Brief regering : Kabinetsappreciatie motie van het lid Ceder over zich ervoor inzetten dat in het nieuwe ESF-programma middelen beschikbaar zijn voor de aanpak van dakloosheid (Kamerstuk 29325-179)

Nr. 189
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 februari 2025

Op 19 december 2024 vond het debat over dakloosheid plaats. Tijdens dat debat heeft
het lid Ceder (CU) een motie ingediend over de ondersteuning van mensen die dakloos
zijn door de inzet van middelen uit het Europees Sociaal Fonds (ESF).1 Staatssecretaris Maeijer voor Langdurige en Maatschappelijke Zorg heeft de motie
ontijdig verklaard en het verzoek om een kabinetsappreciatie aan mij overgebracht.
Ik laat het oordeel over deze motie aan de Kamer.

De motie verzoekt de regering om gemeenten te ondersteunen bij het aanvragen van middelen
uit het ESF+ voor onder andere de opvang en begeleiding naar werk of thuisland voor
dakloze EU-burgers. Daarnaast is de regering verzocht zich ervoor in te zetten dat
in het nieuwe ESF-programma voor de periode 2028–2034 middelen beschikbaar zijn voor
de aanpak dakloosheid, en de Kamer inspraak te geven over de invulling van de Nederlandse
middelen.

Gemeenten kunnen de middelen die zij ontvangen vanuit het ESF+ met voorwaarden óók
inzetten om mensen die dakloos zijn te ondersteunen. Het ESF+ is gericht op de ondersteuning
van mensen met een kwetsbare arbeidsmarktpositie. Gemeenten maken zelf de keuze op
welke doelgroepen, voor zover deze aansluiten op de brede doelgroep zoals geformuleerd
in de subsidieregeling ESF+2, zij het ESF+ inzetten.

Voor de inrichting van het ESF in de periode 2028–2034 zijn nog geen voorstellen gedaan
door de Europese Commissie (EC). Het ESF is onderdeel van het Meerjarig Financieel
Kader van de Europese Unie (MFK). De voorstellen van de EC voor het komende MFK worden
verwacht in de zomer van 2025. Daarna zal ook de kabinetsappreciatie van deze voorstellen
met uw Kamer worden besproken.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
J.N.J. Nobel