Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van der Lee over het bericht ‘Beleid staatsdeelnemingen kan beter wat betreft marktverstoring en klimaatrisico’s
Vragen van het lid Van der Lee (GroenLinks-PvdA) aan de Minister van Financiën over het bericht «Beleid staatsdeelnemingen kan beter wat betreft markt-verstoring en klimaatrisico’s» (ingezonden 11 maart 2025).
Antwoord van Minister Heinen (Financiën) (ontvangen 27 maart 2025).
Vraag 1
Heeft u kennis genomen van het artikel «Beleid staatsdeelnemingen kan beter wat betreft
markt-verstoring en klimaatrisico’s»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2, 3 en 4
Bent u op de hoogte van het feit dat bij staatsdeelnemingen zoals de NS en Holland
Casino geen duidelijke boekhoudkundige scheiding bestaat tussen publieke taken en
commerciële activiteiten?
Waarom worden de kosten gerelateerd aan commerciële en publieke activiteiten nu nog
niet verplicht apart gerapporteerd?
Welke stappen bent u voornemens te nemen om een dergelijke scheiding te implementeren
bij deze en andere staatsdeelnemingen om transparantie te kunnen waarborgen?
Antwoord 2, 3 en 4
NS kent een strikte boekhoudkundige scheiding tussen haar publieke taken en commerciële
activiteiten. Dit is, op grond van de PSO-verordening2, verplicht bij de uitvoering van de hoofdrailnetconcessie om zo mogelijke kruissubsidiering
tussen de publieke en commerciële taken en daarmee mogelijke marktverstoring te voorkomen.
NS rapporteert hierover aan het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Vanwege
concurrentiegevoelige informatie wordt deze scheiding in het publieke jaarverslag
van NS niet inzichtelijk gemaakt. Wel wordt in het jaarverslag een onderscheid gemaakt
tussen de omzet uit treinvervoer-gerelateerde activiteiten en de omzet uit station-gerelateerde
activiteiten.
Holland Casino heeft, net als veel andere staatsdeelnemingen, geen dergelijke strikte
boekhoudkundige scheiding. Vaak is er geen strikte scheiding tussen commerciële en
publieke activiteiten, maar is er sprake van commerciële activiteiten waarbij een
publiek belang gediend wordt. Met de keuze voor een deelneming beoogt de staat immers
op een doelmatige, zakelijke manier de activiteiten die bijdragen aan de borging van
publieke belangen te organiseren. Staatsdeelnemingen krijgen daarbij de ruimte om
te ondernemen en in te spelen op de behoeften van de klant en maatschappij. Daarbij
ben ik, zoals ook uiteengezet in de Nota Deelnemingenbeleid Rijksoverheid 2022, kritisch
op het ondernemen van brede activiteiten door staatsdeelnemingen, die niet het publieke
belang dienen.
Omdat bij staatsdeelnemingen vaak geen scheiding valt aan te brengen tussen publieke
en commerciële activiteiten en de financiering daarvan, is het veelal ook niet mogelijk
om hier boekhoudkundig een scheiding in aan te brengen en hier verdere stappen op
te zetten.
Vraag 5
Bent u van mening dat er momenteel voldoende inzicht is in de klimaatrisico's en de
daarmee samenhangende kosten binnen de gehele portefeuille van staatsdeelnemingen?
Antwoord 5
Het bestuur van een deelneming is verantwoordelijk voor het identificeren en beheersen
van de risico’s verbonden aan de strategie en de activiteiten van de vennootschap.
Ik verwacht van staatsdeelnemingen dat zij in lijn met de Nederlandse Corporate Governance
Code 2022 beschikken over een adequaat risicobeheersing- en controlesysteem, waarin
klimaatrisico’s ook worden meegenomen.
Ik word als aandeelhouder regulier geïnformeerd door het bestuur van de staatsdeelnemingen
over deze verschillende risico’s en de mitigerende maatregelen. Daarnaast beoordeel
ik (de beheersing van) klimaatrisico’s bij de beoordeling van de ondernemingsstrategie
en investeringen van staatsdeelnemingen.
Vraag 6
Welke stappen zou u kunnen ondernemen om beter te anticiperen op hoge kosten van staatsdeelnemingen
als gevolg van de ontwikkelingen die samenhangen met het klimaat, zoals de recente
lening die verstrekt is aan Tennet voor het uitbreiden van het elektriciteitsnet?3
Antwoord 6
Er is een verschil tussen enerzijds het adequaat identificeren en beheersen van de
(klimaat)risico’s verbonden aan de strategie en de activiteiten van de onderneming
en anderzijds de financiering van de (energie)transitie als gevolg van klimaatverandering
en de beleidskeuzes die daarmee verband houden.
Met betrekking tot het elektriciteitsnet zijn er in het Interdepartementaal Beleidsonderzoek
Bekostiging Elektriciteitsinfrastructuur4 een aantal aanbevelingen gedaan om het besluitvormingsproces rondom de vereiste investeringen
in elektriciteitsinfrastructuur te stroomlijnen. Een van die aanbevelingen ziet op
het jaarlijks delen van investeringsprognoses van de netbeheerders, de verwachtte
nettarieven en financieringsbehoeftes van netbeheerders. Ook wordt voorgesteld een
netwerktoets uit te voeren, voordat besluitvorming plaatsvindt over beleidsvoorstellen
die naar verwachting grote impact hebben op het elektriciteitsnet. De verwachting
is dat hiermee beter en eerder inzicht wordt verkregen op de kosten van de uitbereiding
van elektriciteitsnet. Het kabinet zal een reactie op het IBO dit voorjaar met u delen.
Vraag 7
Overweegt u het uitvoeren en publiceren van periodieke klimaatrisicoanalyses, bijvoorbeeld
in het Jaarverslag Beheer Staatsdeelnemingen, om zo beter te kunnen anticiperen op
investeringsbehoeften en klimaatdoelen?
Antwoord 7
In het Jaarverslag Beheer Staatsdeelnemingen wordt jaarlijks inzicht gegeven in de
voortgang van de deelnemingen in het behalen van hun klimaatdoelen. Deze kunnen op
portefeuilleniveau met elkaar vergeleken worden. Ik verwijs ook graag naar het antwoord
op vraag 6 voor het onderscheid tussen (het behalen van) klimaatdoelen en klimaatrisico’s.
Daarnaast loopt momenteel bij de OESO een onderzoek naar hoe de klimaatrisicoanalyses
effectief en doelmatig vorm te geven. Ik volg dit met interesse en aanbevelingen zal
ik meenemen in de periodieke beleidsdoorlichting van het deelnemingenbeleid die uiterlijk
in 2027 zal plaatsvinden.
Vraag 8
Op welke manier kan het Noorse of het Zweedse beleid als voorbeeld dienen om de rapportages
ook in Nederland te verbeteren en bij te laten dragen aan het beter beheersen van
klimaatrisico’s?
Antwoord 8
Bij de totstandkoming de Nota Deelnemingenbeleid Rijksoverheid 2022 is gekeken naar
de invulling van het aandeelhouderschap van de Noorse overheid, net als dat van de
Franse en Duitse overheden. Bij de volgende periodieke beleidsdoorlichting van de
Nota Deelnemingenbeleid Rijksoverheid 2022 zal ook weer gekeken worden naar hoe andere
landen hun rol als aandeelhouder invullen, om daar de belangrijkste inzichten uit
mee te nemen. Daarbij zal ik in ieder geval onderzoeken of het Noorse en Zweedse beleid
relevante inzichten bieden.
Vraag 9 en 10
Hoe beoordeelt u de recente aanscherpingen in de OESO-richtlijnen met betrekking tot
het tegengaan van klimaatrisico's door staatsdeelnemingen?
Welke concrete maatregelen bent u van plan te nemen om deze richtlijnen te integreren
in het Nederlandse beleid voor staatsdeelnemingen?
Antwoord 9 en 10
Ik volg de ontwikkelingen en aanbevelingen op het gebied van staatsdeelnemingen vanuit
de OESO met veel interesse, zoals eerder aangegeven bij vraag 7 en 8. Deze aanbevelingen
zullen bij de periodieke beleidsdoorlichting worden meegenomen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. Heinen, minister van Financiën
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.