Brief regering : Indexatie maatmanloon
25 883 Arbeidsomstandigheden
26 448 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI)
Nr. 520 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 maart 2025
Tijdens de behandeling van de begroting SZW in november jl. heb ik met uw Kamer van
gedachten gewisseld over het maatmanloon. Ik heb aangegeven daar in de volgende voortgangsbrief
over WIA-kwaliteit op terug te komen. Gezien recente ontwikkelingen bij UWV rondom
de indexatie van het maatmanloon, informeer ik uw Kamer vooruitlopend daarop daar
nu al over.
Het maatmanloon is het loon dat iemand zou hebben verdiend als deze persoon niet ziek
zou zijn geworden. Door middel van indexeren met CBS-indexcijfers groeit het maatmanloon
mee met de stijging van de lonen in Nederland. Het maatmanloon wordt gebruikt voor
de berekening van het arbeidsongeschiktheidspercentage.
UWV heeft mij onlangs geïnformeerd dat er sinds november 2023 kleine verschillen zijn
ontstaan in de indexcijfers die gebruikt worden bij het vaststellen van het maatmanloon.
Een afwijking in indexcijfers kan invloed hebben op het arbeidsongeschiktheidspercentage
en in sommige gevallen op de (hoogte van de) uitkering die mensen ontvangen. Deze
situatie betreuren UWV en ik zeer.
Voor het indexeren van het maatmanloon schrijft het Schattingsbesluit voor dat bepaalde
indexcijfers van CBS gebruikt moeten worden. Vanaf november 2023 heeft CBS een nieuwe
reeks indexcijfers gepubliceerd. Dat gebeurt eens in de 10 jaar. Voor UWV was het
destijds niet mogelijk om deze cijfers op korte termijn in het ICT-systeem te implementeren.
Om die reden is een tijdelijke werkwijze ingeregeld, waarbij recentelijk afwijkingen
zijn gevonden. Hierbij zijn mogelijk mensen benadeeld, omdat het maatmanloon te laag
is vastgesteld. UWV verwacht medio maart 2025 de indexcijfers in zijn ICT-systeem
te implementeren, waarmee het probleem voor de toekomst is verholpen.
De afwijkingen zijn klein en hebben in de meeste gevallen geen invloed gehad op de
uitkering. Mogelijke impact zou er wel kunnen zijn, bijvoorbeeld voor de grensgevallen
van een WIA-beoordeling met een arbeidsongeschiktheidspercentage rond 35% en 80%.
Hierbij kunnen mensen onterecht zijn afgewezen (35–), in een verkeerde arbeidsongeschiktheidsklasse
terecht zijn gekomen bij een vervolguitkering of onterecht niet volledig arbeidsongeschikt
zijn beoordeeld.
UWV heeft op dit moment nog onvolledig zicht op de omvang en analyseert de komende
weken welke impact er voor deze groep en andere regelingen is. UWV verwacht deze analyse
in april af te ronden. Ondanks dat de gevolgen nog niet helemaal duidelijk zijn, vind
ik het belangrijk uw Kamer met deze brief hier meteen van op de hoogte te stellen.
Naast onderzoek naar de hierboven genoemde indexcijfers doet UWV momenteel door middel
van een steekproef een breder onderzoek naar de kwaliteit van de berekeningen van
het maatmanloon. UWV verwacht de uitkomsten van dit onderzoek in april gereed te hebben.
Ik zal uw Kamer daar samen met de inzichten over de impact van de indexcijfers over
informeren. Hierbij zal ik ook de invulling van de motie Van Kent (SP) meenemen1.
Dit bericht leidt opnieuw tot onzekerheid bij mensen. Dat betreur ik zeer. Hoewel
de afwijkingen klein zijn en een beperkte groep lijkt te worden geraakt, kan het verschil
in een individueel geval groot zijn, zoals wel of geen uitkering. Ik vind het belangrijk
om hier snel duidelijkheid in te verschaffen en zal uw Kamer verder informeren nadat
de analyses van UWV zijn afgerond.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Y.J. van Hijum
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Y.J. van Hijum, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid