Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Buijsse over het artikel 'Minder (gerecycled) plastic geproduceerd, zorgen over duurzaamheid'
Vragen van het lid Buijsse (VVD) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over het artikel «Minder (gerecycled) plastic geproduceerd, zorgen over duurzaamheid» (ingezonden 22 november 2024).
Antwoord van Staatssecretaris Jansen (Infrastructuur en Waterstaat), mede namens de
Ministers van Economische Zaken en van Klimaat en Groene Groei (ontvangen 19 december
2024).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Minder (gerecycled) plastic geproduceerd, zorgen over
duurzaamheid»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2 en 3
Hoe beoordeelt u het gegeven dat de laatste maanden verschillende Nederlandse bedrijven
die zich bezighouden met het circulair verwerken van plastics failliet zijn gegaan?
Welke maatregelen kunt u nemen om te voorkomen dat er in de aankomende maanden nog
meer bedrijven die zicht bezighouden met het circulair verwerken van plastics failliet
gaan? De branche pleit zelf voor onder andere een snellere vergunningverlening, hoe
kijkt u hiernaar?
Antwoord 2 en 3
Ik betreur het dat het afgelopen jaar een aantal plasticrecyclingbedrijven failliet
is gegaan. Het kabinet vindt het van groot belang dat de recyclaatmarkt wordt versterkt
en de plasticketen circulair wordt gemaakt. Het stimuleren van een markt voor circulair
plastic is belangrijk voor het realiseren van de grondstoffentransitie, het behalen
van de klimaatdoelen en het behoud van een sterke chemie- en recyclingsector. Daarom
treft het kabinet een combinatie van normerende, stimulerende en beprijzende maatregelen.
Als onderdeel van het bredere pakket is dit kabinet van plan om per 2028 een heffing
op plastic in te voeren (beprijzen). In najaar 2024 wordt in kaart gebracht hoe de
heffing kan worden vormgegeven, wat mogelijke alternatieven zijn en wat de beleidseffecten
zijn. Ook werkt het kabinet aan het vormgeven van een circulaireplasticnorm waarbij
in Nederland vanaf 2027 bij het maken van plastic verplicht een percentage plastic
recyclaat en duurzame biogrondstoffen worden toegepast. Tot slot stelt het kabinet
in totaal € 267 miljoen aan subsidies beschikbaar om bedrijven bij te staan in de
transitie naar een circulaire plasticketen (stimuleren). Bij de Voorjaarsnota van
2025 zullen de effecten van de circulaireplasticnorm en de plastic heffing integraal
worden gewogen en zullen tot die tijd geen onomkeerbare besluiten worden genomen.
Tot slot, verzoeken tot snellere vergunningverlening speelt met name bij het opstarten
van nieuwe recyclingactiviteiten of het uitbreiden van bestaande recyclingactiviteiten.
Het probleem op dit moment is met name dat de recyclaatmarkt niet goed functioneert
en dat bestaande plasticrecyclers hun recyclaat niet goed kwijt kunnen. De verantwoordelijkheid
voor de vergunningverlening ligt bij het bevoegd gezag. Vaak heeft de betreffende
gemeente of provincie deze taak bij de omgevingsdienst belegd. In 2023 is een onderzoek
uitgevoerd naar mogelijkheden om de vergunningverlening te versnellen met versnellingsopties.2
Vraag 4
Op welke wijze heeft u over deze ontwikkelingen contact met de sector? Welke signalen
krijgt u vanuit de bedrijven?
Antwoord 4
De Ministeries van IenW en KGG staan via regelmatige bilaterale gesprekken in contact
met de sector. Ook hebben IenW en KGG begin dit jaar meerdere gesprekken gevoerd met
vertegenwoordigers en ondernemers uit de plasticrecyclingsector, InvestNL, brancheorganisatie
Verpact en enkele brandowners, zoals Unilever en Coca-Cola. Hieruit kwam het volgende
beeld naar voren: recyclers raken hun recyclaat slecht kwijt in de markt vanwege goedkoop
recyclaat dat van buiten de EU wordt geïmporteerd en de lage prijs van nieuw (virgin)
plastic. De hoeveelheid onverkochte voorraad recyclaat neemt toe. Vooral nieuwe innovatieve
bedrijven en kleinere familiebedrijven die zogenaamd «hard plastic» recyclen hebben
het zwaar.
Vraag 5
Hoe kijkt u aan tegen de rol van afvalverbrandingsinstallaties, inclusief de scheiders,
bij het bevorderen en het in stand houden van bedrijven die zich bezighouden met het
circulair verwerken van plastics?
Antwoord 5
Het probleem van de slecht functionerende recyclaatmarkt wordt vooral veroorzaakt
door goedkoop fossiel virgin plastic en goedkoop recyclaat van buiten de EU. Dit houdt
geen verband met de rol van afvalverbrandingsinstallaties.
Vraag 6
Hoe beoordeelt u de mogelijke bijdrage van de chemische industrie aan het circulair
maken van plastics? Is er reeds voldoende capaciteit beschikbaar om de doelen te behalen?
Antwoord 6
Als producent van plastics speelt de chemie een sleutelrol in de transitie naar circulaire
en duurzame materialen. Om een circulaire plasticketen te bereiken is, naast mechanische
recycling van afval, aanvulling nodig van nieuwe circulaire plastics. Er zijn drie
mogelijke bronnen voor duurzame grondstoffen voor plastics: recycling, biogrondstoffen
en carbon capture and utilisation (CCU).
Plastic dat niet mechanisch recyclebaar is, of niet geschikt is voor hoogwaardige
mechanische recycling, of vrijkomt als reststroom bij mechanische recycling, wordt
nu nog vaak verbrand. Met chemische recycling kunnen die plastic afvalstromen alsnog
verwerkt worden tot grondstoffen voor de productie van nieuw hoogwaardig plastic.
Naast mechanisch of chemisch gerecycled afval kunnen ook biogrondstoffen worden ingezet
voor productie van duurzaam plastic. Een mooi voorbeeld hiervan is Avantium, die recent
een nieuwe fabriek voor bioplastics heeft geopend in Delfzijl. Tot slot kan CO2 worden afgevangen en omgezet in grondstoffen die door de chemische industrie gebruikt
kunnen worden voor nieuw plastic.
Op al deze vlakken zijn mooie initiatieven, maar er is veel meer capaciteit nodig
voor een circulaire plasticketen. Er wordt gewerkt aan een visie en transitiepad voor
de grondstoffentransitie in de chemie, die in kaart zullen brengen welke opschaling
nodig is.
Vraag 7
Heeft u een beeld van hoeveel recyclaat terug de plasticketen in gaat? Neemt dit toe
of af? Welke ambitie stelt u hierbij?
Antwoord 7
Op basis van recent onderzoek door Conversio, wordt bij de productie van nieuwe plastic
producten 13 procent post-consumer recyclaat ingezet. Als ook het gerecyclede plasticafval
dat bij productie ontstaat (pre-consumer) daarbij wordt opgeteld bedraagt het percentage
19 procent.3
Vraag 8
Deelt u de mening dat het vraagstuk rondom circulaire plastics dusdanig complex is
dat dit onvoldoende tot uitwerking komt binnen het Nationaal Programma Circulaire
Economie? Waarom wel of waarom niet?
Antwoord 8
Het vraagstuk circulair plastic is complex. Er zijn zeer veel verschillende toepassingsgebieden
van plastic en daarmee bestaat er ook een grote diversiteit aan plasticsoorten, additieven,
et cetera. Vaak wordt plastic ook toepast in een product met ander plastic of andere
materialen. Het Nationaal Programma Circulaire Economie focust daarom op een aantal
productgroepen. Dit is niet voldoende om de transitie naar circulaire plastics te
bereiken, maar zet eerste betekenisvolle stappen, die ambitieus maar haalbaar zijn
met gegeven financiële middelen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.A. Jansen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat -
Mede namens
S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei -
Mede namens
D.S. Beljaarts, minister van Economische Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.