkije, het land dat al decennialang Cyprus bezet houdt, en de EU die daar al decennialang haar ogen voor sluit. Turkije dat maling heeft aan nationale wateren van onder andere Griekenland, en de EU die gewoon de toetredingsonderhandelingen met Turkije weigert af te breken. Het is het land dat journalisten en dissidenten in de bak gooit en aangifte doet tegen mijn partijleider. Aan de andere kant is er de EU, die de Turken beloont met miljarden aan toetredingssteun. Deze top zou dan ook het uitgelezen moment zijn om bijvoorbeeld de aangifte tegen Geert Wilders, een gekozen volksvertegenwoordiger, te verwerpen. Mijn vraag aan de premier is dan ook om dit op deze top met zijn Europese collega's te doen. Verwerp deze Turkse aangifte-intimidatie.

Turkije is ook het land dat zo slim was om premier Rutte af te persen en 6 miljard voor een Turkijedeal wist los te peuteren. En wat doet de EU? Die laat zich nog steeds door Erdogan chanteren, want anders stuurt Turkije nog meer illegale migranten deze kant op. En dan durft de VVD met droge ogen te beweren dat de Turkijedeal heeft gewerkt. Wat een grap. De cijfers spreken voor zich en de feiten liegen niet. Onder tien jaar premier Rutte zijn er 750.000 niet-Westerse allochtonen binnengelaten. Onder het VVD-bewind komen er jaarlijks nog steeds gemiddeld 30.000 asielzoekers binnen. Als kers op de taart van het VVD-opengrenzenbeleid lopen er vele duizenden illegale criminele vreemdelingen vrij in Nederland rond, zonder dat ze worden opgepakt, vastgezet en uitgezet.

Voorzitter, concluderend. De Turkijedeal heeft niet gewerkt en gaat ook niet werken. Het moge duidelijk zijn: Turkije, daar moeten geen miljarden heen, maar daar moet je stevige sancties tegen ondernemen. Daar moet je de onderhandelingen mee afbreken. Die zou je uit de NAVO moeten gooien. Maar dat durven de regeringsleiders niet. Waarom niet? Omdat ze het allemaal wel prima vinden wat Erdogan doet aan de buitengrens van de Schengenzone. Hoe meer ellende die man daar veroorzaakt, of het nu oorlogen zijn of massa's migranten die hij met bussen naar de grens toe stuurt, het komt de EU allemaal wel goed uit. Ze zijn er dan ook altijd als de kippen bij om voor een Europese aanpak te pleiten. Never waste a good crisis. Erdogans Turkije is the gift that keeps on giving.

We moeten dus zo snel mogelijk het zinkende schip van de Europese Unie verlaten en weer gaan geloven in onze eigen kracht, in de kracht van onze eigen ondernemers, van onze eigen bedrijven en van onze eigen bevolking. We moeten ophouden met onszelf in de put te laten praten door mensen zoals Mark Rutte en Angela Merkel, die ons proberen wijs te maken dat we niets kunnen en die ons zelfvertrouwen als natie kapot willen maken, en dat alleen maar om hun eigen machtspositie in de Europese Unie te behouden en te versterken. Machtspolitiek ten koste van de vrijheid van hun eigen bevolking. Een sterker argument voor een nexit, een sterker argument voor onze vrijheid kan ik niet bedenken.

Dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel. De heer Jetten heeft een vraag.

De heer Jetten (D66):
Collega Van Dijk had het er net over dat Europa zich niet moet laten chanteren door Turkije. Dan ben ik met hem eens, maar mijn vraag aan hem is waarom het dan wel oké is om ons te laten chanteren door Polen en Hongarije.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Dat heb ik niet gezegd. Volgens mij is er geen sprake van chantage. Jullie hebben regeltjes afgesproken in dat verschrikkelijke verdrag van Lissabon. Daarbij zijn veto's inbegrepen, die wij godzijdank nog hebben, ook al worden die veel te weinig door deze regering ingezet. Daar heeft u dan mee te leven.

De heer Jetten (D66):
Polen en Hongarije chanteren de Europese Unie nu wel degelijk in de onderhandelingen over de meerjarenbegroting, waar miljarden aan geld in zit, ook voor Nederlandse ondernemers. Ze chanteren ons omdat ze zich niet willen voegen naar de afspraken van de democratische rechtsstaat zoals we die in Nederland en in de Europese Unie met elkaar hebben afgesproken. Het was een tijd geleden de fractievoorzitter van de PVV, Wilders, die hier in het vragenuur of in een debat tegen premier Rutte zei: hadden we maar premier Orbán in Nederland.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Zeker.

De heer Jetten (D66):
Zeker, zegt de heer Van Dijk. Mijn vraag aan hem is: waar komt die liefde van de PVV voor Orbán eigenlijk vandaan? Is het de gedeelde haat tegen moslims? Is het de gedeelde haat tegen Joden? Is het de antihomozones die in Hongarije en Polen worden ingesteld? Zijn dat de redenen waarom de PVV zo'n fan is van die twee autoritaire regimes?

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Laat ik beginnen met even wat sprookjes van de heer Jetten van D66 recht te zetten. Nederland gaat 100 miljard bijdragen aan het coronanoodfonds. Er gaat geen miljard naar Nederlandse bedrijven toe. Laten we dat dus even duidelijk hebben gesteld: wij gaan betalen, we gaan niks ontvangen. Duitsland gaat ontvangen, Griekenland gaat ontvangen, Portugal gaat ontvangen. Al die landen gaan ontvangen en wij mogen ervoor betalen.

Dat gezegd hebbende: dat wij groot voorstander zijn van een karakter, een persoon als Orbán in plaats van premier Rutte is omdat die man wél zijn rug recht houdt, omdat die man wél voor zijn eigen bevolking opkomt, omdat die man wél kiest voor zijn nationale belangen in plaats van de nationale belangen te verkwanselen om maar lief te worden gevonden in Europa. Dat doet die man niet, dus ik denk dat dat zeker een bewonderenswaardige instelling is in vergelijking met de heer Rutte, die overal bij het kruisje tekent als er weer geld over de balk moet worden gesmeten. En over antihomozones gesproken, bent u weleens in Amsterdam geweest? Misschien moet u eens dichter bij huis gaan kijken als u antihomogedachtegoed wilt bestrijden. Misschien moet u proberen hier in Nederland de problemen op orde te brengen in plaats van te kijken naar wat er in Polen en Hongarije allemaal niet goed gaat.

De heer Jetten (D66):
Het Europese Herstelfonds is wel degelijk ook in het belang van Nederlandse ondernemers, omdat we als handelsland ons geld verdienen in die Europese economie. Maar ik constateer dat de heer Van Dijk, net als de heer Wilders, in debatten die gaan over Orbán, in debatten die gaan over Polen, gewoon niet wil erkennen dat daar sprake is van islamofobie, van xenofobie, van antisemitisme, van het monddood maken van oppositie en media, van het ontslaan van rechters en van het instellen van antihomozones. Hij wil zich daar niet stellig tegen uitspreken. De lange arm van Orbán zit dus diep in de PVV-fractie.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Sorry hoor, maar de collega van D66 moet zich even diep gaan schamen, want het is ongelofelijk hoezeer de hypocrisie hiervan afdruipt. Ik heb de heer Jetten niet gehoord toen het de ambtenaren van Ivo Opstelten van de VVD waren die zich bemoeiden met de vervolging van mijn partijleider Geert Wilders. Misschien had hij zich daarover druk moeten maken in plaats van over wat er in Polen en Hongarije allemaal speelt. We hebben grotere problemen dichter bij huis met onze rechtsstaat dan u denkt en dan u nu doet voorkomen. Ik vind het echt ongelofelijk dat de heer Jetten zich zo druk maakt over wat er in Polen en Hongarije gebeurt en turns a blind eye, zijn ogen sluit, voor wat er onder zijn eigen neus gebeurt qua corruptie en rechtsstaat en noem maar op.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):
Ik ben meestal niet bij deze debatten aanwezig, dus ik heb ook nog niet helemaal door wat nou het standpunt van de PVV is. Op alle vragen van de heer Jetten komt eigenlijk alleen maar het antwoord: ja, maar in Nederland is het ook niet pluis. Misschien kan de collega wat verheldering bieden. Wat vindt hij van die homovrije zones in Polen? Wat vindt hij van de voorstellen van Orbán om te zorgen dat vrouwen meer gaan baren door ze daarvoor financieel te compenseren? Wat vindt u van die twee concrete voorstellen?

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Ik denk dat mijn persoonlijke mening er niet zo heel veel toe doet. Ik denk dat we in de Nederlandse volksvertegenwoordiging — u bent straks aan de beurt, meneer Rutte — wel kunnen praten over de situatie in Polen en Hongarije, maar als het aan de PVV ligt gaat er sowieso geen euro aan belastinggeld naar Hongarije of Polen. Dus of ze het nou blokkeren of niet, is voor ons om het even. Wij zijn hier als Nederlandse volksvertegenwoordiging verantwoordelijk voor wat er in Nederland gebeurt. Waarom maken wij ons druk om de situatie in Polen en Hongarije? Daar moet geen cent aan belastinggeld naartoe. Daar hebben we het al vaker over gehad. We moeten ons focussen op de problemen waar Nederlandse burgers zich druk om maken, onder andere die 100 miljard die straks wordt uitgegeven, terwijl hier de horeca kapot wordt gemaakt en mensen niet meer weten of ze straks nog een baan hebben. Daar moeten we ons druk over maken in plaats van alle EU-sprookjes proberen in stand te houden.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):
Maar wat ik hoor is eigenlijk dat de collega zich schaamt. Hij schaamt zich voor het feit dat hij aan de ene kant zegt dat hij leiders bewondert die homohaat en vrouwenhaat verspreiden. Dat zijn de leiders die ook door de leider van de PVV worden bewonderd. Op het moment dat het om concrete vragen gaat — bewondert u ook hun beleid? — dan komt er op geen enkele wijze een antwoord, omdat u zich gewoon schaamt. Dat is in ieder geval hoopgevend.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Ik vind het een geweldige constatering, maar het is niet juist.

De heer Koopmans (VVD):
Dan hoop ik dat dat nu nog verduidelijkt wordt. De PVV heeft wel gezegd: wij moeten een voorbeeld nemen aan de heer Orbán. De PVV heeft gezegd: wij hebben liever een premier als de heer Orbán. De heer Orbán heeft politieke rechtbanken gecreëerd, rechtbanken die toezicht houden op de rechters om ze politiek te controleren. De PVV steunt een premier in Hongarije, stelt hem als voorbeeld aan Nederland, die dit doet en die ook nog homovrije zones in zijn land afkondigt. Stelt de PVV dat daadwerkelijk als voorbeeld aan Nederland?

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Dit is een vraag naar de bekende weg. Mijn partijleider is daar heel duidelijk over geweest. Orbán is een geweldige premier voor zijn land en wij zouden iemand moeten hebben die zich net als Orbán voor zijn eigen bevolking inzet. Wat ze daar doen met homorechten en dergelijke is niet onze lijn. Dat zouden wij hier in Nederland nooit doen. Dat kunt u wel proberen te framen, maar u zult premier Wilders nooit horen pleiten voor homovrije zones. Dat kunt u uit uw hoofd halen.

De heer Koopmans (VVD):
Maar ik hoor de PVV ervoor pleiten dat wij een premier hebben als de heer Orbán. En de heer Orbán doet dat soort dingen: politieke rechtbanken, homovrije zones, het muilkorven van de media. Wil de PVV dat dus? Ik hoor de PVV nu zeggen: nee, dat willen we niet. Wat wilt u dan? U wilt een heer Orbán die dat doet. U wilt dat. Anders moet u afstand nemen van de heer Orbán. Dat wil ik dan van u horen.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Wij gaan helemaal geen afstand nemen van de heer Orbán. Dat is complete onzin. Waarom zouden we dat doen? Het is gewoon stuitend om te zien dat er zulke hoogdravende teksten uit de mond van de VVD komen over bescherming van de rechtsstaat en homovrije zones. Ik zei net tegen collega Jetten dat we in Amsterdam homovrije zones hebben waar mensen niet hand in hand kunnen lopen omdat ze dan in elkaar worden geramd door vervelende Marokkanen. U doet daar helemaal niks aan. Vijf jaar lang wordt mijn partijleider vervolgd door ambtenaren van het ministerie van Justitie en Veiligheid, onder leiding van een VVD'er. En dan komt u mij hier de maat nemen over de rechtsstaat in Polen en Hongarije. Ga toch weg. Echt, wat is dit?

De heer Koopmans (VVD):
Ik zal alleen constateren dat de PVV geen afstand heeft genomen van het beleid van de premier die ze hier tot voorbeeld stelt. Ik heb het over de premier in Hongarije, die politieke rechtbanken en homovrije zones creëert en de pers muilkorft. Daar wordt geen afstand van genomen. Ik geef de PVV nu de laatste kans. Ik ga alvast zitten.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
U kunt constateren tot u een ons weegt, maar u krijgt geen ander antwoord.

Mevrouw Leijten (SP):
Ik vroeg me af of de Partij voor de Vrijheid ook voor vrije media is.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Beter dan door de Staat gecontroleerde media zoals de NOS.

Mevrouw Leijten (SP):
Precies. "Ja" is het antwoord. Wat vindt u er dan van dat juist in de regimes die hier worden aangevallen — ik vind het altijd een beetje tekortdoen om alleen Polen en Hongarije te noemen en bijvoorbeeld Malta, Bulgarije of Tsjechië te vergeten, waar die tendensen ook gaande zijn — de media steeds meer worden opgekocht? Daardoor kan de onafhankelijke journalistiek niet meer haar werk doen en geen misstanden meer boven tafel tillen die bijvoorbeeld te maken zouden kunnen hebben met de rechtszaak van uw partijleider. Is het dan niet raar dat u aan de ene kant zegt "kijk eens naar Nederland; er is genoeg te doen", maar dat u aan de andere kant totaal wegkijkt van Hongarije en Orbán, die dat doen?

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Wij kijken daar niet van weg, maar wij hebben daar geen enkele verantwoordelijkheid over. Wij zijn Nederlandse volksvertegenwoordigers. Wij staan hier in de Tweede Kamer in Den Haag. Wij zitten niet in Boedapest, wij zitten niet in Hongarije, wij zitten niet in Polen en wij zitten niet op Malta. Wij hebben helemaal niks te maken met wat die mensen in die landen doen. Natuurlijk is de vrije pers een groot recht. Ik wilde dat we iets meer onbevooroordeelde pers hadden in Nederland. Dat zou hartstikke mooi zijn, geweldig.

Mevrouw Leijten (SP):
Heel veel Hongaren vinden dus ook dat het fijn zou zijn als er onbevooroordeelde pers was. Dat gun ik hun. U zegt: wij gaan alleen over Nederland. Nee, we hebben hier een debat over de Europese Unie, dus wij hebben daar ook mee te maken.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Daar willen wij uit.

Mevrouw Leijten (SP):
Meer dan u wil, maar wij hebben daarmee te maken. Het gekke is dat de PVV een regime op het schild hijst dat totaal lak heeft aan oppositie, wat u bent en wat ook de SP is. Wij weten hoe belangrijk het is om tegenkracht te bieden aan een regering die niet aan openheid doet en maar doordendert met fout coronabeleid. Dat weten wij.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
En die moties weigert uit te voeren. Zo kunnen we nog wel even doorgaan.

Mevrouw Leijten (SP):
Precies, precies, geen enkel probleem. Maar wij hebben toch juist dat middenveld nodig? Ik heb het over de vrijheid die ons gegeven wordt om te spreken in het parlement en in de media. Waarom verdedigt u dan een regime dat niet alleen de media en maatschappelijke organisaties monddood maakt, maar zelfs parlementariërs monddood maakt? Ik begrijp dat echt niet.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Mevrouw Je… Sorry, ik bedoel: mevrouw Leijten. Ik zei bijna: mevrouw Jetten. Mevrouw Leijten gaf haar eigen antwoord al.

De voorzitter:
Goed.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
We hebben in Nederland … U wilt afronden, voorzitter?

De voorzitter:
Nee, nee, maak uw zin maar af.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
We hebben in Nederland al heel veel om ons zorgen over te maken. Denk aan de vrijheid van parlementariërs, het worden vervolgd voor je politieke mening en noem maar op. Waarom zouden wij ons dus in hemelsnaam bezighouden met wat er in Hongarije gebeurt? Dat heeft echt onze prioriteit niet. Dat staat los van het feit dat mijn partijleider van Orbán zegt: dat is een geweldige premier; hij zou een betere premier zijn dan onze premier. Dat doet daar helemaal niks aan af. Dat zou ook zo zijn. Ik doel op iemand die voor zijn eigen land opkomt, de grenzen sluit en zegt: tot hier en niet verder; er komt niemand meer binnen en we gooien iedereen die crimineel is en overlast veroorzaakt eruit. En wat doen wij? Wij geven hun bed, bad en brood. We geven hun gratis gezondheidszorg. We doen helemaal niks voor de Nederlanders. Wij zouden een premier kunnen gebruiken die dat wel doet. Daar denk ik dat u uw antwoord moet gaan zoeken.

Mevrouw Leijten (SP):
Dan hoop ik dat ...

De voorzitter:
De heer Emiel van Dijk.

Mevrouw Leijten (SP):
Dan hoop ik dat de heer Emiel van Dijk geen oppositielid zal zijn in het land van zijn veelgeprezen Orbán. Want dan kan hij precies dat wat hij hier nu wel kan, niet meer doen. Dat is de hypocrisie van pleiten voor een leider die geen tegenspraak duldt. Als je namelijk aan de verkeerde kant van de streep staat, sta je echt aan de verkeerde kant. De waarde van een democratie is nou juist dat iedereen vrijheid wordt gegund. Waarom zijn wij er zo streng op dat dit in Hongarije, op Malta en in Polen fout gaat? Omdat we juist mensen die een minderheidsstandpunt vertolken — dat doet de PVV en dat doet de SP ook — het recht daartoe geven. Dat u dat recht niet verdedigt, dát maakt het hypocriet.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Dat verdedigen wij wel. Het recht van de minderheid, dat zijn al die PVV-stemmers die hier worden gediscrimineerd om asielzoekers te bevoordelen. Dat zijn mensen die een huis aan hun neus voorbij zien gaan omdat statushouders bij deze regering nog steeds voorrang krijgen. Dat zijn de mensen waar wij voor opkomen. Het is allemaal een heel nobel streven, wat de SP zegt te willen in Hongarije. Het staat hun vrij om dat te doen. Wij kiezen voor Nederlanders. We proberen onze taak als oppositie hier in Nederland keihard uit te voeren. Daar moeten we hard voor knokken, want het wordt ons niet makkelijk gemaakt. Dat blijven we doen en het laatste waar we ons druk om moeten maken, is wat ze in Hongarije, Polen, Duitsland of Frankrijk doen.

De voorzitter:
Dank u wel. Dan geef ik nu het woord aan mevrouw Leijten namens de SP.

Mevrouw Leijten (SP):
Voorzitter. De reden dat wij ons wél druk moeten maken over wat er in landen gebeurt met de democratie en de democratische basisprincipes, is dat we één Europese Unie vormen en er heel veel geld naar die landen toe gaat. Op het moment dat je dat toestaat, moet je toch gelijke afspraken hebben. Dan moet toch de minimumgrond zijn dat je mensenrechten en de rechten van minderheden respecteert, politieke minderheden maar ook minderheden als het gaat over geaardheid. Het is cruciaal dat je je mag organiseren in een land en dat er dus vrijheid van pers en vrijheid van recht is.

Dat zijn wel waarden die niet alleen in Polen en Hongarije, maar in meerdere lidstaten onder druk staan. Ik vind eigenlijk het zwakke van het pleidooi over de rechtsstatelijkheid dat wij de hele tijd voeren, dat we het alleen lijken te willen hebben over twee regimes die niet onze eigen politieke familie of de politieke familie zouden zijn van de christendemocratie, de sociaaldemocratie of de liberalen, hoe liberaal die dan ook is. Ook in die families zien wij namelijk diezelfde zorgelijke trend. Iedere keer zie je ook dat dit via het geld gaat. Het zijn Europese fondsen die uiteindelijk machthebbers steunen in het verkrijgen van een grotere machtsbasis. In Bulgarije gaat de bevolking al maanden de straat op tegen de corrupte elite. Die bevolking zegt: weg ermee; wij willen dat die Europese fondsen goed besteed worden! En wat doet de Europese Unie? Die neemt het besluit dat de Europese fondsen gewoon doorgaan, ook als de rechtsstatelijke principes niet in orde zijn, althans zo leek het deze zomer.

Er kwam namelijk een of ander slappeknieënakkoord dat totaal over de grenzen van deze Kamer heen ging. Nou zijn er hier vaak andere meerderheden als het gaat over de Europese Unie op sociaal-economisch gebied, maar hier hadden we echt een Kamerbrede meerderheid, behalve de PVV, Forum voor Democratie en de SGP, van partijen die zeiden: "Wij staan voor mensenrechten. Wij staan voor de vrijheid van pers, voor de vrijheid om je recht te kunnen halen. Ja, er is in Nederland een hoop mis. Ja, er moet in Nederland een hoop verbeterd worden, zeker als het gaat om de toegang tot recht. Maar dit is wel de basis." En daar kwam de minister-president niet mee thuis. Hij hoopte dat het Europees Parlement dat er een beetje in zou onderhandelen. Dat onderhandelingsakkoord ligt er nu, niet vanwege de rechte rug van onze minister-president, die wel met die opdracht weg was, maar omdat het Europees Parlement dat uit de onderhandelingen heeft gesleept.

En wat zeggen Polen en Hongarije nu? "Wij gaan niet akkoord met deze begroting." Dat is hun laatste bod. En ik zou zeggen: wij ook niet. We gaan geen compromis aan met Polen en Hongarije. Er zijn heel veel Kamermoties, of ze nou zijn ingediend door D66 en de ChristenUnie, door D66 en GroenLinks, door ... Ik heb meerdere ondertekend, volgens mij ook van de VVD en van het CDA. Iedere keer zegt een grote Kamermeerderheid: wij willen dat de mensenrechten, de toegang tot het recht en de vrije pers de basisprincipes zijn voor het krijgen van Europese fondsen. De minister-president kan niet thuiskomen na deze Europese top met dat hij daar een veer op gelaten heeft. Geen slappe knieën meer, maar een rechte rug.

Dan de brexit, ook spannend. Waar ze vroeger elkaar de hersens insloegen, daar hebben we de Europese Unie voor bedacht. Dat doen we nu via onderhandelingen binnen de Europese Unie, als je erin zit of als je eruit gaat. Het blijft een vechtpartij tot het bittere eind. Nou heeft Nederland zich ook weer aangesloten bij de hardliners op de visserij. Ik vraag aan de minister-president wanneer wij daarover zijn geïnformeerd en hoe wij zijn betrokken bij die onderhandelingsinzet. Iedere keer als ik een onderhandelingsinzet wilde bespreken met de minister-president of de minister van Buitenlandse Zaken, zeiden zij: nee, nee, we onderhandelen als 27 samen; we doen niks alleen. En nu trekt Nederland toch alleen op met Frankrijk. Hoe is dat gegaan?

Voorzitter. Wij mogen hier niet praten over de ontwerpconclusies, maar daar hebben we wel laatst een motie over aangenomen. Met mijn zeer gewaardeerde collega Omtzigt heb ik gezegd dat de regering de ontwerpconclusies openbaar moet maken. Dat is dit keer niet gebeurd, maar ik heb wel een paar specifieke vragen over punt 3. Daarin staat dat we de coördinatie op covid willen versterken om dan de voorbereidingen van het vakantieseizoen weer te starten. Er vinden nu allerlei discussies plaats. Brexit is heel spannend; daar hangt heel van af. We hebben de meerjarenbegroting; daar hangt heel veel van af. Ik vroeg mij af waarom de Europese Raad dan alweer bezig is met het vakantieseizoen. Ik zie de heer Nijboer lachen, maar waarom is dat zo? Er zijn voorstellen voor een Europese gezondheidsunie. Waarom staan die daarin? Wij hebben een motie aangenomen, ook op 30 september dit jaar, van mevrouw Van der Graaf en mijzelf dat gezondheidszorg geen Europese competentie is. Dus waarom wordt dit dan toch toegejuicht?

Er wordt over klimaat gesproken. Er wordt nog geen streefcijfer genoemd. Het is duidelijk: wij willen meer, het Europees Parlement wil nog meer, maar er zijn ook landen die minder willen. Wat het wordt ligt nog in het verschiet, maar het moet in ieder geval zo kosteneffectief mogelijk zijn om dat streefcijfer te halen. Voor wie moet dat nou kosteneffectief zijn, vraag ik de minister-president. Voor het bedrijfsleven? Voor overheden? Of voor die huurders die een te hoge energierekening hebben en die niks kunnen doen aan hun woonomstandigheden? Ik hoop het laatste.

Dan hebben we afspraken over het Schengengebied. Er zijn een aantal terroristische aanslagen geweest en daarover zijn nu afspraken in de maak. Waarom gaat het delen van info nu niet goed? En wat is de analyse wat zo'n Europees politiepartnerschap verbeteren zou? Want dat moet er nu komen; dat is de ambitie. Maar wat gaat er dan nu niet goed? Waar is dat dan precies de oplossing voor?

Tot slot Turkije, dat de territoriale grenzen van de Griekse wateren schendt. Er is al een keer gezegd "dit is de laatste keer, maar nooit meer". Ze zijn er nu al twee keer overheen gegaan. Wanneer gaan wij nou als Europese Unie, maar zeker ook als Nederland, steunen dat daar een keer een grens aan komt? Griekenland vraagt daarom en het lijkt mij logisch dat we dat gaan steunen.

Voorzitter. Er stonden heel veel dingen op de agenda. Ik kijk even of ik alles heb gehad.

De voorzitter:
Volgens mij wel.

Mevrouw Leijten (SP):
Ik denk het wel. Ik kan de ontwerpconclusies nog niet voorlezen, maar laten we ieder debat proberen om het iets meer over de ontwerpconclusies te hebben.

De voorzitter:
Dat is goed, mevrouw Leijten. Dank u wel. Dan geef ik nu het woord aan de heer Nijboer namens de PvdA.

De heer Nijboer (PvdA):
Dank u wel, voorzitter. Ik heb vijf onderwerpen die ik aan de orde wil stellen. Ik begin met de mensonterende omstandigheden in de vluchtelingenkampen in Moria. De situatie daar verslechtert nog steeds met de dag. In september, drie maanden geleden, was hier het ontzettend lelijke mensenruilhandeltje van de coalitie aan de orde waarbij 100 mensen zouden worden opgevangen. Er is nog steeds niemand in Nederland opgenomen. Ik vraag het kabinet: wanneer gaat dat gebeuren? En wanneer verbetert de situatie daar nou eindelijk eens een keer?

Voorzitter. Het tweede onderwerp dat ik aan de orde wil stellen is de corona-aanpak in Europa. Morgen is natuurlijk hier in de plenaire zaal het grote coronadebat. Mijn collega Ploumen heeft samen met collega Ellemeet van GroenLinks het voorstel gedaan om ook dwanglicenties mogelijk te maken als die farmaceuten hun vaccins en hun aanpak van die crisis niet beschikbaar willen stellen, als de winst vóór het genezen van mensen gaat. Ik vraag het kabinet om zich daar ook in Europa sterk voor te maken. Er zijn namelijk ook landen die minder toegang hebben tot medicijnen, tot vaccins. Het zou goed zijn als Europa ook op dat gebied de krachten bundelt door tegen de farmaceuten op te treden die een slaatje willen slaan uit deze crisis.

Mijn derde onderwerp, voorzitter, is de brexit. Die baart ons allen zorgen. Althans, niet alle partijen in dit parlement baart brexit zorgen, maar wel de meeste partijen in het parlement. Zij zien de schadelijke gevolgen van de brexit, en het kabinet ziet die ook. Ik verwacht een enorm oplopende werkloosheid en enorm grote gevolgen in Engeland. Maar ook in Nederland zullen de gevolgen niet mals zijn. Nou snap ik best dat de minister-president niet direct een precies inzicht kan geven in wat er nu precies aankomt. Misschien weet hij dat zelf ook niet. Dat is vaak zo op spannende momenten op het Europese toneel.

Ik zou voor één punt echter nog wel graag aandacht willen vragen. Mijn fractieleider heeft daar ook een aantal keren aandacht voor gevraagd. Ik vraag aandacht voor het inzetten van het instrument van lagere tarieven voor de winstbelasting om bedrijven te lokken. We hebben hier een aantal keren op tafel gelegd dat Nederland dat eigenlijk aan de orde zou moeten stellen bij die onderhandelingen, ook in Europa. Want je zult zien dat Engeland minder concurrerend wordt. Je ziet al dat er voorstellen circuleren om de winstbelasting daar nog verder naar beneden te brengen om concurrerend te blijven. Dat is buitengewoon ongewenst, want aan dat spelletje haasje-over zullen andere landen weer meedoen, en uiteindelijk betalen mensen dan meer belasting, en bedrijven minder. Ik vraag het kabinet of het zich daarvoor heeft ingezet, of dat nog ter sprake komt, of dat nog ter sprake wordt gebracht. En als dat niet zo is, vraag ik waarom het kabinet daar niet toe bereid is.

Voorzitter. Ik kom op mijn vierde punt van de vijf punten. Dat gaat over het rechtsstaatmechanisme dat is gevormd en waar nu discussie over is. Het is duidelijk dat Polen en Hongarije het hoog opspelen; ook voorgaande sprekers hebben daar wat over gezegd. Het is een schande hoe deze landen met de rechtsstaat omgaan, hoe homorechten worden bedreigd, hoe journalistieke vrijheden op het spel staan en hoe rechters niet onafhankelijk kunnen oordelen. De PvdA-fractie wil dat het kabinet de poot stijf houdt op dit punt. Ik vraag het kabinet ook of het aan varianten heeft gewerkt of meewerkt om met 25 landen de Europese begroting te gaan vormgeven. Dat is een heel vergaande variant waarbij je zegt: "We gaan het de komende jaren wel met 25 landen doen, en dan zoeken Polen en Hongarije het maar uit." Ligt dat ook op tafel als die landen hun veto en hun bezwaren handhaven?

Voorzitter. Mijn laatste punt gaat over het Herstelfonds. Daarbij maakt Nederland aanspraak op 5,5 miljard tot 6 miljard; het is iets daartussenin, ik geloof 5,6 miljard. De Nederlandse regering heeft een heel kort briefje gestuurd aan de Kamer waarin staat: "Nou ja, we zien het in april eigenlijk wel weer en dat geld blijft wel staan." Toch is bekend dat een behoorlijk deel ook in de bouw geïnvesteerd kan worden. Als er nou iets een gemene deler is in het Nederlandse parlement, dan is het wel het idee dat er veel meer moet gebeuren aan woningbouw, aan verduurzaming van woningen. En er dreigt ook werkloosheid in deze sector. BAM heeft de eerste ontslagen in Nederland al aangekondigd. Ik vraag het kabinet waarom het daar nou zo lang mee wacht. Er moet met stoom en kokend water drie maanden voor de verkiezingen nog een groeifonds, een Wopke-Wiebes-fonds in de benen worden geholpen, want die investeringen zijn zo hard nodig. Dat is vandaag door de Kamer aangenomen. Maar nou ligt er geld, en nou gaat men wachten, terwijl dat geld nu juist gebruikt kan worden om én de werkloosheid tegen te gaan, én onze woningvoorraad te verduurzamen. Waarom doet het kabinet dat en is de minister-president bereid om daarop terug te komen?

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:
Dank u wel, meneer Nijboer. Dan geef ik nu het woord aan de heer Jetten namens D66.

De heer Jetten (D66):
Voorzitter, dank u wel. Eind deze week komen de Europese regeringsleiders weer bij elkaar voor een van de meest spannende toppen die we de afgelopen tijd hebben gezien, want er staat ongekend veel op het spel. Het aanjagen van de economie om de klappen van de pandemie op te vangen, het verdedigen van de rechtsstaat in landen als Polen en Hongarije, het beschermen van de toekomst van de aarde met bindende klimaatafspraken, en de afronding van de brexitgesprekken, of het opvangen van een harde no-dealbrexit. Het is een top waarin de regeringsleiders moeten laten zien wat ze waard zijn. Durven ze ambitieuze stappen vooruit te zetten? Houden ze vast aan de fundamenten van de Europese Unie? Kiezen ze voor de toekomst van onze jongeren?

Voorzitter. Na maanden van onderhandelen, op het moment dat we de Europese eenheid meer nodig hebben dan ooit, blokkeren twee landen de Europese begroting en het Herstelfonds voor de coronacrisis. Twee landen blokkeren dit omdat ze zich niet willen committeren aan afspraken waar ze al voor tekenden toen ze lid werden van de Unie. Polen en Hongarije leggen daarmee een bom onder de begroting, een bom onder de Europese eenheid en een bom onder het herstel van onze Europese economie. En dat slechts enkele weken voordat de nieuwe meerjarige begroting moet ingaan. Ik vraag me in navolging van collega Leijten af hoe we hier terecht zijn gekomen. Hoe kan het dat de EU zich laat gijzelen door autocraten die de rechtsstaat slopen en de fundamentele waarden van de Europese Unie — de club waar ze nota bene hun economische voorspoed voor een groot deel aan te danken hebben — dag in, dag uit schenden? Gedeeltelijk zie ik daar een rol voor Europese politieke families, die de Poolse PiS-partij en de Hongaarse Fidesz-partij al jaren de hand boven het hoofd houden. Ze moeten ophouden met deze rechtsstaatslopers te normaliseren.

Ik wil ook even terug naar het akkoord dat in juli is gesloten. In de zomer sloot deze premier met de andere regeringsleiders een akkoord waarin de rechtsstaatafspraken te vaag bleven. Het Europees Parlement moest eraan te pas komen, maar kon niet alles rechttrekken. Door de vaagheid van het akkoord tussen de regeringsleiders houden Polen en Hongarije de EU nu gegijzeld. Een minder nauwe focus op de hoogte van de Nederlandse afdracht had ruimte kunnen geven om toen betere afspraken te maken. Ik heb daar in deze debatten meermaals op gewezen en samen met collega Van Ojik en collega Asscher de premier opgeroepen: vecht nou net zo hard voor die rechtsstaat als voor de centen die Nederland aan de begroting bijdraagt. Ik vraag de premier hoe hij terugkijkt op deze prioritering van zijn inzet tijdens de onderhandelingen in de zomer. Welke lessen neemt hij mee voor de toekomst?

De komende dagen moet de Raad de rug recht houden. Er lijken meerdere uitkomsten mogelijk. Optie één. Polen en Hongarije gaan alsnog akkoord. Dat zou mooi zijn, maar die kans is helaas klein. Optie twee. Er komt, zoals de Polen voorstellen, een verklaring. Een soort inlegvelletje waarin staat dat het rechtsstaatmechanisme niet van toepassing zal zijn op een of meerdere thema's. Dat is een bijzondere route. Daarvoor wil ik vandaag een herhaling van de bevestiging die ik onlangs ook kreeg van de premier tijdens het vragenuurtje: we gaan als Nederland nooit en te nimmer akkoord met enige vorm van afzwakking van het rechtsstaatmechanisme, ook niet via een Pools inlegvel. Wat er nu ligt, is en blijft de absolute ondergrens.

Er is ook nog een derde optie. Polen en Hongarije zetten hun veto door en we moeten een alternatieve route vinden voor het Herstelfonds, want de begroting zal dan in partjes van een twaalfde per maand doorgaan, maar het Herstelfonds in principe niet. Ik begrijp dat er wordt nagedacht over een route waarbij dat Herstelfonds met 24 of 25 landen wordt gesloten, zonder Polen, Hongarije en mogelijk Slovenië, mochten zij volharden in hun veto. Mijn vraag aan de premier is hoe hij deze scenario's apprecieert. Mochten Polen en Hongarije inderdaad volharden in het veto, hoe snel kan zo'n alternatief Herstelfonds dan in werking treden? Welke procedures komen daarbij kijken? Hoe waarborgen we een rol van het Europees Hof en het Europees Parlement, zodat er ook democratische controle is op een eventueel intergouvernementeel Herstelfonds?

Ik wacht even op mevrouw Leijten, als u het goed vindt, voorzitter.

De voorzitter:
Dat is goed. Mevrouw Leijten, u bent bijna door uw vragen heen.

Mevrouw Leijten (SP):
Ja, ik weet het, voorzitter. Ik vraag me af of dit wel alle alternatieven zijn. We kunnen natuurlijk ook het Herstelfonds niet in laten gaan, hè, en heronderhandelen. Dan kan er iets beters uitkomen. Los van het Herstelfonds maak ik mij zorgen over het nieuwe Meerjarig Financieel Kader. Stel nou dat Polen en Hongarije zich volledig diskwalificeren voor dat Herstelfonds, waar wij heel verschillend over denken, dan gaat dat Meerjarig Financieel Kader wel door. Dat is ook jaarlijks een enorme geldstroom naar landen waarvan wij zeggen: niet doen als de rechtsstatelijke principes niet worden gehandhaafd. Waarom heeft de heer Jetten het daar niet over?

De heer Jetten (D66):
Goed dat mevrouw Leijten dat vraagt, want dan kan ik dat nog even verduidelijken. Inderdaad, als de begroting, het Meerjarig Financieel Kader, nu niet wordt aangenomen, dan gaat die wel door per maand, in partjes. Daar zit heel veel geld in voor belangrijke uitdagingen in Europa, ook veel geld waar deze landen van kunnen profiteren. Laatst in het vragenuur vroeg ik aan de premier: klopt het dat het rechtsstaatmechanisme voor het MFK wel in werking kan treden met een meerderheidsbesluitvorming, zodat het ook van toepassing is op een eventueel MFK dat maandelijks wordt vrijgegeven? Toen was het antwoord: ja, dat rechtsstaatmechanisme kan met meerderheidsbesluitvorming alsnog worden ingezet. Het lijkt me heel verstandig dat dat ook op dat Meerjarig Financieel Kader van toepassing is en daarmee dus ook op de landen die de rechtsstaat aan hun laars lappen, terwijl ze aanspraak willen maken op gelden uit die begroting.

De voorzitter:
Tot slot, mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):
Dus als ik het goed begrijp, zegt u dat er voor het Herstelfonds drie opties zijn, waaraan ik een vierde toevoeg, namelijk gewoon niet doorgaan met het Herstelfonds. En over het Meerjarig Financieel Kader zegt u: dat moet dan in principe die noodvoorziening zijn, per maand met een rechtsstatelijkheidsmechanisme.

De heer Jetten (D66):
Ja, dat rechtstaatmechanisme heb je gewoon nodig, zowel op het Herstelfonds als op die begroting. Dat ben ik helemaal met mevrouw Leijten eens. Ik hoop wel dat er een oplossing komt voor het Meerjarig Financieel Kader, want voor de grote ambities rondom de Green Deal, Veiligheid, het verbeteren van migratiestromen et cetera heb je wel perspectief nodig en niet een maandelijks budget. Ik hoop dat de inzet is dat het Meerjarig Financieel Kader er komt, inclusief rechtsstaatmechanisme.

Mevrouw Leijten (SP):
Voorzitter …

De voorzitter:
Nee.

De heer Jetten (D66):
Ik hoop dat ik daarmee de vraag van mevrouw Leijten heb beantwoord.

Mevrouw Leijten (SP):
Als u mij toestaat, voorzitter.

De voorzitter:
Tot slot, maar dan bent u …

Mevrouw Leijten (SP):
Even om het scherp te krijgen. Ik zal niet ontkennen hoe belangrijk de uitgaven in het Meerjarig Financieel Kader zijn. Maar we gaan nu toch wel onze rug recht houden en eisen dat dat rechtsstatelijkheidsprincipe erin komt, ons niet laten afleiden van het Herstelfonds, dat dan weer niet of op een andere manier doorgaat, terwijl we het MFK laten passeren? Want dan zitten we er weer voor zeven jaar aan vast. Ik wil nu van D66 horen dat dat voor beide moet gelden, dat de minister-president niet moet terugkomen met een compromis, niet op het Herstelfonds maar ook niet op het MFK, als het gaat om de bodem van de rechtsstaat.

De heer Jetten (D66):
Ja, dat ben ik helemaal met u eens.

De voorzitter:
Goed. Gaat u verder.

De heer Jetten (D66):
De onafhankelijkheid van Poolse rechtbanken en daarmee het recht op een eerlijk proces in Polen staan fors onder druk. Een week geleden nam de Tweede Kamer een motie aan om Polen voor het Europees Hof te dagen vanwege het niet-nakomen van een verplichting die krachtens de verdragen op Polen rust. Kan de premier aangeven hoe het kabinet uitvoering gaat geven aan deze motie? Ik hoor graag zijn reactie op het "tegenvoorstel" van een Poolse Justitieminister, die nu Nederland een artikel 7-procedure aan de broek wil naaien vanwege belastingontwijking.

Voorzitter, tot slot nog kort twee andere onderwerpen. Allereerst het klimaat. Gisteren herinnerden jongeren op het Malieveld ons er nog eens duidelijk aan: het tegengaan van de opwarming van de aarde is de grootste uitdaging van onze tijd. Dat lukt alleen als we het samen doen, als we het Europees doen. De European Green Deal voor vergroening staat in de startblokken. Daar kunnen ook Nederlandse bedrijven en huishoudens ontzettend veel voordeel uit halen. Die Green Deal vraagt ook om bindende en ambitieuze afspraken om de CO2-uitstoot omlaag te brengen. Het besluit over het voorstel van de Europese Commissie — 55% minder CO2 uitstoten in 2030 — kan op onze steun rekenen. De verhoging van de ambities is er onder andere gekomen dankzij de stevige inzet van dit kabinet. Maar helaas is besluitvorming daarover al meermaals uitgesteld. Kan de premier zich tot het uiterste inspannen om op deze top, los van de discussies over MFK en Herstelfonds, tot besluitvorming over het doel van 55% CO2-reductie te komen?

Als allerlaatste, voorzitter, de brexit. Vandaag hoorden wij wat voorzichtige positieve signalen over bewegingen in de onderhandelingen, maar over drie weken is het al zover. Als er geen definitief akkoord wordt bereikt, dan vertrekken de Britten zonder handelsdeal. Dat kan ook de Nederlandse handelseconomie hard raken. Ik heb daar één vraag over: is het Nederlandse bedrijfsleven samen met de Nederlandse overheid inmiddels voldoende voorbereid op het scenario van zo'n harde brexit zonder handelsakkoord?

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:
Dank u wel, meneer Jetten. Dan geef ik nu het woord aan mevrouw Van der Graaf namens de ChristenUnie.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Ik begin net als veel collega's met het rechtsstaatmechanisme, een van de belangrijke punten op deze agenda van de komende Europese top. Ook de ChristenUnie roept opnieuw de regering op om hier geen afbreuk aan te doen. Maak er geen inlegvel van, zoals de heer Jetten net aangaf, en laten we ook niet de posten inperken waarop dat rechtsstaatmechanisme nou precies van toepassing zou zijn.

Voorzitter. Polen en Hongarije zijn heel duidelijk over hoe zij hiertegen aankijken; zij willen dit niet. Ik zou tegen deze landen willen zeggen: als ze niets te verbergen hebben, dan hoeven ze voor dit mechanisme toch ook niet te vrezen? Het rechtsstaatmechanisme is destijds voorgesteld als een verordening. Het is daarna gekoppeld aan de onderhandelingen over het MFK. Eerder heb ik gevraagd of we dat niet eens zouden moeten loskoppelen. Dat was niet wenselijk, want dat moest allemaal in die onderhandelingen met het MKF een plek krijgen. Maar is het niet de hoogste tijd om het daar eens los van te besluiten, waar er geen unanimiteit voor nodig is? Ik krijg daarop graag een reactie van de minister-president.

Wat betreft de brexit. De onderhandelingen met het Verenigd Koninkrijk zijn dagkoersen. Ik vraag de minister-president hoe de vissers op dit moment hierop worden voorbereid. Want het is een ontzettend spannende tijd voor hen. Wat kunnen zij nu precies verwachten op het moment dat er geen deal is op 1 januari? Hoe worden zij daarop voorbereid en ondersteund door de regering? En houden wij vast aan de sociale en de voedselveiligheidsstandaarden zoals wij die hebben? Wij zien dat de Britse wetgeving die al is aangenomen, daar stevig afbreuk aan doet. Laten wij toch vasthouden aan onze hoge standaarden in Europa. Graag een bevestiging van de minister-president.

Dan twee onderwerpen aangaande Turkije. Met mevrouw Leijten vraag ik: wanneer is de grens bereikt? We zien de Turken continu provoceren en acties uitvoeren, illegale acties. Gelet op de reactie van het kabinet zou je kunnen denken dat het weer even oké is. Op 30 november zijn de schepen van de Turken teruggetrokken uit de betwiste Griekse wateren. Maar wanneer is die grens bereikt voor het kabinet? Wanneer gaan we over tot effectieve sancties, waar ook het Europees Parlement de Europese Raad deze week toe heeft opgeroepen? Graag een reactie van de minister-president.

Voorzitter. Turkije is helaas ook betrokken bij de recente oorlog om Nagorno-Karabach. Het door Rusland bemiddelde staakt-het-vuren heeft een totale etnische zuivering voorkomen, maar er zijn zeer veel Armeniërs gevlucht. We horen ervan en zien de beelden van vreselijke mensenrechtenschendingen tegen gevangen Armeniërs. De Armeense bevolking is nog niet veilig. Wij vragen ons ernstig af of hun wel veiligheid geboden kan worden zonder dat er een definitieve regeling van het conflict komt, waarbij Nagorno-Karabach een status krijgt op grond waarvan het gebied bescherming kan krijgen. Ik wil graag een reactie van de minister-president op dit punt. Hoe wil hij dit aan de orde stellen, ook bij de Europese top deze week? Is de regering bereid zich hiervoor in te spannen?

Dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Van der Graaf. Dan geef ik nu het woord aan de heer Bisschop namens de SGP.

De heer Bisschop (SGP):
Voorzitter, dank u zeer. Soms lijkt het alsof de Commissie-Von der Leyen de EU vleugels geeft. Mededelingen volgen op voorstellen, actieplannen en richtlijnen tuimelen over elkaar heen. Het kan niet op; een vliegende start. Maar ik hecht er toch aan te blijven benadrukken dat de werkelijke vleugels van de EU de lidstaten en hun burgers zijn. Terugblikkend op de achterliggende vier jaren is mijn oprechte vrees dat de EU hoofd- en bijzaken in steeds mindere mate weet te onderscheiden. Lidstaten worden beknot door te veel eigen ambitie van de Europese Commissie en ik ben beducht dat op termijn de EU daardoor vleugellam raakt.

Voorzitter. Vanwege de tijd beperk ik me voornamelijk tot een aantal vragen. Wat betreft het Herstelfonds wordt nu voorgesteld om zonder Polen en Hongarije door te gaan via de zogenaamde enhanced cooperation. Graag hoor ik de reactie van de minister-president hierop. Is dit een werkbare route? In hoeverre wordt hiermee een precedent geschapen waardoor later andere lidstaten tegen hun wil en veto gepasseerd kunnen worden in de besluitvorming? Ik wil daar graag een helder en klip-en-klaar antwoord op. Als met een beperkte groep lidstaten een Herstelfonds wordt opgezet is dat een treffend voorbeeld van de variatie binnen de Europese Unie waar de SGP indertijd voor pleitte, evenals de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. Maar laten we dan als Nederland wel aan de goede kant gaan staan. Als andere lidstaten hun schulden enorm willen vergroten, is dat hun verantwoordelijkheid, maar laat Nederland daarvoor niet opdraaien. Hoe gaat de minister-president dit voorkomen?

Wat betreft COVID-19 is het begrijpelijk dat landen zaken afstemmen, bijvoorbeeld om gezamenlijk minder afhankelijk te worden van import vanuit China, maar laat het wel blijven bij die coördinering en die advisering, en niet uitmonden in regulering. Terecht werd door mevrouw Leijten de vinger er al bij gelegd dat de EU zich op het terrein van de gezondheidszorg voortdurend ruimere bevoegdheden lijkt aan te meten. Deelt de minister-president deze insteek?

Dan het punt van het klimaat. Wij maken ons als SGP zorgen over de voorgestelde verhoging van het Europese klimaatdoel naar 55% CO2-reductie in 2030. Brussel heeft al aangegeven dat de reductie in de gebouwde omgeving verder omhoog moet. Wij lopen er in Nederland voortdurend tegenaan hoe lastig dit is. En niet alleen dit; er zijn ook andere uitdagingen op het terrein van natuur, milieu en klimaat. Waarom dringt het kabinet er niet in Brussel op aan dat eerst maar eens duidelijker moet worden wat dit op lidstaatniveau betekent, voordat er knopen doorgehakt worden? Ik krijg graag het geruststellende antwoord dat de minister-president zich daar vol voor gaat geven.

Voorzitter. De Europese coördinatie van de bestrijding van terrorisme is een goede zaak. Een goede bewaking van de buitengrenzen is van groot belang voor alle lidstaten. Is de minister-president van mening dat een lidstaat die zijn grensbewaking niet op orde heeft, nog wel deel kan blijven uitmaken van de Schengenzone? De meest recente aanslagen laten overigens zien dat terroristen al langere tijd in de EU verblijven of er zelfs permanent gevestigd zijn. Welke rol ziet de minister-president voor de lidstaten om radicalisering zo vroeg mogelijk te signaleren en te voorkomen?

En tot slot, voorzitter, is de SGP blij met het EU-initiatief voor twee EU-VS-toppen in 2021. De trans-Atlantische vriendschap blijft immers van immens strategisch belang. Mijn fractie ziet graag dat Nederland zich vooral inzet voor veiligheidscoördinatie en samenwerking op het vlak van digitale en technologische kwesties, waaronder een vuist tegen China.

Een paar andere vragen nog. Is de minister-president bereid om er binnen de Raad voor te pleiten dat de EU de Abrahamakkoorden tussen Israël en de Arabische landen actief gaat ondersteunen en omarmen?

En tot slot. Is de minister-president bereid om zich ervoor in te zetten dat de EU steviger stelling neemt tegen Iran en zijn nucleaire programma, dat in toenemende mate een dreiging is voor het Midden-Oosten maar ook voor de wereld?

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:
Dank u wel, meneer Bisschop. Dan geef ik nu het woord aan de heer Omtzigt namens het CDA.

De heer Omtzigt (CDA):
Dank u wel, voorzitter. De limité-documenten zijn er om uit voorgelezen te worden. Dat hebben we als Kamer gezegd. Ik wijs dus nog even op de zinnen die mevrouw Leijten zei. De Europese Raad is inderdaad ingenomen met de coördinatie van de inspanningen op EU-niveau voor de covidbestrijding, en wil opheffing van de beperkende maatregelen, onder meer om normaal reizen mogelijk te maken met het oog op het komende vakantieseizoen van 2021. Dat is niet helemaal een topprioriteit. Ik ben ondertussen wel benieuwd hoe de Europese Unie reageert op het feit dat Zwitserland zijn skipistes alweer gaat opengooien. Oostenrijk houdt ze dicht na een beetje druk vanuit de Europese Unie. Het lijkt me niet echt verstandig, gezien het vorige skiseizoen en de gevolgen daarvan voor de rest van Europa.

Mijn collega van de PVV zei al dat er wel gesproken wordt over de bestrijding van antisemitisme en racisme, terecht overigens want daar zijn best aanleidingen toe, maar niet over de vraag waar dat terrorisme vandaan kwam in Oostenrijk, Frankrijk en Duitsland. Dat is op miraculeuze wijze uit de tekst weggevallen. Misschien is het wel interessant om te weten waarom.

Voorzitter. Het wordt een interessante top, niet alleen omdat het, zoals mijn collega van GroenLinks zei, achter de video gebeurt, wat een andere dynamiek gaat geven. Nee? Komt u bij elkaar? O, het is fysiek. Het wordt weer een mooie uitputtingsslag. Heel mooi! Ik wil het over een aantal punten hebben; dezelfde punten als de collega's. Dat zijn het MFK-Herstelfonds, het rechtsstatelijkheidsmechanisme, de brexit, Turkije, Wit-Rusland en nog een aantal andere dingen.

Er zijn drie dossiers die bij elkaar zitten, namelijk de meerjarenbegroting van 1.100 miljard, het Herstelfonds van 750 miljard en het rechtsstatelijkheidsmechanisme. Nou kun je het rechtsstatelijkheidsmechanisme met een gekwalificeerde meerderheid aannemen. Het kan niet geblokkeerd worden door Polen en Hongarije. Mijn vraag is: waarom zorg je er niet voor dat je met een aantal landen het ordevoorstel doet om dat eerst in stemming te brengen? Dan is het rechtsstatelijkheidsmechanisme aangenomen en van toepassing op alles wat volgt. Dan kun je daarna verdergaan met de andere twee pakketten. Dat kun je doen. Wij zouden van de regering graag de bevestiging willen hebben dat het huidige rechtsstatelijkheidsmechanisme echt de ondergrens is. We gaan er dus niet mee marchanderen, we gaan het niet uitkleden en we gaan ook niet zeggen dat het op een gedeelte van de uitgaven van toepassing is of dat het niet op migratie van toepassing is. Het gaat om de hele rechtsstatelijkheid. We gaan geen bindende inlegvelletjes hebben, als dat kan. Daar graag een harde toezegging op.

Kan de premier aangeven wat er gebeurt als er op 31 december geen deal is over het MFK? Kan hij de Kamer een overzicht doen toekomen van projecten die in Nederland aflopen en waarvoor op dat moment geen financiering is? Ik zou ook graag weten wat er met de EMA gebeurt. Dat is heel belangrijk vanwege vaccins en andere zaken. Wat gebeurt er met ESA in Noordwijk? En wat gebeurt er met de korting?

Dan de uitweg uit deze impasse, namelijk om het met 25 landen te doen. Dat is de nucleaire optie. Voor het CDA is het geen uitgesproken zaak dat we daarmee instemmen. Wij zouden graag weten wat de premier wil voorstellen. Want vergeet niet: als er een veto ligt, dan gaat de versterkte samenwerking ook niet door, want het land dat blokkeert gaat niet zeggen: u mag wel versterkte samenwerking doen. Voor versterkte samenwerking heb je unanimiteit nodig om te kunnen beginnen aan versterkte samenwerking. Oftewel, de rest moet erin toestemmen. Dan houd je dus alleen een intergouvernementeel verdrag over, à 25, en heb je geen controle van het Europees Parlement en heb je niet het Europees Hof. Dan moet je iets opzetten wat volledig buiten de instituties van de Europese Unie om geschiedt. Ik weet dat een aantal mensen hier grote bezwaren heeft tegen het Europees Parlement. Ik ken ook wel een paar defecten, maar geen controle van het Europees Parlement is echt stukken slechter dan wel controle van het Europees Parlement, kan ik u zeggen. Vandaar ook: geen doldrieste plannen, maar eerst gewoon hier toestemming vragen. Graag die toezegging.

Tot slot willen we graag weten hoe het zit met Portugal, de nieuwe voorzitter van de EU. Ze gaan namens ons allen de onderhandelingen met Polen en Hongarije aan over de rechtsstaat. Wederom weten de media de hand te leggen op vertrouwelijke notulen van de novemberraad, maar wij als volksvertegenwoordiging krijgen die niet. De stukken zouden aantonen dat Portugal in het kamp van Polen en Hongarije zit. Publiekelijk steunen ze het rechtsstatelijkheidsmechanisme, maar in de Raadsvergadering steunen ze Polen en Hongarije. Kan de premier dit bevestigen?

Dan de brexit, voorzitter, ook al opgebracht door collega's. De afgelopen weken zien we duizenden vrachtwagens goederen richting het VK brengen. Er zijn grote opstoppingen in Calais en bij Hoek van Holland. Het kan een voorbode zijn van wat ons te wachten staat. Het VK is aan het hamsteren nu doomsday daar kan zijn, want de voorbereidingen zijn niet overal even goed. Maar we houden hoop op een deal. De kans dat het een EU-only-verdrag wordt, dus alleen een handelsverdrag, lijkt mij vrij klein. Dan zou het namelijk volledig binnen de EU-competenties moeten vallen. De grote reikwijdte aan onderwerpen die nog op tafel liggen, staat dat niet toe. Als het een gemengd verdrag is, dient dat expliciet instemming te krijgen van de Nederlandse Eerste en Tweede Kamer. Dat is een grondwettelijk recht. Desnoods komen we er als Tweede Kamer voor terug tussen kerst en oud en nieuw. Maar als het een gemengd verdrag is, wil ik graag weten wanneer we dat horen, hoe dat voorgelegd wordt en op welke wijze de parlementaire grondwettelijke instemming op een fatsoenlijke manier geregeld wordt.

We hebben het bij het wetgevingsoverleg over de Verzamelwet Brexit uitgebreid gehad over de Belastingdienst. Dat gaat dan over Britten die hier wonen en onder het overgangsrecht vallen. Die moeten net zo behandeld worden als Nederlandse belastingplichtigen of als andere EU-belastingplichtigen, zolang ze hier blijven wonen. Er zijn weleens problemen met de Belastingdienst. Dan wordt er iemand bestempeld als fraudeur en komt die klem te zitten in de complexe systemen van de Belastingdienst. Het antwoord was: deze mensen moeten zelfredzaam zijn, of ze moeten de Belastingdienst maar bellen en uitleggen dat ze echt anders behandeld moeten worden. Ik wil graag weten of het met één telefoontje geregeld kan zijn. Oftewel, ik wil de verzekering van de premier dat er rondom de brexit geen problemen voortvloeien uit de Belastingdienst voor deze categorie.

Voorzitter. Dan wat Turkije en Wit-Rusland betreft. Tijdens de vorige Raad hebben de regeringsleiders geconcludeerd dat de Unie bereid is om het hele instrumentarium in te zetten wanneer Turkije blijft volharden in unilaterale acties en provocaties. Nou, en die waren er! Mensen worden opgepakt. De provocaties in de Middellandse Zee houden aan. Griekenland wordt geprovoceerd. Cyprus wordt aan de lopende band geprovoceerd in de exclusieve territoriale zone. En Turkije, nota bene lid van de douane-unie — we hebben dus een douane-unie met Turkije, terwijl we zelfs met het VK geen unie zullen hebben — vindt het ook nog goed om de producten uit Frankrijk te boycotten, omdat Frankrijk iets gezegd heeft over islamistisch terrorisme. Tjonge jonge. Graag een reactie van de premier.

Twee dingen. Kunnen we een Europees plan krijgen om islamisme en terreur te bestrijden? Het staat op de agenda om te bespreken. Ik zou het goed vinden als landen dat ook expliciet uitwisselen. Waar komt de terreur vandaan? Hoe pakken we deze mensen, of van ISIS, of geradicaliseerd uit Tsjetsjenië of waar dan ook, op en hoe bestrijden we ze samen? Want die mensen kunnen vrij reizen in de Schengenzone. Wil de Nederlandse regering het initiatief daartoe nemen?

En twee. Wil de Nederlandse regering, nu wij deze landen een keer steunen … We hebben vaak kritiek op Griekenland. We hebben best weleens kritiek op Frankrijk, maar hier hebben ze gewoon gelijk. Dus ik denk dat we samen een positie in moeten nemen en ook bereid moeten zijn om die sancties aan te gaan. Is de Nederlandse regering dat?

Dan Wit-Rusland. Oppositieleidster Svetlana Tichanovskaja was hier. Als represaille zit haar man in de gevangenis. Haar man was de oppositieleider; zij is het nu. Zij heeft haar man in die zes maanden één keer kunnen spreken. Dat is natuurlijk mishandeling van die man, maar ook mishandeling van haar. Het regime gijzelt haar. Ik wil echt dat de Nederlandse regering zich samen met andere regeringen gaat inzetten om deze mensen zo veel mogelijk te bezoeken. Want wat daar in die gevangenissen gebeurt, tart beschrijvingen. Wil de Nederlandse regering dit met spoed oppakken — wat ze ook belooft in de brief van minister Blok — en daar een gezamenlijke missie opzetten om die mensen te bezoeken?

Nu de Europese Magnitskywet is aangenomen en ingevoerd — veel dank voor de inspanningen van minister Blok en deze regering — lijkt het me dat een aantal mensen in Wit-Rusland uitgebreid aan het solliciteren is om op die lijst te komen. Zou het niet een eerste voorstel kunnen zijn om die daarop te plaatsen? Kunnen we dan kijken of deze wet, niet onmiddellijk, ook uitgebreid kan worden voor corruptie en voor mensen die een dubbel paspoort hebben, die bijvoorbeeld een paspoort hebben gekocht op — noem eens een land — Malta?

Voorzitter. Ik sluit me aan bij mijn collega Van der Graaf over Nagorno-Karabach. Wanneer komt dat onderzoek nou? We hebben hier een aangenomen motie van onze beide partijen. Voor dat onderzoek naar wat er precies gebeurd is, om aan te wijzen wie zich aan oorlogsmisdaden schuldig heeft gemaakt, kijkt iedereen echt een beetje naar elkaar. Dus op welke wijze gaan we ervoor zorgen dat dat onderzoek van de grond komt?

En helemaal tot slot, voorzitter. 55% is 55%. Het is prima als dat in de conclusies komt, maar het hoeft ook niet hoger. Kunnen we weten dat we niet te hoog uit komen? Als zelfs Frans Timmermans denkt dat het redelijk onmogelijk is om erboven te komen, dan zal het toch wel onmogelijk zijn? Het lijkt me verstandig om onszelf niet opnieuw klem te zetten met Europese regels die we daarna niet kunnen uitvoeren. Dat hebben we ook weleens eerder gedaan.

Dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel, meneer Omtzigt. De heer Koopmans is de volgende. Nee, toch niet; ik heb de heer Baudet op mijn lijstje staan. Het woord is aan de heer Baudet namens Forum voor Democratie. Hoe gaat het met u, meneer Baudet?

De heer Baudet (FvD):
Het gaat goed, maar ik mis Theo heel erg. Maar ja, die missen we allemaal. Er wordt vanuit de zaal geroepen dat ik een nieuwe collega heb, maar ik heb hier slechts ambtsgenoten; maar dat geheel terzijde. Ik heb tegenwoordig een kameraad in mijn fractie.

De voorzitter:
Begint u maar, meneer Baudet.

De heer Baudet (FvD):
Voorzitter, ambtsgenoten, minister-president. Vandaag werd bekend dat slechts een miniem gedeelte van de coronamiljarden die Zuid-Europa van Nederland ontvangt — het is op zichzelf natuurlijk al een belachelijk idee dat wij via de EU moeten gaan betalen of zouden hebben moeten gaan betalen voor de ziekenzorg in buurlanden — naar gezondheidszorg gaat. Dat is iets waar ik al eerder voor waarschuwde, maar wat hier natuurlijk weer tegen dovemansoren gezegd was. Het was te voorzien. Slechts 4,6% van de gelden die naar Italië gaan, gaat naar gezondheidszorg. Dat is trouwens nog steeds zo'n 9 miljard, maar goed. Ondertussen gaat 17,1 miljard naar gendergelijkheidsbeleid en 74,3 miljard naar klimaatbeleid. Van het Noord-Europese belastinggeld gaat daar dus 74,3 miljard naartoe. Het is een nieuw voorbeeld, het zoveelste voorbeeld, van de Europese machtsgreep. De EU laat geen kans onbenut om meer macht naar zich toe te trekken. Dat blijkt op allerlei verschillende thema's, die ook de komende EU-top besproken zullen worden.

Een daarvan is dus het genoemde coronafonds. Vorige week meldde het Reformatorisch Dagblad dat de Europese Commissie lidstaten een avondklok wil laten invoeren. Het herverdelingsfonds wordt nu dus ook gebruikt voor genderbeleid en klimaatdingen, terwijl we ons geld nu meer dan ooit nodig hebben voor de economische wederopbouw in ons eigen land, een gevolg van de buitengewoon onintelligente VVD-lockdown, met permissie.

Frans Timmermans wil de CO2-reductiedoelen nu ook verhogen. Dat wordt voortaan in de Europese regels vastgelegd, zo kondigde hij aan. Onacceptabel natuurlijk, want behalve dat het volstrekt zinloos, stupide en onbetaalbaar is, vormt het ook nog eens een enorme inbreuk op onze soevereiniteit. We kunnen er dan immers nooit meer van af. Maar ook dat staat morgen dus op de agenda van de Europese top. Ik vraag de minister-president om dan keihard op te komen voor de nationale soevereiniteit.

Hetzelfde geldt voor de bankenunie, want natuurlijk wordt de coronasituatie ook aangegrepen om een verdere grip op het kapitaalverkeer te realiseren: een nieuw actieplan kapitaalmarkt om het economisch herstel groen, digitaal, inclusief en veerkrachtig te maken. Brussel wil zich dus ook bemoeien met de wijze waarop wij straks weer uit de huidige situatie komen. Men spreekt voorts over een rechtsstaatprincipe, waarmee vrije landen in hun vrije keuzes worden beperkt, zoals Hongarije en Polen. Allemaal overduidelijke machtsgrepen van de EU.

Wat ondertussen niet op de agenda staat, maar minstens zo ingrijpend is, zijn de Brusselse plannen om immigratie uit Afrika en het Midden-Oosten verder te faciliteren. Marrakesh 2 is het nieuwe pact dat de EU nog dit jaar wil doordrukken. Ik heb er hier al meermaals een debat over aangevraagd. Het is me dan wel gegund, maar het is weer uitgesteld, dus ik breng het nu ter sprake. De boodschap staat, zoals altijd, in het VVD- verkiezingsprogramma. In tien jaar Rutte hebben we, jaar in, jaar uit, immigratierecord na immigratierecord gezien, maar het immigratiepact gaat door. Marrakesh is ondertekend en nu komt er dus vanuit de EU een vervolgstap daarop. Mijn vraag aan de premier is: kan hij op de EU-top aankondigen dat Nederland niet akkoord zal gaan met dit EU-immigratiepact? Zo nee, dan weten we ook wat we eraan hebben. De EU-machtsgreep gaat door.

Voorzitter, FvD gaat ook door. Wij blijven ons inzetten voor de Nederlandse soevereiniteit, de Nederlandse welvaart en de Nederlandse identiteit. Overigens ben ik van mening dat Theo Hiddema daar nu zou moeten zitten. Ik groet hem vanaf deze plek.

De voorzitter:
Ik denk dat hij stiekem teruggroet. Dank u wel. Dan geef ik nu het woord aan de heer Koopmans namens de VVD.

De heer Koopmans (VVD):
Dank u wel, voorzitter. Ik vervang vandaag collega Bosman, die hier niet bij kan zijn wegens gezondheidsproblemen. Via u, voorzitter, en zeker ook met u, wil ik hem graag van harte beterschap wensen. Maar het is ook goed om veel van mijn oude collega's weer eens te zien in deze debatopstelling.

De voorzitter:
Ja, terug te zien.

De heer Koopmans (VVD):
Het is ook heel goed dat deze minister-president naar de Europese top gaat en dat hij het is die daar zal opkomen voor het nationaal belang en voor onze gezamenlijke Europese waarden. Ik heb een stuk of acht onderwerpen die ik heel snel — dat beloof ik, voorzitter — zal behandelen.

Eerst en natuurlijk corona. Er wordt hard gewerkt aan Europese coördinatie. Dat is een goede zaak, maar nationale effectiviteit moet natuurlijk altijd vooropstaan. Ik wil de minister-president vragen welke samenwerking nu wordt voorzien. En welke effecten hebben nou ook de verschillende benaderingen tussen de lidstaten op ons als wij zo veel mogelijk met hen gaan coördineren?

Dan de brexit, voorzitter. Een beperkt akkoord of een no-deal of een geslaagd akkoord maar een akkoord dat afbreuk zou doen aan het gelijke speelveld, dat is allemaal erg onwenselijk. Dat kost banen, dat schaadt onze ondernemers, dat is slecht voor Nederland. We moeten daarom ook inzetten op een verenigde EU, op een breed akkoord en weer op dat gelijke speelveld. Het mag niet zo zijn dat de Britten voordelen hebben die de Nederlanders niet hebben. Ik vraag de minister-president om door te gaan op de goede weg. Tegelijkertijd moeten wij ook zo veel mogelijk zorgen dat iedereen in Nederland voorbereid is op de mogelijkheid dat het misgaat. Maar ook als het wel goed gaat, komt er een einde aan de overgangsperiode en moet iedereen voorbereid zijn.

Voorzitter. Het klimaat. Nationaal nemen we natuurlijk de maatregelen die nodig zijn om uit te komen op die 49% reductie in 2030. In Europa pleiten we voor die 55%, maar dan is het wel van belang dat we dat gezamenlijk doen. Ik weet dat dat de insteek is van de minister-president, dus ik spreek namens de VVD de steun uit voor deze lijn.

Iets moeilijker is de relatie met Turkije. Ik breng een motie in herinnering die ik met de heer Omtzigt — ik meen inmiddels twee jaar geleden — hier heb ingediend en die ook is aangenomen. Turkije kan geen lid worden van de Europese Unie. Er moet dus ook een einde komen aan die toetredingsonderhandelingen. We moeten vervolgens ook kijken naar de daden die Turkije nu tentoonspreidt. Het is al gememoreerd: er varen nog steeds schepen in zones van Griekenland en van Cyprus. Het gaat maar door. Wanneer wordt er nu geoordeeld dat het te ver is gegaan? En, zo ja, welke stappen zullen er worden genomen?

Ik kom dan bij het rechtsstaatmechanisme. Het is natuurlijk onbestaanbaar — we hebben het hier al uitgebreid over gehad — dat Polen en Hongarije de gehele Unie onder druk zetten. Hun veto mag natuurlijk ook niet leiden tot concessies aan het rechtsstaatmechanisme zoals dat er nu staat. De minister-president heeft al aangegeven dat wat er nu is, de ondergrens is en dat die landen zelf met een oplossing moeten komen. Ik wil hier slechts zeggen: houd daaraan vast, minister-president, u heeft onze steun. Wat betreft het Herstelfonds en het MFK moet het duidelijk zijn dat de hervormingen noodzakelijk blijven voor de inwerkingtreding.

Ik heb nog twee onderwerpen, maar ik zie dat mevrouw Buitenweg al iets wil zeggen.

De voorzitter:
Ik zie de heer Jetten ook. Mevrouw Buitenweg.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):
We zijn er nu toch! Zelf heb ik in mijn inbreng aangegeven dat ik het nodig vind dat sommige krachten binnen bijvoorbeeld Hongarije en Polen, zoals de weinige onafhankelijke media die er zijn of de ombudsman in Polen die onder vuur ligt, gesteund worden vanuit Europa, eventueel ook financieel. Bent u het daarmee eens?

De heer Koopmans (VVD):
Ik wil graag eerst duidelijk horen wat mevrouw Buitenweg precies bedoelt. Wil ze dat wij Nederlandse subsidies geven aan de vrije media daar of bedoelt ze via Europa of iets anders?

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):
Dat kan ook duidelijk vanuit Europa, maar dat er gezocht wordt naar bepaalde mechanismes voor financiële ondersteuning van het maatschappelijk middenveld, dat in die landen onder druk staat.

De heer Koopmans (VVD):
Ik ben geen specialist, maar ik meen te weten dat de Europese Unie heel veel programma's heeft voor het ondersteunen van het maatschappelijk middenveld en voor het versterken van de groepen die mevrouw Buitenweg noemt. Ik ben dus benieuwd wat ze daarbovenop nog wil.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):
Ik proef daarin wel steun dat u dit op zich wel nuttig vindt. Het gaat mij om het volgende. Bij de laatste behandeling van de begroting van Ontwikkelingssamenwerking zei de VVD, bij monde van collega Weverling, dat we niet langer onze eigen tegenspraak moeten inkopen. Hij zei dat het eigenlijk onzin is en vreemd dat projecten die zich richten tegen regeringsbeleid, met belastinggeld worden gefinancierd. Ik vond dat best een pittige opmerking. Het betekent dat we vanuit belastinggeld geen organisaties gaan financieren die misschien soms kritisch zijn op de regering. Dat is wel iets wat wij willen, wat ik wil, ook in landen als Hongarije en Polen. Daarom vraag ik: is dit nu de lijn van de VVD of niet?

De heer Koopmans (VVD):
Hier moet ik twee dingen op zeggen, want ik denk dat mevrouw Buitenweg ook twee dingen door elkaar haalt. Het eerste punt, dat we net even bespraken, is dat de Europese Unie de vrije media steunt in die zin dat er journalisten moeten zijn die vrij kunnen onderzoeken en zich kunnen uitspreken. Ik meen dat daar een hele hoop programma's voor zijn, maar nogmaals, ik ben niet de specialist. Dat gebeurt. Ik stel zeker niet voor om die op te heffen. Dat gaat door en dat is mooi.

Iets heel anders is het tweede punt: de discussie die mevrouw Buitenweg met mijn collega Weverling had bij het begrotingsdebat Ontwikkelingssamenwerking. Het standpunt van de VVD daar moge heel duidelijk zijn. Wij geven een hoop geld voor goede doelen. Dat is heel mooi, maar het is natuurlijk niet noodzakelijk om in Nederland ontwikkelingssamenwerkingsgeld uit te geven — dat is op zich al een beetje een vreemd idee — en dan ook nog aan mensen die er zijn om wat wij als parlement met z'n allen, hopelijk ook met mevrouw Buitenweg, democratisch hebben samengesteld en vastgesteld, te gaan bestrijden. Dat mag. Dat is heel goed, daar zijn we een democratische samenleving voor, maar dat doe je dan met je eigen achterban, met je eigen donoren. Dat is de democratische rechtsstaat. Dat hoeven wij toch niet te subsidiëren?

De voorzitter:
Tot slot, mevrouw Buitenweg.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):
Ik denk dat het van belang is dat we er wel voor zorgen dat er voldoende kritisch tegengeluid is. Dat vereist dat dat gesubsidieerd wordt. Althans, dat hoeft niet per se, maar het kan dat vereisen. Op het moment dat er onvoldoende andere bronnen van financiering zijn is het van belang dat het maatschappelijk middenveld gesteund wordt, zodat al die verschillende geluiden gehoord worden. Dat is belangrijk in bepaalde Europese lidstaten, het is belangrijk in ontwikkelingslanden en het is ook belangrijk in Nederland.

De heer Koopmans (VVD):
Mevrouw Buitenweg doet zichzelf tekort. Van die kritische tegengeluiden is zij zelf een voorbeeld. Moet zij gesubsidieerd worden? Nou ja, ik hoop dat GroenLinks gewoon hetzelfde geld krijgt als alle politieke partijen. Dat is hartstikke goed. Daarnaast geven wij in Nederland, maar meer nog in de Europese Unie, ook geld aan het ondersteunen van het maatschappelijk middenveld in het algemeen, de vrije media en al dat soort dingen. Ik was niet bij het debat, maar wat collega Weverling ongetwijfeld heeft gezegd … U ook niet? Oké.

De voorzitter:
Ik wel.

De heer Koopmans (VVD):
Dan is het moeilijk om het nu te recenseren. Maar ik wil mijn best doen. Hij zal ongetwijfeld hebben gezegd dat wij voor kritische geluiden zijn. Maar wij hoeven niet een actiegroep uit het ontwikkelingssamenwerkingsbudget te gaan subsidiëren om het beleid dat wij hier democratisch, inclusief het tegengeluid van mevrouw Buitenweg, vaststellen …

De voorzitter:
Volgens mij hebben wij vandaag over een motie hierover gestemd.

De heer Koopmans (VVD):
Kunt u nagaan.

De voorzitter:
Ik dacht van wel.

De heer Jetten (D66):
Ik ben blij dat de heer Koopmans zich ook uitspreekt voor het rechtsstaatmechanisme, omdat die schendingen van de rechtsstaat in Hongarije en Polen natuurlijk onacceptabel zijn. Maar het is in die twee landen niet uit de lucht komen vallen. Het is een beweging die vanuit de politiek al een aantal jaren is ingezet en die nu langzaamaan tot het afbrokkelen van die rechtsstaat leidt. Ik heb eerlijk gezegd de afgelopen weken met stijgende verbazing het VVD-verkiezingsprogramma voor de Tweede Kamerverkiezingen van maart volgend jaar tot me genomen. Daarin staat namelijk dat we de politieke uitspraken van het EVRM moeten kunnen corrigeren, dat wetten niet meer getoetst moeten kunnen worden aan het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, dat voorkomen moet worden dat groepen kunnen procederen voor het algemeen belang. Kortom, het VVD-verkiezingsprogramma zet eigenlijk rechters in het verdomhoekje en doet precies wat ze in Polen en Hongarije heel graag willen. Toen ze in Polen het VVD-verkiezingsprogramma lazen, dachten ze: yes, de VVD gaat ons helpen om die verschrikkelijke Europese rechters lekker een hak te zetten en te voorkomen dat zij zich kunnen bemoeien met wat er in ons land gebeurt. Precies de schade die aan de democratische rechtsstaat in Hongarije en Polen is begonnen met foute verkiezingsprogramma's, lees ik nu in het verkiezingsprogramma van de VVD van de heer Koopmans. Ik ben heel erg benieuwd hoe hij naar dat programma kijkt.

De heer Koopmans (VVD):
Hoe ik naar deze inbreng van de heer Jetten kijk, is met enige verbazing, want hij gebruikt grote en, ik zou haast zeggen, populistische woorden over iets dat heel specifiek is en op papier staat. Ik hoop dat dat het papier is dat hij nu vasthoudt. Ik kan daar drie dingen over zeggen. Ten eerste is het voorstel in het programma dat de raad van ministers van de Raad van Europa de mogelijkheid krijgt om unaniem een interpretatie te geven van de interpretatie van de bepalingen in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Dat helpt bij de interpretatie van die hele grote bepalingen. Ik zou zeggen dat dat best nuttig is, want het verdrag is uit 1950 en heeft het over enorm belangrijke, maar heel algemene dingen, zoals het recht op leven, het recht op gezinsleven en dat soort dingen. Dat is heel algemeen. Het is dan nuttig dat je als raad van ministers daar een interpretatie aan geeft. Dat geeft houvast, dat is fijn.

Ik vind het ook een beetje populistisch. De heer Jetten zegt hier namens D66 dat de voorstellen die in het VVD-programma staan … Er is nu een heel democratisch debat binnen de VVD. De heer Jetten is welkom om zich daarin te mengen, zij het dat hij dan wel eerst lid moet worden. Dan kunnen we meepraten over de formulering.

De voorzitter:
Nou. Ik wil een beetje …

De heer Koopmans (VVD):
Dit zijn serieuze voorstellen om de rechtsstaat te verbeteren. Het is een belangrijk en fundamenteel punt, voorzitter.

De voorzitter:
Alles wat we hier bespreken is belangrijk.

De heer Koopmans (VVD):
Ik wil de heer Jetten echt serieus beantwoorden. Het zijn serieuze voorstellen om die rechtsstaat te versterken, om de inspraak en de democratie te versterken. Wat de heer Jetten nu doet, is dat gelijkstellen aan wat de heer Orbán doet, aan wat er in Polen gebeurt. Hij zegt nu eigenlijk omgekeerd tegen Orbán en tegen Polen: wat jullie doen, is eigenlijk net zoiets als een rechtsstatelijke discussie over het verkiezingsprogramma van de VVD.

De voorzitter:
Ik ga naar de heer Jetten.

De heer Jetten (D66):
Ik zal het kort houden, voorzitter. Het is niet alleen mijn recensie, het is ook de recensie van oud-VVD-Kamerlid Arend Jan Boekestijn, die op zijn website schrijft: "De VVD is niet op aarde om autocraten te helpen. Als het aan de VVD ligt, gaan we de Poolse regering helpen via het Comité van Ministers rechters te corrigeren." Ik hoop dat de VVD-leden die deze weken dat verkiezingsprogramma bespreken, verstandig zijn en deze voorstellen, die de rechtsstaat ondermijnen, uit hun verkiezingsprogramma halen. Anders gaat u het pad op dat we andere landen nu verwijten. En dat moeten we niet doen. Dat is echt heel erg onverstandig, meneer Koopmans.

De voorzitter:
Een korte reactie.

De heer Koopmans (VVD):
Dat voorstel is dus onder meer om die interpretatieve verklaringen te geven, om een verduidelijking te geven bij bepaalde uitspraken, unaniem en geheel rechtsstatelijk. Een ander punt dat de heer Jetten zo onrechtsstatelijk vindt, is dat er een onderscheid wordt gemaakt tussen verdragen die nu direct doorwerken in Nederland, en het in nationale wetgeving overnemen van verdragen. Ik kan de heer Jetten vertellen dat het in Duitsland, Denemarken en Noorwegen allemaal is zoals nu wordt voorgesteld in het VVD-verkiezingsprogramma. Als hij dat niet-democratisch en niet-rechtsstatelijk vindt, moet hij ook even naar Duitsland en Noorwegen kijken.

De heer Omtzigt (CDA):
Dan heb ik gewoon een verklaring nodig van de heer Koopmans. De heer Koopmans zegt nu dat het unaniem moet gebeuren. Nou, geloof mij, 47 landen binnen de Raad van Europa die iets unaniem vinden en Nederland dat het eens is met Rusland, Turkije, Noorwegen en Cyprus tegelijk: dat wordt 'm niet. Dat gaat dus nooit gebeuren. Het woord "unaniem" staat ook niet in het verkiezingsprogramma. Het gaat dus om een gewone meerderheid. Ik kan u zeggen dat een meerderheid in de Raad van Europa met het verval van de rechtsstaat in een groot gedeelte van Europa problematisch begint te worden. Is het dus unaniem of een meerderheid? Ten tweede zei de heer Koopmans dat de ministers de uitspraak mogen interpreteren. Dat betekent dat ze nog iets mogen invullen. Maar in het verkiezingsprogramma van de VVD staat het woord "corrigeren". Er zit een subtiel verschil tussen interpreteren en corrigeren. Is het dus "interpreteren" of "corrigeren"?

De heer Koopmans (VVD):
Ik val hier terug op het plan dat de VVD al tien jaar geleden heeft neergelegd, dat al jarenlang wordt uitgedragen en dat hier nu vorm heeft gekregen. Wat betreft het woord "corrigeren" of "interpreteren" kan ik het volgende zeggen. Het gaat erom — zo lees ik het in ieder geval — dat in dat plan, dat we al tien jaar geleden hebben neergelegd, lang voordat ik erbij was, staat dat het niet op individuele zaken zit. Daar gaat het niet om. Je kan een individuele zaak namelijk niet met terugwerkende kracht corrigeren. Het gaat erom dat een collectief van ministers in algemene zin bepalingen in een verdrag uit 1950 kan proberen uit te leggen en daar richting aan kan geven. Tot slot zou ik zeggen dat dat ook best nuttig is. In 1950 was niet voorzien dat er nu allemaal zaken zijn met betrekking tot het oprekken van het asielrecht of het sociale stelsel. Het Hof heeft nu zelfs uitkeringsrechten tot eigendomsrechten verklaard. Dan is het nuttig om daar als collectief van regeringen af en toe een interpretatie aan te geven voor de toekomst. Daar kan het Hof dan zelf mee doen wat het wil.

De heer Omtzigt (CDA):
De heer Koopmans heeft in één antwoord op drie punten afstand genomen van het VVD-programma. Dat vind ik toch wel knap. Er staat niet "unaniem", maar de heer Koopmans zegt wel: unaniem. Maar dat zal ik hem nog vergeven. Ten tweede staat er echt: het corrigeren van uitspraken. Als het ging om het interpreteren van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens was er niet zo'n discussie, want dat verdrag is inderdaad — daar heeft de heer Koopmans een punt — al meer dan 50 jaar hetzelfde. Hoe interpreteer je "briefgeheim" in een tijd van internet? Er is best wat voor te zeggen dat de lidstaten daar wat van vinden. Dat is hier niet het probleem. Er staat: corrigeren. Dat betekent niet dat regeringen tegen een rechter mogen zeggen: we zijn het er voor de toekomst niet mee eens. Dat kunnen we hier in de Kamer namelijk ook doen. Als we het niet eens zijn met een rechterlijke uitspraak, zeggen we: dat moeten we niet meer strafbaar stellen. De collega's van D66 willen minder drugsdelicten strafbaar stellen — dat is prima — maar dat doen ze niet met terugwerkende kracht. Dat is heel belangrijk. Meneer Jetten zegt hier niet: als ik aan de macht kom, bestaat iedereen die een drugsdelict heeft begaan niet meer. Maar hier wordt gezegd: corrigeren. Dat betekent dat een land als Rusland Oekraïne en dergelijke weg kan stemmen en kan zeggen: wij gaan de uitspraak van de rechter corrigeren. Is dat wat de VVD voorstelt of is dat niet wat de VVD voorstelt? Ik ben niet geïnteresseerd in dat memo van tien jaar geleden; ik ben geïnteresseerd in wat er in het verkiezingsprogramma staat.

De heer Koopmans (VVD):
Wat in het uiteindelijke verkiezingsprogramma staat, wordt volgens mij pas over een paar weken vastgesteld. Er is nu namelijk een levendig debat in de heel democratische VVD over allemaal amendementen. Ik geef hier weer wat er staat in het concept en hoe ik dat interpreteer. Wat betreft het corrigeren: dat kan je misschien verhelderen, maar het gaat uiteindelijk niet om terugkijken. Het is niet zo van: er is een uitspraak geweest en die gaan wij als ministers eens omdraaien. Dat kan natuurlijk niet. Dat zou niet kunnen kloppen. Ik zal de heer Omtzigt uitleggen waar het om gaat. Je kan zeggen dat er een uitspraak was over een heel algemeen iets: het recht op leven. Maar dat krijgt een bepaalde richting. Dat krijgt steeds meer vorm. Door de jaren heen krijgt het een bepaalde betekenis. Je ziet een doorgaande lijn. Dan kun je misschien collectief als Comité van Ministers in de Raad van Europa zeggen: die doorgaande lijn willen wij een andere richting geven, vooruitkijkend en in algemene zin. Zo begrijp ik het en zo zal ik het ook bepleiten.

De heer Omtzigt (CDA):
Tot slot. Hier staat "aanpassing van het EVRM zodat het Comité van Ministers" — dat zijn dus de 47 ministers van Buitenlandse Zaken — "in de Raad van Europa de mogelijkheid krijgen om uitspraken van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens die indruisen tegen de bedoeling van de lidstaten te corrigeren." Dus hier staat wel degelijk dat je het over bestaande uitspraken hebt. Als ik het al niet begrijp, dan zou het zo links en rechts tot enig misverstand kunnen leiden. Ik zie hier dus een andere interpretatie en ik denk dat we bij een volgend debat wel weer gaan vragen wat ongeveer de precieze interpretatie zal zijn. Want naar de toekomst toe snap ik hem, maar naar het verleden toe uitspraken corrigeren ... Nou jongen, dan gaat de champagne los in Moskou en in Ankara.

De heer Koopmans (VVD):
Het lijkt mij duidelijk dat je niet naar het verleden kijkend een rechterlijke uitspraak kunt corrigeren. Dat zullen de opstellers van het programma ook zeker niet bedoeld hebben. Als dat moet worden verhelderd, zal dat verhelderd worden in de mooie democratische discussie die wij in de VVD hebben. Ik nodig de heer Omtzigt net als de heer Jetten van harte uit om zich daarin te mengen. Alleen, dan moeten ze wel even een sprongetje maken.

De voorzitter:
Gaat u verder.

De heer Koopmans (VVD):
Maar het gaat er uiteindelijk om dat wij allemaal staan voor de rechtsstaat en dat het weleens goed zou zijn dat een Hof dat inmiddels hele nieuwe problemen heeft waar het zich mee moet verstaan, zoals het asielrecht, met de Dublinverordening en met socialezekerheidsrechten, daarbij geholpen wordt door interpretaties van het Comité van Ministers.

Voorzitter. Ik was bijna bij het laatste onderwerp, maar nog niet helemaal. We hadden nog de veiligheid en de terrorismebestrijding. Het is van groot belang dat wij het Schengengebied versterken. Het is ook heel goed dat er nu wordt gewerkt aan gegevensuitwisseling tussen de politie van Europese staten, met name ter bestrijding van terroristen en terroristische onlinecontent. Ik begrijp dat eraan wordt gewerkt, maar ik vraag de minister-president wat de obstakels zijn voor een snelle implementatie. Wat kan Nederland nog meer doen? Ik vraag hem ook naar de uitvoering van de motie-Becker die pas is aangenomen over het voorbereiden van een versterking van Schengen voor het geval dat we weer een migratiecrisis of een andere crisis krijgen. Is er al een begin gemaakt met de uitvoering van deze motie?

Tot slot de leidersmeeting of -vergadering, zult u zeggen, van de EU en de Afrikaanse Unie. Ik begrijp dat die nu niet met de deelname van de minister-president zelf plaatsvindt. Maar hij is er wel indirect bij betrokken. Ik wil hem vragen vooral in te zetten op gelijkwaardigheid. Dat betekent ook wederkerigheid. Dat betekent ook dat wij moeten oppassen voor de rechtsstatelijkheid in Afrika. Is het niet mogelijk, zoals wij dit punt bespreken over Hongarije en Polen, om ook eisen te stellen aan de manieren waarop deze staten omgaan met de gelden die zij mogelijk van de Europese Unie krijgen?

Tot zover, voorzitter.

De voorzitter:
Mevrouw Leijten, u bent door uw interrupties heen.

De heer Koopmans (VVD):
Van mij mag het, hoor. Maar u bent de voorzitter en u bent heel streng, dacht ik.

De voorzitter:
Ik zou zeggen: het kan ook in tweede termijn.

De heer Koopmans (VVD):
Nee.

De voorzitter:
Wel.

De heer Koopmans (VVD):
U bent de voorzitter.

De voorzitter:
Goed. Dan ga ik toch naar de heer Van Otterloo namens 50PLUS. De heer Van Otterloo is de laatste spreker. Gaat uw gang.

De heer Van Otterloo (50PLUS):
Voorzitter. Ik zal proberen om het heel kort te houden. 50PLUS is vaak heel kritisch over de Europese Unie, zeker als we vinden dat er te veel bemoeienis is met wat er in Nederland gebeurt. Maar in dit geval denk ik dat we tegen de minister-president kunnen zeggen dat hij op onze volledige steun kan rekenen als het gaat om de rechtsstatelijkheid in Europa. Want er zijn geen excuses te vinden voor die landen die de middelen uit Europa willen gebruiken om hun eigen land te onderdrukken, om geen vrijheid te geven aan kritische media en om Europese middelen uit te delen aan hun corrupte vrienden. Wat dat betreft zijn er geen onderhandelbare principes als het gaat over rechtsstatelijkheid.

Als het gaat over het geld dat uit Europa komt, maken we ons grote zorgen dat in deze hele discussie wordt vergeten hoe belangrijk de Europese fondsen zijn voor een aantal Nederlandse organisaties, Nederlandse landsdelen. Ik denk bijvoorbeeld aan het stoppen van de gaswinning in het noorden. Ik denk aan de investeringen die ook wij moeten doen en de hoeveelheid geld die we nodig hebben om de coronacrisis te boven te komen.

Tot slot maken we ons grote zorgen over de brexit. Anders dan sommige andere partijen hier in het land zie ik een land dat in een diepe economische crisis is geraakt. Groot-Brittannië is afgezakt naar de vijfde plaats als handelspartner van Nederland. Hoe verder het gaat, hoe slechter het gaat in Engeland. Er is geen land dat zo is getroffen door corona en daarbovenop ook nog eens de brexit. Laat dat ook een goede les zijn voor ons.

De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van Otterloo. Daarmee zijn we ook aan het einde gekomen van de eerste termijn van de zijde van de Kamer. Ik kijk even naar de minister-president. Twintig minuten? Zullen we ... Een kwartier, ja. Volgens mij wist u dat het een kwartier wordt. Gewoon onderhandelen. Dan schors ik de vergadering tot 23.00 uur.

De vergadering wordt van 22.45 uur tot 23.04 uur geschorst.

De voorzitter:
Ik geef de minister-president het woord.


Termijn antwoord

Minister Rutte:
Voorzitter. Er is veel gevraagd en veel te antwoorden, en het is laat, dus laat ik proberen het zo "concise" mogelijk te doen. Ik begin met brexit. Er is over brexit nu eigenlijk niet zo heel veel nieuws te melden. U weet welke grote punten er daar nog lijken te liggen. Maar de Europese Raad is niet aan zet deze week. Ik verwacht dat het voorlopig echt via de onderhandelaars zal lopen. Maar het loopt natuurlijk op visserij, het loopt op "managed divergence". "Dynamic alignment" gaat niet, maar hoe kun je dan toch proberen om ervoor te zorgen dat de interne markt heel blijft? En er is nog een aantal overige zaken, maar visserij en het level playing field zijn wel de twee grote onderwerpen.

Tegen die achtergrond kom ik op de vragen. Mijn verwachting is dat het een "EU-only-akkoord" zal worden. Er zitten nu in het pakket geen elementen die het sowieso tot een gemengd akkoord zouden moeten maken. Volgens mij is dat waar in Brussel op gestuurd wordt. Uiteraard wordt dat dan wel ook met het parlement besproken, dus wij zullen dat met een appreciatie naar het parlement sturen.

In februari hebben wij de Kamer geïnformeerd over het mandaat voor de Europese Commissie op basis waarvan onderhandelaar Barnier onderhandelt. Dat is ook besproken in een aantal debatten hier, onder andere bij de Raad Algemene Zaken en de Europese Raad waar brexit op de agenda stond. Visserij maakt daarvan uiteraard onderdeel uit.

Ja, er is natuurlijk een risico dat de Britten gaan kiezen voor lagere winstbelasting. Daarover is een vraag gesteld. Op zichzelf is dat echter een nationale competentie. Onderdeel van de gesprekken is wel dat wij erop aandringen dat het Verenigd Koninkrijk zich natuurlijk blijft houden aan de OESO-richtlijnen op belastinggebied. Maar het is niet zo dat we dat nu kunnen afdwingen in deze onderhandelingen. Het gelijk speelveld: ja. Bestrijding van oneerlijke concurrentie: ja. De motie-Ploumen op dat punt uiteraard ook. Wij zouden het natuurlijk zeer ongelukkig vinden als die winstbelasting omlaag gaat, maar je kunt dat niet nu gegarandeerd afdwingen via deze onderhandelingen.

De voorzitter:
Bent u klaar met dit punt?

Minister Rutte:
Nee, met de vragen over brexit nog niet. Er zijn nog een paar vragen over brexit.

De voorzitter:
We maken dit punt eerst af, en dan kunnen de leden interrumperen.

Minister Rutte:
Ja. Hoe worden de vissers voorbereid als het niet lukt? Als er op 1 januari geen deal is, is het afgelopen met de toegang voor vissers tot de Britse wateren, en dat dreigt op dit moment. Ik zet het toch maar even gewoon heel scherp hier neer. We proberen dat natuurlijk te voorkomen, maar wat er dan gebeurt, is dat er nauw contact is over alle scenario's, en dat dan de Europese Unie ook bevoegd is tot het instellen van tijdelijke mitigerende maatregelen. Er is geld gereserveerd binnen het Meerjarig Financieel Kader voor onvoorziene en negatieve effecten van het aflopen van de overgangsperiode. Daar zitten ook financiële instrumenten bij, waarbij ook de impact van brexit op de zwaarst getroffen lidstaten wordt erkend. Daar hoort Nederland natuurlijk als het fout zou gaan bij vanwege de grote visserijsector. Wij verwachten dat de Commissie binnenkort komt met een voorstel over de invulling van die middelen. Wij zitten daar natuurlijk bovenop, maar het is wel op de eerste plaats nu een zaak van de Commissie om ervoor te zorgen dat die mitigerende maatregelen worden genomen.

De heer Koopmans stelde een vraag over het gelijk speelveld. Ik ben het zeer met hem eens dat er grote belangen op het spel staan, ook voor Europa als geheel. We moeten er echt voor zorgen dat die interne markt wel intact blijft. Het is niet erg als er concurrentie is tussen bedrijven, maar je moet wel voorkomen dat er op een onredelijke wijze concurrentie komt op standaarden. Helemaal voorkomen gaat ook lastig worden. Je kunt niet helemaal van Engeland een rule taker maken. Dus dat ideaal van wat in het jargon "dynamic alignment" heet, gaat niet. Maar er wordt nu gewerkt volgens het leerstuk van het zo gecontroleerd mogelijk managen van de verschillen, van de "managed divergence". We hebben compromisbereidheid getoond en die wordt ook verwacht van het VK. Het is wel een groot punt nu waar de onderhandelingen naar mijn inschatting ook nog op vastzitten.

Dan de Belastingdienst. Hier moet ik nog zeggen dat sinds de uitvoeringstoets van de Belastingdienst er niet is stilgezeten. Ik heb nu een antwoord dat, naar ik heb begrepen, de heer Blok ook al bij een ander debat naar voren heeft gebracht. Bij de loonbelasting is het systeem gereed per 1 januari 2021. Bij de inkomstenbelasting was dat nog niet zeker. Op dit moment is de verwachting dat ook in de inkomstenbelasting de regeling goed ingericht kan worden. Daardoor is de aangifte inkomstenbelasting dekkend en is eigenlijk geen aanvullende zelfredzaamheid nodig. Mocht het toch niet lukken met die implementatie, wat dus niet de verwachting is, dan zijn er goede regelingen in de fiscaliteit om alsnog je recht te effectueren. Dat is geen coulanceregeling, maar gewoon hoe het werkt in de fiscaliteit. Nog tot grofweg vijf jaar na dato is het mogelijk de aangifte te laten veranderen, zodat die klopt. Als het niet goed gaat, dan zal de klantendienst van de Belastingdienst haar uiterste best doen om dat zo spoedig mogelijk recht te zetten. Maar nogmaals, het is niet de verwachting dat dat nodig is. Het is niet mogelijk het met één telefoontje op te lossen, omdat bijvoorbeeld daarmee de identiteit van betrokkene onvoldoende kan worden geverifieerd.

Ja, wij houden vast aan onze standaarden als het gaat om sociale veiligheid en voedselveiligheid. We hebben vanaf moment één ingezet op stevige afspraken om zo'n gelijk speelveld te waarborgen, in het belang van burgers en bedrijven. Dat is ook een van de onderwerpen waarop het nog niet is gelukt om overeenstemming te bereiken in de onderhandelingen. Daarom staan er ook zulke grote belangen op het spel.

Dat ten aanzien van de vragen over de brexit.

De heer Nijboer (PvdA):
Ik heb een vraag over het verlagen van de winstbelasting. De premier zegt dat dat een bevoegdheid van het Verenigd Koninkrijk is. Dat begrijp ik op zichzelf wel, maar de vraag die ik aan de premier zou willen voorhouden is: wat heeft het kabinet gedaan om dat te voorkomen? Welke acties zijn erop ondernomen? Zijn daar gesprekken over gevoerd? Is het een voorwaarde geworden? Want de premier zegt dat het ongewenst is. Dat delen we. Wat is eraan gedaan?

Minister Rutte:
De Kamer kent de inzet van Europa. In februari is die gedeeld met de Kamer en in allerlei debatten ook besproken. Daarbij is ook aan de orde geweest de motie-Ploumen om ervoor te zorgen, in algemene zin ook, dat het gelijke speelveld er is en oneerlijke concurrentie voor onze bedrijven wordt voorkomen. Daarbij zet de EU erop in, ook op aandringen van Nederland, dat de geldende regels ten opzichte van de belasting gewaarborgd worden in het akkoord. Dat heeft ook te maken met de zogenaamde non-regressieafspraken. Onderdeel van de gesprekken van de EU met het Verenigd Koninkrijk is dat het Verenigd Koninkrijk ook aan de OESO-richtlijnen op belastinggebied behouden blijft. Maar het is niet mogelijk om dit als een harde voorwaarde in de onderhandelingen te brengen, omdat dit immers, ook binnen de Europese Unie, een nationale competentie is. Ook voor Nederland geldt dat wij zelf onze tarieven vastleggen voor de winstbelasting.

De heer Nijboer (PvdA):
Het zou wat zijn als Engeland zich niet aan de OESO-richtlijnen zou houden. Dat is wel het absolute minimum. Het gaat er natuurlijk om dat er politieke en diplomatieke druk is, dat niet dat haasje-overeffect plaatsheeft, dat landen steeds verder gaan in het verlagen van de winstbelasting, binnen de Unie of straks bij zo'n splitsing in de Unie. Daar gaat het om. De Kamer heeft het kabinet ertoe opgeroepen om dat te voorkomen. De premier zegt nu eigenlijk: het is ongewenst, maar we doen er verder niets aan.

Minister Rutte:
Er is steeds gezegd dat dit wel wordt ingebracht als een te behartigen punt, maar dat je dit niet als een harde eis kunt stellen.

Ik kom dan bij het volgende hoofdstuk. Dat is alles wat samenhangt met zowel het MFK, dus het Meerjarig Financieel Kader, als met rule of law. Laat ik beginnen met de rule of law. Wat ik in het vragenuur daarover zei, is volgens mij ook breed in de Kamer gesteund, op een enkeling na. Dat is dat wij niet onder het niveau willen zakken van de trilooguitkomst. We kunnen nu gaan speculeren over hoe je er dan uit moet komen. De triloog heropenen heeft alleen zin als je denkt dat je hoger uitkomt, maar dat lijkt me onwaarschijnlijk. Ik heb niet de indruk dat iemand dat nu serieus overweegt. Dan is er nog een optie dat je vraagt aan de Hongaren en Polen waar ze zo boos over zijn. Ze lijken bijvoorbeeld heel boos te zijn dat dit gaat over het accepteren van quota op migratie. Dan zou je kunnen vastleggen in een Europese Raadsconclusie dat dit rule-of-lawinstrument niet gaat over quota op het accepteren van migratie. Dat zou nog een oplossing kunnen zijn, dat je vastlegt wat het niet is, maar dat kan natuurlijk alleen als dat geen afbreuk doet aan het rule-of-lawinstrument. Maar ook zo'n route wordt op dit moment door de beide landen afgewezen, heb ik begrepen.

Ja, en dan weet ik het ook niet meer. Dan kom je algauw, inderdaad, bij de vraagstukken van A25. Over de vormen daarvan wil ik eigenlijk niet speculeren. Daar is het echt te vroeg voor. Ik heb verschillende opties gehoord in de Kamer. Ik begrijp ook heel goed welke zorgen daar leven. Die deel ik natuurlijk ook met de Kamer. We zullen daar uiteraard uitvoerig met de Kamer over spreken, als het zo ver komt. Ik denk wel dat het goed is dat is gezegd tegen Hongarije en Polen: er is een weg om jullie heen, als het moet. Die is er natuurlijk ook. Dat kan overigens onder bepaalde omstandigheden ook nog wel — mevrouw Buitenweg bracht dat naar voren — een route van versterkte samenwerking zijn. Het is niet zo dat in alle gevallen Hongarije en Polen daar ja tegen hoeven te zeggen. Er zijn ook nog constructies denkbaar waarin je versterkte samenwerking buiten hen om zou kunnen doen. Ik snap ook alle nadelen en voordelen, vooral ook nadelen, van intergouvernementele afspraken, maar het heeft niet zo heel veel zin dat ik hier nu ga putten uit alle opties. Als het zover komt, is het cruciaal dat we zo dicht mogelijk blijven bij de afspraken in juli. Daarvoor zijn voor Nederland overigens de hervormingen cruciaal en tegen de achtergrond van de hervormingen de noodrem. Daar gaan we nooit ook maar een jota aan veranderen; dan is het meteen klaar. Cruciaal is uiteraard ook alles wat betreft het ophalen van het geld. Maar nogmaals, het heeft volgens mij niet zo heel veel nut om daar nu over te speculeren.

Voorzitter, zal ik de antwoorden allemaal even doen op dit onderwerp en dan alle vragen? Ik hoor "prima".

De motie over de statenklachtprocedure Polen is aangenomen, dacht ik. In ieder geval hebben we daar ja op gezegd. We zijn met gelijkgezinde lidstaten bezig om de kansen en risico's van de eventuele inzet van het instrument in kaart te brengen. Dat doen we nu ambtelijk met zes lidstaten. Minister Blok van Buitenlandse Zaken zal de Kamer op de hoogte houden. In dat verband is het goed nieuws dat de Commissie op 3 december jongstleden Polen een aanvullende ingebrekestelling heeft gestuurd vanwege het doorgaan van zaken tegen Poolse rechters in de tuchtkamer van het Poolse hooggerechtshof. Dat ligt eigenlijk in het verlengde daarvan. Ik heb geen aanwijzingen dat het Portugees voorzitterschap hier anders in zou zitten dan wij. Onze ambassade meldde vandaag nog dat premier Costa deze week heeft gezegd en ik citeer: "De rechtsstaat is niet om over te onderhandelen. Boedapest en Warschau moeten besluiten of ze de regels van de club accepteren of het lidmaatschap willen opzeggen." Dat doet hij dan overigens met een octaaf lagere stem en in het Portugees.

De Poolse regering probeert inderdaad de aandacht af te leiden van de discussie over het rechtsstaatmechanisme door nu met een artikel 7-procedure te dreigen tegen Nederland. Artikel 7 gaat over een ernstige schending van de waarden van de Europese Unie, bijvoorbeeld de rechtsstaat, democratie of grondrechten. Het is niet bedoeld om een eventueel meningsverschil op het gebied van belastingen mee te adresseren, dus dat wachten wij verder af.

Ik ben het eens met mevrouw Buitenweg, die vroeg: wat kun je verder doen om de krachten in Hongarije en Polen te steunen? Ik denk overigens dat de instrumenten die binnen het MFK zijn afgesproken, daar het best voor geschikt zijn, zoals het nieuwe Rights and Values programme, waarmee onder meer maatschappelijke organisaties kunnen worden gesteund vanuit het MFK. De omvang van dat programma is na onderhandelingen nog verdubbeld van 800 miljoen naar 1, 6 miljard. Ik zou erop willen inzetten om dat fonds daarvoor te gebruiken.

Tegen die achtergrond waren er ook een paar vragen over het Meerjarig Financieel Kader zelf. De heer Jetten vroeg mij om reflectie. Ik denk dat we financieel zo'n beetje alles hebben binnengehaald. We hebben ook binnengehaald de hervormingsvoorwaarden, de noodrem en, waar hij het in bijzonder over had, de rechtsstaat. Ik denk inderdaad dat het waar is dat het Europees Parlement dat behoorlijk verbeterd heeft, maar ik was er blij mee dat de stap is gezet naar een koppeling, die er eerst niet was en eigenlijk nooit is geweest, tussen de ontvangst van middelen en de rechtsstaat. Overigens gaat dat niet over artikel 7. Artikel 7 is veel breder. Hier praat je dus over de rechtsstaatinstrumenten die nodig zijn om te controleren of je geld netjes besteedt. Dan kom je al heel gauw op grote onderwerpen als de rechterlijke macht, de onafhankelijkheid van rechters et cetera. Maar het heeft natuurlijk niet de breedte van artikel 7 en we kennen allemaal de nadelen van de artikel 7-procedure.

Dan het "rule of law"-instrument. Het is interessant wat de Kamer zei, want als dat "rule of law"-instrument met een gekwalificeerde meerderheid zou zijn aangenomen en het Meerjarig Financieel Kader in een "één twaalfde"-procedure komt, geldt dat ook voor dat MFK. Ik heb dat net nog even gecheckt. Mij is ambtelijk verzekerd dat dat dan ook daarvoor geldt. Ik dacht dat de heer Omtzigt of iemand anders daaraan refereerde. Dat is interessant. Dat lijkt inderdaad zo te zijn. Dan komt natuurlijk de vraag waarom dat nog niet is gebeurd. Dat moet het Duits voorzitterschap echt in stemming brengen in het Coreper. Daar wachten wij nu op, maar het is meer tactisch dat het nu niet gebeurt dan dat daar verder grote overwegingen een rol bij spelen.

Dan was de vraag: wat ligt er dan wel of niet stil? Dat was de vraag naar het EMA en de ESA in Noordwijk. Zonder nieuwe sectorale verordeningen kunnen voor grote programma's, zoals het cohesiebeleid en Horizon maar ook voor ESA en EMA, geen nieuwe vastleggingen worden aangegaan. Daarnaast kunnen de programma's die met het herstelinstrument gefinancierd worden nog niet starten. Ook is Nederland dan zijn kortingen kwijt. Die worden overigens met terugwerkende kracht uitbetaald, zodra het MFK wel wordt vastgesteld. Wel kunnen er betalingen worden gedaan voor vastleggingen die in de periode 2014 tot 2020 zijn aangegaan. Dat heeft dus inderdaad vergaande gevolgen; ook voor ESA en EMA heeft dat gevolgen.

Ik heb ook het belang van de koppeling aan hervormingen benadrukt. In de richting van de heer Koopmans wil ik dat nogmaals doen. Ik ben dat zeer met hem eens. De triloog over de verordening vordert. Het lijkt wel de goede kant op te gaan. Er wordt nu met het Parlement vooral gesproken over de governance van het herstelinstrument. Waar men die koppeling aan hervormingen wilde verzwakken door de CSR's een paar jaar uit te stellen, heeft Nederland ook meteen gezegd: als dat gebeurt, is het onmiddellijk klaar. Dan zal Nederland niet het eigenmiddelenbesluit ter ratificatie voorleggen. Dat weet ook iedereen in het Europees Parlement, en mijn verwachting is dat dat ook niet meer geprobeerd wordt.

Tot slot, voorzitter. De heer Nijboer zei: die 5,6 miljard ook voor Nederland. Daar ben ik het zeer mee eens, maar het is niet zo dat als wij dat pas in april indienen, wij dan geld mislopen of dat wij eerder geld gekregen zouden hebben als we het eerder hadden ingediend. Dus wat wij willen is een stevig en ambitieus plan indienen. Dat betekent dat we ook de formatie daarbij een kans willen geven, zodat het nieuwe kabinet daar een definitief besluit over kan nemen en de ruimte heeft om te kiezen welke additionele hervormingen en investeringen een plek krijgen in het nationale plan. Daarmee loopt Nederland geen geld mis. Het is ook niet zo dat we dan later geld krijgen, want de window sluit op 30 april volgend jaar en de verkiezingen zijn half maart. Mijn suggestie als dan demissionair premier aan de tegen die tijd formerende club zou wel zijn om dat prioritair te doen. Dan zal natuurlijk het demissionaire kabinet maximaal faciliteren dat besluiten uit de formatie ook snel bij de Kamer worden neergelegd. Daar zullen we dan in moeten helpen natuurlijk, maar het is vaker in formaties dat het aftredend kabinet daar dan een rol in heeft.

Voorzitter. Dat in antwoord op alle vragen over zowel MFK als rule of law.

De voorzitter:
Dan ga ik eerst naar mevrouw Buitenweg en dan naar mevrouw Van der Graaf.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):
Het gaat zo uiteindelijk toch wel snel.

De voorzitter:
Dat ligt eraan.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):
Ik wil niet heel erg vertragen, maar ik wil toch even terugkomen op het onderwerp van die intergouvernementele weg versus de weg van de enhanced cooperation, de versterkte samenwerking. De minister-president zegt dat dit nu niet aan de orde is, en dat begrijp ik. Tegelijkertijd vind ik het wel fijn om te begrijpen wanneer dat wel aan de orde is, omdat ik ook kan bedenken dat Nederland er misschien juist wél iets in ziet omdat de Europese Commissie dan geen geld leent op de markt, terwijl ik juist het gevaar wil benadrukken dat het Europees Parlement buitenspel staat en er dan minder controle op de gelden is. Kortom, om te voorkomen dat de minister-president dat intergouvernementele traject toch heel aantrekkelijk vindt, zou ik toch willen begrijpen op welk moment er dan wel wordt voorgesorteerd op een van die trajecten.

Minister Rutte:
Geen flauw idee; dat weten we echt niet. De Commissie is hier natuurlijk aan zet. Ik was heel blij met het signaal dat zij afgaf: als dit doorgaat, zijn wij bereid een voorstel à 25 te doen of à 24. We weten niet helemaal zeker wat Slovenië doet. We hopen dat ze wel blijven meedoen. Overigens hoop ik dat we in de Europese Raadsconclusies van deze week een paar zinnen kunnen opnemen die geen afbreuk doen aan de trilooguitkomst, waardoor Polen en Hongarije zeggen: o, maar dan zijn we alsnog akkoord. Dat is het wondertje waar ik altijd op blijf hopen. Lukt dat niet, dan verwacht ik dat de Commissie na deze Europese Raad snel zal komen met technische opties voor hoe dan verder à 25. Dat zullen wij echt meteen ook weer bij alle gelegenheden met het Parlement bespreken. Daarbij zijn voor mij cruciaal de hervormingen, de noodrem en al dat soort zaken, maar uiteraard ook dat we de democratische controle maximaal kunnen garanderen. Maar er zijn zoveel varianten denkbaar, ook intergouvernementeel, met toch ook parlementaire controle, en ook enhanced cooperation. Ik begrijp van juristen dat er ook nog vormen denkbaar zijn onder bepaalde technische voorwaarden, waarbij dat ook nog zou kunnen terwijl Hongarije en Polen daar niet voor zijn. Normaal gesproken moeten alle anderen dan ermee instemmen dat je de Unie-instrumenten gebruikt voor enhanced cooperation, maar dat schijnt niet altijd te hoeven. Nou, dan zitten we inmiddels vuistdiep in de Europese verdragen waar ik het ook niet meer weet. Dus dat moeten we gewoon bekijken, maar dat zijn allemaal zaken die we dan ook gaan bespreken.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):
Mag ik de volgorde in prioriteiten zo begrijpen dat op één een akkoord staat met alle 27 lidstaten onder de voorwaarden zoals geformuleerd met het rechtsstaatmechanisme …

Minister Rutte:
Ja.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):
… en op twee de enhanced cooperation? Het heeft dus niet de eerste of de tweede voorkeur van de minister-president om naar een intergouvernementeel verdrag te gaan.

Minister Rutte:
Mijn neiging zou zijn om ja te zeggen op wat mevrouw Buitenweg zegt …

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):
Dank u wel!

Minister Rutte:
… maar dat is mijn néiging, want ik hou een kleine opening, omdat ik toch even precies op een rijtje wil zetten wat de voor- en de nadelen zijn van de verschillende routes. Dat zal ik dan ook transparant aan de Kamer laten weten, of Hoekstra of Blok of wie dan ook, maar in ieder geval het kabinet. Dus nu zou mijn eerste gevoel zijn dat mevrouw Buitenweg de goede prioritering aangeeft, maar ik wil een beetje ruimte houden om op een gegeven moment toch te kunnen zeggen: nu blijkt er iets gevonden te zijn en dat klinkt weliswaar als intergouvernementeel, maar het doet alles wat we wilden.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Ik hoor de minister-president razend interessante dingen zeggen over het rechtsstaatmechanisme. Hij zegt dat hij nu doorheeft dat dat mechanisme helemaal niet afhankelijk was van een unanieme uitkomst in de Europese Unie, maar dat er ook een andere route was om dit voor elkaar te maken. We hebben dit al eens eerder in de Kamer aan de orde gesteld in debatten, en we hebben toen de indruk gekregen van de regering dat er diepe strategische overwegingen achter zaten om dat in de onderhandelingen van het MFK te brengen en het in de endgame onder te brengen. Dat zou de route zijn om dit te realiseren. Hoor ik de minister-president nu eigenlijk zeggen: het kwartje is gevallen; we gaan kijken of we ons best kunnen doen bij het Duitse voorzitterschap om dit toch in een aparte stemming aan de orde te laten komen? Dan kunnen we dit mechanisme namelijk inderdaad gewoon aannemen met elkaar in de Europese Unie. Daar hebben we Polen en Hongarije dan helemaal niet voor nodig.

Minister Rutte:
Nee, maar het rechtsstaatmechanisme is QMV; daar hebben wij nooit een misverstand over gehad. Maar de politiek is dat natuurlijk niet. Want als de Polen en de Hongaren vervolgens unanimiteit blokkeren op het eigenmiddelenbesluit in de Coreper of waar dat ook gebeurt, of het niet ter ratificatie voorleggen aan hun nationale parlementen, dan heb je toch feitelijk nog steeds unanimiteit over het rechtsstaatmechanisme. Maar er kan een reden zijn om te zeggen: het loopt vast en we gaan naar de eentwaalfdebegroting. Dan wordt het wel erg aantrekkelijk om het rechtsstaatmechanisme in werking te hebben. Maar het is niet aan mij. Het is aan het Duitse voorzitterschap om dat op enig moment in stemming te brengen.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Maar dan zoek ik toch even naar wat dan de inzet van de Nederlandse regering gaat worden, want de minister-president …

Minister Rutte:
Zo snel mogelijk in stemming. Wat mij betreft zo snel mogelijk in stemming. Geen twijfel over. Ja.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Heel goed. Dat lijkt mij uitstekend, maar dat betekent dus wat mij betreft, als ik die woorden goed begrijp, dat het ook apart in stemming kan worden gebracht en niet afhankelijk is van het besluit. Ik zoek dan toch even naar wat dan een nieuw paadje is dat de minister-president nu gaat bewandelen, want dat heb ik nu niet scherp. Hij wekt de indruk in het debat dat hij een nieuwe afslag gaat nemen, maar ik ben op zoek naar wat hij dan op dit moment toezegt aan de Kamer. Wat zal zijn inzet daarop zijn?

Minister Rutte:
We hebben daar geen inzet op. Wij gaan er niet over. Maar als Duitsland mij zou vragen wat ik vind, dan vinden wij: zo snel mogelijk in stemming brengen en met QMV het rechtsstaatmechanisme aannemen. Ik zoek even waar wij elkaar missen nu.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Dan missen we elkaar hier, want de minister-president zegt "ik ga er niet over; het Duitse voorzitterschap gaat erover", maar de minister-president gaat natuurlijk wel over zijn eigen inzet en de oproep die hij doet aan het Duitse voorzitterschap.

Minister Rutte:
En die is: in stemming brengen.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Nou, dat lijkt mij helder.

Minister Rutte:
Absoluut. Ja. Nee, geen twijfel over. Daar zijn we het over eens. Zo snel mogelijk in stemming brengen.

Mevrouw Leijten (SP):
Wat brengt de minister-president dan het liefst zo snel mogelijk in stemming?

Minister Rutte:
Nou, ik niet, maar het Duitse voorzitterschap moet uiteindelijk besluiten of het het rechtsstaatmechanisme, dus de uitkomst van de triloog, in stemming brengt bij de ambassadeurs.

Mevrouw Leijten (SP):
Ja. En als Duitsland dat niet doet?

Minister Rutte:
Dan zou ik voor de tweede termijn moeten vragen of wij nog mogelijkheden hebben om dat af te dwingen. Dat weet ik gewoon niet.

Mevrouw Leijten (SP):
Anders is het namelijk geen toezegging aan de Kamer.

Minister Rutte:
Ik weet niet of Nederland een mogelijkheid heeft om het voorzitterschap te dwingen om iets in stemming te brengen in de ambassadeursvergadering of in een Raadsvergadering. Dat zou ik moeten uitzoeken. Dat weet ik gewoon niet.

De voorzitter:
De minister-president komt daarop terug in tweede termijn, begrijp ik.

Mevrouw Leijten (SP):
Nou, ik vind dit nogal raar. Van de zomer was de Kamer niet tevreden over wat er was gebeurd op die lange top over de meerjarenbegroting en het Herstelfonds: een hogere begroting, geen rechtsstaatprincipes. We hopen dat het Europees Parlement dat terugonderhandelt, hoorden we. Nu ligt er iets en nu zegt de minister-president: ik ben afhankelijk van het Duitse voorzitterschap of het dat in stemming brengt. Dit was een van onze voorwaarden. Dus als Duitsland het niet in stemming brengt, wat dan?

Minister Rutte:
Dat weet ik niet. Ik weet niet of wij de technische mogelijkheden hebben om dat af te dwingen.

Mevrouw Leijten (SP):
Maar dan gaat Nederland dus niet akkoord met de meerjarenbegroting en het Herstelfonds.

Minister Rutte:
Nee, natuurlijk niet. Maar niemand toch? Sorry, maar volgens mij zijn we elkaar nu aan het overtuigen van iets waarvan we overtuigd zijn. Voor Nederland geldt dat het rechtsstaatmechanisme een sine qua non is voor het hier in de Kamer in stemming kunnen brengen van een eigenmiddelenbesluit. Dat is ook akkoord gaan, unanimiteit in Brussel, met een eigenmiddelenbesluit. Daar is geen discussie over. De vraag is alleen of je, nu die trilooguitkomst er is en met QMV kan worden aangenomen, als Nederland kunt afdwingen dat het in stemming wordt gebracht als Duitsland het niet in stemming brengt.

Mevrouw Leijten (SP):
Volgens mij kan dat omdat je zegt: we gaan niet akkoord met het eigenmiddelenbesluit als dat niet gebeurt. Maar waar ik bezwaar tegen maak, is dat het nu alleen nog maar over het eigenmiddelenbesluit en het rechtsstatelijkheidsprincipe gaat. De Kamer is namelijk duidelijk geweest over dat het over de hele meerjarenbegroting voor zeven jaar en het Herstelfonds gaat. Dat verengen tot het eigenmiddelenbesluit en dat nu de inzet maken, is ons ook een beetje het bos in sturen. Daarom vroeg ik net wat er voorligt en wat de positie van Nederland is. Er zijn hier zeker vier of vijf moties aangenomen die zeggen dat de rechtsstatelijkheidsprincipes een voorwaarde zijn voor geld uit het nieuwe Meerjarig Financieel Kader. Gaat deze minister-president die moties uitvoeren of gaat hij ons weer met een of ander bijzinnetje het bos in sturen?

Minister Rutte:
Mevrouw Leijten, sorry, maar volgens mij zijn we het erover eens dat om een eigenmiddelenbesluit te ratificeren en om een meerjarenbegroting te hebben en om een Herstelfonds te hebben, het allemaal noodzakelijk is dat de Unie akkoord gaat met dat rechtsstaatmechanisme. Daar zijn we het volgens mij allemaal over eens. Maar u vroeg mij of je het in stemming brengen van het rechtsstaatmechanisme kunt afdwingen. Daarop heb ik gezegd: dat weet ik gewoon niet; dat moet ik uitzoeken en daar kom ik in tweede termijn op terug. We zijn het er volgens mij echt over eens. Ik weet niet waar het wantrouwen zit dat ik iets anders zou willen dan mevrouw Leijten. We hebben toch steeds gezegd dat de trilooguitkomst tussen Parlement, Commissie en Raad de ondergrens is waar we niet onder zakken? Dat moet 'm dus worden. Zonder dat dat rechtsstaatmechanisme functioneert, kunnen we niet verder. Dat kan mogelijk worden afgedwongen met QMV. Maar vervolgens zullen de Hongaren en de Polen naar verwachting — daarom ligt het allemaal nog vast — weigeren om akkoord te gaan met het MFK. Dat gebeurt uiteindelijk natuurlijk mede via de transmissieriem van het eigenmiddelenbesluit, want dat is een unanimiteitsbesluit. Dat moet trouwens ook worden voorgelegd aan de nationale parlementen. Als zij niet ratificeren dan is dat eigenmiddelenbesluit er niet en heb je dus geen RRF en geen MFK. Dat is gewoon een feitelijkheid. Die koppeling is er dus in alle opzichten: MFF, RRF, eigenmiddelenbesluit en rechtsstaatmechanisme. Dat is allemaal gekoppeld. Duidelijker kan ik het niet zeggen.

De voorzitter:
Tot slot op dit punt, mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):
Maar nou blokkeren Polen en Hongarije. En Duitsland wil eruit komen. Dat is hun opdracht voor hun tijdelijk voorzitterschap. Is de minister-president nou echt zo duidelijk dat hij zegt dat we nergens mee gaan instemmen als dat uitonderhandelde akkoord dat beter is dan zijn eigen rechte rug, zeg ik maar … Wordt daar niet aan getornd? Geen millimeter?

Minister Rutte:
Zo is het.

Mevrouw Leijten (SP):
Dus Nederland zegt: dan gaat er een noodbegroting in per twaalfde deel per maand en dan willen we die rechtsstatelijkheid snel regelen. Dat is dus de situatie en daar wordt niet van afgeweken.

Minister Rutte:
Totaal niet. Nog een keer: dan gaat dus die eentwaalfdebegroting in werking. Eén vraag die ik niet kan beantwoorden omdat die technisch is en omdat ik dat moet uitzoeken, is of je dan vervolgens kunt afdwingen dat Duitsland het rechtsstaatmechanisme in stemming brengt.

De voorzitter:
Daar komt u op terug. Dan stel ik voor dat u verder gaat.

Minister Rutte:
Ik weet dat niet en dat moet ik dus uitzoeken.

De voorzitter:
Gaat u verder.

Minister Rutte:
Ik was al klaar, althans met dit onderdeel.

Dan gaan we naar Turkije, voorzitter. Inderdaad, het moment is aangebroken waar langzamerhand die T-splitsing gemaakt gaat worden, die twee Europese toppen geleden is geschetst, gegeven de aanhoudende activiteiten van de Turken in Cyprus, maar zeker ook richting Griekenland. Dat betekent dat ik verwacht dat er op deze top gekeken gaat worden naar listings, vooral richting Turken die betrokken zijn bij Cyprus. Ik neem aan en vermoed dat er ook gewerkt gaat worden aan een tasking van de Commissie voor verdere acties in de Europese Raad later. Dat gaat overigens altijd wel gepaard met de inzet van volgens mij de hele Unie om te bekijken of je toch door middel van dialoog de zaak kunt de-escaleren. Feit is wel natuurlijk dat de situatie ernstig is en ook is verslechterd sinds die Europese top van een tijdje geleden.

Dan over de toetreding van Turkije, in de richting van de heer Koopmans. Er is natuurlijk geen enkele reden om daar nu nog over te praten. Die onderhandelingen liggen natuurlijk ook stil. Het is wel zo dat Nederland er al toe heeft opgeroepen om de onderhandelingen stop te zetten. Daar was zoals bekend geen steun voor binnen de Raad. De motie-Omtzigt/Koopmans van juni 2019 is uitgevoerd. Een groot aantal lidstaten is bang dat het compleet verliezen van het EU-perspectief de gematigde krachten in Turkije zal ondermijnen. Daarom lukte het niet om daar uiteindelijk overeenstemming over te bereiken, maar dat is de Kamer bekend, denk ik.

Ik ben het eens met de heer Omtzigt dat hernieuwde provocaties van Turkije richting Frankrijk teleurstellend zijn. Daarom heb ik ook grote zorgen over de rechtsstaat en de mensenrechten in Turkije. Wij stellen die zaken zowel bilateraal als multilateraal aan de orde. De oproep tot een boycot richting Frankrijk is wat ons betreft onacceptabel. Dat heeft de Commissie ook aan de Turken aangegeven. Ik steun die boodschap vanzelfsprekend, in volledige solidariteit met Frankrijk. De Raad heeft ook meerdere malen solidariteit met Cyprus en Griekenland uitgesproken. Dat zullen we deze week zonder twijfel opnieuw doen. Ik heb al gezegd dat ik mij kan voorstellen dat deze week besloten wordt tot die listings.

Dan heeft mijn collega, minister Blok van Buitenlandse Zaken, u gisteren geïnformeerd over de voortgang met betrekking tot de motie-Omtzigt over Nagorno-Karabach. Ik dacht dat die van Omtzigt was. Het was een vraag van de heer Omtzigt. Zowel binnen de Europese Unie als binnen de OVSE is daarvoor gepleit. Wij zetten ons hiervoor in. Wij onderstrepen het belang van waarheidsvinding en accountability op alle door de motie genoemde punten; clustermunitie, fosfor, buitenlandse strijders en eventuele oorlogsmisdaden. Er zijn geen garanties te geven of en wanneer dit lukt. Dit zal ook niet van vandaag op morgen zijn.

Dan de aangifte die dreigt vanuit Turkije, of die al gepleegd is — ik weet niet helemaal precies wat de situatie is — tegen de voorman van de PVV, Geert Wilders. Dit is op alle niveaus bij de Turken aangedragen. Het is volstrekt kraakhelder gemaakt dat de vrijheid van meningsuiting, zeker ook die van parlementariërs, van het grootste belang is hier in Nederland, dat wij die aangifte niet acceptabel vinden en dat die in strijd is met alle Nederlandse opvattingen over de vrijheid van meningsuiting.

De voorzitter:
De heer Emiel van Dijk. U was klaar met dit punt?

Minister Rutte:
Dit was Turkije. Ja, voorzitter.

De voorzitter:
De heer Emiel van Dijk.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Mijn vraag was natuurlijk of de minister-president bereid is om dat tijdens de Europese top, met al die landen die hun steun hebben uitgesproken voor Griekenland en Cyprus … Dat is natuurlijk terecht. Ik vraag hem om hetzelfde te doen voor een parlementariër die hier al bijna zestien jaar zijn vrijheid kwijt is en nog verder beperkt wordt door dit soort Turkse intimidatie middels aangifte. Is de premier bereid om dat in de Europese Raad aan te kaarten en om met zijn Europese collega's die aangifte vanuit Turkije tegen de heer Wilders te verwerpen?

Minister Rutte:
Ik denk dat dat nu niet zinvol is. Ik denk niet dat dat gaat werken op deze Europese Raad, maar wij zijn bereid, ook in de komende maanden, om elke stap die nodig is en die wij dienstig achten te overwegen, om het doel dichterbij te brengen dat die aangifte niet plaatsvindt, of dat die wordt ingetrokken als die heeft plaatsgevonden. Mijn inschatting is dat dit nu niet verstandig is op deze Europese Raad, omdat de contacten met de Turken zijn gelegd en wij gezegd hebben dat wij het er niet mee eens zijn. Dus ik denk dat dat nu niet verstandig is.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Het staat natuurlijk toch gewoon op de agenda. Waarom wordt het niet betrokken bij dat hele pakket aan maatregelen en alle grieven die er zijn over het boycotten van Franse producten, mensenrechtenschendingen, het schenden van de nationale wateren van Griekenland en Cyprus en noem het maar op? De minister is altijd zo'n groot voorstander van één pakket. Dat is toch een uitgelezen kans, zou ik zeggen?

Minister Rutte:
Je moet iedere keer inschatten wat maximale druk zet en waar dat haalbaar is. Ik verwacht dat deze Europese Raad niet de beste gelegenheid is. Dat maakt het niet onmogelijk dat in de toekomst ook dat type trajecten gevolgd gaat worden.

De voorzitter:
Gaat u verder.

Minister Rutte:
Voorzitter. Dan klimaat. Ja, ik zal me tot het uiterste inspannen om tot een akkoord te komen. Dat staat wat ons betreft los van de inzet op het Meerjarig Financieel Kader. Er wordt gekeken wat je nog meer kunt doen richting Oost-Europa om hen te helpen in de transitie, maar dat bevindt zich eigenlijk buiten het MFK. Dus strikt genomen staat het helemaal los van de rule-of-lawdiscussie, de MFK-discussie, de RRF-discussie, et cetera. Maar politiek is er een risico dat dingen gekoppeld gaan worden. Als dat gebeurt, loopt alles zo langzamerhand vast. Dan loopt én het Meerjarig Financieel Kader én het RRF, dat noodfonds, vast. Brexit is nog apart en dan ook dit. Wij proberen dat te compartimentaliseren, maar politiek is het ingewikkeld.

Het is waar, mevrouw Buitenweg, dat wij zouden willen dat het een emissiereductie is, maar het Commissievoorstel gaat wel uit van een nettodoel. Dat ligt een paar procent onder de 55% die Nederland wil, dat klopt. Er is op dit moment echt onvoldoende steun om dat aan te passen. Ik zal mij inzetten voor en ook vasthouden aan een emissiereductiedoel, maar ik wil ook voorkomen dat het akkoord er daardoor niet komt; dat zeg ik ook maar eerlijk. Uiteindelijk wil ik het akkoord over de 55% niet blokkeren op dit punt, maar ik zal me er wel voor inspannen, zeker.

Dan de vraag van de heer Omtzigt. Hij steunt dus dat doel. De Commissie maakt in een effectbeoordeling duidelijk dat 55% in 2030 op EU-niveau haalbaar en betaalbaar is. Het zal een hele klus worden om het daarover eens te worden, maar ik zie geen draagvlak voor meer dan 55%. Ik weet niet of de heer Omtzigt ervoor pleit dat het hoger dan 55% moet zijn. Dat heb ik misschien gewoon verkeerd begrepen, maar in de ambtelijke suggestie voor de beantwoording staat: ik zie geen draagvlak voor meer dan 55%; wil hij dat?

De voorzitter:
Nee, ik wil graag dat u dit eerst afmaakt.

Minister Rutte:
Oké, sorry.

Als laatste dan de heer Bisschop, die zei: je weet eigenlijk nog niet wat het voor Nederland betekent. Ik denk dat we op basis van alle Commissie-inschattingen kunnen vaststellen dat 55% in 2030 het meest kosteneffectieve pad is naar klimaatneutraliteit in 2050. Doe je nu minder, dan kost het je uiteindelijk meer. Het is ook nodig om de doelen van het Parijsakkoord te halen. De Commissie laat zien dat dit voor de EU als geheel haalbaar is. Medio volgend jaar volgen de voorstellen voor hoe precies en voor hoe de verdeling over de economische sectoren is. Wij zullen die voorstellen kritisch bekijken en toetsen aan de hand van onze principes van kosteneffectiviteit, sturen op CO2-reductie en betaalbaarheid. Er is ook een studiegroep ingesteld onder leiding van de ons allen bekende Laura van Geest om te bekijken wat de mogelijke consequenties zijn van een ophoging van het doel en om de extra maatregelen daartoe te inventariseren.

Misschien nog een reactie op de vraag van mevrouw Leijten over het klimaat: kosteneffectiviteit houdt in dat wij willen kijken naar de maatregelen die de meeste CO2-reductie opleveren voor het minste geld. Dan gaat het om zowel bedrijfsleven als burgers. Door middel van verschillende maatregelen worden de kosten en lasten verdeeld en zo veel mogelijk neergelegd bij degenen die het kunnen dragen, via focus op bronbeleid, ETS, aandacht voor de energierekening, SDE+, financiële voordelen voor huizenbezitters, schone auto's, et cetera, et cetera.

Dat in antwoord op alle vragen over klimaat.

De voorzitter:
De heer Omtzigt, een korte vraag.

De heer Omtzigt (CDA):
Ik heb één opmerking. In de limité-documenten stond: minimaal 55%. Daar kwam mijn vraag — we houden het toch wel bij 55%? — vandaan. Dat is dus niet omdat ik zelf denk dat dat niet ambitieus genoeg zou zijn, want het zal nog een hele toer worden.

Ik wacht nog op een antwoord over het vorige stuk. Betekenen de eentwaalfdebegrotingen dat EMA en ESA kunnen doorfunctioneren in Nederland? En heeft Portugal, achter die gesloten deuren, nou wel of niet gepleit voor het rechtsstaatmechanisme? Portugal is belangrijk. Net was Duitsland belangrijk omdat het voorzitter is, maar Portugal is vanaf 1 januari voorzitter. Als Portugal niet voor het rechtsstaatmechanisme pleit, moet het helemaal voor 1 januari afgerond zijn.

Minister Rutte:
Ten aanzien van EMA en ESA zal ik dubbelchecken of mijn antwoord van zo-even ook betekent dat zij financieel problemen krijgen als het een twaalfde wordt. Daar zal ik in tweede termijn dus op terugkomen.

Over Portugal heb ik gemeld dat de premier verstandige woorden heeft gesproken, maar ik denk dat de heer Omtzigt vraagt: heeft hij ook expliciet voor het mechanisme gepleit? Dat weet ik nu niet, dus dat zal ik ook nog even nagaan.

De voorzitter:
Dat is goed. Gaat u verder.

Minister Rutte:
Dan kom ik bij de paar vragen over COVID-19. Even over de vakantie. Zoals u weet, is het advies in Nederland om niet te reizen naar omringende landen of überhaupt naar het buitenland, in ieder geval tot medio januari. Er is dus ook een negatief reisadvies voor Zwitserland, want we zeggen: ga niet naar het buitenland. Zwitserland kan natuurlijk besluiten om uiteindelijk skipistes open te zetten. Dat kunnen we niet verbieden. Daar zijn binnen de Europese Unie overigens ook zorgen over geuit. Oostenrijk heeft besloten om het niet te doen, net als een aantal andere landen: Frankrijk, Italië. Maar Zwitserland dus wel.

Dan de vraag naar dwanglicenties. Dwanglicenties komen pas in beeld als de octrooihouder niet bereid is de licentie onder redelijke voorwaarden vrijwillig te verlenen, andere instrumenten niet helpen, het proportioneel is richting de octrooihouder, en het daadwerkelijk kan leiden tot de beschikbaarheid van het vaccin. Wij hebben niet de indicatie dat zo'n situatie zich voordoet.

Dan was er de vraag over de samenwerking. De heer Koopmans vroeg welke samenwerking wordt voorzien. Er wordt gewerkt aan het wederzijds erkennen van testen en aan het verbeteren van grensoverschrijdend bron- en contactonderzoek. Ik denk aan de Nederlandse app die communiceert met apps van andere lidstaten. Het blijft ingewikkeld om vervolgens afspraken te maken over het quarantainebeleid. Ook op dat gebied proberen we samen te werken. Het gezamenlijk inkopen van vaccins vindt nu plaats. Nederland krijgt naar rato van de bevolking net onder de 4% van de Europese inkoop. Er zijn ook afspraken gemaakt om de verspreiding van het virus in Europa gezamenlijk in kaart te brengen en dan te kijken wat lidstaten doen en wat zij van elkaar kunnen leren. De mix van maatregelen verschilt per lidstaat, maar grotendeels liggen de maatregelen in de verschillende landen heel dicht bij elkaar, zeker als je bijvoorbeeld Nederland vergelijkt met Duitsland. We zijn dan heel erg vergelijkbaar.

Wij zijn voorstander van het versterken van de Europese samenwerking op grensoverschrijdende gezondheidsbedreigingen, maar wel binnen de grenzen van de huidige bevoegdheidsverdeling in het verdrag. Dat is ook hoe wij voorstellen zullen beoordelen. Dat zullen we met dat uitgangspunt doen. Dat is ook in lijn met de motie-Leijten/Van der Graaf. Die motie is ons plechtanker en richtsnoer voor het beoordelen van dat soort voorstellen. Voorstellen betreffende het versterken van samenwerking met het oog op een toekomstige gezondheidscrisis zullen wij gedegen beoordelen en behandelen. Uw Kamer heeft een behandelvoorbehoud geplaatst op een deel van het pakket. Wij zullen half januari via het BNC-fiche de Kamer informeren, maar daarbij is die motie-Leijten/Van der Graaf dus leidend.

Tot zover mijn opmerkingen over COVID-19.

De voorzitter:
Kort, mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):
Dan is het heel erg raar dat in de conceptconclusies al staat dat de Europese Raad het ontzettend fijn vindt dat er voorstellen worden uitgewerkt voor een Europese gezondheidsunie.

Minister Rutte:
Ik heb oprecht die conclusie nog niet gezien. U bent verder dan ik.

Mevrouw Leijten (SP):
Ja, maar daar gaat wel een handtekening onder namens Nederland. Daar ligt gewoon een motie over, dus dat kan gewoon niet.

Minister Rutte:
Wacht even. Het is maar helemaal de vraag hoe we dat interpreteren. Het is niet zo dat de motie zegt: er mag niets gebeuren. De motie vraagt dat, als je op dit soort terreinen samenwerkt, dat gebeurt binnen de bestaande bevoegdheidsverdelingen. Dat is voor ons leidend. Ambtelijk zullen ze bekeken zijn, maar zelf heb ik nog geen kans gehad die conceptconclusies te bekijken. Het kan zijn dat ik met een voorstel kom om ze te wijzigen. Het kan ook zijn dat ik ermee akkoord ga, maar wel met een interpretatie erbij: het betekent dat ik alle voorbehouden maak, ongetwijfeld met vele anderen, ten aanzien van de verdere uitwerking. Dat gebeurt vaker. Het zijn bij de Europese Raad politieke conclusies, geen juridische.

Mevrouw Leijten (SP):
De kapitaalmarktenunie, de defensie-unie, noem het allemaal maar op. Zodra het zo genoemd wordt, weten we wat er gaat gebeuren: meer regie, meer eenheid van markten. Er staat: vol gebruik te maken van het potentieel van gezondheidsgegevens. Er is een aangenomen Kamermotie. Er is een uitgesproken punt. En die zijn met elkaar in strijd. De minister-president zegt "ik heb het nog niet gezien en misschien maak ik er wel een voorbehoud bij", maar hij móét er een voorbehoud bij maken. Haal het maar uit de conclusies, want dat is namelijk het standpunt van het Nederlands parlement.

Minister Rutte:
Van de conclusies zoals u ze opleest, schrik ik maar matig. Ik heb ze nog niet gezien en ik wil er nog even zorgvuldiger naar kijken. Er wordt nu geciteerd uit stukken waaruit dat eigenlijk niet kan, maar daar ga ik niet over. De motie is volgens mij helder. Wat wij daar gaan doen, moet allemaal binnen de grenzen van de huidige bevoegdheidsverdeling in het verdrag. Het is niet alleen Nederland dat dat zegt, het zijn heel veel landen die dat vinden. Ik ga niet over die conceptconclusie, mevrouw Leijten. En u mag ze eigenlijk helemaal niet voorlezen.

De voorzitter:
De heer Omtzigt.

De heer Omtzigt (CDA):
Ik vraag me even af wat ik de afgelopen drie uur hier gedaan heb. Als de premier naar een vergadering gaat waar het gaat over welke conceptconclusies hij ondertekent die op punten over 1.100 miljard gaan en de premier zegt hier "ik heb ze nog niet gezien en u mag er niet uit citeren", waar hebben we dan precies een debat over? Volgens mij is de conceptconclusie ongeveer het centrale document waarover we hier vandaag zouden moeten praten, of mis ik iets?

Minister Rutte:
Nee hoor, wij praten hier over de Nederlandse inzet bij de Europese Raad. De conceptconclusies die de voorzitter van de Europese Raad maakt, zijn een instrument om het debat te sturen. Die worden vervolgens tijdens de Europese Raad op alle mogelijke punten weer aangepast. Ik zal dus op allerlei punten altijd voorstellen doen tot aanpassing van conceptconclusies, in lijn met wat we hier besproken hebben.

De heer Omtzigt (CDA):
Ik ga dit weer terugpakken in de commissie Europese Zaken, want dit is precies waarom ik samen met mevrouw Leijten pleit voor de openbaarheid van dit soort documenten. Het zal echt zo zijn. We hebben geen illusies: met 27 landen staan er weleens zinnetjes in die je niet zelf bedacht hebt. Dat is allemaal helemaal niet spannend. Zo werkt dat. Maar als wij niet over de conclusies kunnen praten en kunnen doen alsof ze er niet liggen, dan zijn we hier niet met een erg democratisch proces bezig. Ik vind namelijk dat er in een democratisch proces gewoon een helder voorstel op tafel hoort te liggen. We moeten dan allemaal begrijpen wat het voorstel betekent, en aan het eind van de dag stem je erover. Al doe je het met 76 en vandaag, met het afwezige Kamerlid, met 75 leden, maar dan ben je ervoor of dan ben je ertegen. Maar hier lijken we er ... Nou, wij gaan het hernemen, maar als wij de conceptconclusies niet mogen citeren en er niet vanuit mogen gaan dat we het allemaal lezen, dan zijn we een debat aan het voeren over krantenartikelen. Dat doen we hier vaker, hoor, maar dat is niet wenselijk.

Minister Rutte:
Nou, dat is gewoon niet waar. We voeren hier een debat over de geannoteerde agenda die de regering naar de Kamer stuurt. Daar staat precies in wat onze inzet is op alle grote onderwerpen die tijdens de Europese Raad spelen. Tegen de achtergrond van de gezamenlijke inzichten die we hier ontwikkelen, de geannoteerde agenda met alle input van de Kamer, via moties en toezeggingen et cetera ... Dat is wat ik ga doen op de Europese Raad. De conceptconclusies zijn een instrument van de voorzitter van de Europese Raad om het debat te structureren. Die worden op allerlei punten aangepast tijdens de Europese Raadsvergadering. Nou, mevrouw Leijten leest één conclusie op waarvan ik zeg: die kun je op alle mogelijke manieren lezen, als ik het zo hoor. Ik weet ook niet of dat de laatste versie is van de conclusies. Het kan er misschien toe leiden dat ik tijdens de Europese Raad zeg: die moet worden aangepast. Als ik hier namelijk zeg dat het allemaal binnen de grenzen van de huidige bevoegdheidsverdeling in het verdrag moet, de motie van mevrouw Leijten en mevrouw Van der Graaf ...

De voorzitter:
Maar dat is net besproken. Ik stel voor dat u verdergaat.

Minister Rutte:
Maar het kan ook zijn dat ik daar zeg: joh, ik kan er best mee leven, maar weet wel dat als die voorstellen komen, wij daar dan op die manier naar gaan kijken.

Ik kom bij de heer Omtzigt en de Magnitskywet. Ik vind het ontzettend aardig dat hij ook Stef Blok daar even bij noemt, die zich inderdaad het snot voor de ogen heeft gewerkt, geïnspireerd door de heer Omtzigt, om dit voor elkaar te krijgen. Het is waar dat wij heel graag corruptie hadden willen opnemen in het sanctieregime, maar daar was onvoldoende draagvlak voor. Een grote meerderheid van de EU-lidstaten wilde dat niet. Het is nu gelukkig wel mogelijk om mensen op de lijst te zetten die financieel of anderszins mensenrechtenschendingen steunen, dus dat laat ook ruimte om onder voorwaarden ook corrupte personen op de lijst te zetten. Maar omdat het net is aangenomen, gisteren, hebben we nu voor drie jaar een instrument. De volgende stap is om te komen tot voorstellen voor de eerste listings. Ik denk dat we daar nu de focus op moeten leggen. Ik denk dus dat het niet verstandig is om het nu alweer aan te passen.

Overigens is het niet expliciet uitgesloten dat onder het mensenrechtensanctieregime personen opgenomen worden met ook een EU-paspoort — dat was een tweede punt van de heer Omtzigt. Daarbij maak ik wel de kanttekening dat sancties meestal niet het juiste instrument zijn jegens personen die binnen de rechtsmacht van de EU vallen, want dan is strafrechtelijke vervolging vaak een effectiever instrument. Maar het kan natuurlijk wel zo zijn dat dat soms wel passend is. Op zichzelf is dat, heb ik begrepen, niet uitgesloten, in ieder geval niet expliciet.

Dan tot slot op het punt van de Magnitskywet: het punt van het regime-Loekasjenko. In reactie op de verkiezingsfraude en het geweld heeft de EU inmiddels al 55 personen op de sanctielijst-Wit-Rusland geplaatst. Er is nu overeenstemming over een nieuw, derde pakket. Daar wordt hopelijk nog voor het einde van het jaar formeel over gesproken. Ik zou willen voorstellen dat nu af te ronden, en dan te kijken hoe we het Magnitskyregime hiervoor kunnen gebruiken. Bovendien is er inmiddels natuurlijk een apart sanctieregime-Belarus. Vanuit dat gedachtegoed zou het mensenrechtensanctieregime misschien minder voor de hand liggen, maar het kan best zijn dat dat anders komt te liggen als we alles wegen.

Voorzitter. Dan over terrorisme. Wij ondersteunen de Raadsconclusies over het Europese Unie-politiepartnerschap. Die komen in de JBZ-Raad aan de orde op 14 december. Waarschijnlijk worden die dan schriftelijk aangenomen. Er wordt ingezet op het versterken van Schengen en het waarborgen van de veiligheid van onze burgers. Dit vereist een goede en effectieve samenwerking van de grensbewaking, de rechtshandhavingsautoriteiten, derde landen en private partijen. Met die conclusie wordt ingezet op concrete stappen om deze samenwerking te versterken, onder andere door het verbeteren van de implementatie van bestaande instrumenten, het creëren van nieuwe ICT-systemen en de interoperabiliteit tussen die systemen. De belangrijke rol van Europol en andere agentschappen zoals Frontex en Eurojust in hun ondersteuning aan de lidstaten wordt daarbij benadrukt.

De inzet is gericht op het versterken van Schengen en het beschermen van de interne veiligheid, zo zeg ik tegen de heer Bisschop. Wat Nederland betreft begint dat bij een sterkere grensbewaking. Het voorstel van de Commissie voor verplichte screening en grensprocedures is daarbij een belangrijk element. De inzet van het kabinet is gericht op meer aandacht voor de uitvoering en het handhaven van de gemaakte afspraken. Serieuze tekortkomingen op het gebied van Schengen dienen dan ook aangepakt te worden, desnoods met een tijdelijke invoering van interne grenscontroles bij de lidstaten. Dat hebben we ook eerder gezegd.

Tot slot op dit punt. De Commissie komt op zeer korte termijn met een nieuwe agenda voor terrorismebestrijding. De planning is 9 december aanstaande. Naar aanleiding van de recente aanslagen is de publicatie vervroegd. Wij zullen ons daarbij sterk maken voor de opvolging van counterterrorisme. De hele agenda op dat punt en de kabinetsappreciatie van de nieuwe agenda worden via de gebruikelijke weg met de Kamer gedeeld. Ik zal dan ook reageren op de gedachte die de heer Bisschop neerlegde over islamisme en terreurbestrijding. Dat zullen we daarbij betrekken.

De voorzitter:
Gaat u verder.

Minister Rutte:
Voorzitter. Tot slot nog een paar losse vragen. Ik had de vraag over Moria. De staatssecretaris van JenV heeft de Kamer er op 24 november over geïnformeerd dat wij de eerste aankomst voor de kerst verwachten. Er wordt alles aan gedaan, ook in relatie tot de motie-Voordewind, om het aanbod zo spoedig mogelijk in te vullen. Er moet uiteraard sprake zijn van een zorgvuldige selectie, ook juist in het belang van deze groep. Daar wordt vreselijk hard aan gewerkt samen met alle Griekse partners.

Dan de Abrahamakkoorden. De Europese Unie heeft die verwelkomd. Daarmee wordt de erkenning van Israël in de Arabische regio verbreed, zo zeg ik tegen de heer Bisschop. Het draagt ook bij aan de regionale stabiliteit en welvaart. Het versterkt tevens de veiligheid van Israël en de regio en het biedt kansen voor toenadering tussen Israël en de Palestijnen. Minister Blok van Buitenlandse Zaken heeft de minister van Buitenlandse Zaken van Israël en de minister van Buitenlandse Zaken van de Verenigde Arabische Emiraten gefeliciteerd, de ondertekening van de akkoorden met de VAE en Bahrein verwelkomd, en ook het akkoord met Sudan verwelkomd. Mag ik dat laatste er ook bij melden? Daarbij heeft hij er bij zijn Israëlische collega op aangedrongen om de opschorting van de annexatie van delen van de Westelijke Jordaanoever definitief te maken.

Dan de suggestie dat de ECB de Italiaanse schuld zou moeten kwijtschelden. De antwoorden op de schriftelijke vragen op dat punt van de heer Slootweg van het CDA zullen door de minister van Financiën spoedig naar de Kamer worden gestuurd, in ieder geval voor het kerstreces. Het kwijtschelden van schulden door de ECB is verboden volgens de EU-verdragen. Dat is overigens ook door de ECB zelf, door Lagarde, door De Guindos, duidelijk uitgesproken. Het is niet aan de orde, maar nogmaals, de vragen van de heer Slootweg zullen worden beantwoord, zo zeg ik tegen de heer Omtzigt.

De top die gepland was, zonder mij, maar met de chefs in Brussel en de Afrikaanse Unie, is afgezegd, hoorden wij net toen ik dit voorbereidde. Ik weet niet waarom, maar die VTC, die videoconferentie is gecanceld. Ik denk dat de heer Koopmans daar een paar behartigenswaardige dingen over heeft gezegd. Respect voor de rechtsstaat vormt inderdaad een van de essentiële elementen van een akkoord, samen met democratie en mensenrechten. Dat hoort natuurlijk ook bij een gelijkwaardig partnerschap dat de Europese Unie en Afrika nastreven. Ook van de overige punten van de heer Koopmans heb ik uiteraard nota genomen.

Tot slot over Iran. Nederland staat volledig achter het akkoord met Iran over het nucleaire programma. Dat geldt overigens voor de hele Europese Unie. Daarbij roepen wij Iran op om alle commitments onder dat akkoord volledig na te leven. Daar zijn grote zorgen over, maar bijvoorbeeld ook breder over de situatie in Iran. Er zijn zorgen over de mensenrechtensituatie, de rol in de regio en uiteraard het ballistische raketprogramma. Daar blijven wij aandacht voor vragen, uiteraard ook in het verband van de Europese Unie.

De voorzitter:
Dank u wel. Dan zijn we nu toegekomen aan de tweede termijn van de zijde van de Kamer. Ik geef het woord aan mevrouw Buitenweg namens GroenLinks.


Termijn inbreng

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Ik wil de minister-president hartelijk danken. Ik heb goed geluisterd naar wat hij zei over de rechtsstaat en zijn prioriteiten. In de eerste plaats is de prioriteit om eruit te komen, maar wel met het minimum dat we hebben genoemd, namelijk het rechtsstaatmechanisme. Als dat niet zo is, heeft het niet de voorkeur om een intergouvernementeel akkoord te hebben, maar hij sluit dat niet voor honderd procent uit. Hij zei net al: je hebt geen motie. Nee, maar ik had hier eigenlijk wel een motie op bedacht. Maar ik heb goed geluisterd en vat de woorden van de minister-president als volgt op. Zijn voorkeur is nadrukkelijk een versterkte samenwerking met betrokkenheid van het Europees Parlement en andere controlemechanismes. Als er betrokkenheid op een andere manier is die beter is voor de democratische verantwoording en controle, sluit hij die niet voor honderd procent uit, maar dat heeft niet zijn voorkeur. Om die reden heb ik geen motie ingediend.

Dank ook voor het hardmaken dat er een akkoord komt voor het klimaat. Het zou een ongelofelijke blamage zijn als dat niet lukt, zeker nu er in de Verenigde Staten weer een president komt die mogelijkheden brengt. Dan kunnen wij als Europa natuurlijk niet achterblijven.

Dat brengt mij op een laatste punt dat ik wil maken, over de relatie EU-VS. Dat punt is nog niet aan bod gekomen. In de stuken lees ik heel veel opluchting, zo van: we kunnen weer vooruit met een toekomst tussen de EU en de VS. Ik wil vragen wat dat betekent voor de langetermijntrends. Ik heb namelijk niet de verwachting dat die zo substantieel veranderen. Het blijft toch een focusverandering, ook vanuit de Verenigde Staten, richting Azië. Het betekent hopelijk — althans, dat vraag ik aan de minister-president — niet dat wij bijvoorbeeld ons nadenken over strategische autonomie, over een eigen focus op Afrika en dergelijke veranderen, maar we moeten natuurlijk wel de samenwerking met de VS aanhalen. Ik zou graag nog wat duidelijkheid willen over wat het betekent voor de strategische autonomie.

Dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Buitenweg. Dan geef ik nu het woord aan de heer Emiel van Dijk namens de PVV. Gaat uw gang.

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Dank u, voorzitter. Het is natuurlijk mooi dat de premier namens de Nederlandse regering op verschillende niveaus aan de Turken te kennen heeft gegeven dat de aangifte van de heer Erdogan en de intimidatie die daarvan uitgaat tegen mijn partijleider Geert Wilders, niet kunnen. Het is wel teleurstellend dat de premier niet doorpakt en dit niet ook nogmaals op Europees niveau duidelijk maakt, omdat dat waarschijnlijk het enige is wat de Turken doet luisteren. Op dat punt hebben we dan ook een motie, die als volgt luidt.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat het onacceptabel is dat de president van Turkije de vrijheid van meningsuiting in Nederland probeert in te perken door aangifte te doen tegen een Nederlandse parlementariër;

van mening dat een dergelijke aangifte ook vergaande gevolgen kan hebben en heeft voor de bewegingsvrijheid van gekozen volksvertegenwoordigers en hen daarmee feitelijk belemmert hun werk in vrijheid te doen;

verzoekt de regering om tijdens de komende Europese top te zorgen voor een krachtig statement tegen deze laatste provocatie van Erdogan, zodat deze aangifte van tafel gaat,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Emiel van Dijk. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1627 (21501-20).

De heer Emiel van Dijk (PVV):
Dat was mijn bijdrage, voorzitter.

De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van Dijk. Dan geef ik nu het woord aan mevrouw Leijten namens de SP.

Mevrouw Leijten (SP):
Voorzitter.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er in de ontwerpconclusies voor de Europese Raad van 10 en 11 december 2020 wordt gesproken over het uitwerken van voorstellen richting een Europese gezondheidsunie;

overwegende dat de gezondheid boven alles een nationale competentie is en moet blijven, zoals eerder uitgesproken door de Kamer op 30 september 2020 (21501-20, nr. 1600);

verzoekt de regering niet in te stemmen met punt 6 van de ontwerpconclusies voor de Europese Raad van 10 en 11 december 2020,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Leijten en Van der Graaf. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1628 (21501-20).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Hongarije en Polen hun veto hebben uitgesproken over het onderhandelingsresultaat voor het Meerjarig Financieel Kader en het Herstelfonds in verband met de conditionaliteiten rondom de rechtsstaat;

constaterende dat de Kamer meerdere keren heeft aangegeven dat er voorwaarden moeten komen voor het ontvangen van EU-fondsen (MFK en Herstelfonds) inzake de beginselen van de rechtsstaat, te weten de moties:

  • Van der Graaf c.s. van 18 februari 2020 (21501-20, nr. 1515);
  • Sjoerdsma/Van der Graaf van 9 september 2020 (21501-20, nr. 1584);
  • Jetten/Van Ojik van 29 juni 2020 (35403, nr. 4);
  • Van Ojik/Jetten van 29 juni 2020 (35403, nr. 5);

verzoekt de regering op geen enkele manier in te stemmen met een voorstel dat afbreuk doet aan het onderhandelingsresultaat betreffende de rechtsstaat,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Leijten. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1629 (21501-20).

Dank u wel, mevrouw Leijten. Dan geef ik nu het woord aan de heer Nijboer namens de Partij van de Arbeid.

De heer Nijboer (PvdA):
Voorzitter. Het is alweer 9 december, dus ik maak het niet te lang. Twee punten nog. Op het punt van de brexit, de race naar de bodem en de vennootschapsbelasting vond ik de antwoorden van de premier wel slap. Als je daar echt wat aan wilt doen, moet je ook een beetje stelling nemen. Dan kunnen we moeilijk zeggen: landen zijn soeverein en we doen er verder niks aan. Ja, dan verandert er nooit wat. Dus ik doe een oproep om daar toch steviger op te treden.

Het tweede punt was dat Herstelfonds, die 5,6 miljard. Het was mij duidelijk dat dat geld wel voor Nederland beschikbaar blijft; dat loopt niet weg. De premier zei ook: het maakt ook niet uit voor het bestedingsritme en eigenlijk maakt het niet zo veel uit of we het nu besluiten of later. Ik zou natuurlijk met onze negen zetels blij moeten zijn dat we de verkiezingen afwachten, want hopelijk hebben we dan meer zetels en meer invloed, maar ik vraag de premier om hier toch nog wat duidelijker op in te gaan. Want als je nu weet dat je het in verduurzaming en renovatie- en isolatieprogramma's stopt, dan weten bouwers toch waar ze aan toe zijn? Dan zou je toch zeggen dat dat nu al helpt? Is het nou echt niet zo dat het tot meer investeringen leidt, nu de werkloosheid in de bouw oploopt, als het kabinet nu duidelijkheid zou geven over hoe die regelingen eruitzien? Hoe zit dat precies?

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:
Dank u wel, meneer Nijboer. Dan geef ik nu het woord aan de heer Jetten namens D66.

De heer Jetten (D66):
Voorzitter. Dank u wel en dank aan de premier voor de beantwoording. Ik zei het al in de eerste termijn: dit is een cruciale top, omdat we daar de meerjarenbegroting van de Europese Unie moeten vaststellen, zodat we de ambities voor klimaat, veiligheid en betere migratiestromen de komende jaren ook waar kunnen maken. Een belangrijke top is het ook vanwege dat Herstelfonds, zodat we zwaar getroffen economieën in het zuiden van Europa kunnen stutten, ook in het belang van de Nederlandse handelseconomie. En het is een belangrijke top vanwege dat rechtsstaatmechanisme, omdat de Unie niet alleen Unie is waar we geld kunnen verdienen, maar ook een Unie van waarden. Als lidstaten de bijl zetten in de democratische rechtsstaat, raakt dat ons allen en moeten we daarvoor opkomen.

Ik ben blij met de beantwoording van de premier. Dat is een herbevestiging van wat we laatst al in het vragenuur wisselden, namelijk dat het rechtsstaatmechanisme zoals het er nu ligt, echt de ondergrens is voor Nederland, ook in de gesprekken en onderhandelingen die de komende dagen gaan plaatsvinden. Ik denk dat de Kamer zich daar vandaag ook bijna volledig weer achter heeft geschaard. Ik wil de premier dus succes wensen bij de gesprekken de komende dagen en zal een aantal moties steunen die door de collega's hierover worden ingediend.

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:
Dank u wel, meneer Jetten. Dan geef ik nu het woord aan mevrouw Van der Graaf namens de ChristenUnie.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Dank aan de minister-president. De ChristenUnie steunt de minister-president van harte als hij zegt: ik houd mijn rug recht als het gaat om het rechtsstaatmechanisme en ik ga het Duitse voorzitterschap oproepen om dat mechanisme en de verordening daarover alvast in stemming te brengen, zodat we dat alvast met elkaar geregeld hebben. Verder wens ik hem vooral heel veel wijsheid toe op deze top.

Voorzitter. Ik heb twee moties naar aanleiding van de beraadslaging in de eerste termijn.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

spreekt uit dat er een dringende noodzaak is voor een definitieve regeling van het conflict in Nagorno-Karabach, waarbij duurzame veiligheid is verzekerd voor de betrokken bevolking en een proces in werking wordt gesteld dat leidt tot vrede en tot een status voor Nagorno-Karabach die het gebied bescherming biedt;

verzoekt de regering zich hiervoor in te spannen in de Minsk-groep van de OVSE,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Van der Graaf, Voordewind, Omtzigt en Bisschop. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1630 (21501-20).

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Daarbij wil ik graag aantekenen dat ik met "betrokken bevolking" doel op de mensen die er nog wonen, maar ook op de mensen die dit gebied al onder hele vreselijke omstandigheden hebben moeten verlaten.

Voorzitter. De tweede motie gaat over Turkije.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat een passend antwoord van de Europese Unie op de unilaterale en illegale acties van Turkije ten aanzien van Griekenland en Cyprus niet uit kan blijven, daar dit de Turkse regering zou sterken in de overtuiging dat zij door kan gaan met dergelijke illegale activiteiten ten aanzien van Griekenland en Cyprus;

verzoekt de regering in de Europese Raad aan te dringen op het opleggen van effectieve en gerichte sancties aan Turkije,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Van der Graaf, Omtzigt, Leijten, Bisschop en Koopmans.

Zij krijgt nr. 1631 (21501-20).

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Van der Graaf. Dan geef ik nu het woord aan de heer Omtzigt namens het CDA.

De heer Omtzigt (CDA):
Voorzitter. Als je een verwoede poging doet om het reglement van orde van de Raad te begrijpen, dan is dat nog best wel lastig. Ik ben dus heel benieuwd. Wat zegt u?

Minister Rutte:
Ik heb het nog nooit gelezen.

De heer Omtzigt (CDA):
Ik heb weleens een keer het stuk gelezen, zeg ik tegen de premier, over de openbaarheid van stukken. Daar is ooit door minister Timmermans een keer iets op toegestaan waar we nu eigenlijk allemaal een beetje spijt van hebben. Dat kun je alleen maar met unanimiteit weer terugdraaien. O, Hanja Maij-Weggen was daar ook betrokken, zegt GroenLinks.

De voorzitter:
Kijk.

De heer Omtzigt (CDA):
Dat zou ik zomaar geloven. Dat ga ik vandaag niet betwisten.

Voorzitter. Dit wordt een heel interessante Raad voor de toekomst van de Europese Unie. Nou houden deze heren en dames er wel van om het altijd spannend te maken tot het laatste moment, maar ze zijn nu echt in de blessuretijd beland op het dossier brexit en op het dossier MFK, rechtsstaat en coronafonds. Komen we er niet uit, dan hebben we echt wel een probleem.

Ik heb de antwoorden gehoord. Ik wacht graag even af of het inderdaad een EU-only-verdrag is voor de brexit. Als dat niet zo is, dan verwacht ik echt dat de parlementaire betrokkenheid goed vormgegeven wordt.

Ik wacht even de antwoorden in de tweede termijn af en ik heb drie moties.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat mede door de inspanning van de Nederlandse regering er Europese Magnitskywetgeving gekomen is;

verzoekt de regering advies in te winnen over hoe deze wetgeving ook van toepassing kan worden bij ernstige corruptie en hoe deze ook van toepassing kan zijn voor mensen met een EU paspoort,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Omtzigt en Jetten. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1632 (21501-20).

De heer Omtzigt (CDA):
Het kan bijvoorbeeld een advies aan de AIV zijn om te kijken hoe we ... Dat hoeft niet morgen klaar te zijn, zeg ik erbij. Dat is voor mijn doen heel soepel.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de premier het rechtsstaatmechanisme de absolute ondergrens genoemd heeft;

verzoekt de regering ervoor te zorgen dat er geen afbreuk gedaan wordt aan het rechtsstaatmechanisme, bijvoorbeeld door het niet van toepassing te laten zijn op bepaalde uitgaven in het coronafonds of de reguliere begroting, of door bepaalde categorieën van rechtsstaatovertredingen niet van toepassing te laten zijn, of door akkoord te gaan met een juridisch bindend inlegvel, en indien de Poolse en Hongaarse regering helemaal geen beweging tonen, het rechtsstaatmechanisme alvast definitief aan te nemen in de Raad,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Omtzigt, Jetten en Van der Graaf. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1633 (21501-20).

De heer Omtzigt (CDA):
Als je een nieuwe instrument hebt, moet je het gebruiken. Er zijn twee pakketten van sancties bij Wit-Rusland, maar ik denk dat de Magnitskysancties gewoon gebruikt moeten worden, zeker met de constante zaken die we daar zien.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de politieke repressie in Belarus nog steeds toeneemt;

verzoekt de regering:

  • in EU-verband of met gelijkgezinde landen monitoring op te zetten in gevangenissen en bij rechtszaken tegen demonstranten;
  • voorstellen te doen om degenen van het regime-Loekasjenko die zich schuldig hebben gemaakt aan ernstige mensenrechtenschendingen onder de nieuwe Magnitskysancties te brengen;
  • de Kamer hierover binnen een maand te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Omtzigt, Jetten en Van der Graaf. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 1634 (21501-20).

De voorzitter:
Dank u wel, meneer Omtzigt. Dan schorsen we de vergadering voor tien minuten.

De vergadering wordt van 00.12 uur tot 00.21 uur geschorst.

De voorzitter:
Ik geef de minister-president het woord.


Termijn antwoord

Minister Rutte:
Voorzitter. Mevrouw Buitenweg had het over de strategische autonomie, een kwestie van de regering-Biden. Wij zien veel aanknopingspunten in die samenwerking. Tegelijkertijd denken wij dat er ook veel continuïteit vanuit zijn nieuwe regering zal zijn waar het betreft China- en Ruslandpolitiek. Hij heeft wel gezegd dat hij op die onderwerpen nauwer wil samenwerken met Europa. Dat alles overziende: kansen. Tegelijkertijd is het voor Europa van groot belang om verder te werken aan onze eigen positie en dat wij onze eigen belangen kunnen verdedigen. Natuurlijk altijd in samenwerking, als het kan, met partners, het Verenigd Koninkrijk, Amerika, anderen, maar desnoods ook alleen. Het is dus niet zo dat, omdat er nu een Amerikaanse regering is, wij ineens geen eigen belangen meer hebben. Dus die strategische autonomie, dat Europa een speler is en geen speelveld, blijft belangrijk.

Richting de heer Nijboer: ik denk echt dat dit beter is. We lopen geen geld mis. We lopen geen kansen mis. Het plan zal beter worden. Je kunt ook elementen van een nieuw coalitieakkoord erin meenemen. Dus mijn gevoel is toch dat wij ons die luxe kunnen veroorloven en daarmee ook meer kwaliteit krijgen.

De heer Omtzigt sprak over het Portugees voorzitterschap. Ik heb het nog even gecheckt. Wat wij weten, is dat de Portugese minister van Buitenlandse Zaken onlangs heeft gezegd dat Portugal altijd voor een koppeling tussen rechtsstatelijkheid en het MFK is geweest. Dus die uitspraak hebben wij kunnen vinden. Ik had al gemeld dat onze ambassade vandaag meldde dat premier Costa heeft gezegd dat de rechtsstaat niet is om over te onderhandelen en dat Boedapest en Warschau moeten besluiten of ze de regels van de club accepteren of het lidmaatschap willen opzeggen. Dat was nog geen rechtstreekse koppeling met het rule-of-lawinstrument, maar het waren wel stevige woorden. Ik denk dat de minister van Buitenlandse Zaken daar ook goede dingen over heeft gezegd.

Dan over EMA en ESA in Noordwijk. Er kunnen dus geen nieuwe vastleggingen plaatsvinden als er een eentwaalfdebegroting zou komen. De precieze gevolgen voor ESA en EMA — we hebben het nog even precies nagekeken — zijn nu niet duidelijk. Als die situatie zich dreigt voor te doen, zullen wij de Kamer onmiddellijk informeren. Dan kan Nederland een stemming over het rule-of-lawmechanisme afdwingen. Eerst nog politiek denk ik dat wij nu niet het Duitse voorzitterschap voor de voeten moeten lopen. Zij proberen een totaalpakketje te maken. Het eindresultaat staat hier voorop. We hebben het nog even juridisch gecheckt. Elk lid van de Raad — zo leren we weer — kan een stemming aanvragen. Er moet een gewone meerderheid zijn die steun verleent aan dat verzoek. Zoals u weet, kan het rule-of-lawmechanisme nu in stemming komen. We gaan dat nu niet afdwingen tegen de Duitsers in. We gaan het Duitse voorzitterschap niet voor de voeten lopen, zei ik al. Maar het betekent dus wel dat, als er onvoldoende voortgang is, wij deze optie hebben. Nogmaals, het is in eerste instantie aan Duitsland.

Ik kom bij de moties. Ik begin met de motie op stuk nr. 1627 van de heer Van Dijk. Nogmaals, ik sta pal voor de vrijheid van meningsuiting. Dit hebben wij bilateraal ook aangekaart. Dit is nu niet het moment. Mijn voorstel is dat hij de motie aanhoudt tot het moment zich voordoet. Als hij haar niet aanhoudt, moet ik haar echt ontraden, want ze is nu niet uitvoerbaar. Dus: aanhouden of ontraden.

De motie op stuk nr. 1628. Het is wel ingewikkeld dat we inmiddels ook in moties conceptconclusies zien terugkomen die überhaupt niet geciteerd mogen worden. Dus ik vind het wel ver gaan, maar het is een zaak van de Kamer zelf. Dat wil ik toch even gezegd hebben, hoewel ik het helemaal eens ben met de Kamer dat die stukken gewoon openbaar moeten zijn. Maar zolang dat niet zo is, vind ik ook dat we ons aan de regels moeten houden. Wat ik ga doen op de Europese Raad is gewoon eerst het debat voeren. Zo gaat dat daar. Ik begin nooit met de conclusie. Ik begin met het debat. Het debat is dat wij op basis van de motie-Leijten/Van der Graaf naar de zaak kijken. Dat betekent dat alles wat we hier doen binnen de bestaande verantwoordelijkheidsverdeling moet. Op grond van dat debat zal ik kijken welke conclusies er precies voorliggen en of die conclusies wel of niet passen bij wat ik daarover gezegd heb, wat anderen daarover gezegd hebben, wat de interpretatie is van die conclusies et cetera. Dus ik ontraad echt deze motie. Ik vind haar niet tijdig. Ik vind dat we hier echt moeten kijken wat ik meeneem op basis van onze gesprekken. Dan ga ik daarmee aan de slag. Als er dan iets raars in de conclusie staat waarvan u denkt "hoe kan je dat nou doen?", dan moet ik dat hier uitleggen. Dus ik zou echt de motie op stuk nr. 1628 willen ontraden. En de eerdere motie van de twee indieners van deze motie zal ik uitvoeren.

De motie op stuk nr. 1629: oordeel Kamer.

De motie op stuk nr. 1630: oordeel Kamer. Ik lees haar wel zo dat Nederland dan contact heeft met de covoorzitters van de Minsk Group omdat wij daar niet in zitten. De motie zegt: verzoekt de regering zich hiervoor in te spannen ín de Minsk Group. Maar goed, dat is dan via de covoorzitters, neem ik aan. Met die kanttekening geef ik de motie op stuk nr. 1630 oordeel Kamer.

De motie op stuk nr. 1631: oordeel Kamer.

De motie op stuk nr. 1632: oordeel Kamer.

De motie op stuk nr. 1633: ook oordeel Kamer. Maar ik lees haar als volgt. Daar staat dat wij ook niet akkoord mogen gaan met een juridisch bindend inlegvel. Nee, als dat afbreuk doet aan het rechtsstaatmechanisme. Maar stel dat er een uitweg wordt gevonden … Daar is op dit moment overigens op geen enkele manier sprake van. Ik denk dat het maximale wat nu nog zou kunnen is dat je in de Europese Raadconclusies een paar zinnen opneemt over hoe je het "rule of law"-mechanisme interpreteert. Maar stel dat dit wel zou gebeuren en op geen enkele manier iets zou veranderen aan het rechtsstaatmechanisme, dan ga ik wel akkoord met zo'n juridisch bindend inlegvel. Zo lees ik de motie, want daar staat: verzoekt de regering ervoor te zorgen dat er geen afbreuk wordt gedaan aan het rechtsstaatmechanisme door … En dan komen er allerlei dingen. Dus oordeel Kamer, maar wel met die kanttekening.

Dan de motie op stuk nr. 1634. De eerste bullet vind ik prima. Dat doen we ook, maar de tweede bullet vind ik toch ingewikkeld. De reden is simpelweg, zoals ik ook net zei in het debat, dat wij op dit moment die sancties hebben lopen, dat er overeenstemming is over een nieuw derde pakket, dat ik dat zou willen afronden en dat er nu ook een apart sanctieregime voor Belarus is. Dus ik ontraad de motie vanwege de tweede bullet. Als de tweede bullet zou hebben geluid "om te bekijken hoe in de toekomst een Magnitskyachtig sanctiesysteem zou kunnen werken" tegen de achtergrond van de actuele ontwikkeling op dit dossier, dan zou die kunnen.

De voorzitter:
Goed. En dan?

Minister Rutte:
Maar als dat niet zo is, dan moet ik haar ontraden.

De voorzitter:
Oké.

Minister Rutte:
Dan zijn we er volgens mij.

De voorzitter:
Dat was het! Dank u wel.

Minister Rutte:
Dank ú wel.

De voorzitter:
Dan zijn we hiermee aan het einde gekomen van dit debat.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:
Over de ingediende moties gaan we morgen stemmen. Ik dank de minister-president. Ik dank de Kamerleden, de bodes, de griffiers, de stenografische dienst en de mensen die dit debat misschien hebben gevolgd.

Sluiting

Sluiting 00.29 uur.