Brief regering : Voortgang Wet elektronische gegevensuitwisseling in de zorg
27 529 Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) in de Zorg
35 824
Regels inzake het elektronisch delen en benaderen van gegevens tussen zorgverleners
in aangewezen gegevensuitwisselingen (Wet elektronische gegevensuitwisseling in de
zorg)
32 761
Verwerking en bescherming persoonsgegevens
Nr. 328
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 december 2024
Om de zorg voor iedereen goed, toegankelijk en betaalbaar te houden, is de beweging
ingezet van traditionele zorg naar passende (digitale en hybride) zorg, gezondheid
en preventie. Digitalisering, gegevensuitwisseling en databeschikbaarheid vervullen
hierin een cruciale rol. Met de Nationale Visie en Strategie (NVS) werken we aan databeschikbaarheid
in 2035 voor burgers, zorgverleners en de wetenschap. Eerder ontving u de brief «agenda
van databeschikbaarheid in de zorg» waarmee ik u hierover informeerde.1
In deze brief leest u over de Wet elektronische gegevensuitwisseling in de zorg (Wegiz).
De Wegiz is een onderdeel van de NVS. De wet verplicht zorgaanbieders om bepaalde
gegevensuitwisselingen elektronisch uit te wisselen. Onder andere met de Wegiz zorgen
we dat de basis op orde is voor een toekomstbestendig gezondheidsinformatiestelsel.
Door juiste en actuele informatie bij bijvoorbeeld medicatieoverdracht worden vermijdbare
fouten voorkomen.
De laatste voortgangsbrief over de Wegiz heeft mijn voorganger uw Kamer op 2 oktober
2023 gestuurd.2 Ten opzichte van de planning van vorig jaar hebben sommige Wegiz-trajecten vertraging
opgelopen. Met deze brief voldoe ik aan de toezegging om uw Kamer jaarlijks te informeren
over de voortgang van de Wegiz. Daarnaast doe ik in deze brief twee andere toezeggingen
af, die zijn gedaan in het kader van de Wegiz.
Administratieve lastenverlichting door gestandaardiseerde elektronische uitwisseling
Gestandaardiseerd elektronisch uitwisselen van gezondheidsgegevens is van cruciaal
belang om de arbeidsproductiviteit van zorgverleners te verhogen, het dreigende personeelstekort
in de zorg af te wenden en patiënten goede zorg te kunnen blijven bieden.
Het doel van de Wegiz is betere zorg door het elektronisch en gestandaardiseerd uitwisselen
en beschikbaar maken van gegevens. Dit is een eerste stap richting databeschikbaarheid
en neemt daarom een belangrijke plaats in binnen de NVS. Als data elektronisch en
gestandaardiseerd voor de zorgverlener en patiënt beschikbaar zijn, scheelt dit veel
administratieve handelingen, zoals overtypen en nabellen. De zorgverlener heeft zo
meer tijd voor de patiënt. Dit verhoogt het werkplezier van de zorgverlener. En het
bespaart tijd, waardoor er ook nog eens meer patiënten geholpen kunnen worden. Dit
is nodig om te garanderen dat zorg voor iedereen beschikbaar blijft.
Het realiseren van de gegevensuitwisselingen onder de Wegiz is dus een belangrijk
speerpunt in mijn missie om de administratieve lasten in de zorg te verlichten.
In deze brief komt een aantal termen regelmatig terug. U leest hier de betekenis.
• De Wegiz is een kaderwet die het mogelijk maakt gegevensuitwisselingen aan te wijzen
die verplicht elektronisch moeten plaatsvinden. Dat gebeurt met een algemene maatregel
van bestuur (AMvB). Deze regelt alleen hoe gegevens moeten worden uitgewisseld.
• De AMvB verwijst naar kwaliteitsstandaarden en NEN-normen. De NEN-normen kunnen op
hun beurt weer verwijzen naar standaarden en Technische afspraken. Het zorgveld stelt
deze standaarden en normen op.
• De kwaliteitsstandaard geeft aan wat zorgverleners verstaan onder «goede zorg».
• De NEN-norm beschrijft de eisen aan de taal en techniek voor systemen en zorgverleners.
Voortgang gegevensuitwisselingen Meerjarenagenda (MJA) Wegiz
De MJA Wegiz is tot stand gekomen in samenwerking met het zorgveld en op advies van
het Informatieberaad Zorg. Op de MJA Wegiz staan geprioriteerde gegevensuitwisselingen
die we in heel Nederland verplicht elektronisch willen laten verlopen.3 Behalve dat de gegevens moeten worden uitgewisseld tussen zorgaanbieders, worden
ze waar mogelijk ook aan de burger beschikbaar gesteld via een Persoonlijke Gezondheidsomgeving
(PGO). Met een PGO heeft een burger meer inzicht in de eigen gezondheidsgegevens en
kan daarmee meedenken en -beslissen over wat voor hem of haar de beste zorg is.
Nadat het besluit is genomen dat bepaalde gegevens elektronisch moeten worden uitgewisseld,
wordt deze gegevensuitwisseling uitgewerkt in een algemene maatregel van bestuur (AMvB).
Voor gegevensuitwisseling is meer nodig dan normen en standaarden
In de zorgpraktijk wordt ook gewerkt aan de implementatie van de gegevensuitwisselingen.
Tijdens de implementatietrajecten is duidelijk geworden dat er meer nodig is dan normen
en informatiestandaarden om gegevens landelijk uit te kunnen wisselen. Daarom werk
ik met het zorgveld ook aan randvoorwaarden zoals generieke functies4 en een landelijk dekkend netwerk5 en worden benodigde technische afspraken ontwikkeld om het stelsel van normen en
standaarden compleet te maken.6 Deze voorzieningen zijn voor alle gegevensuitwisselingen randvoorwaardelijk. Samen
zorgen alle bouwstenen voor maximale interoperabiliteit7 op het moment van inwerkingtreding van de AMvB’s.
Planningen voor gegevensuitwisselingen zijn niet statisch
De invulling van de Wegiz doe ik samen met het zorgveld. De planningen die ik hier
meegeef voor de verschillende gegevensuitwisselingen zijn voorlopig en kunnen in aanloop
naar mijn volgende update aan uw Kamer veranderen. Waar nodig worden deze tijdens
de trajecten bijgesteld en afgestemd met het zorgveld en de partners Stichting Koninklijk
Nederlands Normalisatie Instituut (NEN), Nationaal ICT-Instituut in de Zorg (Nictiz)
en Zorginstituut Nederland (ZIN).
Wat ik doe om de implementatie van de gegevensuitwisselingen te versnellen
De afgelopen jaren hebben de ontwikkeling van de AMvB’s en de implementatie van de
gegevensuitwisselingen op de MJA Wegiz vertraging opgelopen. Ik zet daarom in op vervulling
van de bovengenoemde randvoorwaarden. Maar ik wil meer doen om verdere vertraging
te voorkomen. Daarom onderzoek ik of ik de aanpak om te komen tot een AMvB slimmer
kan inrichten om zo het proces te versnellen. Mogelijk kan een andere prioritering
ook voor versnelling zorgen of betere afstemming van de inzet van leveranciers.
De voorlopige planning
In de tabel hieronder staat de indicatieve planning van de belangrijkste mijlpalen
per gegevensuitwisseling. In de paragrafen erna geef ik een inhoudelijke toelichting
op de gegevensuitwisselingen.
Tabel met overzicht van mijlpalen per gegevensuitwisseling op de MJA Wegiz
Gegevensuitwisseling
Publicatie Kwaliteitsstandaard
Publicatie Informatiestandaard
Publicatie norm
Publicatie AMvB
Inwerkingtreding AMvB
BgZ
Q4 2024
Q3 2024
Q1 2024
Q4 2025
1 januari 2027
Beeld
n.t.b.
Q3 2025
Q3 2025
n.t.b.
n.t.b.
eOverdracht
Q1 2025
Q2 2024
Q1 2025
Q3 2026
1 januari 2027
Medicatie-overdracht1
Q1 2020
Q1 2019, Q1 2024
Q2 2026
Q4 2026
z.s.m. na publicatie
Acute Zorg
Q2 2024
Q1 2024
n.t.b.
n.t.b.
n.t.b.
X Noot
1
Het betreft hier de spoor 2-aanwijzing van Medicatiegegevens en Elektronisch voorschrijven
en ter hand stellen. De spoor 1-aanwijzing van Versturen recept door huisarts aan
terhandsteller trad op 1 januari 2024 in werking. Vanaf 1 juli 2024 geldt ook de verplichting
voor huisartsen om de medicatieafspraak (medicatievoorschrift) beschikbaar te stellen
aan PGO’s, die voldoen aan een kwaliteitskeurmerk (MedMij-afsprakenstelsel).
De Basisgegevensset Zorg tussen instellingen voor medisch-specialistische zorg
De BasisgegevenssetZorg (BgZ) is een samenvatting van (medische) gegevens over een
patiënt die in elk onderdeel van het zorgproces van belang is. De BgZ is de eerste
gegevensuitwisseling die verplicht elektronisch én gestandaardiseerd moet gaan verlopen.
Het beschikbaar stellen van de BgZ-gegevens aan de PGO van de patiënt is onderdeel
van de verplichting.
AMvB, NEN-norm en kwaliteitsstandaard BgZ
Afgelopen voorjaar is de NEN-norm BgZ (7540) gepubliceerd.
Zoals ik uw Kamer begin dit jaar liet weten, liep de AMvB BgZ vertraging op omdat
de betrokken partijen nog vragen hadden over de implementatie. Daardoor kon de AMvB
BgZ niet gepubliceerd worden in juli 2024.8 Inmiddels zijn de vragen naar tevredenheid van de partijen beantwoord. De AMvB liep
daarna verdere vertraging op doordat er ook bij de inschrijving van de kwaliteitsstandaard
BgZ vertraging was.
Kwaliteitsstandaard BgZ inmiddels ingeschreven
Voor de zomer heeft de Federatie Medisch Specialisten (FMS) samen met Patiëntenfederatie
Nederland en Zorgverzekeraars Nederland de kwaliteitsstandaard BgZ ingediend bij ZIN.
De kwaliteitsstandaard BgZ is een verplicht onderdeel van de AMvB BgZ. De kwaliteitsstandaard
is opgesteld door de FMS, in samenwerking met de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen
(NVZ), de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU) en de vereniging
van Zelfstandige Klinieken in Nederland (ZKN).
De inschrijving van de kwaliteitsstandaard liep vertraging op, omdat de NVZ zich zorgen
maakte of zorgaanbieders voldoende voorbereid waren om de standaard na inschrijving
te kunnen naleven. Ik had hierover daarna intensief overleg met de NVZ. ZIN heeft
hier ook rekening mee gehouden bij de toetsing, zodat de vragen van de NVZ konden
worden geadresseerd.
In november 2024 heeft ZIN de kwaliteitsstandaard BgZ na toetsing ingeschreven in
zijn Register.
Tool beschikbaar voor ondersteuning bij implementatie BgZ
Om het veld te ondersteunen bij de implementatie van de BgZ is een tool ontwikkeld
die zorgorganisaties inzicht geeft in waar ze staan en wat ze nog moeten doen om op
tijd klaar te zijn voor de elektronische uitwisseling van de BgZ. Dit is de «Zelfscan
BgZ».9 In deze online tool kan een zorgorganisatie een aantal gerichte vragen beantwoorden
op basis waarvan een advies wordt gegeven hoe de organisatie aan de slag kan gaan
met de voorbereiding op de wettelijke verplichting van de AMvB BgZ.
Stand van zaken stimuleringsregeling voor medisch-specialistische zorg
Daarnaast zijn de instellingen voor medisch-specialistische zorg in de afrondende
fase van de stimuleringsregeling VIPP5.10 De regeling eindigde op 31 december 2023, maar een aantal instellingen kreeg uitstel
voor het behalen van (een deel van) de doelen. Deze termijn loopt 31 december 2024
af. VIPP5 stimuleert de digitale informatie-uitwisseling met de PGO van een patiënt
en tussen professionals in de medisch-specialistische onderling.
Beeldbeschikbaarheid en bijbehorend verslag
Voor de gegevensuitwisseling Beeldbeschikbaarheid en bijbehorend verslag werken partijen
samen aan het gestandaardiseerd uitwisselen en beschikbaar stellen van radiologische
beelden. Hierdoor beschikken radiologen en andere medisch specialisten in de toekomst
over een historische tijdlijn van de beelden en verslagen die eerder over een patiënt
gemaakt zijn, ongeacht waar deze beelden zijn gemaakt. Op basis daarvan kan men de
relevante informatie raadplegen en overhalen naar de eigen werkomgeving.
Concept NEN-norm Beeldbeschikbaarheid nog dit jaar in consultatie
In de genoemde Kamerbrief van 2 oktober 2023 schreef mijn voorganger dat de NEN-norm
Beeldbeschikbaarheid mogelijk niet tot maximale interoperabiliteit zou leiden. Daarom
is de NEN-werkgroep gevraagd om eerst technische afspraken uit te werken. Afgelopen
periode hebben betrokken zorg-ICT-leveranciers deze afspraken met elkaar gemaakt,
zodat de details nu verder kunnen worden uitgewerkt. Dit betekent dat de conceptnorm
nog dit jaar in consultatie kan gaan. Na verwerking van de commentaren wordt de norm
naar verwachting in 2025 gepubliceerd.
Opstellen AMvB en kwaliteitsstandaard Beeldbeschikbaarheid worden weer opgepakt
Daarmee kunnen nu ook de overige stappen op weg naar de wettelijke verplichting weer
worden opgepakt, zoals het verder uitwerken van de kwaliteitsstandaard en het opstellen
van de AMvB. De mogelijkheid van het beschikbaar stellen van radiologische beelden
aan de PGO van de patiënt wordt hierbij ook onderzocht.
Er komt een tijdelijke oplossing voor radiologische beelden
Parallel aan het hiervoor beschreven traject werk ik voor de korte termijn aan een
tijdelijke oplossing met tijdlijn-functionaliteit voor radiologische beelden. Daarmee
kan een zorgaanbieder de beelden van de behandeltrajecten van een cliënt over een
bepaalde periode opvragen, en indien beschikbaar ook inzien. Hiermee overbrug ik de
periode tot de toekomstbestendige oplossing voor radiologen beschikbaar is.
eOverdracht (elektronische verpleegkundige overdracht)
Het doel van eOverdracht is om de verpleegkundige overdracht gestandaardiseerd en
elektronisch te laten verlopen – tussen organisaties voor langdurige zorg onderling
en met instellingen voor medisch-specialistische zorg. Dit leidt tot een kleiner risico op fouten in de overdracht, minder administratieve
lasten voor zorgmedewerkers en een betere continuïteit en kwaliteit van zorg.
Stimuleringsregeling had effect
Mijn voorganger liet de stimuleringsregeling VIPP InZicht evalueren om te leren van
het verloop en te beoordelen in hoeverre de regeling heeft bijgedragen aan de realisatie
van eOverdracht. De regeling heeft de samenwerking en afspraken tussen betrokken organisaties
versneld. Hierdoor is digitale gegevensuitwisseling tussen zorgprofessionals onderling
en met patiënten nu technisch (bijna) mogelijk. Met de regeling zijn dus activiteiten
van derden gestimuleerd, die zonder inmenging van VWS niet tot stand waren gekomen.
De organisatie van een dergelijke subsidieregeling kunnen we wel verbeteren. Te denken
valt aan het moment van inzetten van de subsidieregeling, de manier waarop (technische)
knelpunten worden aangepakt en de regie op en samenhang met andere regelingen.
Andere initiatieven om eOverdracht dichterbij te brengen
In september 2023 ging het implementatieprogramma eOverdracht van start. De eerste
mijlpaal is een werkende minimale eOverdracht (MeO). Bij elf samenwerkingsverbanden
van zorgorganisaties11 en hun leveranciers wordt een minimale werkbare opzet gerealiseerd tussen organisaties
voor langdurige zorg onderling en met organisaties voor medisch-specialistische zorg. In september dit jaar gingen al twee samenwerkingsverbanden gecontroleerd
«live». Verder werk ik samen met de betrokken partijen aan een plan voor opschaling
en uitbreiding van eOverdracht voor de komende jaren. Hierin wordt ook uitgewerkt
hoe ik het veld ondersteun én stimuleer in de voorbereiding op de komst van de AMvB
eOverdracht. Zo kunnen zorgaanbieders nu al een zelfscan eOverdracht doen, om te kijken
waar zij staan als organisatie en welke stappen zij kunnen zetten in aanloop naar
de wettelijke verplichting van de eOverdracht.12 Ook kunnen zij een beroep doen op implementatieondersteuning door het Programmabureau
eOverdracht.
In de voortgangsbrief van 2 oktober 2023 stond dat de technische randvoorwaarden voor
eOverdracht nog niet helemaal op orde waren. Samen met het zorgveld werk ik binnen
het implementatieprogramma hard om invulling te geven aan openstaande punten, zoals
generieke functies en technische afspraken. Ik wil deze vraagstukken oplossen door
middel van praktijkproeven, waarbij ICT-specialisten en zorgprofessionals betrokken
zijn.
AMvB, NEN-norm en kwaliteitsstandaard eOverdracht
De voorbereidingen voor de wettelijke verplichting van eOverdracht zijn ook in volle
gang. Met belanghebbende partijen ben ik in gesprek over wat er nodig is om tot ondertekening
van de kwaliteitsstandaard te komen. De benodigde NEN-norm eOverdracht (7545) is naar
verwachting in de loop van het eerste kwartaal van 2025 gereed. De AMvB gaat volgens
de huidige planning het tweede kwartaal van 2025 in internetconsultatie. Ik werk toe
naar publicatie in 2026 en inwerkingtreding per 1 januari 2027.13
Medicatieoverdracht
Wettelijk traject Medicatieoverdracht
Op 1 januari 2024 is de spoor 1-verplichting in werking getreden die regelt dat huisartsen
recepten in ieder geval elektronisch versturen aan de terhandsteller – de apotheker
of apotheekhoudende huisarts.14 Op 1 juli 2024 trad de verplichting in werking dat alle huisartspraktijken de medicatieafspraak
(in de praktijk medicatievoorschrift genoemd) beschikbaar stellen aan de PGO van de
cliënt, wanneer deze daarom vraagt. De volgende stap van de wettelijke verplichting
van Medicatieoverdracht is de spoor 2-aanwijzing van medicatiegegevens, waarbij gestandaardiseerd
wordt uitgewisseld volgens een NEN-norm. Deze verplichting richt zich op de medicatiegegevens
die zorgaanbieders nodig hebben bij het veilig voorschrijven, ter hand stellen en
toedienen van medicatie. Voor deze verplichting is eind 2022 een NEN-normtraject gestart.
De AMvB voor Medicatiegegevens is in voorbereiding en wordt naar verwachting eind
2026 gepubliceerd.
De kwaliteitsstandaard «Overdracht van medicatiegegevens in de keten» (hierna: Medicatieoverdracht)
is sinds september 2023 uitgebreid met de informatie-paragraaf en met dit addendum
ingeschreven in het Register van het Zorginstituut Nederland.15
Kickstart Medicatieoverdracht
In de «kickstart» van het programma Medicatieoverdracht worden de kwaliteitsstandaard
Medicatieoverdracht en de bijbehorende informatiestandaard Medicatieproces 9 geïmplementeerd
in een beperkte setting in de regio’s Friesland en Rijnmond. De kickstart loopt op
basis van de meest actuele inzichten in gefaseerde live-gangen door tot eind 2026.
Naar verwachting kunnen medicatiegegevens binnen beide kickstart-regio’s vanaf 2025
elektronisch gestandaardiseerd uitgewisseld worden tussen een beperkt aantal zorgaanbieders
in het zorgnetwerk rond de patiënt en met de PGO. In december 2024 zijn de openbare
apotheken en huisartsen gestart met een eerste uitbreiding van de implementatie van
medicatiegegevens. Later volgt uitbreiding naar meer zorgaanbieders en landelijke
opschaling.
Het doel van de kickstart is tweeledig: het testen van de gegevensuitwisseling en
een beheerste implementatievoorbereiding.16 De uitwisseling betreft de recept- en medicatiegegevens zoals gedefinieerd in de
kwaliteitsstandaard Medicatieoverdracht. De reikwijdte van deze uitwisseling is dus
breder dan die van de huidige spoor-1-aanwijzing die alleen over de receptgegevens
gaat.17
Acute zorg
Snelle toegang tot cruciale patiëntinformatie in de acute zorg
Voor het verlenen van acute (of spoedeisende) zorg moeten relevante gegevens uitgewisseld
worden tussen huisartsen, huisartsenposten, Regionale Ambulancevoorzieningen en de
spoedeisende hulp van het ziekenhuis. Het doel van het aanwijzen van deze gegevensuitwisseling
onder de Wegiz is om de implementatie van gegevensuitwisselingen volgens de Richtlijn
Gegevensuitwisseling Acute Zorg (2022) verder te verbeteren en af te ronden.18 Concreet betekent dit dat zorgverleners in de acute zorgketen straks in één oogopslag
relevante medische gegevens en informatie over de acute situatie van de patiënt kunnen
inzien en uitwisselen.
Kwaliteitsstandaard en informatiestandaard Acute zorg
De kwaliteitsstandaard en de informatiestandaard zijn dit jaar ingeschreven en gepubliceerd.
Initiatieven om de implementatie te bevorderen
De implementatie van de gegevensuitwisseling in de acute zorg is eerder gestimuleerd
via het programma Met Spoed Beschikbaar (MSB 1.0). Dit programma maakte in september
2024 een doorstart (MSB 2.0) en wordt breed gedragen.19 Het wordt gefinancierd vanuit mijn ministerie en Zorgverzekeraars Nederland gezamenlijk.20
Met betrekking tot acute zorg is een maatschappelijke kosten-batenanalyse (MKBA) en een volwassenheidsscan (VHS) uitgevoerd. In de MKBA zijn de effecten
in kaart gebracht van het verplicht uitwisselen van de berichten uit de genoemde richtlijn
via de Wegiz.21 Met de VHS is er een toets uitgevoerd op implementatiegereedheid van deze gegevensuitwisseling
in het veld.22 De gefaseerde implementatie van de genoemde richtlijn zal plaatsvinden op basis van
de ervaringen en uitkomsten van MSB 1.0, de resultaten van de MKBA en VHS en input
van de project- en expertgroep van MSB 2.0.
De focus komt nu eerst te liggen op voorbereidende activiteiten en implementatie.
Later vindt besluitvorming plaats over het norm- en AMvB-traject. In deze besluitvorming
worden ook de uitkomsten meegenomen van de lopende impactanalyse van de verordening
voor een European Health Data Space (EHDS) op de Wegiz.
Samenhang Wegiz en EHDS
We bereiden ons met de Wegiz ook voor op de European Health Data Space (EHDS). De
Wegiz richt zich vooral op gegevensuitwisseling tussen zorgverleners (primair gebruik).
De EHDS is breder en richt zich bijvoorbeeld ook op databeschikbaarheid voor andere
doelen zoals wetenschappelijk onderzoek en beleidsontwikkeling (secundair gebruik).
Wat betreft primair gebruik heeft de EHDS grotendeels dezelfde doelstellingen als
de Wegiz, zoals vermindering van administratieve lasten, betere zorg en meer regie
voor patiënten. Ik ben bezig met een impactanalyse van de EHDS op de lopende Wegiz-trajecten.
Daarmee wil ik onderzoeken hoe de verplichtingen uit de EHDS meegenomen kunnen worden
in de implementatie van de Wegiz.
Wegiz en EHDS deels overlappend, deels verschillend
Er zijn verschillen en overeenkomsten tussen de Wegiz en de EHDS op het niveau van
inhoud, reikwijdte, proces en governance. Ook is er verschil en overlap tussen de
gegevensuitwisselingen op de Meerjarenagenda (MJA) Wegiz en de geprioriteerde categorieën
van de EHDS. De Wegiz verplicht elektronisch uitwisselen van aangewezen gegevensuitwisselingen.
De EHDS verplicht niet tot elektronisch uitwisselen, maar verplicht het beschikbaar
stellen van data uit geprioriteerde categorieën, als die elektronisch beschikbaar
zijn.
Toezeggingen
In het kader van de Wegiz ga ik in op twee toezeggingen.
1. Vergelijkende analyse Wegiz-EHDS door Nictiz
In het kader van het Schriftelijk Overleg inzake de informele EU Gezondheidsraad op
27 en 28 juli 2023 is de toezegging gedaan om de resultaten van het vergelijkend onderzoek
Wegiz-EHDS door Nictiz met uw Kamer te delen.23 In de bijlage bij deze brief vindt u het verslag van dit onderzoek, waarin Nictiz
de gegevensuitwisselingen op de MJA Wegiz heeft vergeleken met de geprioriteerde categorieën
gegevens in de EHDS. De resultaten laten zien waar de overeenkomsten en verschillen
zitten. Deze resultaten neem ik mee in de impactanalyse Wegiz-EHDS die ik uitvoer
om de beleidslijnen voor elektronische gegevensuitwisseling en databeschikbaarheid
in de zorg verder vorm te geven.
Met het toesturen van het verslag van Nictiz, doe ik de toezegging af.24
2. Medische brieven
Met de Federatie Medisch Specialisten zijn gesprekken gevoerd over de mogelijke verplichting
van elektronische uitwisseling van medische brieven/documenten onder de Wegiz.
Bij een verwijzing binnen de medisch-specialistische zorg stuurt men naast de gestructureerde
BgZ-gegevens bijna altijd een elektronische verwijsbrief mee. Systemen voor elektronische
patiëntendossiers (EPD) ondersteunen dit technisch. Een wettelijke verplichting is
daarom niet direct nodig.
Wel is er in het zorgveld behoefte aan het structureren van de metadata25 van medische brieven/documenten zodat men deze bij binnenkomst direct, automatisch
en goed kan opslaan in het EPD. Ik heb Nictiz gevraagd een informatiestandaard te
ontwikkelen die sectoroverstijgend kan worden gebruikt. Bij de ontwikkeling van de
informatiestandaard houdt Nictiz rekening met de EHDS-gegevensuitwisseling Discharge
Report die naar verwachting in 2030 wordt verplicht. De wensen van het Nederlandse
zorgveld rondom het structureren van metadata van documenten worden voor een groot
deel afgedekt met de eisen aan deze gegevensuitwisseling onder de EHDS. Hiermee doe
ik deze toezegging af.26
Tot slot
De Wegiz heeft niet voor niets een centrale rol in de Nationale visie en strategie
voor het gezondheidsinformatiestelsel. Vanaf de tijd dat het wetsvoorstel in ontwikkeling
was, heeft de Wegiz veel ontwikkelingen op het gebied van digitalisering en databeschikbaarheid
voor de zorg in beweging gezet. Denk hierbij behalve aan de gegevensuitwisselingen
op de MJA Wegiz bijvoorbeeld ook aan de generieke functies, het landelijk dekkend
netwerk, technische afspraken voor interoperabiliteit en standaard koppelvlakken27.
Deze voorzieningen worden nu ontworpen, gerealiseerd en deels ook al geïmplementeerd.
Elektronische gegevensuitwisseling en databeschikbaarheid blijven een complex vraagstuk.
De NVS wijst het zorgveld daarbij de weg. Werkende landelijke oplossingen komen steeds
dichterbij, maar ik blijf er bovenop zitten omdat we geen tijd kunnen verliezen als
we de zorg in Nederland voor iedereen goed, toegankelijk en betaalbaar willen houden.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
M. Agema
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Agema, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport