Technische briefing : Ambtelijke briefing over het wetsvoorstel modernisering van de bepalingen over voorzieningenplanning
De vergadering is geweest
6 april 2017
10:45 - 11:30 uur
10:45 - 11:30 uur
Locatie:
Klompézaal
Commissie: Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Commissie: Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Bijlage
Deelnemers
-
M.R.J. Rog (CDA)
-
B. Becker (VVD)
-
P.H. van Meenen (D66)
-
E.M. Westerveld (GroenLinks)
-
J.P. Kwint (SP)
-
K.A.E. van den Hul (PvdA)
Agendapunten
-
1
Wijziging van onder meer de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet voortgezet onderwijs BES in verband met modernisering van de bepalingen over voorzieningenplanning
Te behandelen:
Loading data -
2
Doel, context en korte inhoud van het wetsvoorstel
In 2013 zijn de bepalingen in de WVO[1] over de voorzieningenplanning geëvalueerd[2]. Daaruit is naar voren gekomen dat de wet naar behoren functioneert. Wel zijn er sinds de wetswijziging in 2008 enige technische en licht beleidsmatige punten gebleken die aanpassing behoeven. In de beleidsreactie op de evaluatie heeft de staatssecretaris aangekondigd de WVO op die punten te verbeteren. Dat is verwerkt in onderhavig wetsvoorstel.
Het voorstel bevat merendeels verduidelijking van wet- en regelgeving waarmee onnodige uitvoerings- en administratieve lasten voorkomen kunnen worden. Het doel is tevens deze regeling moderner, inzichtelijker en beter leesbaar te maken. Nieuw is binnen de huidige systematiek van voorzieningenplanning zoveel mogelijk tegemoet te komen aan de wensen om meer ruimte te creëren voor nevenvestigingen buiten het eigen RPO[3]-gebied, de zogenaamde grensoverschrijdende nevenvestiging. Dat betekent dat geen bezwaar van de betreffende RPO’s het uitgangspunt is. De regels van het huidige stelsel voorkomen, volgens de regering, “een ongebreidelde vorming van nieuwe nevenvestigingen met navenante extra huisvestingslasten voor de gemeenten”. Er schijnen geen signalen te zijn dat scholen op grote schaal van deze mogelijkheid gebruik gaan maken: naast de gereformeerde en reformatorische scholen betreft het voornamelijk scholen met expertise in de opvang van nieuwkomers (zij hebben een voorkeur voor een nieuwe nevenvestiging dichtbij de opvanglocatie buiten het eigen RPO-gebied).[1] WVO: Wet op het voortgezet onderwijs[2] Zie ook in dit verband de volgende Kamerstukken: 33630-1 , de evaluatie; 33630-2, de beleidsreactie op de evaluatie van de wetswijziging 2008 over de voorzieningenplanning in het vo, d.d. 17-5-2013; 33630-3, Verslag van een schriftelijk overleg hierover en 33630-4, Verslag van een AO gehouden op 5 februari 2014, over fusies en voorzieningenplanning po en vo; 2014A00559, VAO d.d. 20-02-2014 met o.a. de aangenomen motie van het lid Straus (zie 31288-373 ) over het in kaart brengen van de voor-en nadelen van verruiming van de voorwaarden in de voorzieningenplanning vo en 31135-51, de brief van de staatssecretaris d.d. 24-03-2015 met de uitvoering van de motie Straus inzake nieuwe nevenvestiging buiten het gebied van een RPO en het notaoverleg van 30 juni 2014 over de initiatiefnota van het lid Ypma over samenwerkingsscholen (33893-10)[3] RPO: het regionaal plan onderwijsvoorzieningen