Brief regering : Uitvoering van de gewijzigde motie van het lid Kisteman over voor eind 2026 de onnodige regeldrukkosten met 20% verminderen (Kamerstuk 36450-44) en de motie van de leden Aartsen en Keijzer over een plan om het Predicaat Hofleverancier meer landelijke waardering en aandacht te geven (Kamerstuk 36410-I-8)
36 450 Regels omtrent de instelling van het Adviescollege toetsing regeldruk (Instellingswet Adviescollege toetsing regeldruk)
Nr. 46
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 maart 2025
Deze brief gaat over de uitvoering van twee moties en een toezegging. Allereerst ga
ik in op de uitvoering van de motie van het lid Kisteman over 20% regeldrukkosten
reductie1 en de toezegging aan lid Postma over kwantitatieve regeldrukdoelstellingen2. Ten tweede informeer ik u hoe ik uitvoering geef aan de motie van de leden Aartsen
en Keijzer3 over een plan om het Predicaat Hofleverancier meer landelijke waardering en aandacht
te geven.
Motie-Kisteman over 20% regeldrukkosten reductie
Op 18 februari 2025 heeft uw Kamer de motie-Kisteman aangenomen. Deze motie verzoekt
de regering de onnodige regeldrukkosten voor de gehele sector van de 9 indicatorbedrijven
eind 2026 met 20% te hebben verminderd of concrete stappen te hebben gezet die met
als gevolg vermindering van deze onnodige regeldrukkosten hebben. Tijdens het debat
over het wetsvoorstel instellingswet ATR op 12 februari is een andere versie van deze
motie ingediend, die ik heb ontraden. De op dat moment geapprecieerde motie is gewijzigd
en vervolgens aangenomen. Graag geef ik in deze brief aan hoe ik de motie ga uitvoeren.
Daarnaast heb ik tijdens het Commissiedebat Verdienvermogen van Nederland op 13 februari
2025 de toezegging gedaan om in het derde kwartaal 2025 een brief naar uw Kamer te
sturen omtrent de mogelijkheden voor het invoeren van kwantitatieve regeldrukdoelstellingen.
In deze brief geef ik aan hoe ik deze motie zal uitvoeren en kom ik mijn toezegging
na door in te gaan op hoe ik zal omgaan met kwantitatieve regeldrukdoelstellingen.
Ook ga ik expliciet in op interdepartementale samenwerking om gericht te werken aan
het meetbaar verminderen van regeldruk en de Kamer daar periodiek over te informeren.
Daarmee doe ik de motie-Amhouch c.s.4 af van 19 april 2022.
In de Kamerbrief waarin ik het Actieprogramma Minder Druk met Regels heb gepresenteerd
van 9 december jl. (Kamerstuk 32 637, nr. 660) heb ik een aantal acties uiteengezet om de regeldruk significant te verminderen.
Om uitvoering te geven aan deze motie zal ik onverminderd inzetten op een zorgvuldige
uitvoering van het actieprogramma en de hieronder uiteengezette stappen zetten.
We werken met de departementen die verantwoordelijk zijn voor de desbetreffende verplichtingen
samen om de regeldrukkosten via onder andere het regelreductieprogramma en de Ministeriële
Stuurgroep Ondernemingsklimaat, Regeldruk en Uitvoerbaarheid te verminderen. Daarbij
zijn we gestart met de eerste tranche dossiers in het regelreductieprogramma. Hier
ga ik met mijn departement voortvarend mee door, waarbij ik de impact nauwlettend
zal monitoren. Ook wijzigingen van wet- en regelgeving of andere maatregelen, die
via andere trajecten lopen (zoals via het Pact Ondernemingsklimaat) en leiden tot
een vermindering van de regeldrukkosten voor de indicatorbedrijven, neem ik mee.
Ik heb tijdens het Commissiedebat Verdienvermogen aangegeven dat ik het volkomen eens
ben met het doel om te werken aan de vermindering van regeldruk. Tegelijkertijd is
het wegnemen van frustraties rond regelgeving, de ervaring van regeldruk, minstens
zo belangrijk als het reduceren van de kosten. Daarom zal ik bij het regelreductieprogramma
ook de effecten op de ervaren regeldruk in beeld brengen. Overigens liggen de meeste
verplichtingen die uit de onderzoeken komen niet binnen mijn beleidsterrein en komt
het merendeel van de bestaande en nieuwe regelgeving uit Europese Richtlijnen en Verordeningen.
We zetten dan ook actief in op beïnvloeding in Brussel voor regeldruk vermindering.
Tot slot, naar aanleiding van de motie van het lid Kisteman en het gevoerde debat
zal ik aanvullend op de ingezette weg de ontwikkeling van de regeldrukkosten meetbaar
monitoren en uw Kamer jaarlijks informeren over de voortgang. Eind 2025 zal ik uw
Kamer hierover informeren, waarbij ik ook in zal gaan op de voortgang van het regelreductieprogramma.
Deze brief wordt daarmee een brede monitoring van regeldrukreductie. Hierbij zal ik
ook inschatten of er nog aanvullende maatregelen getroffen moeten worden om het doel
van de motie te behalen.
Motie leden Aartsen en Keijzer over een plan om het Predicaat Hofleverancier meer
landelijke waardering en aandacht te geven
Ik informeer uw Kamer tevens over hoe ik gehoor heb gegeven aan de motie van de leden
Aartsen en Keijzer die op 18 januari 2024 door uw Kamer is aangenomen.5 In deze motie wordt opgeroepen tot meer aandacht en waardering voor het Predicaat
Hofleverancier. Ik onderschrijf het belang van het waarderen van het bedrijfsleven
en ook dit Predicaat. Immers, door aandacht te vragen voor deze unieke onderscheiding
wordt het bedrijfsleven in een positief daglicht gezet. De motie van de leden Aartsen
en Keijzer is dus door het Ministerie van Economische Zaken omarmd en heeft het ministerie
gestimuleerd de reeds bestaande inzet tot waardering nog eens op te schroeven. Graag
informeer ik u over hoe deze motie is uitgevoerd en welke stappen we ondernemen om
blijvend aandacht te houden voor het Predicaat Hofleverancier.
• Om gehoor te geven aan de motie heeft mijn ministerie in samenwerking met werkgevers-
en brancheorganisaties nadrukkelijk aandacht gevraagd voor het Predicaat Hofleverancier.
De betrokkenheid van deze organisaties, met hun kennis en connecties, fungeert als
een hefboom en heeft al een aantal vruchten afgeworpen. Zo heeft MKB-Nederland tijdens
de Dag van de Ondernemer op 15 november 2024 op social media aandacht besteed aan
het Predicaat Hofleverancier en heeft VNO NCW aangeboden later dit jaar en volgend
jaar rubrieken aan het onderwerp te wijden in het opinieblad FORUM.
• Daarnaast heeft mijn ministerie in december 2024 in een bijeenkomst met diverse brancheorganisaties
het Predicaat aangereikt als uithangbord voor de respectievelijke branches, wat naar
verwachting tot nog meer initiatieven zal leiden. Deze bijeenkomst wordt in maart
2025 opgevolgd.
• Mijn ministerie zal contact blijven onderhouden met de genoemde organisaties en die
voorzien van actuele informatie omtrent het predicaat Hofleverancier, waarvan wordt
voorzien dat zij er aandacht aan zullen willen besteden. Zoals in het geval van de
toekenning van een nieuw Predicaat.
Tot slot werkt de huidige aanpak ter uitreiking van het Predicaat Hofleverancier goed
en houd ik daaraan vast in plaats van de uitreiking te laten doen door een lid van
het kabinet of de Koning een jaarlijkse receptie te laten organiseren. Het Predicaat
wordt nu uitgereikt door de commissaris van de Koning, Gouverneur, burgemeester of
rijksvertegenwoordiger, wat gelet op het regionale karakter van het Predicaat Hofleverancier
een zeer geschikte en gepaste vertegenwoordiging is die recht doet aan de betreffende
ondernemingen en het feestelijke feit van het ontvangen van een predicaat. De inzet
om meer aandacht en waardering te vragen voor bedrijven met het Predicaat Hofleverancier
zal ik verder voortzetten.
De Minister van Economische Zaken,
D.S. Beljaarts
Indieners
-
Indiener
D.S. Beljaarts, minister van Economische Zaken