Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Podt over het artikel ‘Er woedt een keurmerkenstrijd om het ‘groene’ bosje bloemen’
Vragen van het lid Podt (D66) aan de Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur over het artikel «Er woedt een keurmerkenstrijd om het «groene» bosje bloemen» (ingezonden 25 februari 2025).
Antwoord van Minister Wiersma (Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur) (ontvangen
24 maart 2025).
Vraag 1
Klopt het dat Royal FloraHolland al haar leden met meer dat 250.000 euro omzet verplicht
om te voldoen aan de eisen van het keurmerk Milieuprogramma Sierteelt (MPS)? En dat
deze eisen vanaf 2027 ook gaan gelden voor kleinere kwekers?1
Antwoord 1
Ja, mits hiermee wordt bedoeld dat Royal FloraHolland (RFH) haar leden met een omzet
van meer dan 250.000 euro vanaf 2026 verplicht om te voldoen aan de milieu en Good
Agricultural Practices (GAP) eisen vastgesteld via het Floriculture Sustainability
Initiative (FSI), wat voor Nederlandse kwekers doorgaans betekent dat zij moeten voldoen
aan de desbetreffende certificaten van MPS en GLOBALG.A.P. De zogenaamde kleinschalige
kwekers (met een omzet onder de 250.000 euro) hebben tot 2027 de tijd om te voldoen
aan deze certificeringseisen.
Vraag 2
Klopt het dat de eisen van het MPS-keurmerk niet anders zijn dan de eisen die de Nederlandse
wet al stelt?
Antwoord 2
Ja, maar alleen als het gaat om de minimale eisen die de GAP- en milieucertificatieschema’s
van MPS stellen voor Nederlandse kwekers voor wat betreft de teelt van gewassen. Voor
het milieucertificatieschema van MPS (i.e. MPS-ABC) geldt namelijk dat er wordt gewerkt
met een kwalificatiesystematiek. De verschillende varianten van het milieucertificatieschema
van MPS (A+, A en B) bevatten wel degelijk bovenwettelijke eisen. Daarnaast werkt
MPS voor dit MPS-ABC schema met een verplichte digitale, periodieke registratie van
bijvoorbeeld gewasbeschermingsmiddelen, meststoffen, water en afval. Dat gedeelte
kan ook worden gezien als bovenwettelijk.
Vraag 3
Hoeveel telers en kwekers die lid zijn van Royal FloraHolland voldoen op dit moment
naar schatting niét aan het MPS-keurmerk? Wat vindt u ervan dat deze telers en kwekers
blijkbaar niet aan de wet voldoen? Als álle telers en kwekers aan de wet voldoen,
wat is dan de toegevoegde waarde van het keurmerk?
Antwoord 3
Volgens de website van RFH voldoet ongeveer een kwart van de omzet van de veiling
momenteel niet aan de certificeringseisen. Dit betekent echter niet dat deze kwekers
niet aan de Nederlandse wet voldoen. Hoewel de Nederlandse wet al specifieke eisen
stelt aan de productie van gewassen in Nederland, biedt certificering transparantie
naar de markt en kunnen wereldwijd uniforme eisen gesteld worden waaraan gecertificeerde
kwekers voldoen. Een internationale marktplaats als RFH kan door middel van certificering
dezelfde eisen stellen aan zowel nationale- als internationale kwekers.
Vraag 4
Klopt het dat biologische kwekers en telers (via Skal Biocontrole) niet voldoen aan
de eisen van het MPS-keurmerk?
Antwoord 4
Ja, het klopt dat biologische kwekers en telers niet per definitie voldoen aan de
MPS-certificatieschema’s. Het kan bijvoorbeeld zijn dat biologische kwekers niet voldoen
aan de bovenwettelijke rapportageverplichtingen van het milieucertificatieschema (MPS-ABC).
FSI laat onafhankelijk vaststellen welke certificatieschema’s onderling vergelijkbaar
zijn en daarmee voldoen aan dezelfde basisvereisten («benchmark»). Om die reden is
het keurmerk Biologisch (EU Organic Farming) wel vergelijkbaar met het GAP certificatieschema
van MPS (i.e. MPS-GAP) wat betekent dat biologische kwekers ook direct voldoen aan
de MPS-GAP eisen.
Vraag 5
Wat vindt u ervan dat er keurmerken op de markt zijn die ondernemers veel geld kosten,
maar die voor deze ondernemers én voor de samenleving weinig tot geen toegevoegde
waarde bieden? Schaart u het MPS-keurmerk ook onder deze noemer? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Het is aan de sector zelf, en daarmee dus de afnemer, om te bepalen welke eisen worden
gesteld aan een product naast reguliere wet- en regelgeving. Ondanks dat een deel
van de milieu- en GAP certificatieschema’s van MPS voor Nederlandse kwekers geen bovenwettelijke
eisen stellen (zie ook mijn antwoord op vraag 2), ben ik wel van mening dat ze toegevoegde
waarde kunnen hebben voor de sierteeltketen in het geheel. Nederlandse wet- en regelgeving
voor de teelt van gewassen geldt namelijk niet voor buitenlandse kwekers die bij RFH
aanvoeren.
Vraag 6
Deelt u de mening dat het onwenselijk is dat de overschakeling naar biologische sierteelt
op deze manier onaantrekkelijker wordt gemaakt?
Antwoord 6
De markt kan eisen stellen die niet, of niet volledig, overeenkomen met andere keurmerken,
zoals het keurmerk Biologisch. Dat is aan de markt zelf en zie ik niet als onwenselijk.
Overigens ben ik wel in gesprek met de Biologische Sierteelt Nederland naar aanleiding
van de door de Kamer aangenomen motie Bromet en Kostić.2
Vraag 7
Bent u het met Milieu Centraal eens dat er niet vast te stellen is of het MPS-keurmerk
een duurzame keuze garandeert?
Antwoord 7
Er is geen eenduidige definitie voor wat een «duurzame keuze» inhoudt. Daarmee kan
dus ook niet eenduidig worden vastgesteld of een specifiek MPS certificatieschema
per definitie een duurzame keuze betreft.
Vraag 8
Deelt u de mening dat het voor consumenten verwarrend is als er keurmerken op de markt
zijn die claimen een duurzaam product te garanderen, maar die dit niet doen? Welke
middelen heeft u om hiertegen op te treden?
Antwoord 8
Ik vind het belangrijk dat consumenten van betrouwbare informatie worden voorzien
en dit kunnen meenemen in hun afwegingen bij het aanschaffen van producten. Binnen
de sierteeltsector geldt dat slechts een klein aantal certificatieschema’s en keurmerken
daadwerkelijk zichtbaar zijn voor de consument. Ook MPS richt zich bijvoorbeeld vooral
op het Business-to-Business aspect van de keten via certificering, terwijl bijvoorbeeld
keurmerken als Fairtrade, Biologisch of On the way to PlanetProof zichtbaarder zijn
voor de consument (Business-to-Consumer). In een vrije markt staat het organisaties
vrij om nieuwe certificatieschema’s en keurmerken te ontwikkelen. Consumenten met
vragen over keurmerken kunnen hiervoor terecht bij de keurmerkenwijzer van Milieucentraal.
Als consumenten een reclame of claim misleidend vinden, kunnen zij een klacht indienen
bij de Stichting Reclame Code, of zij kunnen hier melding van maken bij de ACM. Met
het gebruik van dergelijke onjuiste claims zou er namelijk sprake kunnen zijn van
oneerlijke handelspraktijken als bedoeld in Afdeling 3A van Titel 3 van Boek 6 van
het Burgerlijk Wetboek. Op basis van deze meldingen kan een onderzoek gestart worden.
De ACM is op grond van de Wet handhaving consumentenbescherming bevoegd om toezicht
te houden en kan handhavend optreden.
Vraag 9
Bent u bereid om in gesprek te gaan met Royal FloraHolland over het keurmerk, om zo
te zorgen dat dit keurmerk de overschakeling naar biologische sierteelt niet in de
weg zit en om te zorgen dat het keurmerk meer om het lijf heeft dan voldoen aan wettelijke
eisen?
Antwoord 9
Het is aan de markt om de inhoudelijke eisen van verschillende marktgedreven certificatieschema’s
en keurmerken, zoals die van MPS, te bepalen en niet aan de overheid. Alleen voor
het keurmerk Biologisch geldt dat de eisen vastliggen in Europese wet- en regelgeving.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.M. Wiersma, minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.